NIEUWE ïïagêlaó voor cfëooró- en <Zuió~<Xo(lanó. Brieven uit de Kempen. No. 4362, Woensdag 13 December 1899 24ste Jaargang. BUITENLAND. ABOXfW jBMllJSTSPRXJB Per 3 maanden voor Haarlem Voor de overige plaatien in Nederland fr. p. p. Voor het buitenland Afeonderlgke nummers Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. BIJ BI AU: St. Janstraat Haarlem. /l,lt 1,40 <2,80 <0.08 Van 1—6 regels59 Cent Ëlke regel meer 7'/, Groots letters worden berekend naar plaatereimtes Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Red a c t e ur-0 i t g e v e r, W. KflPPSRS. 9 December 1899. Des Zondags om de veertien dagen ko men de leden bij een der herbergiers-me dezotten samen, zoodra het lof is afgeloo- pen, dus tegen 4 uur in den namiddag en dan wordt pot gemaakt om te kunnen «tee- ren.» Er wordt «zwarte Piet» gespee'd. Wie schoppenboer opneemt krjjgt een «krats,» en elke streep kost 4 centimen. Zoodra voor 24 centimen per medespe ler is verloren, wordt de vergadering ge sloten, en het geld aan den schatbewaar der afgedragen. Dat duurt niet lang. Tegen half vgf is alles gedaan. Wie afwezig is betaalt behalve zyn «uit leg» van 24 centimen nog 20 centimen boete. Eenvoudiger kan het al niet. Gaat nu eens mee naar «de Foor», een klein eenvoudig estaminet. Ziet de «bazin» geeft juist een aalmoes aan de vrouw die wekalyks een paternoster komt bidden voor hst zieleheil van de zelf niet rijke geefster. Wjj zullen een pintje pakken en eens met haar klappen. doch het zal ons niet lukkenwant vlak achter ons komt een troepje mannen aan, die eveneens binnen stappen, en na een «goeden dag»met een eenvoudig «tapt eens» elk een glas bier be stellen. 't Zjjn de mannen van «'t hoogzaal» de zangers van 't koor die ook al gaan teeren en evenals de zotten op hun uit stap zjjn. Stil een oogenblik. Een der zangers zegt: «as 't em blieft mannen sol - mi - do - een - twee - drie» en helder klinkt in 't Vlaamsch een loflied op hun Belgenland, dat op gebied van kunst door de zangers wordt genoemd «het Griekenland van 't Noorden.» Op dit lied dat wij harteljjk toejuichen volgt staande een Brabanfonne, ook in 't Vlaamschen voort gaan ze weer «op FEUILLETON. DE ERFGENAAM. renolg) 40 «tiet bougere zieleleven is heel mooi, maar een geregeld huishouden is ook niet te ver achten,'/ hernam de moeder, dis aan hare andere dochters dacht. Eood van toorn keerde zich Vera om wat was 't een treurig bestaan bjj sulk eene aan stoffelijke dingen denkende moeder I 's Namiddags voor 't vertrek trof zij mevrouw Vod Sonneck alleen in den tuin. Gravin Was- siltschikow lsg rookend op een divan en las Fanny en Gabrielle waren in huis Dezig. Ik heb medelijden met mijne schoonzusters, die zooveel met 't huishouden te doen hebben,// bemerkte Vera. «Welk een droog eo treurig le ven moeten se toch hebben 1 Gevoelt u dat niet, mama t Is een arnstig, stil leven, dat ze leiden, doch je ziet, za zijn er vergenoegd bij. Ligt er niet eene zekere poëzie in 't onaangename wel gemoed te dragen //Een warmbloedige natuur ware dat onmo gelijk, ik ten minste hield 't niet uit.// «Hoe zou jü dan je leven inrichten, Vera?// //Al 't kleingeestige zon ik eruit verbannen, een waas van poezië moet erover liggen de glsua van 't schoont moet 't ver helderen. .Dat ligt in uwe machter bestaat geen Jeven, waarin men dit niet kan aanbrengen.// een ander» om eenige uren later ook hun pot te verteren aan den vroolijken disch. En ge hadt onzen liebtstoet moeten zien, toen St. Cecilia, ons fanfarekorps, het 80- jarig bestaan vierde. Wel was ze niet te vergeleken met wat ons Antwerpen had laten zien bjj de Van Dyck feesten, maar schoon was het in ieder geval. De bazin van de Foor haï voor een «am gezorgd, een eenvoudige eereboog met een dertigtal «ballonnekes» en een groot transparent, waarop te lezen stond „Wjj manneu van de Foor, Wjj werkeu op 'i gehoor, Van onzen president, Dat is een ferme vent.// De maker van dit dichterlek gewrocht is mjj niet bekend, maar wel weet ik, dat bjj den eersten uitstap van St. Cecilia, de Foor alle medewerkers in huis kreeg en op kosten, van de kas een pintje moest tappen. Tel maar eens op40 muzikanteu6 flambouwdragers en een tiental jonge dames met «potskes» op, en een stok waaraan een balloneke met een brandende keers in de handverder de knecht van den brou wer die op zjjn stelwagen een reusachtig transparent had gezet, alles van wit katoen, beschilderd met eenige scheeve tronies voor stellende de goden en godinnen der oude mythologie die zich met muziek hadden ingelaten iu hun tjjd de vrachtrjjder die den brouwersgast had nageaapt, doch de dorpstoreu en de statie op zjjn wagen ver toonde en last not least, de dikke eerevoor zitter, een toevallig rjjk geworden bakkers- gast, minder gezien om zjjn persoon dan wel te vriend gehouden om zjjn geld. Hjj was ook bjj den brouwer ter school gegaan, had zjjn rjjtuig een soort lan dauer eveneens met stof behangen en voor de sierlijkheid wat groote reclame platen, als die van het vleeschextract, «Vim- //Ook in een klein burgerlijk leven Daar heeft toch alles zulk eene alledaagsche tint.# //Kind, het laven heeft zooveel poëzie ais wjj er zelf in breogeD; 't meest gewone en alledaag- sche leven.// „O mama, poëzie en de wasch tellen of kou sen herstellen. Hoe kan dat samen gaan „Wanneer het uit liefde en plichtgevoel ge schiedt.// «Mijn geest zouden ze ongetwjjfelal omlaag trek ken. Om zich te verheffen heeft de ziel het aauschouweu van 't echoone en edele noodig.// //Wat meen je daarmee, Vera? Den glans der wereld, de genoegens die ze aanbiedt Wien God een bescheiden plaatsje heeft aangewezen, doet wel zijne vlerken niet te ver te spreiden.// //Mama,// zei Vera, „hoe hebt gjj in deze omgeving kunnen worden, wat gjj zjjt? Gjj zjjt erboven verheven I //Zeer verplicht voor uw vleiend oordeel,# lachte de barones. „Ik wensch niets meer dan in mjjne omgeving mjjn plicht te doen,// //Ik zon er mjj nooit in kannen schikken,// verklaarde Vera bepaald. //Dat zal ook voor jou niet noodzakcljjk zjjn. Dat u hier veel vreemd, veel zelfs u minder aangenaam toeschjjnt, verwondert mjj niet, 't ging mjj ook eenmaal zoo. Da tjjd heeft mij ge leerd het goede te erkennen, waar ik het vind. De menschen, die je om hunne alledaagechheid uitlacht, hebben somwijlen eene grooteche en ideale opvatting van 't leven en zjjn doel.// //Niet zooals de mjjne.// //Zou de uwe alleen de ware zjjn glim lachte de barones, //wat verwacht je eigenljj bos» er tegen aangeplakt. Zoo'n «boeuf dans une tasse» was hier goed op zjjn plaats. Ah de bazin is betaald, de mu ziek een marsch tut afscheid heeft gespeeld gaat de stoet weer voort. Drie dagen zal dit zoo duren, en natuurljjk wordt er minstens eens per dag gemiddagmaald bij een der leden, die prachtig geillumineerd heeft. Zoo gaat het bjj alle maatschappjjen. Gulle harteljjke vreugde heerscht er ech ter steeds bjj zulke feesten. De schatrjjke fabrikant zit er echter z rnder eenigen trots naast den blokkenmaker, die toch een «sim- pelen stiel» heeften W i e s k e van den notaris naast Stans van den metsergast. Men kent geen klassennjjd of klassenhaat. Allen noemen elkaar bjj den voornaam nog meer bjj den bijnaam allen zjjn ge- ljjk en genieten om het hardst O, gelukkige eenvoud Wat zijt ge te verkiezen boven al wat de groote wereld te genieten geeft. Gjj stondt verwonderd, niet waar, mjjn waarde vriend, toen gij onlangs hier waart, dat ik mjj hier zoo gelukkig gevoel onder die eenvoudigen van hart, in den omgang met die over 't algemeen weinig intellec tueel ontwikkelden gjj waart bevreesd, dat mjjn geest door gebrek aan voedsel zou verslappen, dat doch mijn waarde, wat mjjne Kempenaars aan verstand en weten schap missen dat vnlt in ruime mate hun hart weer aan. «Braa'j-mensehen» zjju bet, behulpzaam en vriendeljjk mjjns erachtens meer nabjj den mensch zooals God hem eenmaal schiep naar Zjjn beeld, dan vele dier zoo genaamde intelleetueelen, welke minachtend neeizien op deze eenvoudigen, die echter verre van te beklagentevreden zjj a in bunnen eenvoud, gelukkig door hun geloof en mij dagelijks meer te denken geven dan welke philosoof ter wereld ook. JAN VERBRUGGE. ran 't leven, gij droomerig kind.# //Veel, zeer vee), minchien 't onmogeijjke. Ik had altijd gedroomd bjj mijn aanstaande eene allesomvattende liefde te vinden, zulk eene liefde, die koningen bewoog hunne kroon aan de voeten eener arme maagd te leggen, eene liefde die alles duldt, alles verdraagt, die geen offer te zwaar acht, wanneer het de geliefde geldt.// #Heb je Hugo zooveel te bieden, dat je zoo- veel durft verwachten rroeg de moeder zeer ernstig. Het meisje sloeg de oogen neer«Ik bemin hem,# zei se eindeljjk, //voel echter, dat ik veel meer kon geven, wanneer een liefdevonk uit zjjn hart de volle gloed in 't mjjne deed ont vlammen hjj is zoo koel, zoo bedaard." //Kind zei de moeder, //je kunt met tjjne gevoelens heel tevreden zjjn. Hjj bemint je trouw en oprecht, meer dan moeder en zusters, meer dan God en zijn plicht. Maar, neem mij de op merking niet kwaljjk, het leven is geen roman, maar een ernstige zaak, waarop 't loon zal vol gen, naargelang de daden. Droomen verwjjderon oni alleen van het doel, dat we bcoogen.# //Wat de aen droomen noemt ia voor den ander levensbehoefte,// merkte Vera scherp op. De barones keek haar weemoedig aan dit grillig meisje met 't hoofd voor baatzuchtige fantasieën zou dat wel de ware vrouw voor Hugo worden Hjj zag niet, hoe ze was, maar alleen hoe ze door verstandige leiding had kunnen worden, hare gebreken zag hjj verkleind, hare goede hoeda nigheden dooreen vergrootglas. Wanneer hem Engeland. De Engelsche strijdkracht, waarover Sir Redvers Bulier het bevel voert in Zoid- Afrika bestaat uit 36 regimenten infanterie ongeveer 44.000 manschappen, elf veldbat- teryen met 66 kanonnen en ongeveer 2000 artilleristen, 10 afdeelingen cavalerie, te sa men 3 a 4000 manschappen, daarby nog de troepen uit Indië en van elders gezonden, zonder de 1500 marine-soldaten en de Australische en Canadeesche contingenten te rekenen. Men schat het totaal der Engelsche troe pen, die tegen de Boeren oprukken, op 97.000 man, die binnen eenige weken nog met 15.000 Engelsche soldaten zullen ver sterkt worden. Italië. In Italië is de afgevaardigde Paliz- zodo, het hoofd der Maffia, een geheim genootschap dat op Sieilië veel vertakkin gen heeft en overal in Italië vrienden telt, gevangen genomen. Hg wordt beschuldigd de hand te heb ben gehad in den moord van den heer No tar bar tolo, directeur van de Bank van Sicilië en een der notabelste burgers van Palermo. Niemand durfde P a 1 i z z o d o arresteeren uit vrees door de Maffia ver moord te worden. Dat stoute stuk heeft nu de heer Sid- u e y-S o u u i o, durven ondernemen. Er wa ren ia stilte krasse voorzorgsmaatregelen genomen en geheime agenten hielden P a- 1 i z z o d o in het oog. Zonder dat de boos wicht iets wist, kwam hg Vrgdag met een paar vrienden van eene wandeling 't huis. Zoodra hij binnen zijn woning was, werd zijn huis omsingeld zoodat vluchten on mogelijk was. De prefect van politie toonde hem het bevelschrft. Palizzodo ver bleekte, doch giug mede in het rytuig, dat hem naar de gevangenis brengen zou. Men spreekt in verband met deze gevan genneming van het hoofd der Maffia's, dat een ministerieele crisis voor' de deur staat. Frankrijk. Te Parjjs is een gedeelte van den Me- tropolitaan, den ondergrondschen spoorweg, Zaterdag-avond, nabjj de Place de l'Etoile echter de oogen opengingen, wat soa hjj dan zien? Hat kon nog erger voor hem worden. Zjj na moeder wist, dat hjj niet zoo ganw aan sjjne beginselen zou ontrouw worden, maar kon de zaehte invloed der geliefde vrouw die niet on- dermjjnen en hem van den rechten wegbrengen, eer hjj 't zich bewast was Met eigelentasl zou ze Vera tot inkeer zoeken te brengen, maar zwijgen mocht ze niet, al bleven hare woorden ook zonder uitwerking. Ze moest spreken, mout beproeven om de zon der waarheid in dit hart te doen schijnen, zelfs op gevaar af van't meisje te kwetsen en door haar bjj Hnge van hardheid beschuldigd te worden. «Mjjn kind,// zei ze zacht maar ernstig, «fan tasie en poëzis zjjn heerljjke zaken, doch ze mo gen niet de eerste en eenige zaak in ons laven zjjn, de onwrikbare wil goede te doen, zooals Gods wetten 't ons voorschrjj ven, moeten zebe- heersehen. Menschenvergoding, aardsohe liefde als einddoel vaa ons bestaan te beschouwen, kan nooit voldoening geven. Zelfs eene liefde, dis niet alleen offers verwacht maar er ook weet te brengen, kan ons leven niet 't wars geluk schenken, zoodra 't fondament van den godsdienst ontbreekt.# Vera stond op, trillend van opgewondenheid «Het spjjt mjj, dat je mjj niet in staat acht tot goede gevoelens, mama, want zoodanig moetik uwe woorden uitleggen. Goddank, Hngo kent mjj, zoowel als ik hem, hjj twjjfelt niet ata mjjne liefde en hjj ten minste begrjjpt mjj.# Wtit vervtlfd.) liilLIIMIICMim TB SLA 3TOW AGITATB PRIJS DSE ADTBBTBICTI15Ï 1. Lampions. 1. Brave.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1899 | | pagina 1