NIEUWE HDagêlaè voor <3%oord- en Suid-dCollanó. Chamberlain lacht! No. 4407. Donderdag 8 Februari 1900. 24ste Jaargang. BUITENLAND. DB INDISCHE OOM. Engeland. frankrijk. HilRLIIIISCOE COtlftilT. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem /1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p, 1,40 Voor het buitenland <2,80 Afzonderlijke nummers0.03 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. BUREAU: St. Janstraat Haarlem. AGITE MA HOW AGITATE. PRIJS DER ADVERTENTIES. Van 16 regels50 Cent Elke regel meer7l/t Groot» letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant - <3iï> I^IIWjMj. Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS. Een onzer landgenooten schrijft aan het Handelsblad uit Londen Ik heb Joe gezienIk heb hem gezien met een monocle voor zijn rechteroog en een gardenia in zjjn knoopsgat. Dit lezer, zal u wel niet verwonderen. Maar wat u, naar ik denk, zoo al niet verwonderen, dan toch ergeren zal, is, dat ik Joe heb zien lachen, zien lachen in het Lagerhuis, zien lachen tjjdens het debat over het adres van antwoord op de troonrede, van welke Sir Henry Campbell Bannermann te recht zeggen kon, dat hij nog nooit zoo weinig met zooveel woorden had hooren zeggen. Een uur te voren had de Earl ofKim- berley in het Hoogerhuis den eerste mi nister verzocht, er in het vervolg tegen te waken, dat dergeljjke redevoeringen wer den gehouden, als welke een der Ministers gedurende het reces had uitgesproken. Als gjj nog niet begrjjpt, dat bedoelde minister Joseph C h a m b e r 1 a i n is, zal u dit blijkenuit hetgeen Lord Kimberley daarop liet volgen. «Ieder, die iets te maken heeft met bui- tenlandsche zaken, moet weten dat men in het bespreken van buitenlandsche zaken eene bijzondere bescheidenheid behoort in acht te nemen en het zon nuttig wezen, dat zjj die spreken, daarvan eenige onder vinding haddeü». Joseph Chamberlain, laat het je gezegd zjjn Op hetzelfde oogenblik verkochten de krantenjongens hun bladen met weer een aanvullingslijst van gedooden en gewonden in de Spionkop-manoeuvre. En C h a m b e r- lain kan nog lachen! Hij kan nog lachen, terwijl Lord Salis bury, een staatsman die een naam te ver spelen heeft, den aanval die op het kabi net, in de personen van Chamberlain en Balfour gedaan wordtniet anders kan beantwoorden, dan door de zonderlinge FEUILLETON. 23. Vervolg) Mevrouw Elliot wm eene edele en goedhar tige vrouw, wier eenig geluk daarin bestond, anderen ten dienste te staan. Na eene tweeja rige echtverbintenis, was haar echtgenoot haar door den dood ontrukt, zjj betreurde hem op recht en vereerde zijne nagedachtenis door on- gelukkigen bjj te ataan, en de tranen der li denden te drogen, dit was voortaan hare eenig- ste en geliefkoosde bezigheid. In Dora had zjj eertijds reeds belang gesteld, en besloot haar nu als zuster te behandelen, want met vrouwelijke scherpz'nuigheid, had zij Herberts hart doorgrond, en het gevoel dat hem bezield* geraden, ofschoon hjj zelve er niet van bewust was. Dus ging Herbert Hastings in opgeruimder stemming, als sinds lang had plaats gehad, naar Dunwood terug. Met steeds toenemende onrust, wachtte Julie de komst van haren reisgenoot af. Meer dan twintig Jmalen jjlde zjj naar de deur en keerde ontmoedigd in hara kamer terug. Waar bleef hjj toch „Daar slaat het acht uur riep zij hoogst ongeduldig uit, „het concert zou om half acht een aanvang nemen.» Zjj wachtte weder een half uur, toen begaf opmerking, dat hij niet verwacht had, dat de- redevoering door deze ministers gehou den, in het debat in het Hoogerhuis zou den besproken worden, en dat hij, had hij dat voorzien, ze gedrukt voor zich ter tafel zou hebben. Kan men een sterker bewijs hebbenhoezeer Chamberlain dit ministerie compromitteert In dit oogenblik zou Chamberlain wat meer ernst, wat minder overmoed niet kwaad gestaan hebben. Maar hjj lachte gedarende den juisten en zaakrijken aanval van Lord Fitzmaurïce. Hjj lachte, toen over den aanlegger van de Jameson- raid een hartig woordje gezegd werd,.... toen werd gewezen op den ellendigen in vloed, dien de Chartered Company belan gen op de Z. Afrikaansche politiek van Engeland hadden. Bjj lachte toen met Balfour, alsof deze rede van de opposi- tiezjjde hen niet betrof. Nu, eene redevoe ring is ook niet veel bijzonders in het oog van Balfour, zelfs niet al is de redenaar minister, dus allerminst als hij dat zelfs niet is. Toen Balfour verwezen werd naar het tegenstrijdige in zjjn beide jongste redevoeringen, en op het ernstige verschil tusschen zijne verklaringen en hetgeen zoo juist de eerste minister in het Hoogerhuis had gezegd, had hjj de driestheid te zeg gen, blijkbaar al te zeer in het nauw ge brachtdat hjj eigenljjk aan zijne eigen speeches niet zoo heel veel waarde hechtte 't Was wel juist wat een der leden van de rechterzijde opmerkte, dat de voorspelling van «Punch» nog niet eens uitgekomen was. Daar was Lord Sa lis b u ry voor ge steld zeggende tot zijn mede-ministers «Kom heeren, 't doet er niet toe wat wjj zeggenals wij maar allen het zelfde zeg gen». Zelfs dat hebben zjj verzuimd! Maar Balfour toonde zich een waren patriot«Men moest nu niet den nationa- len tijd verpraten en verknoeien met be spreking van het verleden. Nu moest men handelen de tijd voor critiek zou later wel komen». Maar de leider der oppositie had zjj zich naar het vertrekje van den portier en vroeg of de heer Hastings zich dien avond niet had aangemeld. Niemand had hem gezien, en in eene alles behalve aangename stemming, ging zjj weder naar hare kamer. Het regende sterk de nacht was uiterst donker. //Wat kan hem teruggehouden hebben vroeg zjj zich met tranen in de oogan af; „ach ware ik maar met mijne moeder naar huis gegaan Die wecechen baatten eGhter niet, en toen om half elf de omnibus voor bet hotel stil hield om de reizigets die naar den spoortrein moesten, op te laden, stapte Julie er in, en zette zich gedachteloos voor een open raampje, van het oude voertuig, daar was een lek in den wagen, die op de vederen en de linten van den hoed druppelde, dien hoed had zjj pas eenige uren geleden voor vjjhien dollars gekocht. In hare ge drukte gemoedsstemming had zjj vergeten den nieuwen hoed in de doos te pakkeD, waarin de oude veilig en goed geborgen was.' Zjj vond natuurljjk in Dunwood geen rijtuig, noch iemand om haar af te halen, zoo moest zjj onder be schutting van een oude regenscherm, die de baanwachter haar leende, naar Rustoord gaan, waar zjj eindeljjk in beklagenswaardigen toe stand en doornat aankwam, terwjjl zjj de deur op slot en bet vuur in den haard uitgedoofd aantrof. Zjj begroette Dora met een vloed van scheld woorden, deze hoorde echter alles gelaten aan. Weldra kreeg haar slechte luim eene andere richtingdat was toen zjj den hoed afzette, en zag, dat di* door den regen geheel bedorven was. Op den volgenden dag kwam de kist,die de nieu- hierin niet veel vertrouwen en kon zich de moeite sparennaar argumenten voor dit wantrouwen te zoeken. Hij had slechts een gedeelte van eene parlementaire rede van Chamberlain uit het jaar 1878 aan te halen, waarin deze het tegendeel gezegd had. Het sloeg merkwaardig juist op den bui- digen toestand. Maar toch had Sir H e n r y Campbell Bannermann nog de beleefdheid, eerst Chamberlain te vra gen of bjj ook soms bezwaar maakte tegen het aanhalen van de woorden door hem in '78 gesproken, öf «omdat ze mogelijk van te jongen, of van te ouden datum waren.» De weerhaan-politicus maakte echter niet in het minst bezwaar, maar verzuimde tot nog toe aan te toonen waarom men na juist wèl van oppositie moest afzien, wat hij in 1878 niet noodig vond. De indrukdien de redevoeringen der ministers, vooral die in het Lagerhuis, maak ten, was niet vereffend. In de omnibus, waarmee ik van West minster naar huis reed, hoorde ik het vol gende korte gesprek tusschen twee heeren: «Chamberlain, die moest doodge»cho- ten worden». «Ja, en zjjn vriend Cecil Rhodes er bij.» Ik ben sterk tegen de doodstrafmaar wel hoop ik dat deze opinie, eenigszins ver zacht, spoedig de publieke opinie in En geland mag worden 1 i De Engelsche telegrammenfabriek is er dezer dagen leelijk ingeioopen, n.l. meteen telegram van generaal White te Lady- smith 32 minuten na de verzending uit Durban Als men nu weet dat zoo'n telegram den weg moet volgen over Zanzibar, Aden, Suez, Alexandrië, Gibraltar en Londen dan is de snelheid verwonderlijk en b'.jjkt duide- Ijjk, dat het bericht te Londen is gefabri ceerd. we piano bevatte. Dit gaf Julie afleiding, toen zjj bjj de ontpakkicg tegenwoordig was. //Vanwaar komt toch het geld, om zulk een kostbaar stuk te koopeu vroegen Eugenie en Dora aan elkander. Het natuurljjkste was, dat zjj den heer Hastings voor den gever hielden, zjj werden in die meening gesterkt, daar Julie dit vermoeden niet tegensprak, Dora ging nu voor het raam staan en blikte treurig gestemd naar buiten. //Wat zou Ella wel zeggen,» dacht zij, „als zjj wist wie zich de liefde van haren echtge noot heeft verworven Toen er drie dagen waren voorbjj gegaan, zonder dat. de heer Hastings iets van zich had laten hooren, ging Julie naar mistresa L"ak. De slimme oude vrouw raadde de oorzaak van dat bezoek, en noemde met opzat den naam van haren gebieder niet. Ten laatste vroeg Julie: „Is de heer Hastings niet te huis „Neen, hij is verleden Dinsdag naar New ïork gegaan,// antwoordde de huishoudster. „Naar New-York wat moest hij daar uitrich ten Hjj had gewichtige bezigheden en zal waarecbjjnljjk heden avond te huis komen." Nu wist Julie, wat zjj wilde weten, en stelde zich gerust met de gedachte, dat gewichtige be zigheden den heer Hastings hadden verhinderd, haar in het hotel op te zoeken. Toen echter ook de daaropvolgende dag we der voorbjj ging, zonder den verwachten Has tings te zien, zond zjj Dora naar de villa, om een boek te halen en om te zeggen, dat de piano was aangekomen, en dat het de dames een groot Chamberlain's brutaliteit. Met eene ongekende brutaliteit heeft de En gelsche minister Chamberlain in hetBrit- sche Parlement dnrven zeggen, dat de oorlog met de Boeren, eerljjk, noodzakeljjk en rechtvaar dig is. Hjj noemde het verzet er tegen treurig, om dat het twjjfel wekt aan de eendracht onder de natie en hjj noemde het voorbarig, nu over de voorwaarden van eeu schikking te spreken, maar de Regeering is het in hoofdzaak met Grey eens in zooverre, dat zjj zal weten te zorgen dat er geen tweede Majoeba komt. (Toejuichin gen.) Nooit meer zullen de Boeren een citadel oprichten in het hart van Zuid-Afrika, een ci tadel van welke haat en najjver tnsschen de rassen uitgaat. Nooit zullen zjj meer in staat zjjn, Engelands oppermacht in gevaar te bren gen, en Engelschen te behandelen alsof ze tot een lagerstaand ras behoorden. De natie heeft sindsdien tegenspoeden onder vonden. Elk van die tegenspoeden, is het sein geweest voor nieuwe vaderlandslievende aanbie dingen, die schitterend spontaan waren. De trouw van de koloniën is gesn geringe vergoeding ge weest voor de ellende van den oorlog. Engeland is de kolonies dankbaarheid schuldig voor den zedeljjken en stoffeljjken steun, dien zij het niet zouden hebben verleend in eene zaak die niet goed en rechtvaardig was. De heer Quaesnay deBeaore- p a i r e bekend uit het D r e y f u s-pro- ces, heeft Zondag-middag te Troyes eene redevoering gehouden waarin hg de Re geering der Republiek scherp aanviel. Het ging er in de vergaderzaal zeer rumoerig aan toe. De Siècle meent te weten, dat eenige afgevaardigden den Minister van oorlog inlichtingen zullen vragen betreffende de voorbereidende maatregelen van de expe ditie naar Madagascarom hiervan party te trekken bij de debatten over de marine- begrooting. Men brengt bet vertrek van den En gelschen gezantden beer M o n s e n uit Parijs om zich naar het Zuiden van Frank rijk te begeven, in verband met het ver- leenen van een decoratie, door den Minis ter van onderwjjs aan den beer L e a n d r e. Hjj is een van de caricaturisten, die teeke- ningen hebben gemaakt, welke men te Londen als beleedigend voor de Koningin beschouwde. De Engelsche Gezant zou stap pen gedaan hebben om te beletten dat de decoratie werd verleend, maar de Fransche genoegen zou doen, als hjj het geluid kwam be- oordeelen. Mistress Leak zat te breien, toen Dora bin nenkwam en haar de boodschap overbracht. De oude vrouw begaf zich terstond naar de bibliotheek. //Breng aan mejuffrouw Deane het boek," merkte de heer Hastings aan, //ik verlang niet gestoord te worden.» „Het is Dora, maar niet mejuffrouw Julie,» zeide mistress Leak. »Dora Ach, hoe lang is het geleden, dat ik Dora niet gezien heb Zeg haar, dat zjj bjj mjj moet komen.» Eenige oogenbhkken daarna kwam Dora bin nen. Hjj groette haar vriendeljjk en noodigde haar uit, zich op den lagen stoel neder te zet ten, waarop zjj zoo menigwerf had gezeten, als hjj hare lessen overhoorde. Nog slechts kort geleden, had hjj mearmalen zonder na te denken zjjne hand op haar hoofd gelegd de vraag echter, die zjjne zuster tot hem had gericht, had een zonderlingen indruk op hem gemaakt, hjj gevoelde zich bjjna ver legen in de tegenwoordigheid van het tot eene jonkvrouw opgroeiende meisje, dat tegen hens overzat en verwachtte, dat hjj iets zon zeggen. „Kan ik u ook in iets van dienst zijn, mjjn- heer Hastings vroeg zij vrjjmoedig. »Ja, Dora, ik wenschte met u te spreken herinnert gij u mjjne zuster mevronw Elliot nogP" Haar heldere blik was voor hem een voldoend antwoord. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1900 | | pagina 1