NIEUWE üagBlaó voor ciïooró- en SCuid-éCollanó. Schijnheiligheid. buiten Land. No, 4414, Vrijdag 16 Februari 1900 24ste Jaargang. Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40 Voor het buitenland 2,80 Afzonderlijke nummers0.03 Dit blad verschjjnt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen. BUBEAÏÏ: St. Janstraat Haarlem. Van 16 regels50 Cent Elke regel meer71/» Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant Red a c t e ur-U i t g e v e r, W. KAPPERS. Weinig volkeren, die zooveler sympathie steeds hebben gewektals de zonen van Erin, als de Ieren. Groote gebreken, groote ondeugden zijn ook bjj hen niet weg te cjjferen, maar meer innemend zijn hun groote deugden, dan af- keerig makend hunne fouten. Wie kent hun trouw niet aan het voor vaderlijk geloof, wie kent niet hun liefde tot oprechtheid? Ook in de huidige voor Engeland zoo gewichtige dagen schittert die laatste deugd van Ierland weer wonderschoon. Althans als men, en dat gelooven en zeg gen wjj toch zoo gaarne, althans als men, wat de vertegenwoordigers van een volk zeggen, mag houden voor de geuite mee ning van dit volk zelf. In het Engelsche Parlement heeft dan Donderdag 1.1. Ierland weer getoond dat het niemand naar de oogen ziet, waar het geldt de zaak te verdedigen en voor te staan van het heiligste recht. De Ieren in het Parlementdat zjjn Boeren. Zoo zeggen althans de Tories. En dat legertje Boeren wordt aangevuld door Redmond, en Redmond heelt tot onder-aanvoerder H e a 1 ij. Welnu, H e a 1 ij heeft in de zitting van Donderdag met de lyddiet-bommen van zijn oratorisch talent John Buil de volle waarheid gezegd. En de waarheid mag niet gezegd wor den, dus volgden en onderbraken de rede des haast zou men zeggen, gewijden spre kers een woedend gesis, een gefluit en ge stamp. De bekende «Van dag tot dag>- schrjjver vertelde ons van die redevoering des heeren H e a 1 jj o. a. het volgende «Gjj moogt vrij toornen en de schouders ophalen, gij schijn-heiligen «Eenigen uwer, Engelschen, denken dat de Almachtige u het heelal in eeuwigdu rende erfpacht heeft afgestaan, en gjj gaat FEUILLETON. DE INDISCHE OOM, Vervolg) M.t een waarschuwenden blik op oom Rudolf, wiens onheilspellend betrok, voerda Has- Dugs tiaar tegen «Dora maakt het zeer goed •n is cnder de leidiog mijner ruiter zeer voor- deelig ontwikkeld.// //Het verheugt rnjj dit te hooren,// hernam Julie, „zjj had het wel noodig ik was baDg dat zjj hare gemeene manieren nooit zou af- leeren.» //Hmkuchte oom Rudolf, „het wordt mjj hier te warm ik moet mij een weinig gaan verkoelen./» In een oogwank was bjj verdwenen, en toen Hastings een wsinig later op zjjne kamer kwam, merkte hjj aan de stoelen, de laarzen en ande re voorwerpen, die op den grond verspreid lagen, dat oom Rudolf, die nu rustig sluimerde, zich inderdaad //afgekoeld// had. «/Ik moet mjj zeer in acht nemen,» betuigde hjj den volgenden morgen, //maar het zal wel beter gaaD, als ik er mjj aaa leer gewennen.» Dien dag moest hjj werkeljjk slechts twee maal de gezelschapszaal verlateneens toen Jnlie aan de piano ging siiten en ten tweede mala toen Angnst Grey haar voorsloeg om met hem te gaan wandelen, en zjj het weigerde on der voorwendsel, dat zjj aan oom Rudolf moest achrjjven. te keer bij een nederlaagalsof een der contracteerende partijen in gebreke is ge bleven Maar weet ge wat ge doet Gij iguoneert het bestaan van den Almachtige als ge berekent of het gouddividend 15 pCt- zal zijn in vrede dan wel 45 pCt. na den oorlog «Welk een heerlijk schouwspel voor ons Ieren Hoe veredelend Hier zien wjj een groot Protestantsch volk dat een klein Pro- testantsch volk slachtterwijl intusschen uw zendelingen het zwarte land intrekken, uitroepende: «Aanschouwt! aanschouwt! hoe lief deze Chistenen elkander hebben!» «Maar weet ge wat ik niet geloof Welnu, ik geloof niet dat God altijd Eagelsch zal blijven, gelijk gjj meent dat Hjj is. Wat wilt gij geveinsden, met dezen oor log «Ik kan mij begrijpen dat Birming ham en Sheffield en zij die cordiet-am- muDitie vervaardigen (met een minach tend gebaar opChamberl&in wijzend) den oorlog willen, den oorlog steunen, maar wat hebben wij Ieren met dezen oorlog te maken «Bah ik verkies de zeeroovers van wel eer boven u, Engelschen.» Dat alles heeft niet kunnen beletten dat Engeland, althans het officiëele Engeland eergisteren den eersteD Zondag heeft ge houden die was vastgesteld als «Een dag des gebeds tot God Almach tig, ten behoeve van Hr. Ms. vloot en le ger in Zuid-Afrika.» Een comité heeft met zorg den dienst voor die dagen vastgesteld. Vjjf zal men er houden. Bij Hr. Ms. drukkers is de verzameling gebeden, litanieën, psalmen en Bijbalplaat sen verschenen, waaruit de geestelijken ean keuze hebben te doen. Eenige staaltjes nit die gebeden volgen hier Wjj zenden ons nederig gebed tot Uwe Goddeljjke Majesteit op, dat Gjj «Ik moet goede vrienden met hem bljjven,// voegde z| hem op veelbeteekenenden toon toe, //bjj zal zich buitendien over mjjn lang stilzwij gen verwonderen.// Op deze wjjze gingen eenige dagen voorbjj. Het geduld van den onden heer moest de vuur proef doorstaan, want Jnlie sprak minachtend over Dora en maakte soms gewag van den oom, die haar zooveel geld zond om den opschik, die zjj bezat, te koopen. Bjj dergeljjke gelegen heden scheen het dea grijsaard bjjaa onmoge lijk, zich ie bedwingen, slechts een herhaald be zoek naar zjjne koele kamer, die van menigen storm kon getuigen, gaf hem de noodige kracht om zich niet te verraden. Julie vermoedde geens zins, wie de norsche dwarsdrjjvende oude heer wav, dien zjj overigens in het geheel niet ljj- den mocht. Inmiddels had oom Rudolf zjjne schoonzus ter en Engenie leeren kennen en de laatste een betcheiden, ofechoon een weinig al te beschroomd meisje aangetroffen. De wijze, waarop mevrouw Deane over Dora sprak en hare goede hoeda nigheden roemde, verzoende hem eenigszins met de weduwe. Zoo stonden de zaken, toen mevionw Elliot en Dora kwamen. De meeste badgasten waren naar de bron ge gaan, en daar Jnlie geene gelegenheid liet voor- bjjgaan, om zich aan de menigte te vertoonen, was zij daar ook, en zag bjjgevolg niet, hoe harteljjk Hastings Dora verwelkomde, en hoe de Amerikaan met open armen haar te gemoet snelde en een kus op haar voorhoofd drukte. Toen Jnlie in de gezelschapszaal verscheen, Duitschland. Prins H e i n r i c h, die gezond en wel van zjjn Chineesche reis teruggekeerd zich te Berlijn bevindt, heeftop zjjn reis menig avontuur gehad. Toen hjj o. m.ook Siam aandeed, werd hij en zjjn gezelschap door roovers overvallen, die hem eene som van 5,000 franks en twee rjjwielen afnamen. Twee heeren afgevaardigden in den Rjjksdag hebben wat samen geschermutseld naar aanleiding van het debat over het vlootwet-ontwerp. waren mevrouw Elliot en Dora ook reeds daar. Dora stond met den mg naar de deur gekeerd toeu Julie binnen kwam, zocdat zjj niets dan het prachtige van een eenvoudigec gonden kam in heur haar en de elegante klesding kon zieo. »Wie is dat?» duisterde Jnlie oom Rudolf in het oor, deze nu had in de nabjjheid van de deur post gevat, om te zien welken indrnk de ontmoeting van Dora op haar zou maken. //Wie dat is? Het is vreemd, dat gjj uwe eigen nicht niet kent 1» voerde de oude man haar tegenzjjn gelaat drukte eene groote zelf* voldoening uit. //Onmogeljjk zeide Julie, «deze elegant ge- klec.de dame kan Dora Deane niet zjjn.// In de hoop, dat de oude heer zich vergist hail, deed zjj een stap vooruit, jnist toen Dora eene kleine beweging maakte en het gelaat naar haar toekeerde. Nu kon zij niet langer twjjfelen. Zjj verborg zoo goed zjj kon de verrassing, de woede en de jj verzucht die zjj inwendig gevoelde, en ging naar Dora toe, die juist mevrouw Deane en Engenie harteljjk verwelkomde. Toen Julie ech ter bij haar kwam om haar te omhelzen, deinsde zij achteruit. //Zeer trotsch geworden,// mompelde Jnlie en kwam terstond op de gedachte, dat hare moe der Dora mede naar liuis moest nemen. Bjj het borden wasschen en het aardappelenschillen zou sjj die hooghartige houding wel afleereu. Dergeljjke gedachten bezielden haar, terwijl zjj met njjdig oog de nicht achterna zag. Ieder vroeg wie Dora wasieder vond haar schoon, iedereen veronachtzaamde Julie, die onze zaak in Uw eigen hand moge nemen en richten tusschen ons en onze vjjanden. Wjj gelooven dat onze zaak rechtvaardig is kom ons te hulp. O laat geen zonde in het verleden tegen ons roepen om kastjjding, maar luister naar ons Uwe die naren enz.» Een ander voorbeeld «Allerbarmhavtigste Vader, wjj smeeken U nederig, laat Uw beschermende zorg zjjn over hen, die opgegaan zjjn om den strijd van hun land te strijden tot verlossing van de verdrukten en voor de handhaving van de gerechtigheid en de geijjkheid onder de menschen En in een litanie leest men «Mogen al wie onder haar (de Konin gin nl.) gezag uitoefenen, wijsheid ontvan gen van boven mogen wjj waarachtig en rechtvaardig i jju in ons verkeer met an dere volkeren geef Gjj hun aanvoerders (n.l. van de soldaten in Zuid-Afrika) be kwaamheid, moed en geduld eu een vast vertrouwen op U.» Voor de gewonden wordt gebeden: «Wees heer de gewonden genadig, zoo wel onze eigen als die onzer vjjanden Wie denkt bjj het lezen der laatste phrase niet aan het bjj Elandslaagte door de En gelsche lanciers afgespeelde drama? En wie denkt niet ook aan het algemeen onrechtvaardig karakter van den oorlog dien het zelfde biddende Engeland in Zuid- Afrika voert? Het zijn de heeren Dr. H a h n en S z m u 1 a en nu heeft de eerste den laat- sten uitgedaagd tot een tweegevecht op het pistool. De heer S z m n 1 a heett heel verstandig geweigerd. Ziehier hoe de zaak zich toegedragen heeft. De tGermania* had medegedeeld, dat van conservatieve zijde bjj het Cen trum was aangedrongen op verwerping van de vlootwet. Vier conservatieven spraken, op eenigszins opgewonden toon ten gunste der vlootwet, en daarbjj nam de heer V o n Wagenheim de gelegenheid te baat, het verhaal der <Germaniavoor gelogen te verklaren. Hiertegen kwam de Centrum afgevaar digde S z m Q 1 a op, die op zjjn eerewoord verklaarde, in een gesprek met den conser vatieven directeur van den «Band der Land- wirte,» dr. H a h n van dezen de woorden gehoord te hebben«als wij maar eerst die hatelijke vlootwet kwijt zjjnzorg er voor dat er zooveel mogeljjk leden van het Centrum tegen stemmen.» Dr. H a h n, die eerst ontkende deze woorden gebruikt te hebben, moest later de juistheid ervan toegeven doch veront schuldigde zich met de mededeeling, dat ze schertsend gebruikt wareu in een on schuldig gesprek in den foyer. Te Berlijn viert men feest, en zeer te recht. Bij een diner heeft keizer W i 1- h e 1 m een toast uitgebracht, waarop prins H e i n r i c h antwoordde met een Hoch op den Keizer. De Prins verzekerde dat hjj steeds werd aangespoord door de gedachte, dat de Kei zer achter hem stond, zooals de vloot achter den Keizer. Die gedachte wakkerde hem en de officieren aan tot steeds nieuwe bemoe digende daden. De Duitschers in Oost-Azië zijn trouwe vaderlandslievende onderdanen. De Prins verzekerde, dat iedere dienst voor Keizer en vaderland hem, als steeds, op zjjn post zal vinden. Voor zoo'n eensgezindheid en trouw van een Vorstenhuis moet men eerbied hebben en gelukkig is te prjjzen een volk, dat door zulke vorsten in onze dagen van beroering en willen omverwerpen vanAltaar en Troon, wordt geregeerd. Engeland. Het Engelsche leger heeft in den o /rlog van Zuid-Afrika reeds meer dan tiendui- bleek van ergernis, zich weenend terugtrok. //Zjj zal af den tjjd hebben, zioh hare aan matiging te berouwen,// sprak zjj bjj zich zelve en deelde tegel jj k hare moeder mede, dat zjj had besloten naar Dun wood terug te keeren. „Ik zou liever in Kamschatka zjjn, dan hier met Dora tc bljjven,» zeide zjj, „de heer Haa- tings stelt niet het minste belang meer in mjj, en behalve dat haat ik den ouden boeboe met zjjn boosaardigen glimlach.// Mevrouw Deane stemde gaarne in het vertrek toehet verbljjf in Saratoga was haar bo vendien onaangenaam genoeg geweest. Maar ten opzichte van Dora of die geneigd zon zjjn met haar mede te gaan, gaf zjj haren twjjfel te kennen. „Waarom?" dus viel Julie uit, «heeft hare moeder haar niet onder uwe hoede gesteld, moet zjj u niet gehoorzamen Mevrouw DeaDe gaf toe en zeide mevrouw Elliot dat het haar plan was, om Dora mede naar Dun wool te nemen. „Ik ben u zeer er- kenteljjk voor alles wat gjj aan het meisje hebt gedaan,// zeide zjj «maar wjj kunnen Dora onmogeljjk langer missendus mjjn kind» sprak zjj tot Dora «moet gjj nw goed in pakken en gereed maken, om morgen met ons te vertrekken.» Het was gelukkig, dat oom Rudolf er niet bjj te genwoordig was, hjj had zich zeker verraden. Ook Herbert was afwezig, dus zag mevrouw Elliot lioh genoodzaakt op dat aandringen te antwoorden. Wordt vervolgd.) HÜRLEII^tHE (fOURilT. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem 1,10 AGITK MA WOW AGITATE PRIJS DSB ADVERTENTIKW - nuf i^i iijm 30.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1900 | | pagina 1