NIEUWE
uiè'óGoilanb.
Amsteriamsche Brieven.
No. 4490.
Donderdag 17 Mei 1900s
25ste Jaargang.
De Verloren Zoon.
B U i T E iN L A N D.
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p, 1,40
V oor het buitenland f i t 2,80
Afzonderlijke nummers0.03
Dit blad verschijnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
BïïBEAü: St. Janstraat Haarlem.
PHIJS D33 ADVBBTMIfTHN\
ACHTE MA NOW AG-IT ATB
Van 16 regels50 Cent
Elke regel meer71/»
Groots lettert worden berekend naar plaatsruimte!
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant
Redacteur-Uitgever, W. KüPPÏRS.
15 Mei 1900.
Toen ik mjjn vorigen brief geëindigd had,
bemerkte ik, dat ik mij door het enthou-
siasmus voor da Koningin en voor de
Boeren-depetatie zoodanig heb laten mede-
sleepen, dat ik met geen enkel woord ge
rept heb van wat op dat oogenblik toch
geheel Amsterdam in spanning brachtde
werkstaking der typografen, die ons op een
gegeven oogenblik zelfs de courant onthield.
Verbeeld u, iemand, die geregeld in cou
ranten schrjjft en daar 's avonds of 's mor
gens zjjn courant niet krijgt, of een stuk
courant, een schjjntje van een courant. En
dan niet boos te worden En dan een Am-
sterdamschen brief te gaan schryven en de
heele werkstaking er in te vergeten in plaats
van de fiolen van zijn toorn uit te storten
op hen, die de schuld zjjn van die werk
staking de schuld dat bij geen courant
krjjgtBewonder dan het geduldde
lankmoedigheid van uw Amsterdamschen
briefschrjj ver, waarde lezer, of bewon
der ze niet, ah gij wilt, maar beken dat
het erg vervelend wordt met die werksta
kingen I Erg vervelend, te vervelend om
er nog over te schrjjven. De een heeft nau
welijks gedaan met werkstaken of de ander
begint al weer! Gelukkige lui toch die van
tjjd tot tjjd zoo eens werkstaken kunnen.
Ik kan nooit werkstaken ik heb er geen
tjjd voor en als ik het doe stoort er zich
niemaud aan, maar men zou my laten werk
staken en ten slotte laten honger lijden.
Ik werkstaak dus niet, maar ondervind van
tjjd tot tjjd al het vervelende van het werk
staken. Bijzonder die van de typografen
hinderde my, want ik kreeg mjjn couran
ten niet. En zie, dan komen de patroons
met een heel deftig en lang manifest en
bewijzen u op een prik hoe groot onge
lijk de stakers hebben en hoe zij de beste
patroons van de wereld zjjn en gaarne wil
len overleggen en uwe lankmoedigheid
roepen zjj dan in, omdat er geen krant komt.
FEUILLETON.
73
Vervolg)
*Dat die steenen de lickamen van de geloo-
vigen vermorzelen 1* riep Fstime, terwjjl ze bij
haar moeder kwam en de gevangenen met geen
blik verwaardigde, </de honden zjjn het edele
bloed niet waard, dat vergoten wordt,waarom
laat vader de stad niet van alle kanten bestor
men Als eerst de honger en de ziekte ginds
die Christenen machteloos maakt, zal dj roem
geringer zjjn en de gevangenen die wij maken
zullen ook niet geschikt zjjn voor den arbeid
Een smartelijke trek kwam om den mond
van Dione maar afgezien er van, dit zjj het
lievelingskind van haar gemaal, ofschoon het
haar dochter was, hare gedachte niet dnrfde
openbaren, waarschuwde haar ook de nabjjheid
van Ajjescha, wier blik loerend op haar was ge
richt, voor een onberaden antwoord.
//Vraag et uw vader zelf naar,// antwoordde
zjj, //maar wie leerde er u aan twjjfelen, dat zjjn
verstand een dwaalweg zoude inslaan Er zjjn
veel ontevredenen ia het leger, wilt gij voor
hen het woord opnemen
Fstime sloeg de oogen beschaamd neer.
/rik ben de ooreaak van don twjjfel uwer
dochter,* nam Ajjescha het woord.
win vertrouwen kan ik u zeggen, dat de sol
daten reeds morren en ook mjjn gemaal kan de
Janitiaren niet langer meer in bedwang houden,
Maar dan komen de stakers met een nog
groofer manifest en bewijzen u nog haar
fijner, dat de patroons groot ongelijk heb
ben en heel hard voor hen zijn geweeat en
lang niet scheutig met tegemoetkomingen
om het lot van de arme typografen te ver
zachten en dat zjjde typografen een
engelachtig geduld hebben gehad, maar nu
waarlijk niet langer kunnen wachten om
hunne zeer bescheiden wenschen ingewil
ligd te krijgen en dat het hun wel spijt
maa' dat zij het werkelijk niet helpen kun
nen, dat gij uw krant niet krijgt.
En wat doet gij dan Wien geeft gij
dan geljjk Dat weet gij immers zelf
niet, want wat kent gij eigenlijk van
het heele typografen-vak en van de ver
houding tusschen de typografen en hun pa
troons Er over oordeelen kunt gij niet;
en op die manifesten afgaan ook niet
want ieder veegt het voor zijn eigen deur
schoon. Maar vervelend is het, erg ver
velend.
Nou, ik denk, dat het niet lang zal du
ren zoo zoetjes aan heb ik al weer een
tameljjk fatsoenlijke courant gekiegen.
Ha 1 Wat is een measch toch zelfzuchtig!
Nu ik maar weer mijn krant heb, zou ik
de heele werkstaking wel kunnen vergeten!
Nu jade werkstakingen worden ook
zoo alledaagscb, dat het mooie er van af
is. Men kan ze haast niet meer bijhoudt-n.
Zoo ver schreef ik al acht dagen bjjna
geleden en nu is de typografeu-werksta-
king nog al niet uit, maar weinigen storeu
er zich nog aan, want de meeste couran
ten worden heel gewoon gedrukt en ik ge
loof, dat het publiek niet veel meer met
die werkstakiug op heeftsinds de heer
Polak van den Diamantslijpers Bond
zich daarmede ook al bemoeit. Wat heeft
die er toch mede te maken
Maar nu gaan de slagersknechts staken!
Maar alleen s'echts op Zondag Nu, daarin
kan ik hun geen ongelijk geven. Zoo'n wprk-
staking op Zondag, dat ljjkt me zoo kwaad
niet. Dat op Zondag werken beviel mij
als da G oot-Vizier nog langer talmt mat het
ontrollen van de groene vaan. Hij zegt, rt*t he;
nuttelooze offers zijn, die by dazen strjjd vallen
Weenen moet als een rjjpe vrucht vallen, als men
den boom schudt.//
//Wie tegen den Serdar mort, verliest zjjn
hoofd,* antwoordde Dione.
//Ik zal uw vertrouwen niat misbruiken, maar
een verstandige vrouw mengt water in den ver
boden wjjn die het bloed van haar man ver
hit."
//Niet ieder beheeracht haar heer, zooals de
ve"«tandige Dione den Groot- Vizier* sprak Aijo-
scha, *?n ik sidder voor Said, hg verlangt naar
de bes'orming en den bui*, als een dorstige
nam het water. Zij a hart verlangt naar roem en
buit om zijn smart te vergaten. Hg zou zich
in de Cüristenhuizeit kunnen storten eu de eerste
zijn,die dat heidem-ch kruis tan den dom haalde.
Rukt den j ikhils het vleesch van het schaap
nit den bek en beproeft dan, of hg naar de
stem des verstands luistert I*
»D*n vreest hij da Degels van den leeuw,*
antwoordde Dione en brsk het gesprek Bf, ter
wjjl zjj de Prinsessen, die dit gesprek niet had
den verstaan omdat het in de Tuiksche taal
was gevoerd, wenkte, om haar in de tent te
volgen.
De misnoegdheid, waarvan de Ajjescha zich
de tolk had gemaakt, was gerechtvaardigd. De
Groot Vizier had den tocht naar Weenen
zoo vlug en gelukkig uitgevoerd, dat men aan
nemen kon, dat da stad slecht was geprovian
deerd, de honger en de vrees voor zjjn wraak,
als men hem door langen weerstand vertoornde,
nooit. Voor werkstaken ben ik niet en men
kau mij het geoorloofde en wettige der werk
stakingen heel moeiljjk in het hoofd pra
ten, al doen soms de R. K. Yolksbonders
mode maar Zondagrust en nachtrust
ja, het eene is een plicht, en het andere
een recht, voor ieder mensch.
Duitschland.
In de Duitsche pers en ook in de hooge
kringen hebben de sympathiebetuigingen
van keizer Wilhelm jegens Engeland
nog al verzet verwekt.
Baron Thüngen kwam in naam van
Zuid-Duitschland op tegen 's Keizers bui-
tenlandsche politiek en «die herhaalde
bljjken van sympathie en vriendschap voor
Enge'and, welke voor iederen Duitscher
als een slag in het aangezicht zjjn.»
De Engelschen brengen natuurlijk tegen
over dit alles den Duitschen Keizer niets
anders dan lef. Zij zeggen tegen beter
weten in spottend met het recht, dat keizer
Wilhelm, beter inziet wat Duitschland's
belang is dan het Duitsche volk, dat ver
blind is door eene misplaatste sympathie
voor de Boeren en een verkeerde opvatting
van dezen oorlog.
Engeland.
Op een meeting, die Zondag te Londen
gehouden is, heeft de heer JohnBurns,
socialistisch afgevaardigdede volgende
definitie van het imperialisme van den heer
Chamberlain gegeven«Wij schil
deren de kaart rood. Wjj behouden wat
wjj hebben en stelen wat ons niet toebe
hoort. Wanneer onze troepen in Engeland
terugkomen, zullen wjj 280000 Boeren in
uniform hebben.»
Amerika.
Gisteren-morgen is de Boeren-deputatie
der Zuid-Afrikaansche Republieken te New-
York aangekomen.
Door leden van een ontvangst-Comité
ten gunste der Boeren werden de heeren
naar het stadhuis geleid, waar zij ontvan-
gen werden door den Burgemeester, die
j hun mededeelde, dat hun het burgerschap
der stad New-York geschonken was.
zouden gauw de verdedigers noodzaken de stad
I over te geven.
Hjj vergenoegde zich er dus - mee, mat de
omgeving te verwoesten, de stad allen toevloed
af te snijden en door dageljjksche aanvallen de
verdedigers af te matten.
Zoo vergirgan echter weken en,, men kwam
niet verder met de belegering. Wat men in een
nacht had verwoest, wat men door een b.s'or-
ming had vernield, stond den volgenden morgen,
na eenige urer. arbeids weder trotsoher en ster
ker dan te voren. De Groot-Vizier had gezegd
m weinige dagen het Kruis in den Donau te
storten er waren weken voorbijgegaan en hjj
b?d nog niet een bolwerk vernield. Maar de
jjdele man jlachte met de volharding der
Wseners in het bewustzijn van de overmacht,
waar over hij beschikte. Hjj sprak bij zich zelf
dat de hooger en de ziekte de verdedigers van
Wennen gauw zouden uitputten, en hjj had tjjd
om daarop te wachten.
Tevergeefs bestormden hem de bevelhebbers
drr troepen, bjjzonder ook Emmerieh Tö ö'y
om een algemeenen aanval te commandearen,
waardoor Weenen veroverd zou worden voor er
hulp kwam.
//Liat de Keizer oen leger verzamelen,* zeide
hjj, *wjj zijn sterk genoeg om het te vernietigen,
e:r het de muren van Weenen ziet. Maar wie
zonde zoo dwaas zjju, zich den Sultan tot vjjand
te miken, om ondankbaarheid van het huis
Habsburg te oogsten De Keizer heeft er zelfs
voor gezorgd, dat hjj geen vrienden heeft. En
sedert wanneer vreest de geloovige voor een slag
met de Christenen
Ook de gemeenteraad ontving de afge
vaardigden der Boeren en nam een motie
aan, waarin hun sympathie werd betuigd.
Het New- York Journal begroet de Boe
ren-deputatie met een reeks van heil wen
schen van een groot aantal inrloedrjjke
mannen.
Uit ons land seinde de voorzitter der
Eerste Kamer, de heer Van Naamen
E e m n e s
«Nederlands vaste overtuiging ii dat
uw recht, vrjjheid en onafhankeljjkheid kunt
krjjgen door deze groote natie, de Ver-
eenigde Staten. Mocht gjj slagen».
Dergelijke wenschen werden gezonden
door prof. Momsen, Liebknecht,
Olga Novikoff, JohnRedmond,
dr. John Clifford enz.
Oostenrij k-H ongarije.
De Oostenrjjksche minister van Buiten-
landsche Zaken, graaf Ag en or Go la
ch o w s k i, heeft in zjjn jaarljjksche poli
tieke toespraak gewezen op de vredelie
vende verstandhonding der Europeesche
Mogendheden. Ook sprak deze Minister
over den strijd in Zuid-Afrika en draaide
aardig met het volkenrecht.
Hjj zeide reeds verleden jaar de verwach
ting te hebben uitgesproken, dat die strjjd
zal gelocaliseerd bljjven en op de Euro
peesche zaken niet vui directen invloed
zou zjjn uit den loop der gebeurtenissen
is de juistheid dier verwachting gebleken,
zeide de Minister; en hjj hoopte dat ook
in de toekomst Europa bewaard moge
bljjven voor onaangename verrassingen
als gevolg van dien strjjd. Dit eene was
hem duideljjk gebleken, dat eene vriend
schappelijke interventie, om den strjjd
spoedig te doen eindigen, onmogeljjk is.
Desniettemin meent hjj toch wel den
wensch te mogen uitspreken, dat de strjjd
weldra moge geëindigd zjjn.
De Minister bracht hierbjj tevens de
quaestie der neutraliteit ter sprake; hy
weerlegde de beschuldiging, dat de mo
narchie de onzjjdigheid zou hebben geschon
den, door aan Engeland gelegenheid te
geven, in Oostenrjjk en Hongarjje paarden
te koopen. Hoewel deze beschuldiging reeds
in de parlementen door de Regeering is
weersproken, meende de Minister toch ook
in de vergadering der delegatie ts moeten
protesteeren tegen de geheel willekecrige
Kara Musfapha spaarde geen meDtchenbloed,
maar uit hebzucht liet hjj de stad niet bestor
men. Hjj hoopte de stad tot de overgave te
dwingen, vroeger of later moesten de amunitie en
levensmiddelen opraken, moesten de krachten
den belegerden begeven. Overwon hjj de stad
door een aanval dan kon hjj de soldaten niet
verhinderen, ze te plunderen, eu hjj wilde een
rjjke buit voor zich en den Sultan.
Hjj vleide zich met de hoop, stadhouder van
een nieuw Turksch gebied te worden, waarvan
de hoofdstad Weenen zou zjjn. Zou hjj een stad
aan de plundering prjjs geven, die hjj tot de
capitulatie kon dwingen, die hjj reeds als zjju
eigendom beschouwde
*Neen,* sprak hjj vertrouweljjk tot Dioue,
*men verwoest niet zjjn eigen gebied. De schat
ten van Weenen, zjja kerken, die ik in Moskeen
zal veranderen, en de gedenkteekenen, welke
dan de Mahomedaansch geworden stad zullen
sieren, sjjn van mjj, ik zal ze voor mjj behou
den. Nog een weinig geduld en alles zal tot
roem van da Osmanen eindigen.
Dione sterkte Kara Mustapha in dit voorne
men, dat God hem scheen ingegeven te hebban
om de Keizerstad te redden zjj zette hem aan
tot kastjjding der morrende bevelhebbers, zjj
zfide hem, dat het voornameljjk Said was, die
het te verantwoorden had, als de woeste Janit-
saren reeds hun ongeduld durfden tooneo.
Werdt vervolgd.)
l R111
ABOÏÏÏÏBMSNTSPBIJB
Per 3 maanden voor Haarlem ƒ1,10
i