NIEUWE
WagBlaó voor eSfloorè- on Suió-eXollanó.
Wetenschap en Christendom.
No. 4534.
Donderdag 12 Juli 1800,
25ste Jaargang,
s.
Het Noodlot,
BUIT E i\ L A N 1).
de
en
abohnementspbijs
Per 3 maanden voor Haarlem /1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40
Voor het buitenland i 2,80
Afzonderlijke nummers, s «0.03
Dit blad verschjjnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
BVBBlïï: St. Janstraat Haarlem;
Van 1—6 regelsi i i 50 Cent
Elke regel meer71/,
Groote letters worden berekend naar plaatsrnimte|
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant
Redacteur-Uitgever, W. KAPPERS.
Als één der grootste slagwoorden van
onzen tjjd wordt gebruikt het woord We
tenschap* welk woord buitengewoon véél
op een hoogst belachelijke wijze misbruikt
wordt. Alle mogelijke humbug zeilt ouder
de vlag <Wetenschap»on maakt onder dezen
gewichtigen titel minstens aanspraak op
verdraagzaamheid, juist zooals vele lokmid
delen van ontucht als «edele kunst» willen
gelden.
Vooral de sociaal-democraten beroemen
zich overal op hunne wetenschapzoodat
iemaod eens de spottende uitspraak deed
«Gelijk een suikerbrood alles suiker is, zoo
is van de sociaal-democratie alles weten
schap.»
Overigens is de onhebbelijkheid, om alles
als wetenschappelijk te waarmerken, over
al de wetenschap heen te dragen en in de
wetenschap alle heil te zoeken, tegenwoor
dig eene bjjna algemeen heerschende ge
woonte geworden. Men waardeert de men-
schen niet meer volgens de zedelijkheid
maar volgens de ontwikkeling en men wil
ze verdoelen in beschaafde en onbeschaafde
menschen, zonder ook slechts een maatstaf
hiervoor te bezitten, waar dan eigenljjk de
ontwikkeling, de beschaving begint.
Iedereen, die het woord 1 beschaving, ont
wikkeling, eenmaal gehoord heeft, rekent
zich zelveu onder de beschaafden en ont
wikkelden en deze berekening is in zoo
verre juistals dit begrip eindeloos rek
baar is. Hoogmoed en aanmatiging zijn dan
de voornaamste vruchten van deze moderne
ontwikkeÜDgs-zwg meling.
Wie het geloof van zgne jeugdige jaren
verloren heeft, verbeeldt zich gewoonljjk,
dat zjjn wjjs beleid, zjjne wetenschap van
dit verlies de schuld is maar dit is
eene jjdele inbeelding. Het geloof, en ook
het ongeloofkomt niet uit het verstand,
maar uit het hart des menschenevenals
alwat goed en al wat kwaad is, uit's men
schen hart komt.
FEUILLETON
Vervolg.)
Te liulp, doctoren, roept de rechter van
instructie door de geopende deur van de zjjkanaer.
Beide geneest eer on snellen toe.
De smart heeft hem ter aarde geworpen,
zegt de rechter van instructie, terwijl hg op
den markies wjjst.
Arme man, hg trekt zich het verlies wel aan.
De markies is niet bewusteloos.
De artsen helpen hem opstaan, geleiden hem
het slaapvertrek uit,naar de zjjkamer op de canapé.
Daar zinkt hg uitgeput op neer, hg beeft over
het geheele lichaam.
Het is anders niets dan een plotselinge
duizeling, zegt hg fluisterend. De gedachte aan
den dood, die zoo ongeroepen komt, als een
dief in den nacht, dat is hei. Een glss water,
als 't u blieft.
De inspecteur van politie schenkt een glas
rooders wjjn in uit een ileich, die op een hoek
tafeltje staat en brengt het hem.
He markies wjjst ontzet het glas met den
bloedrooden inhoud af.
Neen, neen, geen wgn, water.
Zjjn houding verbaast de heeren bjj dezen
gemoedstoestand niet.
De inspecteur ran politie brengt bem een
gla* water, dat de markies met één teug ledigt,
als (machtte hg van dorst.
Het ongeloof is niet de vrucht van het
rjjpe verstandmaar de vrucht vau een
verkeerden wil en van een bedorven, hoog
moedig hart.
Geloof of ongeloof heeft met de ont
wikkeling van een mensch weinig of vol
strekt niets te maken het ligt niet in het
weten, maar in het willen. De hoogste we
tenschappelijke ontwikkeling en kennis, en
het diepste nederig geloof' en de zielenvrede
kunnen heelgoed samengaan maar onge
loof eu zielenvrede kunnen niet samengaan,
want «de goddeloozen hebben geen vrede».
Non est pa.i impiis.
Eene gevaarlijke dwaling is derhalve de
zóó verbreide meening, alsof het christelijk
geloof en de nieuwe wetenschap met haar
overbluffende uitkomsten niet meer met el
kaar zouden overeenstemmen, en alsof daar
om of het geloof óf de hedendaagsche ver
lichting zou moeten terugtreden. Zelfs chris
telijk gezinde menschen schjjnen menig
maal te vreezen, dat de vooruitgaande we
tenschap werkelijk eerlang aan de chris
telijke leer verlegenheid zal kunnen berei
den. Maar hoe dwaas en onverstandig is
die vreezeWaar is dan de bron van alle
en van elke wetenschap Die bron is niets
anders dan de eeuwige Wijsheid, alzoo niets
anders dan Christus zelf.
Ook in den Bjjbel wordt God genoemd
een God van wetenschap. Ook de natuur
en de natuurwetenschap kunnen niet be
staan zonder Christus. Al het natuurljjke
komt, evenals al het bovennatuurlijke, van
Christus welnu, in Christus bestaat er geen
tegenspraak derhalve kan de degelijke
ware wetenschap nooit ofte nimmer, zelfs
niet het allergeringste ontdekken, wat met
het ware Christendom in strgd is. Wan
neer het niettemin toch dikwijls zóó sckjjnt
te zjjndan is ofwel de wetenschap op
een dwaalspoor en dit zal vroeg of laat
altjjd aan het daglicht komen ofwel de
christelijke leer wordt door vele lieden be
perkt of verkeerd opgevat.
Wat baat overigens alle wereldsche en
Hjj blijft op de sofa liggen en wacht af, wat
er verder gebeuren zal.
Hg verlangt er kaar Stein, aU den moordenaar
te zien.
Om Anna doet het hem in stilte leed.
Zjj it zoo schoon.
DE AANGEWEZEN MOORDENAAR.
Luitenant Paul Von Dahlen snelt in storm
pas de Diplomatenstraat nit. Hjj bevindt zich
in grooie opgewondenheid. Allerlei tegenstrijdige
gewaarwordingen houden hem bezig. Hg denkt
aan den moord, aan Stem, aan Anna en beeft
voor den plicht, dien hg op zich heelt genomen.
Doch deze gedachte schudt hjj als iets onaan
genaams van zich af, wapent zich met moed en
verdiept zich in gedachten aan het geluk, dat
hg eensklaps deelachtig is geworden.
Thérèse heeft hem op dat vreeseljjk oogen-
blik, toen hg meende den grond onder zich te
voelen wegzinken, haar liefde verraden, hem.
omhelsd, hem in haar armen gesloten als haar
verlooide.
Wanneer hjj weinige dagen geleden had kuE-
nen hopen, de hand van Thérèse te verkrjjgen
dan zou er veel niet gebeurd zjjn.
Nu moet hij zgn geheele leven een duister
geheim met zich sleepen, sidderen voor elke
minuut, omdat het toch ontdekt kan worden,
hoe vast hg het ook verborgen waant.
Zware zuchten komen over zjjn lippen.
Doch weg met dergeljjke vrees, in het tegen
woordige geleefd, op het geluk vertrouwd, aan
het einde niet gedacht.
geestelijke, degelijke zoowel als niet-dege-
lijke ontwikkeling en wetenschap zonder
christeljjke deugd De ontwikkeling over
wint d n duivel niet. Het weten alléén
maakt niet zalig. Ongeloovige geleerden
«ooals bekend is, jammeren erover, dat de
ontwikkeling den vrede des harteo verbant,
doordat men door de wetenschap het ge
loof verliest. Maar deze bewering is vol
komen onjuist. Door de wetenschap heeft
nog nooit iemand het christelijk geloof ver
loren, maar wel door wetenschappelijken of
onwetenscbappelgken hoogmoed. Hoe kun
nen dan ongeloovige geleerden voor wie
niets heilig is dan hun eigen wijsheid, ver
dienen gelukkig te zgn
Duitschland.
Keizer Wilhelm zal niet naar Enge
land gaan om de regatta te Cowes bij te
wonen. De Norddeutsche Zeitungdie zulks
mededeelt, zegt er niet bjj, dat de Duitsche
Keizer de houding van de Engelschen in
zake China ten hoogste afkeurt.
Bij het vertrek van de Kurjürst fried-
rich Wilhelmheeft keizer Wilhelm
gezegd
«Gij zpjt de eerste pantserdivisie welke
ik naar het buitenland zend. Bedenkt, dat
gjj met geslepenmet moderne wapenen
toegeruste tegenstanders hebt te strjjden
en wreekt vergoten Duitsch bloed, spaart
vrouwen en kinderen. Ik zal niet rusten
tot China ter aarde geworpen is en alle
bloedbaden gewroken zgn. Gg zult met de
soldaten der verschillende naties te zamen
strijden, behoudt steeds de goede kameraad
schap.»
Keizer Wilhelm aanvaardde gis
teren-voormiddag, aan boord van de Ho-,
henzollern, zgn reis naar Bergen, onder
saluutschoten der in de haven liggende oor
logsschepen. Het schip werd begeleid door
de dépêchestoomboot Sleipnerhet advies
jacht Greif en verscheidene torpedobooten.
Frankrijk.
Te Pargs heeft een allerzotste wedstrgd
plaats gehad, n.l.een schoonheidswed-
strgd.
De lichtzinnigheid breidt haar vleugels weer
over hem uit en verdrjjft zijn zorgen.
Hjj denkt nu alleeu nog aan zjjn plicht, aan
de arrestatie van Stein.
Deze ia onderofficier bjj een regiment infan
terie.
Als Faal op het ruime plein der kazerne
komt, dat door donkere, drie verdiepingen hooge
gebouwen is ingesloten, staat het geheele regi
ment reeds voor het appel verzameld.
Hjj snelt naar den commandant, maj ;or Von
Thargau, groet hem en spreekt
Majoor, ik heb u een dringende mede-
deeling te doen, die geen uitstel kan ljjden.
Spreek, luitenant, beveelt deze. Gjj ziet er
zoo opgewonden, zoo ontsteld uit, wat is ar
gebeurd
In den afgeloopen nacht is miju oom,
de geheimraad Von Bosse, vermoord, door mis
dadige handen verstikt en beroofd.
De majoor wijkt verbaasd en ontsteld een
schrede terug.
Inderdaad, dit bericht verrast en treft mg,
maar wat heeft dat met de aangelegenheden van
den dienst te maken?
Zeer veel, majoor, antwoordt de luitenant
snel. De moordenaar is een militair van dit rs-
gimentde onderofficier Stein.
De verbazing van den majoor neemt toe, hjj
meent niet goed verstaan te hebben.
Stein P De onderofficier Stein De braafste
man van het regiment? Onmogeljjk!
Ja, majoor, er valt helaas niet aan te twjj-
felen, dat hjj de moordenaar is.
De bewjjzen 1 roept de majoor haastig
Men kan begrijpen hoe moeilgk het was
voor een Jury, die de dwaasheid had zulk
een taak op zich te nemen, tegenover de
mededingsters een oordeel uit te spreken,
't was voor haar moeilgk en hoogst on
dankbaar.
Met algemeene stemmen werden mej.
Madeleine de Beauregard van
Marseille en mej. CarmendeVillers
van Guelna uit de provincie Constantine,
voor het mooiste gelaat tot schoonheids
kampioen geproclameerd. De hoogste prjjs
verwierf mej. Jeanne Sally.
Engeland.
De werkstaking aan.de dokken te Londen
is geëindigd. Bg het comité van de dok
werkers is aan het eind der vorige week
bericht ingekomen van de hoofden der
cargadoorsfirma's in betrekking staande tot
de Citylgu in de Victoriadokken, dat eene
commissie uit den cargadoorsbond in dat
dok zitting hield, om de quaestie te be
handelen.
Bepaald werd, dat als de mannen weder
aan het werk wilden gaan, en twaalf uren
van te voren waarschuwden, alle stakers
dan het oude werk kouden opvatten, en
dat er dan eene overeenkomst zou worden
opgemaakt welke zoowel voor patroons
als voor de werklieden gedurende twaalf
maanden bindend zou zgu. Iu eene verga
dering vau dokwerkers werd hierover ge
stemd en met een meerderheid van 255
stemmen werd besloten weer aan 't werk
te gaan.
Onder de Britten wint het verbran
den van hun lgken meer en meer veld.
Te Hull is een volks-crematorium opge
richt. Tol nu toe bestond slechts een crema
torium te Woking, terwgl er nog een of twee
privé-ondernemingen waren, waarin slechts
tegen buitengewoon booge prgzen lgken
werden verbrand.
Amerika.
Eene vreeselgke hitte heeft te New-York
geheerscht. Drie dagen lang was het snik
heet, de temperatuur steeg tot 100 graden
Fahrenheitterwgl een regen viel, waar
door de stad een stoombad geleek.
Een aantal menschen zgn naar de gast
huizen gebracht, enkelen verloren hun ver
stand en anderen pleegden zelfmoord. Na
de vreeselgke hitte begon het teonweeren
en te waaien. Gebouwen werden bescha-
uit. Ik rertrouw op uw eerewoord, maar ik kan
Stein niet in staat achten tot znlk een gruwelstuk.
Ik wilde er eerst zelf ook niet aan ge-
looven, majoor, antwoordt de lnitenant, maar
de bewjjzen zgn zoo stellig, dat er niet aan ta
twjjfelen valt.
Hjj vertelt au uitvoerig de misdaad en het
onderzoek.
De majoor is verrast, ontsteld, diep getroffen;
toch twjjtelt hjj aan de schnld van Stein, ondanks
alle bewjjzen.
Heeft de kamenier Anna dan demisdaad
bekend en Stein als den moordenaar aangewezen?
vraagt hjj.
Neen, zjj looohent.
Waarom zon Stein den ouden heer ver
moord hebben? Hebzuchtig of wraakgierig ia
hjj niet.
De luitenant haalt de schouders op.
Stein schjjnt een huichelaar te wezen, die
zjjn ware gedaante goed weet te verbergen en
Anna is zjjn waardige gezellin.
Hoeveel heeft de moordenaar buitgemaakt
Meer dan anderhalf millioen in effeoten
en goud.
- Zooveel Ik sta verstomd. En dat reus
achtig vermogen zou Stein gestolen hebben
Ik heb op verlangen van den reehter van
instructie de taak op mjj genomen, den onder
officier Ludwig Stein te arresteeren, zegt de
luitenant.
Ik hoop, dat Siein zich zal weten te recht
vaardigen en wil hem eerst zelf in verhoor
nemen.
(Wordt vervolgd.)
C0UR41
PBIJS O SB ADVBBTBIPFIBN,
AGITS MA SOB AGITATE.
18