NIEUWE
)ag6laó voor
en S/uió'éCollanó.
Amsterdamsche Brieven.
No4551.
Woensdag 1 Augustus 1900,
25ste Jaargang,
Het Noodlot,
BUITENLAND,
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem i 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40
Voor het buitenland I2,80
Afzonderlijke nummers, i<0.03
Dit blad verschijnt
iagelijk»behalve Zon- en Feestdagen.
BIJ BB ATT: St. Janstraat Haarlems
PRIJS DBR AD VERTE NTIEN,
Van 16 regels 50 Cent
Elke regel meer7l/t
Groote letters worden berekend naar plaatsruimtef
AGITB MA WON AGITATE.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant
Red a o t e ur-CTi t g e v e r, W. KAPPERS.
28 Juli 1900.
Ik zit te pullen van de warmte, maar dat
belet niet, dat ik mijn woord houden en
schrjjven moet, hoe onheilspellend het woord
ook klinke
Gedicht uit plicht
Gelukt niet licht
Eu wankt op leemen voeten.
Bovendien is het bp de warmte uiter
mate rustig te Amsterdam. lu deu Gemeen
teraad worden thans weinig zaken van in
grijpenden aard behandeld, de commissaris
van politie gaat een maand vacantie ne
men, de straten worden hier en daar wat
opgelapt en verbeterd, sommige grachten
worden uitgebaggerd, hetgeen voor de in
de nabpheid wonenden geene aangename
neusprikkeling is, vele Amerikanen hebben
hunne tenten hier opgeslagen en rpden in
lange tiles van rijtuigen ik telde er op
zekeren morgen in de veertig door de stad
en hare omstreken dat komt door de Pa-
rpsche Tentoonstelling, welke duizenden
Amerikanen lokt en Amsterdam krjjgt dan
ook en passant een bezoek, (onde kennis,
weel je), en ziedaar het voornaamste, wat
heden te melden valt. Niet veel, zal men
zeggen, en men heeft geljjk, en het zon
niet de moeite waard zjjn geweest om er
in deze drukkende warmte een brief over
te schrjjven, ware er niet iets in Amster
dam, dat werkelijk eenige luiden in span
ning houdt, dat voor de Katholieken van
belang is en dat in de laatste dagen dan
ook enkele katholieke pennen in bewe
ging heeft gebracht. Het is nameljjk de
kwestie van den katholieken werkmans-
candidaat, eene speciaal Amsterdamsche
kwestie, omdat men er nergens anderB dan
in Amsterdam over denkt, speciaal een ka
tholieken werkman te candideeren, omdat
voor deze candidatuur de persoon in Am
sterdam, als het ware, is aangewezen, zoo-
FE DILLE TON.
Vervolg.)
35
Uet kan u ontgaan zjjn. Hebt gjj ge hoord dat de
beklaagde tegen Anna zeideBehoud dien hand
schoen maar en naai een opengesprongen naad
dicht.
Ik heb geen acht geslagen op hetgeen
beiden met elkaar spraken. Ik groette vluchtig
en ging het paar voorbjj.
Deze handsohoan is later onder het bed
v»n den vermoorde teruggevonden. Waarschjjn-
lpk is hjj door den moordenaar verloren.
Edelachtbare, dat bewjjst slechts, dat Stein
en Anna den moord in gemeenschap hebben
gepleegd. Het meisje moet den handschoen heb
ben laten vallen, toen zjj haar beminde hielp,
1"Ün armen oom te verstikken.
Stein werpt op n een verdenking, lui
tenant, als aoudt gjj zjjn beminde den hand
schoen ontstolen hebben,
D»t iB ia8ter( roept de luitenant opge
wonden nit. ik begrjjp niet hoe men nog
eenige wa*rde kan hechten aan de leugens van
Stein.
luitenant, vermaant da president.
Gjj ontkent dug den handsohoen gestolen
te hebben
Stellig, die verdenking wierp ik verre
van mjj.
De luitenant rioht zich trots op.
Daarop wendt de president zich tot Stein.
Beklaagde, gjj boort dat de getuige uw
dat men dan ook eindelijk hem maar met
naam en toenaam genoemd heeft, ieder
wist toch, wie bedoeld werd, al staan ook
nog Gen paar andere namen naast hem,
maar een beetje van achteren.
In 1897 heeft deze candidatuur er wel
wat en ik weet dat beslist zeker toe
bjjdragen en wel wat meer, dan men toen
vermoedde, dat de geheele verkiezing in
Amsterdam een echec is geweest voor de
Katholieken, en ik acht het daarom een
gelukkig verschijnsel, dat men deze kwes
tie vroeg genoeg op het tapijt brengt. Is
zjj dan van zoo groot belang Ja, in zoo
verre zij weder verdeeldheid kan brengen
onder de kiezers, van wie er misschien heel
wat weder niet op een candidaat-werkman
zouden willen stemmen,terwjji anderen weder
aan den strjjd niet anders zullen willen
deelnemen dan met een candidaat-werkman
of tenminste met een werkmans-candidaat
wat niet hetzelfde scbjjnt te zijn.
Het is te hopen, dat men alle katholieke
kiezers te Amsterdam ten opzichte van die
kwestie voor dien tjjd onder één hoedje
zal weten te vangen en daarom is het
maar goed, dat men er maar vroeg aan
begint.
De gevoelens loopen nog al uiteen over
dat punt. De een wil per sé een werkman
in actieven dienst, de ander is tevreden
met een werkman op non-activiteit, een
derde vindt al mooi, dat er een werkmans-
candidaat gesteld wordt, die buitengewoon
goed op de hoogte is van de werkmans
toestanden en een vierde wil in het geheel
niet van een specialen candidaat der werk
lieden hooren.
Hoe ik er over denk, zal ru wel weinig
gewicht in de schaal leggen, maar op ge
vaar af, dat men zal zeggen «kjjk, hij wil
ook een duit in het zakje gooien,» wil ik
toch in een volgenden brief wel eens mjjne
opinie over deze kwestie uiteenzetten. Ik
zou dat nu ook wel kunnen doen, maar
bewering weerlegt, als zou hjj deD handschoen
gestolen hebben. Volhardt gjj dsar nog bij
Edelachtbare, antwoordt Stein, ik heb het
slechts als een roogeljjkheid uitgesproken, dat
de luitenant zich meester van den handschoen
had gemaakt en het verder voor waarschijnlijk
gehouden, dat Anna ze in de slaapkam°r van
den geheimraad had verloren. Ik wilde daarmee
alleen aantoonen, dat het vinden van den hand
schoen niet bewjjst, dat ik de misdaad moet ge
pleegd hebben.
Gjj waart 's morgens na den moord in het
hnis van den geheimraad herneemt de president
tot Paul Von Dahlen.
Juist, ik kwam bjj freule Thérèse in den
tuin.
De luitenant vertelt kalm en rustig hoe de
moord ODidekt werd, boe hjj terstond naar den
rechter van instructie Dorner ging en later
Stein in arrest nam.
Verontwaardigd deelt hjj ook de verdenking
mee, die Anna Döring terstond op hem heeft
geworpen, als tou bjj de moordenaar zjjn en
bezwoer zjjn onschuld.
Zjjn woorden maakten diepen indruk en sche
nen de zuivere waarheid te zjjn
De president zet vervolgens het verhoor voort.
Luitenant, waar zjjt gjj geweest in den
nacht van den moord
In vrooljjk gezelsohap, in het hotel. Mjjn-
beer de rechter van instructie Dorner was daar
ook.
Wanneer hebt gj u verwjjderd?
Kort voor middernacht, omstreeks kwart
voor twaalven. Ik weet dat zoo zeker, omdat
ik juist op mjjn horloge keek.
Alleen?
er mjj met een Jantje van Leiden af te
maken, dat valt nu niet in mijn smaak.Daar-
voor is trouwens de zaak ook van te groot
belang met het oog vooral op de noodza
kelijke eenheid, die er bestaan meet on
der da Katholieken bjj de verkiezingen van
1901, en waartoe, hoop ik, het oprichten
van den Provincialen Bond van R. K. Cen
trale Kiesvereenigingen in Noordholland
h9t zjjne zal bjjdragen, mits alle vereeni-
gingen, ook Amsterdam en den Helder toe
treden en het denkbeeld algemeen veld
winne «al krjjg ik ook in deze of die kwes
tie mijn zin thans niet, dan zal ik mjj ter
wille der goede zaak bjj de beslissing der
meerderheid neerleggen.»
Laat men toch vooral beginnen, met zich
van de noodzakeljjkheid van dat besluit goed
te doordringen. Alle praatjes helpen zon
der dat niets en boven alles moet staan
«eenheid bjj de stembus
Italië.
De vreeselijke gebeurtenis, die de tele
graaf wereldkundig heeft gemaakt, n.l. het
vermoorden van koning U m b e r t o van
Italië Zondag-avond te kwart voor elf
uur, is nader bevestigd. De moordenaar
heeft schaamteloos zijn misdaad bekend.
Toegejuicht door de menigte werd de Ko
ning van Italië door het moordend lood
gedood. Populair was deze Koning niet
en de herhaalde oproeren in zjjn land heb
ben het genoeg bewezen wat het hoofd
van een regeering te wachtea staat van
een door en door verbitterd volk.
Toch is hjj een ellendeling die een mensch,
wie hjj ook moge zjjn, naar het leven staat.
Koning Umberto heeft veel meegemaakt
in Italië, hjj stond reeds als 15-jarige jon
geling naast zjjn vadsr, den beruchten V i c-
tor Emmanuel, met dezen leefde hjj
in gezelschap van Garibaldi. Een rol
speelde hjj als prins in den oorlog van
1866 tegen Oostenrjjk. In 1870 bjj de
overweldiging van Rome bleef hjj een wei
nig op den achtergrond, maar trok als
De president doet die vraag op snjjdenden toon
en ziet den getuige daarbjj onderzoekend aan.
De luitenant kleurt even.
Neen, edelachtbare, ik braebt de tooneel-
speelster mejuffrouw Eosa Manfroni naar huis.
Het was hem aan te zien, dat het beantwoor
den van die vraag hem zwaar viel. Hjj had zjjn
omgang met de actrice voor alles ter wereld
voor Thé èse willen verbergen, nu wist zjj het
echter en hjj beefde voor haar toom en jaloezie
die hjj daardoor kon opgewekt hebben.
En zjjt gjj niet haar mee in buis gegaan
Neen, edelachtbare, ik nam voor de deur
afscheid van die dame.
Waar zjjt gjj vervolgens heengegaan
Ik was wat verhit, de champagne was mjj
naar het hoofd gestegen, ik voelde behoefte aan
versche lucht en slenterde naar het park. Daar
liep ik een tjjdlang rond, ging ten slotte op
een bank zitten en viel in slaap. Toen ik ont
waakte brak de morgen reeds aan. Verschrikt
sprong ik op en ging naar huis, waar ik mjj
door een bad verfrischte, mjj een uurtje op de
canapé legde, ontbeet en daarna, het was in-
tusechen zeven uur geworden, besloot mjjn oom
te gaan bezoeken. Toen ik kwam, zeide Abel
mjj, dat de geheimraad nog sliep. Het overige
heb ik u reeds meegedeeld.
De president schjjat niet zeer bevredigd door
deze verklaring.
Hm, hm, bromt hjj, knnt gjj bewjjzen,
dat gjj in het park waart en daar op een bank
hebt geslapen,
Bewjjzen Neen I Heeft mjjn eerewoord
hier dan geen waarde? Ik zweer
Wacht daarmee tot dat ik een eed van u
vorder, valt de president hem in de rede.
Kroonprins van Italië, met den overweldi
ger de stad der zeven heuvelen binnen,
om later den geroofden bnit te aanvaar
den en zich te nestelen in het Quirinaal.
Den 9en Januari 1878, op den dag van
den plotselingen dood van Victor Em
manuel, werd de toen 34-jarige prins
uitgeroepen tot koning van Italië, onder
den naam van Umberto 1.
In een proclamatie gaf koning Umber
to I van zjjn troonsbestjjging kennis aan
zjjn volk en beriep zich daarin op het
groot voorbeeld, dat zjjn vader hem ge
geven had. Hierover znllen wjj zwjjgen
nu eene wednwe en een zoon staan naast
het lijk van een echtgenoot en vader die
viel door de snoode hand van een) sluip
moordenaar. Moge de goede God den ver
moorden Koning in zjjn laatste oogenblik-
ken barmhartig zjjn geweest.
Koning Umberto was nauweljjks tien
maanden aan de regeering toen te Napels
een moordaanslag op hem werd gepleegd. De
moordenaar Passanante werd ter dood
veroordeeld doch de Koning, die ongedeerd
was gebleven, veranderde het vonnis in
levenslange gevangenisstraf.
In 1868 trad Umberto in het hu-
weljjk met zjjn nicht Marguerite van Sa-
voie, dochter van den Hertog van Genua,
uit welken echt een zoon werd geboren,
de tegenwoordige Prins van Napels.
Onder het Bestuur van koning U m-
b e r t o is Italië door gewetenlooze minis
ters aan den rand van een financieelen af
grond gebracht. Het groote mogendheid
willen spelen en ongelukkige kolonisatie
plannen hebben de schatkist geplunderd.
Ministerieele crisissen en politieke kuipe-
rjjen volgden elkaaderop. 's Konings vriend,
de vrpmetselaar Crispi, die jaren lang
's vorsten vertrouwen genoot, demoraliseer
de het land en heeft de bevolking in ar
moede gedompeld. Belasting op belasting
werd geheven, waardoor oproeren losbra
ken die meermalen in stroomen bloed ge-
smoord zjjn geworden.
In Monza, de oude koningstad der Lom-
bardjjnsche koningen, het plaatsje waar
Umberto zoo gaarne vertoefde, drong
het doodend lood in het hart van den
Vorst, komende van de hand van een op
geruide, van éen uit de benden die in het
openbaar propaganda maken, die de ge-
Stein springt van zjjn bank overeind.
Edelachtbare l
Wat verlangt gjj
De verdenking te herhalen, die daareven
reeds bjj mjj is opgekomen. Het oogenblik is
thans gunstig daartoe.
Het is n toegestaan.
Ieders gelaat teekent een hevige (panning.
De luitenant ziet hem eenigszins ongerust aan,
Welke nieuwe gronden tot verdenking zon hjj
thans aanvoeren?
Marinelli ziet naar Thérèse en een zegevie
rend laohje speelt om zjja mond.
Hjj schjjnt te vermoeden, wat de beschuldigde
nu zeggen zal.
Edelachtbare, klonk de krachtige volle
stem van Stein, ik zon met behulp van mjjn
verloofde Anna Döring den geheimraad vermoord
en bestolen hebben. De akte van besohuldiging
zegtAnna Döring door Stein daartoe overge
haald heeft de misdaad voorbereid en hjj heeft
die gepleegd jaedelachtbareik geloof het
ook, dat de zaak zich zoo heeft toegedngen
een meisje maakte de toebereidselen en een
man pleegde den moordde misdadigers moe
ten in hnis goed bekend <jjn geweest, de ge
woonten van den geheimraad geweten en een
blik in zjjn brandkast geworpen hebben. Maar
dat meisje was niet Anna Döring, die man was
niet ik. Daar keert hjj zich tot de getuigen-
b Ti®.ht ZÜU vlammenden blik op Thérèse,
terwjji hjj met nitgestrekten arm op haar wjjst
- daar zit het meisje, dat de helpster van
den moordenaar was, en deze zelf thans
vestigt zijn blik zich op den laatsten getuige
is luitenant Panl Von Dahlen.
Wordt vétxolgi.)