No. 4596
Maandag 24 September 1900.
25ste Jaargang.
ïïagêlaó voor iSHooró- on SCuió-éCollanó.
BH
Niet rooskleurig.
Dit nummer bestaat
uit twee bladen,
EERSTE BLAD.
Het Noodlot,
BUITENLAND.
BUREAU: St. Jansstr&at. Haarlem
2,80
0,03
PBTJS dek advebtkhtibn.
80
China.
Duit8ohland.
België.
Engeland.
Te Manchester is het telegraaf- en tele
foonkantoor geheel door brand verwoest.
De verbinding met Londen jg geheel ge
stoord.
Frankrijk-
tifHtiHE KI li 11 1 I T.
ABONNEMENTSPRIJS.
Per 3 maanden voor Haarlemf 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschynt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
AlNUXNDRir
Van 1—6 regels50 Cents.
Elke regel meer71/
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie h Contant.
AGITE MA KTON AGITATE.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Publicité Etrangère
G. L. DAD BE Co. JOHN., F. JONES Succ. Paris 31 bis Faubourg Montmartre
»ge vu"
ver'*'
fran®0
liggi"'
F f1
Een gewichtige gebeurtenis op staat
kundig gebied had in de afgeloopen week
plaats. H. M. de Koningin opende het
nieuwe zittingjaar der Staten-Generaal met
een toespraak, waarin het Kabinet zjjn
plannen en verwachtingen voor de toekomst
uiteenzette.
Die toekomst schijnt er niet zoo roos
kleurig uit te zien, ook al besloot de Troon
rede met den wensch, dat de beraadsla
gingen van de Staten-Generaal vrucht
baar mogen zjjn en hun ijver en toewjj-
ding onder Gods zegen veel goeds mogen
tot stand brengen voor het vaderland en
zjjn Koloniën.
In de allereerste plaats gronden wjjdie
meening op de zinsnede der Troonrede,
waarby de hoop wordt uitgesproken, dat
het eerlang te 's-Gravenhage te vestigen
Internationaal Bureau van het Hof van
Arbitrage aan zyn bestemming zal vol
doen door bevorderlijk te zjjn aan de vreed
zame oplossing van geschillen tusechen de
vo'ken.
Uit den thans tusschen Engeland en
Transvaal gevoerden oorlog kan men echter
een weinig de beteekenis nagaan, die derge
lijke woorden bezitten. Men herinnert zich
dat op de Vredesconferentie te 's Graver.-
hage met den grootsten ophef gesproken
is over de toekomstige verbroedering der
volken en over betwenscheljjke om in het
vervolg het zwaard niet meer uitspraak
te laten doen over geschillen, die tusschen
de volken mochten ontstaan. Doch terwjjl
Engeland jjverig deelnam aan de beraad
slagingen op conferentie, broedde het over
een roof, zoo schandelijk en onedel, dat
in de wereldgeschiedenis nauweljjks een
voorbeeld daarvan is te vinden.
Men kan het ons dus niet ten kwade
duiden, dat wjj ook van dat Hof van Ar
bitrage weinig goeds verwachten. Maakte
de Vredesconferentie nog eenigen indruk,
omdat zjj met veel ophef was aangekon
digd, 6P ket gene nieuwigheid was, die
door eepe Keizerlijke ingeving was uitge
voerd, wanneer eenmaal het permanente
Hof van Arbitrage zal zjjn gev;stigd, zul
len dh volken er pvenmin rekening mede
houden als Engeland in den Transvaal-
schen oorlog gedaan heeft met de conven
tie van Gëneve en andere internationale
verdragen.
F ED ILL B TON.
(Vervolg.)
Een koude rilling doorstraalt het mei,ja, zjjn
hebzuchtig karakter grjjnst van onder het mas-
ker van deelneming haar aan en boezemt haar
afkeer in. Toch hondt zjj hem niet tot een
diefstal in staat, maar verdienen, veel geld ver
dienen, hooge procenten maken, dat is zjjn
levensvreugde.
Zjj heeft nauweljjks een andere uitkomst van
hem verwacht en vandaar ia zjj slechte een
Weinig gestoord.
Zjj antwoordt niets, tucht alleen, gaat stil
naar haat kamer en voelt zioh zoo ellendig
alsof zh sterven zal.
Die nsmel°oie ,mart put ^aar krachten
uit zjj versinkt iu een toestand, die de onmacht
"sin'cobn «ehjjnt tjj ">et den dag iphooner
en begeerlijker toe en wanneer hy «ch niet
Snor haar oDg*m«rkt waant, bewonderen zyn
door haar dareljjksrha
In welk opzicht wjj ons dus zouden
moeten verheugen over de instelling van
het Hof van Arbitrage, begrjjpen wjj ons
niet. Wy gelooven ook het belang niet
hoog genoeg te kannen schatten, dat ge
schillen tusschen de volken door vreed
zame middelen worden opgelost. Maar om
hiertoe te bomen moet men eerst de vol
ken zeiven tot de overtuiging trachten te
brengen, dat oorlog geen middel mag hee-
ten om een geschil uit den weg te hel
pen. De oorlog kan hoogstens de oplossing
eener quaestie verschuiven geljjk men
ook thans meent, dat, indien het den En-
gelschen mocht gelukken Transvaal ten
onder te brengeD, toch over eenigen tjjd
de Zuid-Afrikaandersopnieuw het dwang
juk zullen trachten af te werpen. Doch
de werkeljjke oplossing van een vraagstuk
van internationalen aard kan slechts langs
vredeliavenden weg geschieden wanneer
de volken algemeen het onzedelyke van
den oorlog inzien en geen beslissing door
het zwaard meer wenschen.
Om die reden achten wy de instelling
van het Hof van Arbitrage niet waard,
om daarover verheugd te zjju en er iets
goeds voor ons land van te verwachteD.
Evenmin rooskleurig noemen wij de
schildering in de Troonrede van den fi-
nancieelen toestand van ons vaderland. Er
wordt gezegd, dat dank zjj de ruimere
opbrengst van verschillende middelen de
financieele toestand gunstig is te noemen.
Wjj weten wel, hoe die ruimere opbrengst
is verkregen, n. 1. door verscherping van
het toezicht van de wetten op den invoer
van goederen uit het buitenland. Die rui
mere opbrengst is derhalve geen teeken
vau grooteren bloei van ons vaderland,
maar alleen een gevolg van beter nale
ving der wetten.
En wanneer wy nu onmiddellijk achter
die verklaring in de Troonrede vinden
vermeld, dat versterking der inkomsten
echter onmisbaar blyft, dan schjjnt ons
de financieele toestand des lands toch niet
zoo gunstig toe als de Begeering het ons
wil voorspiegelen.
Wij geven toe, dat de wet op den Leer
plicht hooge eischen zal stellen, hetgeen
ook een onzer voornaamste grieven tegen
die wet is geweest, maar wanneer dit zoo
is, gaat het dan wel aan om door den
Eoninkljjken mond te doen uitspreken,
'dat de financieele toestand van ons land
gunstig is Integendeel zjju wij met groote
zorg voor de toekomst vervuld.
Die toekomst zal van onze geldmidde
len veel m<2er eischen dan tot dusverre
Men vergete niet, dat ons tegenwoordig
Ministerie van «sociale rechtvaardigheid»
dekken, »aar ale daarbjj bedenkt, hoe min
achtend zjj hem aenziet, hoe de afichuw op
haar gelaa' verzchynen ïou, dan weet hjj zyn
last te beheerscben. Neen, wanneer hjj haar
omhelst, dan moeten üaar oogen glanzen, haar
wangen gloeien, haar mond glimlachen, zooals
Tjj Ludwrg S'ein bemind heeh.
Keiler komt nog a Ie dagen en h ha„
hartstochtelijke me o uen »0Qr) bedwelmende,
verleidelijke muzie a&rn&ar tjj zoo gaarne
1U BHrtzulk een gelegenheid doet Keiler weer
eens een poging haar liefde te verwerven.
Haar hart zwelgt nog van die zinbedwelmen-
de tonen, al. hjj haar handen »at.
Hoe gloeiden die
Dat was de koorts der liefde.
Als hjj begint te spreken, ziet zjj half droo-
merig op en luistert naar _zyn Woorden, alsof
zij van Ludwig komen. Aui y uitgesproken
heeft, trekt zjj haar handen K. ziet hem mis
noegd aan en antwoordt op yakouden toon i
Q.jj houdt uw belofte slecht, mijnheer
Keller. Gjj zoudt my nooit meer van liefde
spreken en nu doet gjj het tooh.
Hoe kan ik de verzoeking weerstaan?
zegt hjj verontschuldigend. Ach, dierbaar meisje,
gé ïjU zoo betooverend schoon, zoo engelrein.
ta wil die taai niet langer san hoor en,
voegt zjj hem toornig toe, terwjjl haar oogac
S fonkelen van verontwaardiging. Gjj hadt dit
hnit niet moer mogen betredeo» teaar ik weet
nog geen cent heeft behoeven uit te geven
voor sociale hervormingen, om de een
voudige reden, dat er nog zoo goed als
niets tot stand is gekomen. Maar spoedig
zal dit anders worden. De Ongevallenwet
zal binnen korten tyd tot stand komen,
indien ten minste de wensch der Troon
rede wordt vervuld, terwijl de Leerplicht
wet ook heel wat geld zal kosten, geljjk
eveneens in de Troonrede wordt medege
deeld.
In de volgende parlementaire periode
komen dus eigenljjk pas de uitgaven, die
door dit Ministerie zyn voorbereid. Of
hetzelfde Kabinet dan nog aan het roer
zal wezen, kunnen wy niet beslissen. Dit
hangt af van den uitslag der algemeene
verkiezingen in het jaar 1901. Maar wie
ook het bestuur «an ons land in banden
zullen hebben, zy zul'en zeker groote
moeiljjV heden ontmoeten by de vervulling
der geldeljjke verplichtingen, die de te
genwoordige Regeering den Staat op den
hals heeft geschoven.
Die moeilijkheden zouden nog zyn te
overwinnen, wanneer zoowel van de On
gevallenwet als van de Leerplichtwet kon
gezegd worden, dat zy ons volk ten zegeD
zouden strekken. Maar waar beide wetten
hoogst ongemotiveerde vermeerderingen
van uitgaven ten gevolge zullen hebben,daar
zullen die grootere lasten des te zwaarder
drukken. Voegt men hier nog by, dat de
Regeering slechts noodgedrongen tot de
heffing van indirecte belastingen overgaat i
omdat zy geen kans ziet de directe hef
fingen meer productief dan tot dusverre te
maken, dan blyft er al heel weinig grond
over om te roemen over dep gunstigen
fiuancieelen toestand, waarin ons vaderland
zich berindt.
Ook de verdere zinsneden der Troon
rede kunnen ons geen aanleiding geven
om den toestand rooskleurig in te zien.
Het laatste jaar van de tegenwoordige par
lementaire periode gaan wy in onder al
lesbehalve aangename vooruitzichten. Hier
komt bydat de aanstaande algemeene
verkiezingen zekeren druk uitoefenen op
den algemeenen gang van zaken. Men is
in het onzekere omtrent den uitslag dier
verkiezingen. Geen enkele staatkundige
richting heeft gegronde hoop op het ver
krijgen eener voldoende meerderheid in de
Kamer waardoor zy in staat zal wezen
het overwicht uit te oefenen op haar te
genstandsters.
Wy tasten dus in het duister by het
overwegen van de naaste toekomst op staat
kundig gebied, en als gevolg daarvan dur
ven wy te voorspellen, dat het ingetreden
parlementaire jaar onvruchtbaar by uit
vorder met uw liefdesbetuigingen met vrede.
Zjj keert hem den rug toe en gaat de kamer uit.
Hjj siet haar na, zjjn gelaat gloeit van woede
en krampachtig balt hjj de vuisten.
Koud als steen tegenover mjj, mompelt
hy en toch weet ik, dat haar hart voor liefde
toegankelijk is. Altjjd die Ludwig Stein. Dat
afgodsbeeld moet ik eens uien of zjj nog zoo
standvastig blijft. De mjjne moet zjj worden,
alleen de mjjne, zoo niet goedschiks, dan met
geweld.
Kort daarop komt de jood op zekeren mor
gen laat op de kamer van Anna. Hjj is al uit
geweest en ziet er zeer neerslachtig uit.
Zonder een woord te spreken valt hjj als
vernietigd op een stoel neer, steunt als onder
vindt hjj een krampachtige smart, steunt met
de armen op ae tatel en verbergt bet gelaat in
de handen.
Anna verschrikt, zoo heeft sjj hem nog nooit
gezien.
Wat deert u, mynheer Cohn Zjjt gy E;ek
Zjj vraagt dit vol bezorgdheid, met zaohte
stem.
Hjj schudt ontkennend het hoofd, raaar spreekt
geen woord.
De angat ran Anna neemt toe.
Mijn God, wai i» «r g-oernd? Hebt gjj
een ongeluk in uw caken genad
Hjj iaat de handen op de tafel 'allen, moht
I en ziei hear <itep bekftmmerd aan
Air- jet mrwm -nrr «Ir Hm
nemendheid zal zyn. Toch mag ons dit even
wel niet tot stilzitten of moedeloosheid lei
den. Wij hopen en verwachten, dat onze
leidslieden op politiek terrein de handen
zullen ineen slaan om bjj de aanstaande
verkiezingen tot een samenwerking te ko
men tusschen die partyen, welke ons va
derland zullen trachten te "behoeden voor
een verderen voortgang op den weg van
het radicalisme. Alleen in dat geval ver
wachten wy dat nit den somberen toestand
van het oogenblik het licht zal dagen en
een volgende Troonrede ons werkelyk gun
stige vooruitzichten zal kunnen openen.
Te Nanking begint de beweging tegen
de vreemdelingen toe te nemen. De toe
stand wordt zeer onrustwekkend.
De Gezanten der Europeesche Mo
gendheden te Peking hebben in een by-
eenkomst met prins C h i n g er op aan
gedrongen, dat de Keizerin-weduwe wordt
afgezet en om den Keizer op den troon te
herstellen. Verzekerd wordt dat de ver
bonden Mogendheden aan China eene ver
goeding zullen vragen van 60 a 80 mil-
lioen pond sterling.
Op de lyat der voornaamste schuldigen
aan de gepleegde moorden op de christe
nen en de onlusten te Peking komen voor:
de Keizerin-weduwe,pri us T o e a n,Y u n g-
L u, bevelhebber der troepen van het noor
den; Tung-Fou-Hsia, bevelhebber
der troepen van Kan-Sou; Yu-Hsien,
gouverneur van Chan-Toung; L i-P i n g-
H e n g, bevelhebber der keizerlijke troe
pen die de gesantschappen te Peking heb
ben aangevallenKan-Hi en Ohao-
C h u-C h i a o, grootmeester der Boksers.
Voor de Keizerin zal de afzetting ge
vraagd worden, voor de anderen de dood
straf. Voor verschillende onderkoningen
en mandarynen wordt de verbanning ge
vraagd,
Men schat het getal Christenen door de
Boksers in China vermoord op 30.000.
\r ^l?s'and schjjnt voor.de ontruiming van
Mandchourieeene vergoeding van een
milliard roebels te vragen.
Te Berljjn is nog geen officieel antwoord
van de Vereenigde Staten op de Dnitsche
nota betrefiende de bestraffing van de
schuldigen in China ingekomen. Duitsch-
land stelt volstrekt niet den eisch om juist
de Keizerin-weduwe als hoofdschuldige te
beschouwen en te behandelen. De voor
stellen ter bestraffing van de schuldigen
moeten zoo ingekleed zyn, dat de persoon
der Keizerin-weduwe er geheel buiten ge
laten wordt, zoodat op dit punt van Rus
land noch andere Mogendheden tegenstand
te vreezen is.
De National Zeitung zegt, dat in elk
geval de schuld van de Keizer in-weduwe
nog een open vraag is en Duitschland, als
fch' h.oe ïuh 8Ü het verdragen, «rm, on-
gelukkig kind.
Een traan rolt langzaam over zjjn wang.
Anna i» tot in het diepst van haar hart ver-
ichrikt.
Dat betreft haar.
Zjj drukt de handen tegen haar borst ter
wjjl alle kleur van haar gelaat verdwjjut*
I» men, vraagt zjj met schokkende «tem,
mjj op het spoor
In koortsachtige «panning rust haar blik op
zjjn gelaat.
Neen, antwoordt hjj, neen, gjj >jjt veilig
onder mjjn hoede, maar hy.
Groote God, Ludwig I roept uit. wan
kelt en valt op een atoel neer.
Het is voorbjjzegt de jood op wijfe
lenden toon.
Voorbjj? herhaalt zjj en ziet hem aan son-
der hem te bagrjjpen.
Hjj knik' m®.l d/.<?°™gen ernst.
Ja/ T00rLy» Loeft den atrgd rolitreden.
V*nmofgen nUr k®' doodvonnis aan hem
Jnltrokken, God zy zjjn arme del genadig.
zjj zit als verateend, maar slecht* eenige «e-
conden, tot lij het vreeseljjke bericht ten volle
zy in Rusland een beschermer vindt, daar
niets tegen inbrengen zal. Naar heden ver-
luidt, stelt Duitschland o. a. voor de ver
dedigingswerken aan de Chineesche kust
en de Jangtse-forten te sloopen.
—Te Berlyn ziet men in hoog-co' "Mva-
tieve kringen met zekere bedneb' 'e
uitbreiding der Duitsche krygsrr
moet. Men is door de jongst
V o n Bulow eenigszins ge.
dat er in Oost-Indië geen te ver str«.
plannen verwezenlijkt zullen worden.
Deutsche Tageszeitung zegt geruststellend,
de tam-tam-periode van onze Chineesche
politiek is nu voorbjj.
De Duitsche Consul-generaal te Sjang
hai wint de meening in van de groote koop
lieden aldaar, over de te nemen maatre
gelen voor de toekomst van China.
Te Munchen wordt bevestigd, dat
een aanslag is gepleegd op het leven van
den regent prins L u i t p o 1 d.
Het geval deed zich voor toen de Prins
op jacht was in het bosch van Algaeul.
Onverwachts sprong een anarchist op den
Prins toe gewapend met een revolver. De
kerel werd echtervoordat hy schieten
kon, gegrepen. Over zjjn aanwezigheid in
de bosschen gaf hy tegenstrijdige verkla
ringen.
De Gravin van y\s&rAaran tmnt heden
uit Ragatz te Brusse
van Vlaanderen wordt fc
uit Parys te Brussel
Woensdag gaf de B
Parijs een groot feestmaal ter uuum».
Het schjjnt nu vastgesteld te zjju
dat prins A1 b e r t, die eerstdaags in het
huweljjk zal treden, den 7en October ver
gezeld van zyn Gemalin te Brussel zal
aankomen. Er zal op dien dag een groote
betooging gehonden worden. Zy, die er
aan willen deelnemen, moeten zich daartoe
aanmelden bjj den heer Bug. Key"1, se
cretaris van Bruxelles'Attractions. Er zul
len medailles en diploma's aan de deel
nemende Vereenigingen worden uitgereikt.
T De Britsche verliezen in den oorlog
in Zuid-Afnka bedroegen tot 15 Sflnt«o-
ber 40,075 officieren en m«—
van 1777 officieren. De
den die naar Engeland z
telt alleen 1239 officie»
waarvan 178 zyn overle
gekeurd voor den dienst en yiv nog in
de hospitalen in Engeland zyn. Sedert
de laatste opgave (tot 8 Sept.) i" Ipt
met 290 man vergroot.
Engeland heeft duB in den Zuid-Afri-
kaanschen oorlog een en zeventig "hizend
vjjf honderd en tachtig soldaten verloren.
in de Fransche Republiek jB een ge
meente Tartre-Gaadron, die elechts 17,
en een andere gemeente, Mortereau die
maar 14 inwoners telt.
vangen. Wel hem, dat hjj nog m tjjn l»at»t«
uur berouw getoond heeft en in het aangefi">(
van God, aan den geeiteljjke bekend he«^j
dat hjj de moordenaar ia, no i« tenminat*
twyfel aan ijjn ichuld verdwenen.
Dat ia niet wear I roept zjj uit,
kan met geen lengen op de lippen de**
heid ajjn ingegaan.
Hjj achudt weemoedig het hoofd. _„iflilni<,
Gelooft gjj thana nog aan M".? beka«j
than* nog, nadat hjj telt ayn a®*1 „Hhl.j
heeft Het ataat uitvoerig in de ocW,
berouwvol is by gestorren- Het trtnkiiu-
nig ayn, nu nog aan ayn ichuld '*jjfelen.
Hy heeft het niet verdiend, dat gjj om hem
treurt. Onderdruk moedig uw «mart en ke®*
tot de samenleving terng.
Zij ii weer op een atoel neerg8,kU8B en
«taart strak naar den grond.
Het ataat in alle contanten, d»n moot
het toch wel waar *fl»« Caoht, al» voor
Plotseling grypt ajj keide handen
het hoofd.
Myn God, ben ik Waan»jta}_
Neen. nee" het is niet was» v.T»
gew-