No. 4626
Maandag 29 October 1900.
25ste Jaarganj
i
2)agêlaó voor &Hooró- en Suió-tXollanó.
Een „technische" herziening.
De pleegzoon.
BUITEJNLAND.
Per 3 maanden voor Haarlemf 1,10
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,40
Voor het buitenland 2,80
Afzonderlijke'nummers0,03
Dit blad verschijnt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS.
BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem.
Van 1—6 regels50 Cents.
Elke regel meer7Yi
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Publicité Etrangère,
G. L. DAT]BE <f- Co. JOHN., F. JONES Succ. Paris 31 Jis Faubourg Montmartre.
De zoogenaamde technische herziening
der Kieswet, die in de afgeloopen week
door de Tweede Kamer werd behandeld,
was in den grond der zaak een poging
om aan de radicale en ultra-liberale groe
pen eenige voldoening te schenken. Het
is toch niet te ontkennen, dat alle voor
gestelde veranderingen zoo niet ten doel
dan toch tot gevolg hebben, dat aan meer
deren dan tot nu toe het kiesrecht wordt
toegekend.
Die toeleg kan worden geloochend, maar
het spreekt toch eigenlijk wel van zelf,
dat men van deze Regeering geen voor
stel kon verwachten, waarbij aan sommi
ge categorieën van kiezers het kiesrecht
zou worden ontnomen. Het is evenmin aan
te nemendat de Regeering haar tech
nische herziening zou hebben voorgesteld,
zonder dat zg het aantal kiezers bij de sa
menstelling van haar ontwerp in aanmer
king nam. Wjj meenen dan ook gerust te
mogen vaststellen, dat de voorgestelde her
ziening" wel degeljjk vermeerdering van het
aantal kiezers beoogde en voorts dan zg
bedoelde om enkelen, die het kiesrecht deel
achtig konden worden door geringe wijzi
gingen in de artikelen der bestaande wet,
dat voorrecht te verleenen.
Vooral kwam het streven der Regeering
om onder de benaming van technische
herziening een kolossale uitbreiding aan
het kiesrecht te geven, uit in het vierde
artikel van haar ontwerp. Dit strekte om
voor de Gemeenteraadsverkiezingen gelijke
regelen te stellen als voor het kiesrecht
voor de Tweede Kamerzoodat het om
kiezer voor den Gemeenteraad te worden
niet meer noodig zou wezen om in de Rijks
belastingen bjj te dragen. Betaling van ge-
meentebelasting en ingezetenschap zouden
voldoende zijn.
Natuurlgk was dit den sociaal-democra
ten nog niet voldoende. Zij hadden bij dit
artikel als amendement voorgesteld om in
het geheel niet van belasting te spreken,
zoodat huur- en loonkiezers enz., ook al
betalen zjj noch Rjjks- noch Gemeente
belasting toch zouden worden toegela
ten tot het kiesrecht voor den Gemeente
raad.
De heer Troelstra verdedigde dit
voorstel met de bewering, dat de voorstan
ders van sociale hervormingen consequent
moeten zgn hetgeen volgens zijn mee
ning, de Regeering niet was. Hij deed een
krachtigen aanval op het censusstelsel, dat
hg geheel veroordeeld noemde en betoogde
voorts, dat indien men de wegneming
wenschte van de slagboomen voor de Rijks
FEUILLETON.
Vervolg.)
Mjjnbeer Winning haastte zich, te verzeke
ren, dat hjj volstrekt niets bjjzonders bedoelde;
de zaak boezemde hem alleen maar belang in,
omdat de jonge ingenieur onmiddellijk onder
zjjne leiding stond. De beide anderen zwegen,
maar zjj keken hun chef met eigenaardig vra
gende blikken aan. Deze scheen dat echter niet
te bemerken.
Ik heb besloten, Bunecks plan uit te
laten voeren, sprak hjj op bedaarden, maar toch
eenigszins scherpen toon. Hjj voldoet aan al de
eischen, die ik gesteld heb, en de kosten be
dragen ongeveer de helft van uwe berekeningen,
Over enkele onderdeelen moet natuurljjk nog
nader onderhandeld worden, maar in alle ge
val moeten de werkzaamheden zoo spoedig mo-
geljjk beginnen. Wjj spreken daar nog nader
over, mjjne heeren.
Hjj stond op, en gaf daarmede het teeken,
dat de beraadslaging afgeloopen was. De be-
,-ï^.bten maakten eene buiging en gingen. Bui
ten in de voorkamer bleef de directeur echter
staan en vroeg op zachten toon
W at' -egt gjj daarvan
Ik begrijp rajjoheer Hamburg aiet, a"t-
£is'te ingenieur, eveneens met voor-
ju stem.
„da'i w. «öijjk niets, of wil hjj
sociale wetgeving, men dit ook moest doen
voor de gemeentelijke wetgeving.
Wat wjj ook tegen de sociaal-democra
ten hebben, wij prijzen liet in hen, dat zij
rondweg voor hun gevoelens uitkomen en
zich niet verschuilen achter gelegenheids
argumenten. De Minister van Binnenland-
sche Zaken die zijn artikel verdedigde
toonde hierbij aandat hjj in den grond
der zaak het met de sociaal-democraten eens
ismaar slechts niet zoover gaat, omdat
hjj gelooft, dat hun voorstellen vooralsnog
geen meerderheid in de Kamer kunnen ver
werven.
Daardoor bewees genoemde Bewinds
man te meer, dat slechts kiezersvermeer-
dering het doel van zijn ontwerp is ge
weest, doch dat hjj nog aarzelt om de
slagboomen weg te nemen, die de invoe
ring van het algemeen kiesrecht tegen
houden.
Wjj moeten deze conclusie uit zjjn
voorstel en zjjn woorden opmaken, ter-
wjjl de sociaal-democraten er ruiterljjk
mede voor den dag komen. Zjj winden
er geen doekjes om, dat zjj juist de groote
menigte 'aan de stembus willen brengen,
en dat zjj van het allemanskiesrecht het
heil voor den Staat verwachten. Wjj heb
ben dan ook eigenljjk nog liever te doen
met de sociaal-democraten dan met de
vooruitstrevend liberalen, die het socia
lisme op den voet volgen, maar er niet
voor durven uitkomen.
Gelukkig heeft zoomin het driest op
treden van den heer Troelstra als
het meer voorzichtig geplooi van den heer
Borgesius iets mogen baten om het
kiesrecht voor de Gemeenteraden aanzien
lek uit te breiden. Hun beider voorstel
len werden door de meerderheid der Ka
mer verworpen, waarmede dit deel van
de kiesrechtregeling blijft geljjk het was.
Gelukkig zeggen wjj, omdat het ons
wil voorkomen, dat een Gemeenteraad,
waar, door de invoering van het alge
meen stemrecht en soms ook door een
eigenaardige verdeeling der onder distric
ten, de sociaal-democratie het hoogste
woord kan voeren, voor de bevolking min
stens evenzeer te betreuren is als een
Tweede Kamer waar ditzelfde het geval is.
De Gemeenteraad beslist meer direct
dan de Kamer over de opbrengst der be
lastingen. Het schjjnt ons daarom toe,
dat het in de hoogste mate te bejamme
ren zou wezen, wanneer in den Raad over
de belastingpenningen der gegoede inge
zetenen werd of kon worden beslist door
mannen, die daarin voor geen cent heb
ben bjjgedragen.
Wjj weten wel, dat het geld niet de
Natuurljjk weet hjj hat, ik heb hat hem
zalf meegedeeld, au mijnheer de arbeidsparty -
man dankt er zelf volstrekt niet aan zjjne mee-
ninsr en richting geheim te houden, hjj komt
er rond voor uit. Dat inoeBt een ander hier in
Odensberg eens wagen, hjj werd onmiddelljjk
ontslagen, maar dat Buneck ontslag zal krjjgen,
daar is voorloopig nog geen sprake van. Nu
weer wordt zjjn plan aangenomen, zonder eenige
aanmerking, terwjjl men ons duideljjk te ver.
staan geeft, dat de onze niet deugen dat
gaat dan toch wel wat al te ver.
Wacht eerst maar eens af, viel Winning
hem hier kalm in de rede. Op dat punt valt
er met onzen chef niet te schertsen, dat weten
wjj allen. Hjj zal te rechter tjjd wel een wacht
woord spreken en schikt Buneck zich dan niet
onvoorwaardelijk daarna, dan is het gedaan
met hem, al is hjj dan ook tien maal de le
vensredder en gewezen speelmakker van den
jongen heer.
Beken daar maar gerust op
Wjj willen het hopen, sprak de direc
teur. Wat echter mjjnheer Erich betreft, hjj
ziet er nog zeet ziekeljjk uit en hult zich in
een ondoordringbaar zwjjgen. Hjj heeft bjj onze
heele beraadslaging geen tien woorden gesproken
Omdat hjj niets van de zaken verstaat,
verklaarde de eerste ingenieur schouderopha
lend. Ingepompt heeft men hem genoeg w*»«
't is duid >ijk, dat er zeer weinig yan is bi ij-
ven zitten. Van arm vader
ërfd, uiterljjk no
ik wil nu eej
gen, mij
eenige factor is, welke beslissen kan of
min geschiktheid heeft tot het doen eener
keuze voor Raadslid, maar eveneens we
ten wij, dat het geld in de handen van
de sociaal democratie ons op allerlei we
gen zou brengeD, die de maatschappij
naar den afgrond zouden voeren.
Voor aleer geen betere maatstaf tot
beoordeeling van d8 geschiktheid tot uit
oefening der kiesbevoegdheid is gevonden
dan het al te eenvoudige algemeen kies
recht, zoolang blijven wij de toepassing
van het census-stelstel voor de Gemeen
teraden noodzakelijk achten.
Bij deze zaak moet men bijzonder om
zichtig te werk gaaD, omdat een eenmaal
gemaakte fout nimmer kan worden her
steld. Wie het kiesrecht eenmaal heeft
ontvangen, kan het niet meer worden
ontnomen, wanneer later blijkt, dat het
ten onrechte werd verleend. Belastingen
kunnen worden verhoogd en verlaagd, al
naarmate dit voor den dienst van het land
noodig wordt geoordeeld, maar eenmaal
verleende politieke rechten moeten blijven
gehandhaafd, of zg al dan niet ten on
rechte zjjn, toegekend.
Om deze reden keuren wij het algemeen
kiesrecht voor de Gemeenteraden ten sterk
ste af. Voorshands zijn wij niet bijzonder
nieuwsgierig naar de sociale hervormin-
gen, die de sociaal-democraten op gemeen
telijk wetgevend gebied zouden invoeren-,
wanneer zjj de macht in handen hadden,
en daarom hopen wij maar, dat het voor
eerst zoover niet komt.
Misschien maakt de lezer hierbjj de op
merking,dat het algemeenkiesrecht niet per
se een sociaal-democratische meerderheid
in de Gemeenteraden zal brengen. Dit ge
ven wjj wel toe, maar voegen er onmid
dellijk bij, dat hiertoe toch altjjd veel meer
kans bestaat, dan bij een kiesstelsel, dat
op de belastingbetaling is gebaseerd. De
sociaal-democraten hebben om succè3 te
verkrjjgen, de hulp noodig der groote,
onnadenkende menigte, die door een klin
kende leus zoo spoedig is gewonnen. Bjj
de thans geldende kiesrechtbepalingen be
staat er nog weinig vrees, dat zjj een meer
derheid in de regeercolleges verwerven
maar mocht het eenmaal zoover komen dat
de kiesbevoegdheid in handen kwam van
een ieder, dan zou er in ons oog wel ge
vaar bestaan voor een overheersching der
sociaal- democraten
Wjj verheugen ons daarom over de beslis
sing, welke de Kamer in de afgeloopen week
nam ten opzichte van het kiesrecht voor de
Gemeenteraden. De techniek der bestaande
Kieswet is er in ons oog geen haar slech
ter door gebleven dan wanneer het Regee-
Op het bureau waren vader en zoon alleen
gebleven. De eerste liep zwjjgend heen eu weer
en 't was hem aan ie zien, dat hjj uit zjjn
humeur was.
Eberhard Dernburg was ondanks zjjne zestig
jaren nog in de volle klacht zjjns levens, en
alleen het grijze haar en de rimpels op het
voorhoofd verrieden, dat hjj reeds den drem
pel van den ouderdom bereikt bad. Het ge
laat met die krachtige ernstige trekkeD, was
het niet aan te zien, de oogen keken nog scherp
en helder, de hooge gestalte was nog kaars
recht. Houding en taal waren die van een man
die gewoon is, te bevelen en op een onbe
paalde gehoorzaamheid rekent. Beeds in zjjn
uiterljjk lag iets van zjjn ijzeren natuur, die
vriend en vjjacd in bem kende.
Men kon het nu zeer goed zien, dat de zoon
geen enkelen trek met den vader gemeen had,
maar een blik, op het levensgroots borstbeeld
dal boven de echrjjftafel hing, verklaardö dit
eenigermate. Het stelde de overleden gade voor
van mjjnheer Dernburg, en Erich geleek spre
kend op haar. Het was hetzelfde gelaat met de
fijne maar onbeduidende trekken, de zachte,
niets zeggende lijnen, en den droomerigen blik.
Daar zitten nu mjjne eerste beambten
met al hunne wjjsheid, begon Dernburg einde
lek op spottenden toon.
Maanden lang zjjn zjj aan het plan bezig
geweest. Alle mogeljjke ontwerpen hebben zjj
'emiutkt, waarvan geen enkel deugt, en Eg
bert, die geene opdracht gekregen heeft, maakt
^~"e stilte bjj zjjne opmetingeu de noodige
k studiën en legt nu een ge-
ringsvoorstel of dat der sociaal-democra
tische Kamerleden ware aangenomen. Be
ter had de Regeering gedaan haar aan
dacht aan andere zaken te wgden dan aan
een kiesrechtherziening die door niemand
gevraagd was, door de gematigde leden der
Kamer werd afgekeurd wegens haar strek
king en door de voornitstrevenden wegens
haar geringe beteekenis.
Het Ministerie der sociale rechtvaardig
heid heeft hiermede dus weder fiasco ge
maakt, hetgeen een vernieuwd bewijs le
vert voor de onmogelijkheid om op po
litiek gebied met alle richtingen goede
vrienden te bljjven en tevens iets tot stand
te brengen ten nutte van het vaderland.
Laten wij hopen, dat hiermede de treurige
vierjarige periode op parlementair gebied
zij afgesloten.
Engeland.
De Regeering te LondeD, overtuigd dat
de toestand in Znid-Alrika zeer ernstige
verhoudingen aanneemt, heeft Lord R o-
b e r t s kennis gegeven voorloopig te blij
ven, terwjjl Lord Wolseley zjjn ambt
van opperbevelhebber van het Engelsche
leger is verzocht te blijven waarnemen.
Frankrijk.
Wat komt toch alles weer op zjjn bee-
nen terecht zoodra het bljjkt, dat de socia
listische dwaasheden bljjken langer onhoud
baar te zijn. Niemand minder dan de
Fransche socialistische minister Mille-
r a n d heeft de werkstakingen veroordeeld.
In een volksvergadering te Lens heeft
hij gezegd, zelfs als een werkstaking ge
lukt, dan nog betalen de overwinnaars hun
triomf met een ontzettend lijden. Op de
eerste plaats treffen de werklieden bjj een
werkstaking zich zelf en daarna den pa
troon, die zwaar verongelukt wordt in on
zen tjjd van hevige concurrentie, door het
onverwacht en ongepast onderbreken van
den arbeid, waardoor bovendien de open
bare orde wordt gestoord. Niemand kan de
rampen voorkomen die voortvloeien uit
werkstakingen.
Wat zullen de leiders der werkliedenver-
eenigingen er wel van zeggen, nu de Fran
sche socialist M i 11 e r a n d zich beslist
er tegen heeft verklaard
Zoo vallen de luchtkasteelen, die de so
cialisten bouwen, als kaartenhuizen ineen.
Evenzoo schjjnt ook de socialistische
burgemeester van Marseille alle oproerige
daden te gaan afkeuren.
Hjj heeft te kennen gegeven eerst nauw
keurig te willen weten, voordat hjj mee
doet om president K r u g e r te ontvan
gen, welk karakter het comité aan die be
toogingen wil geven. Hjj heeft daarbjj
gezegd, dat hjj geen deel zon nemen aan
eenige betoogingdie moeiljjkheden van
diplomatieken aard aan de regeering kon
bezorgen. Hoe vol bewondering hij ook
voor president K r u g e r is, mag hjj geen
heel afgewerkt plan op de tafel, dat werkeljjk
prachtig is 1 Hoe vindt gjj zjjn ontwerp, Erich
De jonge man keek verlegen naar de teeke-
nisg, die hjj nog in de hand hield.
Gjj vindt het immers prachtig, vader, ik
verschoon mjj, maar ik kan er nog niet
goed wjjs uit worden.
Nu, ik dacht, dat het duideljjk geno8g
was. Sedert gisteren-avond hebt gjj het al in
handen. Als gjj zooveel tjjd noodig hebt, om
een eenvoudig ontwerp te begrjjpen, waarbjj
alle noodige verklaringen gevoegd zjjn, hoe
zult gjj dan dien vluggen, vasten blik krjjgen,
die voor den toekomstigen heer van de Odens-
berger werken bepaald onontbeerljjk is
Ik ben ruim anderhalf jaar weg geweest,
braoht Erich hier tegen in, en al dien tjjd
heb ik mjj op raad der geneesheeren zooveel
mogeljjk moeten ontzien.
Eike inspanning van den geest werd mjj
verboden.
Gjj moet wat geduld met mjj hebben, vader,
tot ik mjj weer eenigszins op de hoogtege
steld heb.
Men heeft n reeds als kind voor inspan
ning des geestes en een werkzaam leven moe
ten behoeden, sprak Dernburg met gerimpeld
voorhoofd. Bjj uwe voortdurende ziekelijkheid
kan er van eene ernstige studie sells geen
sprake zön en van practische werkzaamheden
in het geheel niet. Ik had al mjjne hoop op
uwe terugkeer uit bet zuiden gevestigd en nu
jcjjk „jet zoo troosteloos, ErichIk maak
er u geen verwjjt van, het is uwe schuld niet
maar het is eeu ongeluk teu opzichte van de
aandeel hebben in een daad van vjjand-
schap, die tegen een bevriend volk mocht
worden begaan.
Duitsohland.
De Duitsche pers bespreekt de bigde ge
beurtenis van de verloving van koningin
Wilhelmina der Nederlanden met den
Hertog vanMecklenburg-Schwe-
r i n, waarover men zich in Duitschland
evenals in Nederland mag verheugen.
Waar die pers echter meent, dat de Her
tog als voorbeeld moet kiezen de verhou
ding van den prins-Gemaal A1 b e r t tot
koningin Victoria van Engeland, be
ziet de Kreuzzeitunghet orgaan v an den
Duitschen adel, de zaak van een ander
standpnnt.
Het blad schrgft
«Wij willen ook koningin Wilhel
mina van Nederland en haren brnigom,
hertog Hendrik van Mecklen-
b u r g-S c h w e r i n, een heilwensch toe
roepen met hun jong gelnk. Het hnis
Oranje en het huis Meckelenburg zjjn van
oudsher door familiebanden en door ge
meenschappelijke groote herinneringen met
ons vorstenhuis verbonden. De band die
tusschen deze beidemet ons zoo nauw
bevriende vorstelijke geslachten gelegd is,
heeft daarom in heel Duitschland een even
bigden weerklank gewekt als in Neder
land en wjj verwachten van deze verbin
tenis dat het geheel ongegronde wantrou
wen verminderen zal, dat langen tg d van
Nederlandsche zijde jegens ons is gekoes
terd. De pers stelt bjj haar beoordeeling
van de aanstaande echtverbintenis de bui
tengewone moeilijkheden in het licht die
Hertog Hendrik als gemaal van een
Koningin zal moeten overwinnen. Zjj stelt
daarbjj den Prins-gemaal van koningin
Victoria als voorbeeld. Noch het Aan
noch het ander ljjkt ons juist. De positie
van prins Albert moet hieruit verklaard
worden dat hg in Engeland een koning
schap vond dat reeds een zuiver decora
tieven vorm had aangenomen en een van
de weelde-artikelen was dat het rjjke En
geland zich veroorloven kon. De kroon
regeerde niet, maar representeerde en kon
zich slechts door het oefenen van persoon
leken invloed, men zon haast zeggen door
kuipergen, laten gelden. De geheele macht
berustte bjj het parlement dat men wel
steenen in den weg kon leggen, maar dat
toch steeds over die hindernissen heen is
gestapt. In Engeland is het, zooals be
kend is, niet altjjd zoo geweest, en het
schjjnt ons toe dat de verhouding
dietnsschen koningin Marie
enWillem vanOranje bestond,
dejuiste was. Prins Willem III
verklaarde dat hjj niet als «dienaar van
zijn gemalin in Engeland kon bljjven.»
«Hjj had haar liet en schatte haar hoog,
maar haar onderdaan wou hij niet wor
den.» Zooals bekend is werd daarop de
kroon op den Prins en de Prinses van Oranje
overgedragen en Engeland, zoo goed als
de Koning en de Koninginhebben zich
daar wel bevonden. De andere verhou
ding, zooals die tusschen koningin en een
prince consort bestaatis in strjjd met
plaats, die gjj eenmaal zult moeten innemen.
Erich onderdrukte een zucht, hjj gevoelde
weer opnieuw welk een zware last het voor
hem zon zjjn, deze plaats te bekleeden.
Zjjn vader ging ongeduldig voort
Wat moet er van worden, als ik er niet
meer ben
Ik heb bekwame beambten, maar ze zjjn
allen van mjj afhankeljjk. Geen is zelfstandig.
Ik ben gewoon alles zelf te doen, ik laat de
tengels niet uit mjjne band, en uwe band,
vrees ik, zal die nooit alleen voeren kunnen.
Ik heb reeds lang de noodzakelijkheid ingezien
u een steun voor de toekomst te verzekeren
en nu juist baalt Egbert dien dwazen streek
uit, om zich door de Arbeidspartjj in baar net
te laten vangen. Het is om dol te worden I
Hjj stampte driftig met den voet op den
grond. Erich keek eenigszins bedeesd naar zjjn
vader en sprak toen op zachten toon
Misschien is de zaak niet zoo erg, als
men ze n voorgesteld heeft.
De directeur kan veel overdreven hebben.
Neen, hjj heeft niet overdreveD, mijne
ingewonnen inlichtingen
vestigd. Deze «tudmtsd „„gelukkigen
dig had, die ik voor zijne opleiding bestemde,
hjj zou met teekenondeméh*. en andere werk
zaamheden zelf wel in zyu on thoud voorzien.
Het zal bem zwaar genoeg g>-- "'ea ,IÜn»
mij beviel zjjn trots en zin voor afhankelj
it mmm.
ABONNEMENTSPRIJS.
MAIN X1KNDRAT
AGITE MA NON AGITATE.
PRTJS DER ADVERTENTIEN.
r
8