NIEUWE
HDagêlaó voor <3Tooró~ en Suió-eJCollanó.
Uit den Duitschen Rijksdag.
Jo. 4064.
Donderdag 13 December 1900.
25ste Jaargang.
De pleegzoon.
Elke regel meer
77.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimtel
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant
Red a e t e ur-U i t g e v e r, W. KAPPERS.
De algevaardigde Dr. Sattler besprak
ln den Rijksdag de houding van de Duit
sehe Regeering tegenover de Boeren van
^uid-Afrika. Het hinderde hem, dat die
®°uding het Duitsehe volk ontroert. Het
Duitsche volk ziet in den strijd van Enge
land tegen de Zuid-Afrikaansche Republie
ken een onrechtvaardigen aanval van een
°verweldigende macht op een kleine, zjjn
Nationaliteit behouden willende minderheid.
Het gaat niet aan, zei Dr. Sattler, dat
*nn de zijde der politie te Keulen allerlei
beperkende maatregelen genomen werden
'egenover president K r u g e r van de Zuid-
Afrikaansche Republiek. Het is de plicht
der Duitsehe Regeering de Duitsehe buiten-
'andsche politiek niet door overwegingen
Tan sympathie te laten leiden, doch te vra
gen wat moet ik in dit geval doen zon
der de belaDgen van het Duitsehe volk te
kwetsen? Hij noemde den Rijkskanselier den
Vertegenwoordiger van het Duitsehe Rijk
lN de wereldpolitiek, die over enkele quaes-
kies, de buitenlandsche politiek betreffende,
"dichtingen verstrekt, doch met het wei-
Njge, dat de troonrede geeft, wil hij zich
Niet tevreden stellen.
Dr. S a 111 e r vroeg waarom Oom Paul
geen redevoering van uit het raam mocht
houden, waarom de studenten, al of niet
iN optocht, hem geen ovatie mochten bren
gen, zoo'n verbod was niet te begrijpen.
Graaf VanLimburgStirum vroeg
Nan den Rijkskanselier opheldering van de
houding aangenomen tegenover president
Nroger, want in ruimeren kring wordt
Niet verdriet gezien, dat aan den President
"er Zuid-AfrikaanscheRepubliek in Duitsch-
jand niet die achting en vriendschap werd
bewezen, waarop een vreemd Staatshoofd,
®N vooral wanneer hem een ongeluk heett
Betroffen, wel aanspraak maken mag. Het
Duitsehe Rjjk is sterk en machtig genoeg
t°öi niet, met het oog op vreemde gevoe
ligheden af te wijken van dat, wat in zjjn
gevoel goed is.
De Rijkskanselier nam na graaf van
Dimburg Stirum het woord en be
keurde dat het tusschen de Zuid-Afri
kaansche Republieken en Engeland tot een
°orlog is gekomen. De Regeering betreurt,
^at zulk een oorlog tusschen christenen,
fusschon blanken, tusschen leden van het-
Seltde groote Germaansche ras is uitge-
FE TJ1LLMT ON.
{Vervolg.)
49
Gevoelt gjj u weder minder wel? vroeg
®gbert, wiens oog met eene zeldzaam vorschen*
4® uitdrukking op de bleeke, ingevallen trek
ken VBn zijnen vriend rustten.
O, dat heeft niets te beteekenen, sprak
Erioh op onbekommerden toon. De dokter maakt
rich zoo gauw bezorgd. Hjj heeft mjj het rijden
Verboden, geeft mij alle mogelijke voorsohriften
®N eischt nu zelfs, dat de feestelijkheden bjj
b®t huweljjk beperkt zullen worden, omdat se
te veel zouden vermoeien. Kalmte, rust en
&®ene overspanning. Dat is zjjn eerste en laatste
^°ord. Ik kan er mjj somtjjds over ergeren. Hjj
b®bandelt mij als een zware zieke, die de minste
"spanning niet meer Ijjden kan.
Bunecks blik rustte nog altijd zwaar en som-
bar op het gelaat van den jongen man, en in
'Üne trekken stond een zware tweestrjjd te lezen.
%e stem haperde als hjj vroeg:
- Dokter Hazenbach vreest dus, dat elke
?Pwinding voor u gevaarlijk kan zijn P Eens
*®bt gjj ook eene bloedspuwing gehad.
Mjjn God, dat is al twee jaar geleden en
*®er lang beter, viel Erich hem ongeduldig
?N de rede. Alleen kan ik niet tegen de lucht
ln Odensberg, en ook Cecilia kan en zal zich
"ooit in dit leven schikken. Zjj is voor vreugde
Ph zonneschijn geschapen, dat is haar element,
broken. Door dezen oorlog zjjn belangrijke
Duitsehe, maatschappelijke en politische be
langen in verdrukking gekomen. Duizenden
Duitsehe staatsonderdanen zjjn in Afrika
ingezetenen. De Duitschers hebbeu daar
groote ondernemingen in het leven geroe
pen. Het in Zuid-Afrika gestoken Duitsehe
kapitaal wordt op honderden millioenen ge
schat. Wij hebben maatschappelijk in hoo-
gen graad belang bjj de ontwikkeling van
Zuid-Afrika, en politisch hadden wjj den
plicht ervoor zorg te dragen, dat deze oor
log geen schadelijke gevolgen zou hebben
op onze Zuid-Afrikaansche waarden. Daar
om hebben wjj gedaan, wat ons, als neu
trale mogendheid ea zonder onmiddellijk ge
vaar voor ie Duitsehe belangen, mogeljjk
was, om het uitbreken van den oorlog te
voorkomen. Wjj hebben in het bjjzonder
tegenover de regeeringen der beide Zuid-
Afrikaansche republieken ook in zooverre
loyaal gehandeld, dat wjj hen van den be
ginne af aan tjjdig en ondubbelzinnig niet
in twjjfel hebben gelaten over den toestand
in Europa en onze eigen neutraliteit in het
geval van een oorlog in Zuid-Afrika, kort
om dat wjj de beide regeeringen der re
publieken tjjdig klaren vrijn hebben ge
schonken.
Wjj hebben gedaan wat ons mogeljjk was,
om het uitbreken van den oorlog te voor
komen en beiden republieken geen twijfel
gelaten over den toestand in Europa en
over onze neutraliteit. Ik beroep mij hiertoe
op het Nederlandsche Oranje1 boek. Toen
in 1899 de quaestie van een scheidsgerecht
niet zonder kans van slagen te berde werd
gebracht, hebben wjj, Duitschland en Neder
land, gemeenschappelijk voor het uitbreken
van den oorlog te Pretoria gewaarschuwd,
wjj hebben President Krnger geraden
zich er bjj neer te leggen. K r u g e r ech
ter achtte daarvoor den tjjd nog niet ge
komen.
Toen na eenigen tjjd Krnger een be
roep deed op interventie, waren de gemoe
deren daarvoor reeds te zeer verhit. Daarop
gaven de Duitsehe en Nederlandsche Regee
ringen K r u g e r nogmaals raad, voor de
Duitsehe was dit de laatste maal. De Duit
sehe Regeering is overtuigd, dat elke stap,
te doen bjj een der Groote Mogendheden,
zeer netelig is, zonder succes moet zjjn en
zeer gevaarlgk voor de Republieken is. Hier
uit volgt, dat ons over het uitbreken van
den oorlog, zoowel als over het lot der
daarin kan zjj alleen tieren hier, waar alles
op arbeid en plicht ingericht is, waar de stren
ge oogen van mjjn vader haar als in don ban
houden, kan zjj niet vrooljjk zjjn. Als gjj eens
wist, wat uit mjjne gelukkige, lustige Tilly ge
worden is, die straalde van levenslust en over
moed, die zelfs bekoorlik was in hare luimen I
Hoe bleek en stil is zij in de laatste weken
geworden, hoe zeldzaam veranderd in heel haar
wezen Dikwjjls vrees ik, dat er geheel andere
reden voor bestaan. Als zjj eens bsrouw had
over haar gegeven woord, als ach, ik zie
overal spookgestalten 1
Maar, Erich, bracht Runeck hier tegen
io, om hem wat tot bedaren te brengen, volgt
gjj zoo de voorsohriften van den arts op P Gjj
windt u op sonder eenige reden 1
Neen, neen 1 riep de jonge man hartstooh-
teljjk uit.
Ik zie en voel, dat Cecilia ie's voor mjj ver
bergt eergisteren heeft zjj zich verraden. Ik
sprak van onze huwelijksreis naar Italië, en toen
barstte zjj plotseling uit.
Ja, laat ons weggaan, Erich, waarheen gjj
wilt, maar ver, ver hier vandaan 1 Ik kan het
niet langer uithouden. Waarom kan zjj het niet
uithouden Zjj wilde mjj dat niet zeggen, maar
het klonk zoo vertwjjfeld.
Geheel ontdaan sprong hg op. Ook Egbert
serhief zich van de sofa daarbjj trad hjj als
toevallig uit den helderen zonneschijn, die door
het raam naar binnen viel, in de schaduw.
Gjj houdt dan wel veel van uwe binid? vroeg
hjj langzaam en met bijzonderen nadruk.
Of ik veel van haar houd 1 Een donkere
Zuid-Afrikaansche Republieken, geen ver
wijt kan gemaakt worden.
De Duitsehe belangen eischen een strikte
neutraliteit.
De mogelijkheid van den vrede door be
middeling sluit in zich, dat beide partgen
haar aannemen. Anders zou het een inter
ventie met eventueelen dwang worden. Zulk
een interventie was voor ons, èn door de
algemeene wereldverhoudingen, èn door onze
speciale Duitsehe belangen, uitgesloten. Wjj
denken er niet aan Engeland tegen zijn
wil tot den vrede te dwingen. Toen de ge
dachte aan bemiddeling van Amerika uit
Engel«nd bereikte, werd deze door de En-
gelsche Regeering officieel en beslist ge
weigerd. Interventie worit gewoonlijk, als
zij een diplomatische nederlaag na zich
sleept, de inleiding tot een gewapend con
flict. In zulk een wespennest mochten wij
het Duitsehe volk niet steken. Wat het
niet-ontvangen van President K r u g e r
door den Keizer aaDgaat, hier komt bet
niet aan op bij-quaesties, ondergeschikte
dingen of betreurenswaardige onhandig
heden der politie, hier geldt het slechts
één enkele vraagZou de reis van den
President en de ontvangst door den Keizer
hem of ons van nut zijn geweest Deze
vraag beantwoord ik met een beslist cneen.i
Wat heeft K r u g o r voor nut gehad van de
ovaties te Parijs, zijn ontvangst in het Elysée?
In zjjn gesprek met D e 1 c a s s bepaalde
K r u g e r zich er toe te vragen, hoe de
Franscbe Regeering stond tegenover zekere
eventualiteiten, die ontstaan door de stap
pen, in Europa te doen. Daarop werd hem
geantwoord, dat Frankrjjk niet het initiatief
zou nemen, dat Frankrijk zich er echter
niet tegen zou verzetten, als interventie
werd voorgesteld en Frankrijk's belangen
er door gediend werden. (Groote vrooljjk-
heid). Ik vraag u of Kruger niet even
wjjs was als voor het bezoek ?Delcassé
uitte zich zoo verstandig als mogeljjk was,
zooals trouwens van znlk een buitengewo
nen staatsman met zooveel doorzicht te ver
wachten was.
Ik zou het hier in Berljjn niet mooier
hebben kunnen doen (Groote vrooljjkheid).
Y o n B 1 o w besluit met deze woorden
Ik zou hem ook slechts hebben kunnen
zeggen, wat hem in Parjjs is gezegd. De
reis van den President naar Berlijn zou
voor onze wereldpositie van geen nut zjjn
geweest. Alle ovaties zouden voor hem hun
blos kleurde hot bleeke gelaat van Erich en
zjjne oogen begonnen te schitteren, terwjjl hjj
op hartstochteljjken toon antwoordde:
Gjj hebt nog nooit lief gehad, Egbert,
anders zoudt gjj zoo niet vragen. Als Cecilia
vroeger, toen ik om haar hand wierf, neen gezegd
had, misschien zou ik dat verdragen hebben.
Maar als ik haar nu verliezen moest, dan zou
het mijn dood zjjn 1
Egbert zweeg. Hjj had zich half omgewend,
nog altjjd stond er een kwellende tweestrjjd in
zjjne trekken te lezen. Bjj de laatste woorden
echter richtte hjj zich op, ging naar zjjn vriend
toe, legde de hand op diens schonder en sprak
op vasten toon, doch met bevende lippen.
Gjj zult haar niet verliezen, Erich. Gjj
znlt leren en gelukkig zjjn.
Weet gjj dat zoo zeker? vroeg Erich ver
wonderd opkjjkend. Gjj spreekt of gjj heer waart
over leven en dood.
Neem het als eene profetie op, die aan u
vervuld zal worden- Maar nu moet ik weg, ik
kwam alleen maar om n vaarwel te zeggen,
want mjjne werkzaamheden in Radefeld zjjn
spoediger afgeloopen, dan ik gedacht had.
Zooveel te beter, dan komt gjj weer naar
Odensberg terug, en wjj zien elkander voor
mjjne huweljjksreis nog dikwjjls genoeg I
Dat geloof ik niet, ik heb andere plan-
neD, waardoor het mjj onmogeljjk is in Odsns-
berg te bljjven. Ik wil daar aanstonds met uw
vader over spreken.
Gjj hebt eene benjjdenswaardige natunr I
sprak Erich met een zucht. Altjjd voorwaarts,
altjjd hooger op, altjjd weer nieuwe plannen,
doel gemist hebben en vuurwerk zjjn ge
weest en anders niet, of zij zouden onze
internationale betrekkingen veranderd heb
ben, ten nadeele van het land. Hiertegen
te waken, is de plicht der Regeering.
Tegenover Engeland den don Quichote
te spelen, als er soms ergens Eugelsche
windmolens draaien, daartoe zjjn wij niet
geroepen. Ons voor niets een b'.jjvende poli
tieke vijandschap op den hals te halen, zou
een politieke fout zijn, een politieke dom
heid, waarvoor ik de verantwoording niet
op mij neem.
Wjj zullen overal, dus ook in Zuid-Afrika
onzeDuitsche belangen,politieke en economi
sche; behartigen. Te eischen, dat onze belan
gen niet worden geschaad is ons goed recht.
Ea van ons goed recht staan wjj geen titel
af, hoe klein ook. Maar voor anderen de
kastanjes uit het vuur te halen en ons door
anderen te laten voorop schuiven, dat lag
niet op onzen weg, dat zou een font ge
weest zjjn. Ook ik ben zeer goed bekend
met de gemoedsaandoeningen van het Duit
sehe volk en ik weet die aandoeningen op
prijs te stellen. Maar ik moet mijn poli-
tieken blik daardoor niet laten benevelen.
Zoo lang ik op deze plaats sta, mag ik mjj
niet door de gevoelens en de stemmingen
van het Duitsehe volk laten meesleepen,
maar kan ik mij eenig en alleen laten lei
den door de duurzame belangen van het
volk en die belangen schreven ons de zelf
standige, rustige, onafhankelijke en natio
nale houding voor, die wjj tegenover de
Zuid-Afrikaansche oneenigheden hebben
aangenomen.
De Rijkskanselier V o n Billow heeft
heel wat moois gezegd, maar hjj heeft den
indruk niet weggenomen, dat president
Kruger, fatsoenlijker had behandeld moe
ten worden. Hij heeft den indruk te Ber
lijn versterkt, dat de Regeering alleen dan
als vredestichter optreedt wanneer er iets
te verdienen valt.
Graaf Y o n Billow heeft veel woorden
gebruikt, niets nieuws verteld en in geenen
deele zich verantwoord waarom men te
Berljjn president Kruger niet wilde zien,
laat staan ontvangen.
Waarom de Duitsehe Keizer zich op
zeer onhoffelijke wjjze tegenover K r u g e r
gedragen heeft, na met hem te Parijs nog
telegrammen gewisseld te hebben, waar
door Kruger in den waan verkeerde,dat
zonder rast, zonder ontspanning Nauweljjks is
het eene werk ten einde, of gjj hebt al weer
een nieuw ontwerp in het hoofd.
Welke plannen hebt gjj na weef?
Dat kunt gjj beter van nw vader hooreD,
nn zjjt gjj daarvoor niet in de geschikte stem
ming. Daarom
Vaarwel, Erich 1
Met eene ontroering die hjj nauweljjks be
dwingen kon, bood hjj hem de hand, Erioh
nam die onbffrangen aan.
Maar niet waar, wjj nemen nog geen af
scheid van elkander. Gjj komt toch zeker nog
naar Badeteld terug?
Zeker, maar ik verlaat het misschien reeds
de volgende dagen, en wie weet, waar ik mjjn
tenten opgeslagen heb, als gjj in het voorjaar
uit Italië terugkomt.
Maar dan zien wjj elkander toch nog bjj
mjjoe brniloftl bracht Erich hiertegen in.
Als het mjj mogeljjk is.
Dat moet n mogeljjk zjjn, ik laat n zon
der deze belofte niet gaan, u wil ik op dien dag
niet missen.
Gjj komt onder alle omstandigheden, Egbert,
hoort gjj dat En nn moet ik n wel laten gaan,
want ik zie, dat de grond n onder de voeten
brandt. Tot weerziens dan 1
Ja vaarwel, Erioh 1
Wordt vervolgd.)
HiiRLEHSCHI (jOdRilT.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem 1 1 l f 1,10
Voor de oyerige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40
Jfoor het buitenland 2,80
Aizonderljjke nummers. j i i <0.03
Dit blad verschjjnt
dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen}
BUREAU: St. Janstraat g- Haarlomi
PRIJS DHR AD VERTE NTI8N,
Van 16 regels50 Cent
AOTTE MA NON AGITATE
i i Vl iV'-T" i l i.i