agBlaó voor
I E U W
uió-eXollanó.
Airsterdamsche Brieven.
STo. 4668,
Dinsdag 18 December I960.
25ste Jaargang
7
De pleegzoon.
B li 1 T E H h A hi it.
Duitschland.
frankrijk.
Engeland.
1111
nnitm.
ABOlSrWBMENTSPBIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p.
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt
dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen;
BUBBAUSt. Janstraat Haarlem;
/1,10
«1,40
«2,80
«0.08
AöITE MA WOW A GUT ATE.
PBIJS DSB ADVBBTBCÏTIBW.
Van 16 regels50 Cent
Elke regel meer71/»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte|
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant
Redacteur-Uitgever, W. KüPPERS.
15 December 1900.
Van wanneer dagteekent mijn vorige
brief Ik weet het werkelijk niet meer,
maar wel weet ik, dat bij door mij ge
schreven werd na de dagen, toen de olijftak
des viedes was teruggedragen in den Am-
sterdamschen Gemeenteraad en onze vroe
de vaderen na eene kleine sehermutseliDg
met elkander weder de vredespijp rookten.
Helaas, niet zeer lang. De nauw begra
ven oorlogsbijl kwam met een scherp
puntje boven de aarde uitdreigen, want
eene andere commissie van bijstand was
gepasseerd, hare adviezen waren niet ge
noeg gewaardeerd 'geworden, of zoo iets,
maar ik geloof, dat het zaakje spoe
dig gesust is geworden. Er is nu trou
wens wel wat anders te doen dan de ver
slagen der gemeenteraadszittingen na te
praten.K r u g e r komt weldra! Maar niet
voorden achttiende, wat heel goed is, dan
kan men zich behoorlijk prepareereuEn
onze Koningin trouwt weldra! Welnu, die
beide zaken geven aanleiding tot allerlei
drukten. Men ontvangt allerlei circulaires.
Verschillende, om op de eene of andere
wijze deel te nemen aan de huldebetoo-
ning aan den President der Zuid-Afri-
kaansche Republiek andere om bjj te
dragen tot een huldeblijk of een na
tionaal huldebljjk aan de Koningin bij ge
legenheid van haar huwelijk. Heel mooi,
allemaal die ciiculaires, maar op het laatst
loopt iemand het hoofd er van om en dan
weet hjj niet, wat hij doen zal of waaraan
hij zich te houden heeft. En dan komt er
nog weer een, om te vertellen, dat in die
Commissie van het nationaal huldeblijk,
niets dan hooge heeren enz. zitten en dat
de burgerstand er niet of heel schraal in
vertegenwoordigd is en dat zulks bjj een
nationaal huldebljjk toch volstrekt niet te
pas komt. Ja, zulke klachten komen er
altjjd, er hapert altjjd iets aan, links of
rechts, het iedereen naar den zin ma-
FE DILLE TON.
Vervolg,)
58
Gjj bedoelt de aanstaande vertezingen,
sprak hjj op jjiig kalmen toon. Br wordt ge
zegd, dat de Arbeiderspartijen dezen keer een
eigan candidaat voor ons district willen stellen
en gij zjjt waarschjjuljjk besloten voor hem te
stemmen.
Dan begrjjp ik, dat gjj nw ontslag komt
vregeD. Nooh de post van vertrouwen, dien gjj
in Badtfeld bekleedt, noch uwe verhouding
tot mjj en ncija gezin kan daarbjj blijven voort
bestaan. Wjj misleiden elkander hier niet mee;
de strijd die gevoerd wordt, geldt mij alleen,
Egbert bleef sprakeloos staan met de oogen
naar den grond geslagen. Men zag, hoe ver
schrikkelijk zwaar de bekentenis voor hem werd,
die hem met geen enkel woord, met geene et-
kelo toespeling, lichter gemaakt werd.
Plotseling echter richtte hjj zich vaat beslo
ten op.
Mjjnheer Dernburg, ik heb u eene be
kentenis te doeD, die gjj mjj waarschijnlijk kwa
lijk zult nemen, maar hooren moet gij ze toch.
De candidaat, die mjjne partjj op het oog heeft
ben ik l
Wilt gjj u werkeljjk verwaardigen, mjj
dat te komen zeggen P vroeg Dernburg lang? aam.
Ik hield het voor onmogelijk. De bedoelde
verrassing was misschien nog grooter geweest,
ken, gaat nooit. En, nu de St. Nico-
laasdrukte voorbjj is, behalve voor sommigen
den treurigen nasleep van bedorven magen
door te veel innemen en voor anderen van
platte beurzen door te veel uitgeven, heeft
men den tjjd om alles te gaan napluizen
en van enkele dingen, die juist niet in
den smaak vallen, te gaan kieskauwen. Ge
lukkig eindigt men toch gewoonljjk met
zich bjj de zaak neer te leggen en mee te
doen maar men heeft het dan toch
gezegd en van zjjne opinie doen bljjken.
Dat «willen zeggenscbjjnt voor sommi
gen eene behoefte des harten te zjjn, al
winnen ze er niets mee, zelfs al bederven
ze er dikwijls veel mee. «Ja, ik heb het
toch willen Jzeggen Hoe vaak hoort men
dat, waar het moest luiden«ik heb er
maar over gezwegen.»
En vreemd is het, dat het voldoen aan
de begeerte van te «willen zeggen,» waar
«zwjjgen» de voorkeur verdiende, almach
tig veel voorkomt bjj die lieden, welke per
tinent «zwjjgen,» waar «spreken»plicht, ge
biedend plicht is. «Net dwars tegen den man
in,» zegt het volk. Maar dat gebeurt niet al
leen bjj spreken en zwjjgen, dat komt ook voor
bjj «doen» en «niet-doen.» Waar gehandeld
moest worden, bljjven ze thuie, en waar ze in
den weg loopen, driogen ze zich op d n voor
grond. Bjjv. als straks de voorbereidin
gen voor de verkiezingen komeu, doen ze
niets, noch moreel,noch finantiee), noch
corporeel, zal ik maar zeggen, al deugt het
nietmaar als de candidaten gesteld
en niet naar hun zin zjjn, dan komen ze
uit den hoek, keuren af en eehelden en ko
men, last not least, met tegencandidaten
aandragen of steunen de tegenpartij. Ja,
je hebt van die lui
Gelukkig, dat we het ons met de ver
kiezingen voor de Tweede Kamer zoo druk
niet behoeven te maken. Volgens de laatste
Chronica van den Doctor, mogen de ka
tholieken eensnadenken overhet al of niet-
aannemeljjke van «evenredige vertegenwoor
diging» en zooals de lijd meende moe
als ik het uit de kranten vernomen had.
Gjj weet het reeds I riep Egbert nit.
Wat gjj roodig oordeelde* mjj tot fleden
te verzwijgen.
Ja, ik weet het en weusch u gelnk met deze
bevordering. Schuchter zijt gjj niet, gjj grjjpt
op acht en twintig jarigen leeftjjd reeds stout
moedig naar eene eer, waartoe ik mjj eerst ge
roepen voelde, nadat ik op den arbeid van een
heel leven kon terugzien. Gjj hebt pas de leer
jaren achter u en laat u reeds als volkstribuun
op het schild rondvoeren Nu, geluk er mee 1
Eunecka gelaat werd bjj dezen bijtenden spot
beurtelings rood en bleek, en zijne stem had niet
den gewonen vasten klank als hij antwoordde:
Ik heb het gevreesd, dat gij de zaak zoo op
nemen zoudt en dat maakt mijn toestand nog
pjjnljjker, wasr.oe ik door een besluit van mjjne
parljj gedrongen werd. Ik heb er mij tot het
laatste oogenblik tegen verzet, maar men heeft mjj
letterlijk
Gedwongen, nietwaar? viel Dernburg hem
met een bitteren lach in de rede. Gjj zjjt na
tuurlijk slechts een offer uwer ovenuiging. Ik heb
het vooruit gedaeht dat gjj u daarmee verschoo-
nen zoudt. Doch doe maar geen moei'e, ik weet
er alle s van 1
Ik lirg niet, ik denk, dat gjj dit. weet,
sprak Egbert somber. Dernburg stond op en
kwam dicht voor hem staan.
Waarom kwaamt gjj naar Odensberg te
rug, terwjjl gij wist dat wjj als onverzoenlijke
vjjanden tegenover elkander zouden staan Gjj
kondt de betrekking missen, die ik u aanbood.
De heele wereld stond voor u open. Doch wat
ten wjj er maar niet aan denken, dit minis
terie het voetje te lichten®, want dan
krjjgen wjj heelemaal geen verhoogde sub
sidie als tegemoetkoming in de hoogere
kosten van het Bijzonder Onder wjjs, veroor
zaakt door de invoering van den Leerplicht.
En als wjj er aan dachten, zoude,het waar-
scbjjnljjk toch wel bjj denken moeten bljj
ven. Zooals de zaken nu staan, voor d:en,
weinig kans. Mjj dunkt, dat we aardig
opschieten
Te Berljjn is een 12-jarige jongen van
het Köuig-Wilhelm-Gymnasium gejaagd
omdat hjj zich oneerbiedig in eeu opstel
over den Keizer had uitgelaten. Zjjn jeug
dige leeftjjd belet den knaap wegens hoog
verraad in de gevangenis te zetten.
Het Bestuur van den All-Deutscher Bcrnd»
heeft te Dusseldorf een vergadering gehou
den, waarin o. m. besloten is, opnieuw een
oproeping tot de Dnitsche Boerenvrienden
te richten, om gelden bjjeen te brengen
teneinde de gruwelen, welke de oorlog met
Engeland over hen brengt, te verzachten.
De nieuwe Duitsche Rjjkskanselier,graat
V o n B 1 o w, zal voor Kerstmiseen rond
reis maken door Duitschland, om zich aan
de verschillende Regeeringen voor te stel
len. Hjj komt daartoe heden te Müuchen
en gaat dan naar Stuttgart en Karlsruhe.
De Gaxdois noemt den Duitschen rjjks
kanselier V on Bülow, naar aanleiding
van zijn jongste redevoering in den Rjjks-
i dag, welsprekend, buigzaam en hooghartig
1 tevens. Hjj weet alles te rechtvaardigen
en uit te leggen in het belang van Duitsch
land.
Een punt echter zegt het blad, dat thans
meer gereleveerd isgeeft ons een kjjk
op het werkeljjk karakter der Engelsch-
Duitsche betrekkingen. V o n Bülow
zinspeelde op eeD geheime overeenkomst,
nu 2 jaren geleden gesloten betreffende
Z.-Afrika, tusschen 't Kabinet van St. James
en Berljjn. De contractanten hadden zich
verbonden «om den tekst niet openbaar
vraag ik 1 Het gold den strjjd tegen mij voor
te bereiden, den grond te ondermijnen, waarop
ik sta, mjj op mijn eigen bodem eerst te ver
raden en dan te verslaan.
NeeD, dat deed ik niet, viel Euneck hem
onstuimig in de rede. Toe ik hierheen kwam,
dacht nog niemand aan de mogeljjkheid mjjner
verkiezing en ik zelf wel het allerminst, Landr-
veld alleen kwam in aanmerking. Eerst in de
vorige maand rjjpte het plan, dat de laatste da
gen zijn beslag kraeg ondanks mjjn tegenstand.
Ik mocht niet eer spreken, het was een partjj—
geheim.
Werkeljjk 1 Nu, de rekening is zeer be
hendig gemaakt. Noch Lansveld noch een ander
had de minste kans gehad, waar het gold, mij
te verdringen, de poging zou erbarmeljjk mis
lukt zjjo, dat zal men ingezien hebben. Gjj
echter zjjt het kind vaa een arbeider, onder
mjjne werklieden opgegroeid, uit hun midden
voortgekomen, ze zjju allen te zsmen trotzch op
u. Als gij het hun duideljjk maakt, dat ik
eigenlijk een tiran ben, die hen al jaren lang
onderdrukt en uitgezogen heeft, als gjj hun een
gouden tjjd belooft dan staan de mannen
verbluft te kjjken. U gelooven zjj misschien,
gij moet ook een uitstekend .redenaar zjjn. Als
de m«D, die zoo goed als een zoon in mjjn buis
geweest is, zich aan hun boofd stelt, om hen
tot den strjjd tegen mjj aan te voeren, dm moet
hunne zaak toch wel rechtvaardig zjjn, dan zwe
ren zjj er op
Het waren bjjna dezelfde woorden die de
jorge ingenieur eenige maanden geleden nit
den mond van Lacdsfeld gehoord had en hjj
te maken, voordat zekere gebeurtenissen
hadden plaats gevonden.»
Welke zijn die gebeurtenissen Het pay-
chologisch moment, waarop de Regeering
te Lissabon door den al te slechten toe
stand der financiers er toe gebracht zal
zijn, om Engeland de Delagoabaai of An-
gol (Oost-Afrika) te laten
De Rjjkskanselier heeft het wel verstaan
ons in de grootste onzekerheid te houden.
De Patrie heeft B e r t h e I o t, die
in 1896, ten tijde van Jameson's inval,
minister vau Baitenlandsche Zaken was, ge
ïnterviewd over de jongste verklaringen
van Von Bülow in den Rjjksdag.B e r-
t h e 1 o t zeide, dat sinds eenigen tjjd ge
ruchten liepen, dat Frankrijk door Duitsch
land zou gepolst zija met het oog op een
overeenkomst en dat de Fransche Regeering
geweigerd zou hebben. «Ik machtig u te
verklaren, zeide de ex-minister, datzoo
lang ik Minister was, er geen gedachten-
wisselingen noch onderhandelingen plaats
hadden over een eventueele entente, ten
doel hebbende de rechten der Zuid-Afri-
kaansche Republiek te steunen. Over dit
oaderwerp werd geen enkel woord gerept.»
In het Engelsch Lagerhuis dreef de af
gevaardigde Tim fl e a 1 y den spot met
de RegeeriDg die slechts 16 millioen pond
sterling vroeg ia plaats van 60 millioen
pond. De kleinigheid van het bedrag zou
de Boeren slechts aanmoedigen om den
-strjjd vol te houden, zeide hjj.
Koningin Victoria dacht er anders
over, zjj bedankte het Lagerhuis voor de
vrjjgevige wjjze waarop de gevraagde gel
den voor de operaties harer legers in Zuid-
Afrika en China zjjn verleend.
Groote ontevredenheid heerscht vol
gens de Morning Leader onder de Engelsche
soldaten in Zuid-Afrika. Het blad bevat
een brief van een Yeoman, waarin deze mede
deelt, dat de kolonisten nit de Kaap op een
gegeven oogenblik aan het muiten zjjn ge
slagen, wijl zij eischten dat hun korps ont
bonden zou worden. De bevelhebbers richt
ten de kanonnen op de troepen, die daar
op hunne geweren laadden en de officie
ren toeriepenkomt nu maar op met uw
kanonnen. Het gevolg was, dat een groot
aantal uit den dienst ontslagen werd en
naar huis kunnen gaan. De Yeoman be
sloeg de oogen neer voor Dernburg» doorboren-
den blik. Nu richtte deze zich in zijne volle
lengte op en vervolgde
Maar nog zjjn wjj niet zoo ver. Ik wil
toch zien, of mjjne arbeiders het vergeten heb
ben, dat ik dertig jaren lang met hen en voor
hen gewerkt en gezorgd heb, of een band, die
door een menschenleef jjd gelegd werd, zoo ge-
makkeljjk verscheurd kan worden. Probeer hetl
Als iemand kans van slagen heeft, dan zjjt
gjj het.
Gjj zijt in mjjne school opgegroeid en hebt
misschien geleerd hoe men den ouden meester
verslaan moet
Egbert- was doodsbleek geworden, een hevige
tweestrijd stond op zjjn gelaat te lezen. Nu hief
hij langzaam de oogen op. Gjj veroordeelt
mjj eu gy zoudt in mjjne plaats misschien niet
anders gehandeld hebben, Ik heb het dikwjjls
genoeg uit uw eigen mond gehoord, dat orde
en tucht het eersie en voornaamste gebod is
van iedere groote onderneming. Ik heb mjj voor
deze ijzeren wet gebogen, moeten buigen wat
het mjj gekost beeft, dat weet ik alleen.
Ik verlang gehoorzaamheid van mjjne
lieden, sprak Dernburg op koelen toon. Tot
diensten van verraad dwing ik hen niet I
Egbert kromp ineen, en zjjne oogen begon
nen bjjna dreigend te schitteren.
Mjjnheer Dernburg, ik kan veel van u
verdragen, vooral in dit nnr, maar dit woord
dit woord verdraag ik niet.
Gjj zult het wel moeten verdragen. Wat
hebt gjj dan ginds in Eadefeld gedaan P
Wordt vervolgd.)