NIEUWE ollanó. Bij 't verwisselen van Eeuw. No. 4679 Donderdag 3 Januari 1901, 25ste Jaargang De pleegzoon. BUITENLAND. Frankrijk. België. Rusland. COURi Hfragêlaó voor <3Coor ABOHSrBMBNTSPEIJS Per 3 maanden voor Haarlem f 1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1,40 Voor het buitenland 2,80 Afzonderlijke nummers0.08 Dit blad verschpnt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen, BïïBBAü: St. Janstraat Haarlem] Wat zal ze ons brengen Haar gestor ven zuster is begraven en. de ertenii van de overledene drukt zwaar op de volken. Den stoffelijk zwakkere is zijn recht ont nomen en zij, die dat recht moesten ver" dedigen,bleven van verre. Zal 't in de nieuwe eeuw beter gaan Wjj twjjfelen er aan, want sedert lang is men 't Christelijk denkenen handelen ver geten, dorst naar geld en vermaak heb- en heerschzucht zjjn het deel geworden van hen, die kloek en moedig het recht moesten handhaven. V a 1 u a s besprak dezer dagen in het Venl. Weekblad zeer terecht de twee mis kende souvereinen, Z. H. Leo XIII en Paul Kruger, wijzende op de Haagsche Vredes-Conferentie, waar men den wereld vrede beoogde, waar men den grooten Chris- tenmoorder, wiens kromzwaard nog droop van snood vergoten bloed op de Armenië, s ter vergadering een zetel aanbood, terwijl de twee genoemde Souvereinen, eerbied waardig om hoogen ouderdom, zeldzame vorstendeugd en onkreukbaar in het hand haven van de rechten van den mensch, den toegang weigerde. Vrederiep men, maar wat om die Godsgaaf te bekomen door de hemelsche reien ter stede Davids was bedongen, man gelde ten eenen male. Vrede maar met erkenning van 't geen in 1870 tegen verdrag en volkenrecht in werd geroofd. Vrede! maar onder voorwaarde dat de vreêmakers 't zegel hechten aan wat in Zuid-Afrika zal worden gedumm-dumm- kogeld. En men wees hen af, de grijsaards, de wijl er voor die niets laakbaars op den kerfstok hadden, in die bijeenkomst geen plaats was. Men wees hen af, dewijl aanwezigen te- gen-elkander-stelling met door hen schan delijk verongelijkten duchtten. FEUILLETON. Vervolg.) 64 Met deze woorden wendde hjj zich naar de trap, waar Landsfeld was bljjven staan en ging met deze naar boven, terwjjl Hazenbach zjjaen koetsier riep en dan in bet rijtuig stapte. Mjjnheer Willman stond in de deur en maakte nog eene diepe buiging. Het volgende oogon- blik liep hjj, zoo snel zijne zwaarlijvigheid het hem veroorloofde de beide anderen na. En hij beefde volstrekt niet, toen hij voor den ge vrees den Landsfeld stond, maar maakte een even diepe buiging voor hem als zoo even voor dm dokter en verzocht dc geëerde gasten zoo goed te zjjn om mee naar boven te komen, daar zou hg hun eene kamer aanwijzen, waar zij ongestoord konden spreken, hjj zou er wel voor zorgen, dat niemand binnenkwam. Of de heeren ook neg iets wenschten of te bevelen hadden, keu ken en kelder, ja, het heele buis stond de hee ren ter beschikking. Neen, wjj hebben varder niets noodig, zeide Landsfeld onverschillig. Zorg maar, dat er vsn avond niets ontbreekt. L'e vergtdering zal talrijk tjja. l,e dikke waard gaf alle mogelijke verzeke ringen, dat alles zoo goed mogelijk ingericht Was, en dan begaf hij zich zielsvergenoegd naar de groole zaal, om persoonlijk nog eenige be velen te geven. Mjjnheer Pankratias Willmen be- ÏTOH AGITATE PBIJS DBS ADVSBTBSTTISJf Van I6 regels 50 Cent Elke regel meer7l/j Groot» letters worden berekend naar plaatsruimte! Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant Eedacteur-Gitgever, W. KAPPERS. Men wees ben af, de verongelijkten, beiden reuzen van vorstelijk plichtbeseffen, en va derlijk beminnen, helden van loewijding en lijdzaamheid voor het welzijn der hun toever trouwden. Grievend zijn de twee grijsaards miskend door plichtvergeten Yorsten. De rijzende eeuw wete, dat het vertrap pen vaa 't recht der zwakheid, het wur gen der om vrijheid roepende onschuld, het afmaken van fier en edel volk, het werk was van slechts enkelen, dia pogen en vermogen misbruikten, om heerschzucht bot te viereE, om hunnen of der bunnen geld buil te spekken, wel bewust van 't onrid derlijk, eer- en pliehtverzaken geheugen der overige mogendheden. Het nageslacht vloeke, wanneer het, de geschiedrollen van onzen tjjd raadplegend, deze euveldaden verneemt, de eeuw niet noch de volken, die sidderend van toorn, tot onmacht gedoemd, dat opeenstapelen van ongerechtigheden moesten gadeslaan. Men brandmerke de eeuw niet, noch de volken, maar de ongeverfde kaken van die der jaren 19de honderdtal deden en lieten uitgaan over moord- en rooftooneel. O, mocht een dichter opstaan, die een lied zong; «Van een kleine koningin en twee edele grijsaards,» herders van volken Van een kleine Koningin, den voorva derlijken scepter, als een tooverstaf, zwaai end over 't kleine land aan zee, aan jonk- vrouwljjke lieftalligheid en fijnvoelende mee warigheid parende moed en inborst, zoo fier, als slechts zelden door gekroonden aan den dag wordt gelegd. Een lotlied haar, die woorden van aan- erkenning, deernis en troost sprak, woorden, wier oprechtheid boven alle bedenking ligt verheven, tot het edel, eerbiedwaardig twee tal, mst wier grieven een hart - en karakter- dervende staatkunde geen rekening houdt! Zjj, Neerlands koningin, zjj dorst te zeg gen en te doen wat eeD vorstelijk aange legd gemoed haar ingaf, en waarvoor mach- zat in de hoogste mate do kunst, om twee hee ren te dienen. De beide gasten waren intuzschea binnenge gaan. Egbert had zich nedergezet en leunde met het hoofd in de hand. Hjj zag er bleek en overspannen uit. Orer zjjn gelaat lag een bittere scherpe trek, dien men anders niet bespeurd had. Veel vreugde scheen de nieuwe candidast, niet te hebben van de eer, dis hem te beurt gevallen was, Landsfeld sloot de deur en kwam naar Jtuneck toe. Hebt gjj nu eindelijk tijd voor ons vroeg hij op scherpen toon. Ik dacht, dat ik dien altjjd had, was het korte antwoord. Het schjjnt toch niet zoo. Gjj liet mjj als een schooljongen aan de trap staan, terwijl gij mot den dokter in gesprek waart. Gij behoefdet immers niette big ten staan. Waarom zijt gjj niet vooruitgegaan Omdat het mg pleizier deed, te zien, hoe gij u nog altgd niet los knnt maken van hen, die u reeds lang in den ban gedaan hebben, ter- wijl gg vol belangstelling naar hunne gezond heid vraagt1 Wat gast u dat aan? sprak Egbert ruw, Dst is mijne zaak. Niet zoo heel eu al, mjjn jongen. Gjj zijt onze candidaat bjj de verkiezingen en daarom moet gij alle betrekkingen afbreken, die u nog aan hat vjjandeljjke leger verbinden. Gg moat nu in de eerste plaats voor uwe populariteit zorgeD, en door zulke geschiedenissen maakt gij u on bemind, aelfs verdacht, let daar wel op I Runeck haalde verachtelijk de schouders op. tigen zwakkelingendeinsden. Een lied voor haar, Neerlands hoop en liefde, voortaan ook Neerlands trots, door Europa's volken ons benijd 1 Dat lied, wie zingt het ons Schooner dan het schoonste lied, krach tiger, inniger dan wat krachtig, innig wordt geroemd, klinkt opwaarts naar hoog ste sfeer de hartebêe van twee, wier smee- keu om zegen onweerstaanbaar geweldig ten Hemel opdavert. Van twee, wegens dubbele kroon van grijsheid en lijden, ver mogend bp Wie loont die grijsheid eert an lijden troost. Om zegen als met vollen hoorn uit te gieten over 't hoofd der ridderlijke jonk- vrouwe, die Neerlands koningskroon voor 't oog van een bewonderend en verwonderd Europa met nieuwen glans doet schitteren, en over 't hoofd yan den door haar tot ge maal verkoren vorstenzoon. Volgens den Parijsch en correspondent van Daily Mailheerscht in Regeeringskrin- gen in de Fransche hoofdstad algemeen het gevoelen, dat Engeland er goed aan zou doen zooveel mogelijk het einde der vijandelijkheden in Zuid Afrika te bespoe digen. Zet Eugeland den strijd voort, dan zou het zeer goed kunnen gebeuren, dat er onaangename verrassingen voor de Brit ten kunnen ontstaan. De correspondent zegthet is een onwaar heid dat de Mogendheden volkomen on verschillig zijn voor hetgeen in Zuid-Afrika gebeurt. Majoor G u i g n e t zal voor een raad van discipline terecht staan. Deze raad, bestaande uit generaal N o e 11 a t, als voor zitter generaal Hardy de Periny, de commandanten Cormier en Tirton als leden rapporteur is overste Villa; er wordt zitting genomen in den Mont Valérien. Er zjjn zestien getuigen gedagvaard waaronder de generaals R o g et, G o n s e, Boisdeffre en de oud-ministers van oorlog Gallifet, Zurlinden, Ca- Ik dank u voor uw goeden raad, maar ik weet zalf het best, wat mij te doen staat. Ei, ei, gjj slaat daar een zeer hoogea toon aan, spotte Landsfeld. Gjj ziet u zeker reeds als de machtige leider onzer partij, als hoofd persoon in don Rijktdag? Gjj hebt eene zeer gevaarlijke ader van de heeren in u. Daarin ge- Ijjkt gjj merkwaardig op den oude in Odens- berg, gjj zult het ook wel van hem geleerd hebben. Maar dat zoo iets bjj ons niet gaat, mjja jongen, dat moest ge toch weten. Als gjj zoo voortgaat dan geef ik er u mjjn woord op, dat gg u onmogeljjk maakt. Egbert stond plotseling op en ging met ge fronst voorhoofd vlak voor Landsfeld staan. Waartoe al deze praatjes? Zeg het liever ronduit, dat gij mg de plaats misgunt, waartoe onze partjj mjj geroepen heeft. Gjj hadt er op gerekend en vergeeft het mjj niat, dat ik voorgetrokken werd. Eu gjj weet toch zelf het best, dat men mij deze plaats op gedrongen heeft. Ik had ze gaarne aau u over gelaten, al te gaarne zelfs. Wat ik wilde, of verwachtte, komt hier niet ia aanmerking, antwoordde Landsfeld koel tjes. Ik beo geene ksna van slagen bjj eene verkiezing. Gij wel, daarom moet ik voor u het veld ruimen, en dat doe ik zonder tegen spraak. Ik ken de tucht en gehoorzaamheid, als and. ren dat nu ook maar deden I Runeck scheen de laatste woorden niet te hooren, hjj was voor het rtam gaan staan en keek naar buiten. Hoe staat het in Odens- berg P vroeg hjj het twistgesprek afbrekend. vaignac, Chanoine, Freycinet en K r a n z. Ook is »ls getuige opgeroe pen de afgevaardigde La si es. Van den ondergrondschen spoorweg wordt op Zon- en feestdagen een zeer druk gebraik gemaaktElke trein vervoert thans 500 personen. Te Zeebrugge sloeg Vrjjdag bp den he- i vigen stormeen steiger los waarop zich veertien werklieden bevonden. De steiger dreef zeewaarts gevolgd door een sleepboot die onmiddelljjk werd uitgezonden en er in slaagde het houten gevaarte te volgen, doch zonder het te kunnen bereiken. Gelukkig dreef de steiger uit zee de Schelde op en spoelde bjj Breskens aan wal. Na eenige vreeselpke uren van aDgstte hebben uitgestaan, werden de werklieden gered, van droge kleeren voorzien en naar hun woonplaatsen gebracht. De werkstakers hebben te Antwer pen eene betooging gehouden. De stoet drong de bovengalerjjen van de Beurs op, die de burgerwacht deed ontruimen. Zij vaardigden daarna een Manifest uit, waar in zij van stijfhoofdigheid der Reeders ge wag maakten en hen verantwoordelijk stel den voor den toestand, terwjjl de stakers verklaarden tot het uiterste te zullen vol harden. De werkstakers dringen er op aan dat er op de beurs een samenkomst zal plaats hebben van de besturen der bootwerkers bonden met alle groote reeders. Tot deze samenkomst^zouden worden uit- genooiigd de Minister van arbeid, de gou verneur der provincie, senatoren, Kamer leden, benevens leden van de provinciale en gemeenteraden. Na afloop van de be tooging ter beurse gingen de bootwerkers uit elkaar. üit St. Petersburg wordt gemelddat aan het Russische Uof niets bekend is van een samenkomst van president Kruger met den Czaar aan de Rivieta. De reis van den Czaar er heen is zelfs nog niet bepaald. De strijd in Zuid-Afrika. Het moet toch beslist waar zjjn dat generaal Redvers Buller indertjjd gevangen werd genomen door generaal De Wet. De Engel- Goed, ten minste beter, dan wjj duifden hopen. De oude Landsfeld gebruikte mst voorliefde dezen neam voor mjjnheer Dern- burg, omdat hjj wist, dat hjj zijn partjjgenoot daarmede ergerde de oudej waant zieh wel is waar nog onaantastbaar in zjjnen burcht en de oogen zullen hem zeker eerst op den dag der verkiezingen opengaan. Wjj hebben echter ook flink gewerkt en dat was hier waarijjk niet gemakkelijk. Nu staat het aan u 1 Van uwe rede voering van heden-avond hangt veel, misschien alles af. Een deel der Odensborgers houdt nog vast aan Dernburg, de anderen wankelen en die moet gjj pakken en op onze ijjde brengen. Gjj verstaat die kunst uitmuntend, hebt ze ten minste vroeger verstaan. Ik zal mijn plicht doen, sprak Egbert somber, zonder zich om te wenden. Maar ik twjjfel aan den uitslag. Waarom 't Is of gjj vleugellsm gewor den zjjt, sedert wjj u tegenover den oude in Odeusberg plaatsten. Wat gjj de laatste weken in Berljjn gespro ken hebt, was tamelijk flauw en vervelend. An ders waart gjj vel vuur en bezieling en, sleepte iedereen mee, en >nu alles op het spel s?aat, maakt gjj er a niet koud of warm over. Houdt gjj dan van dezen Dernburg evenveel als hjj van u T Ik geloof, dat hjj den dood van zjjn zoon gemakkeljjker te boven zat komen, dan uw afval. Bet zal een roerend schouwspel zjjn, als gjj nu elkander op leven en dood gaat hestrjjden. Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1901 | | pagina 1