No. 4833 Maandag 8 Juli 1901. 26ste Jaargang. ËagG/aó voor <3!ooró- on Sniiö-óCollanè. Vrijmetselaarsdaden. ol>kSr?'4]8eme£ne Wet der Nedar- BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem f 1,10 1 '""ri iMtUftK1*1" Dit ABONNEMENTSPRIJS. Per 8 maanden voor Haarlem Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post Yoor het buitenland Afzonderlijke nummers Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. Redacteu r-U i t g e v e r, W. KÜPPERS. 1,40 2,80 0,03 iTTTHAlNTIIftD AG-ITE MA NON AGITATE. PBTJS DEB ADVEBTENTIEN. Van 1-6 regels. 50 Cents. Elke regel meer-71/» Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant. Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Générale Publicité Etranqère G. L. DAB BE 8p Co. JOHN., F. JONES Succ. Paris 3 Ibis Faubourg Montmartri. Nu wij een tijd beleven waarin de zacht naar het stoffelijke voedsel wordt gegeven, waardoor de mensch maar al te vaak onverschillig wordt gemaakt voorde dingen van hoogere orde, en zeer velen worden meegesleurd in den stroom der vertwijfe ling, door een ellendig schipperen om de menschen te behagen, meenen wij onzen lezers niet te mogen onthouden wat de Heer Frans Netscher geelt in de Hollandsehe Revue. Hij behandelt onder de rubriek <Be- langrijke Onderwerpenin genoemd maand schrift een artikel van de Katholieke Gids over de Vrijmetselarij, waarin duideljjk wordt aangetoond, hoe de hevigste vijandin tan de Roomsche Kerk werkt. De bespreking in de Hollandsehe Revue luidt aldus Wanneer van anti-maponnieke zjjde *ordt beweerd, dat het eenig ware doel der logemannen iste strijden tegen het heloot in 't algemeen, en tegen dat der Heilige R.K. Kerk in 't bijzonder, dan is de vrijmetselaar diep verontwaardigd. Hjj zal het uitschreeuwen van de daken, dat die beschuldiging valsch is, uitgevon den om de goê-gemeente afkeerig te maken Tan de vrymetselarjj, wier eenig oogmerk immers is het tmenschdom beter te maken»9 En als men dan opmerkt, zoo zegt de Heer Hein de Jong (oud-officier, vroeger ■Protestant en vrijmetselaar, en thans Katho liek) in het Juninummer van »l)e Katholieke G»d»», dat geheel de geschiedenis van vroeger vooral die van den tegenwoordigen tijd ™ch ernstig doet vermoeden, dat de Loge mets anders is dan een anti-christelijke win del met een quasi-moreel-braaf uithangbord, een zal hij u zeggenwij mogen ons niet 'einoeien met iemands godsdienst. Wij laten ®en ieder vrij, nxoij merken het als eene be- eedigiHg voor de menschhnd en de Vrijmetse- aan, zoo een profaan, wegens zijne kleur, komst of godsdienst, de opneming in den broe- ei"kring wordt ontzegd//,'f) Noch met de Fran- ®®he revolutie, haar godsdienst derRede, noch et hetgeen Br.'. Victor Emmanuel egen den Paus heeft gedaan, noch met den mturkampf, met de hedendaagsche toestan- in Frankrijk, Spanje en Portugal heb- ^en wij, vrijmetselaars, iets te maken Wij rken kalm aan onszelven, wij trachten T01maakt te worden. (j^Ü'Wecht staat de Vrymetselarjj volgens die ^9er 8 n deJong tegenover hen, de 10 ^ristus den eenigen Verlosser, e®öigen weg tot zaligheid erkennen. En bi: Wlen zal het dan verwonderen, vraagt ?t °uze K. Kerk en vooral hare groote Uw 8ers> de Jezuïeten, het bij de Vrij- ars verkorren hebben ^risf6 twijfelt dan ook aan het anti- de we v karakter der vrijmetselarij en aan doen dat het haar wel degelijk te ls om te strijden tegen ons geloof. p*S8jn wat de leer betreft; doch de toe- >rÖtq f 6r Tau *8' Tolgens hem, voor de 8 8elaars nog al zwaar. 8aat\~S ons een waar genoegen, aldus VUinen dan voort, onzen lezers precies te ^dcdeelen, op welke wijze sinds de jj K der Vr. O. in Nederland de ,zicH van hun taak gekweten heb- '^Hrouo? .ben hier voor ons liggen een yardi.r,t°^'SC^ overzieht van het //merk jes fn (src) uit de geschiedenis der 'aode derland, onderhoorige Koloniën r*' een o"' kan worden aangevuld met 8schieti Chronologisch overzicht van de de(leeuni3 der Orde van Vrijmetselaren >*5 hebblng!ande„ ons vaderland. ercchii] n deze Kronieken geput uit de jjegeven V, ma?onnieke Jaarboekjes, uit- i int,. ?ewel //zonder goedkeuring van h lt>hoi.s j "zonder goedkeuring van las(. door Groot-Officieren", toch op 0tll:<ïiiSsie °Uder toezicht van een off'icieele Q we volgens hem Waardigsteonder drie rubrie- 1 gt'0osten \R d«n Juli 1869 door het Fr.ns.he "*n8*nomen. I. Feesten, het bewierooken van, het slaan van eerepenningen voor, het schen ken van kostbare cadeaux aan z.g ver dienstelijke broeders. II. Het beoefenen van weldadigheid. III. Andere merkwaardigheden, die niet onder I of II behooren. Men zal opmerken, zegt hij, dat rubriek I de grootste ruimte beslaat, wat vermoede lijk te wijten is aan de ma<;onnieke wijze van nhartstochten beteugelen, het vernietigen van vooroordeélen in de prof.', wereld ingezogen, de zelfstandigheid bevorderen, deugden in toe passing brengen, het kwade zaad uitroeien een nederig, onbaatzuchtig en kuisch gemoed aankweeken, en een nuttig burger van zijn vaderland worden, c. a. want rubriek II komt overeen met nliefde voor zijn evenmensch, zijn broeder kotsteren, en aan hulpbehoevenden c. q. bijstand verleenenu, Van Palm's voorschrift. Vóór hjj de eigenljjke Kroniek begint, geeft Hein de Jong dan een kort overzicht van de eerste jaren der Vrij- metselarjj in Nederland. Na de openingder eerste Fransche loge te 's Gravenhage in 5734 in den «Gouden Leeuw» wordt een jaar later iu «den Nieuwen Doelen» eene tweede (Hol landsehe) werkplaats gevestigd in tegen woordigheid van den «Grand-Maitre des Provinces Unies», Br.*. J. C. Rader- ma c h e r en den Gedeputeerden Groot meester J. K u e n e n. Lang duurde de pret niet. De voorzitter van de Hollandsehe loge, wordt met zijn collega uit „den Gouden Leeuw// reeds iu 1735 bij den Raadpensionaris ontboden, en door Z. E. ondervraagd, met dat gevolg, dat tot de onmiddellijke sluiting wordt over gegaan. In Amsterdam waren de broeders niet ge lukkiger. Daar werd in het begin van No vember 1735 in de Stilsteeg een vrijmetse laarswinkel opgericht, doch onmiddellijk door de Regeering verboden. Wel wordt de zaak terstond verplaatst naar het Logement //de Eerste Liesveldsche Bijbel// in de Warmoes straat, doch andermaal moet er gesloten worden (512 November,', terwijl den 30 November een algemeen besluit van de Sta ten van Holland den vrijmetselaren het ver gaderen «erbiedt. Eerst in 1744 heropent Br. Dagran met goedvinden van den Grootmeester-Nationaal Br.-. J. C. Rad er m ache r de beide Haagsche loges, die sedert 1735 gesloten waren geweest. Nog steeds hing'men van de Engelsche mafonnerie af, zoodat de I l la Charité te Amsterdam o. a. in 1755 hareu kon- stitutiebrief uit Engeland moest halen. Een jaar later werd, altjjd nog onder Engelsch opperbestuur, de Groot-loge der Vereenigde Nederlanden gevestigd en Br A. A. Baron van Aerssen Beyeren van Hoogerheide, Heemstede, enz. tot Grootmeester benoemd en bad de 1ste vergadering op lsten Kerstdag van dat jaar plaats. Het duurde intusschen nog tot 1770 eer een Nederlandsch Wetboek der Groot- Loge van de Vereenigde Nederlanden, Koloniën en Onderhoorige landen door de Groot-Loge van Engeland werd goed gekeurd en zjj zelve onafhankeljjk werd verklaard door de ratificatie van het ge sloten Koncordaat door dsn Engelschen Provincialen Grootmeester. De volgende loges bestonden op dat oogenblik in ons land l'Indissoluble te 's GravenhageConcor dia Vicit Animos, La Paix, La Charité, La Bien-Aimée te Amsterdam l'Union Royale te 's Gravenhage; La Yertu te Leiden; St. Lodewijk te Breda De Philantroop te Mid delburg hl assau-Ugingen te Venlo l'Aurore te BrielleDe Broederlijke Liefde te Tiel l'Inséparable te Bergen op ZoomLa Ver- tueuse te BataviaLe Profond Silence te KampenLa Compagnie Durable te Mid delburg De Drie Kolommen te Rotterdam Frederic Royal te Rotterdam. 4) Het magonnieke jaar begint met 1 Maart en verschilt 4000 jaar met onze Christelijke jaartel ling. De inwyding der Louisa- stichting had te 's-Gravenhage plaats den 24sten dag der 3de maand van het Jaar des Waren Lichts 5869 (34 Mei 1869). Eu dan doet de heer D e J o n g de Kro niek volgen aangaande de Feesten, het bewierooken, bezingen van, het slaan van eere-penningen voor, het schenken van kostbare cadeaux aan z.g. verdiensteljjke broeders,» enz. Deze is een droge opsomming van titels, korte feiten enz. en kunnen we dus ge- voegljjk laten rusten. Daarna gaat de heer De Jong na in hoeverre de Vrij metselaars in Neder land z. i. aan hun verplichtingen hebben voldaan in de eerste l!/s eeuw van hun bestaan hier te lande. De feesten zijn legio, zoo roept bij uit medailles, horloges, gedenkbekers, lampen, stoelen, snuifdoozen en ander fraais verte genwoordigen met de zilveren kamerfcroon met 40 armen een flink bedrag doch be paald walgelijk is de vereering van de zoo genaamde verdienstelijke broeders. Op het laatst begint het blijkbaar den ma/jonnieken kroniekschrijver ook al te vervelen, tenminste hij vermeldt de huldigingen maar //summier - lijk//. Vele loges huldigen enz.// En onze lezers moeten niet denken, dat de Broeders moeielijk zijn, iedere gelegenheid wordt te baat genomen om feest te vieren, immers men kan op alle wijze matjonniek verdien stelijk zijn. In een necrologie van de loge //Silentium// wordt iemand geroemd omdat hij aan de ma?. banketten zoo mooi een toast kon instellen op het Huis van Oranje terwijl een andere loge, //La Flamboyante", van een broeder, die overleden was, zeide //dat zijne broeders hem menigmaal zullen mis sen, vooral als zij aan 't broedermaal zijn geze ten, waarvan hij zoo zeer de gepaste vreugde en goeden toon wist te verhoogen.// Men ziet, veel behoeft men niet te pres- teeren om als verdienstelijk lid gewerd te worden. De twee hier bedoelde broeders waren echter maar eenvoudigen in hun soort en dood dit laatste vooral scheelt veel voor eene beoordeeling van verdiensten doch als men gelijk Z. K. H. Prins Frederik zoolang Grootmeester is, zooveel aan de orde heeft gegeven (zie Kroniek1, dan luidt het oordeel nog heel wat anders. Wij laten Br. Palm wederom aan 't woord //Zijn al die omstandigheden niet voldoende, zoo zegt hij, om bij alle V Vv M Mv en inzonderheid bij de Nederlandsche, een onwrikbare over tuiging te vestigen, dat onze Hoog Eerw. schier den eindpaal der menschelijke beschaving heeft bereikt n Geen onzer W.\ B.'. zal dit ontkennen, daarvan ben ik overtuigd.// Menschenvergoding z. i. van de ergste soort, doch die geheel past by de mafon- nieke leer. Het is wèl zoo, dunkt hem. De tweede rubriek, veel minder ver meldende, toont z. i. duidelijk, dat de z. g. «religie der toekomst» niet bijzonder veel hecht aan het beoefenen der welda digheid. Laten we de Overzeesche loges buiten be schouwing, (wat zonder bezwaar mag ge schieden, wijl de grootere bijdragen die van daar komen, meer te wijten schijnen te zijn aan den algemeen gulleren aard der kolonie- bewoners, gevoegd bij de ruime, soms zeer hooge verdiensten en de betrekkelijk ge ringe waarde die daar aan geld wordt ge hecht), dan blijft er voor de Nederlandsche broeders buiten Prins Frederik, al zeer weinig over, en wat het merkwaardigst is, juist hetgrootste bedrag! dat,wat voor de Loui- sastichting in 1866 werd geschonken) komt van een profaan. Welke middelen zijn aan gewend om dat sommetje los te krijgen, is ons niet bekend. Herhaaldelijk wordt van anti-katholieke zijde beweerd, dat de R. K. Kerk zoo ijverig aast op legaten en erfenis sen, vooral de Jezuïeten worden van die zijde nog al beschuldigd maar die lega ten en erfenissen komen dan toch van ge- loofsgenooten, uit vrijen wil, om redenen, die den gever ten volle bekend zijn maar hier is het een ander geval. De heer G o s- s e 1 ij n kan veel met de orde der vrijmet selaars hebben opgehad zij was voor hem toch maar een halve bekende. Dit feit is niet eenig in de geschiedenis der Neder landsche Vrijmetselarij. Eenige jaren vroeger vermaakte Mevrouw de Wed. van Ekstein Cort Heiligers een vrij aanzienlijk bedrag aan de Nederlandsche Vrijmetselarij, wat later zooveel getwist en gekijt teweeg bracht onder de drie in Nederland werkende riten l). Om dit kapitaal te verkrijgen, is ieder- tjjd, naar Hein deJong beweert, door een afgezant der Nederlandsche broeders gewerkt, n.l. door den toenmaligen Reg. Mr. van de Loge «Le Préjugé Vaincu» te Deventer. Een bejaard lid van genoemde loge deelde hem eens persoonlijk mede, dat de «Achtbare» dat zaakje heel handig had ingepikt. Als men voorts nog weet, dat al weder Prins Frederik het gebouw ten ge schenke heeft gegeven, en dat H.K.H. Prin ses Louise het meubilair grootendeels betaald heelt, dan zijn zeker de bijdragen der loges voor hun troetelkind niet bijzon der groot geweest. Weldadigheid beoefenen is voor de loges dsn ook slechts bijzaak. Het dient z. i. alleen als huichelachtig masker voor hef vele kwaad dat zy brouwen. Den mede broeder helpen vraagt hjj Nog hooren wij het een broeder-redenaar zeggen „Neen, onze orde is geen liefdadigheids instelling, wie zulks meent, vergist zich. Een broeder, die morgen een wissel heeft te be talen, het geld niet hijeen kan krijgen, en op de hulp zijner broeders hoopt, zal bedro gen thuis komen, de deurwaarder zal zijn plicht komen doen zonder dat de broeders er een voet voor verzetten.» Uit den aard der zaak is de Vrijmet selarij dan ook onmachtig iets te verricb t*n ten bate der minder bedeelden van het beter te maken menschdom. //Ieder keer," lezen wij in een Fransch vrijmetselaarsblad,'/wanneer wij op het gebied willen treden der oprichting van instelling van weldadigheid en onderstand, zijn wij jammerlijk mislukt.» Er was hier sprake van een Vrymet- selaars-Weeshuis. In Frankrijk bestaan nochtans 300 loges, die samen 25.000 leden tellen, en allen hebben het nog niet zoo ver kunnen brengen dat zy het noodige geld voor het onderhoud van dat Weeskuis konden verzamelen. Na deze onmacht erkend te hebben, gaat het blad aldus voort //Indien onze tegenstrevers, de clericalen, de nietigheid onzer pogingen konden afmeten, zouden zij eene schoone stof vinden om ons hoogst belachelijk te maken. Door den toe stand van het eenig gesticht door ons tot stand gebracht (Het Weeshuis) dat nu 22 jaar bestaat, te vergelijken met de menigte instellingen door welke de Kerk aan de on telbare beschermelingen onderstand van allen aard uitdeelt, zouden zij waarlijk medelij den met ons hebben Waar de vrijmetselaars het zelf zeggen en het met bewijzen staven, moeten wij het wel aannemen, roept de heer De J ongdanuit. Vervolgens gaat hjj ten overvloede nog eens na wat er by het sluiten der Kroniek, behalve de Louisa-stichting in Nederland, al zoo voor ma9onnieke inrichtingen be stonden lo. Algemeen Nedcrlandsch Vrijmetselaars Weduictn- en Jfeezenfonds, gevestigd te Deven ter. Dit fonds is, of gaat thans reeds te niet, Een tiental jaren ruim geleden is het her zien en zoodra de laatste weduwe en wees volgens statistische berekening sterft, is volgens een der herzieners Br.E. W. Scott ook de laatste cent uit de kas verdwenen. In 1864 opgericht, had het reeds in 1890 geen reden van bestaan meer. 2o. Bij de L. //l'Inséparable» te Bergea- op-Zoom. Een Volksbibliotheek, opgericht in 1869, 1000 boekdeelen. (De aard der lectuur is licht te begrijpen.) 3o Bij de L.//Le Profond Silence» te Kampen, lo. Werkinrichting Orde en Vlijt, opgericht in 1847 ;IS reeds lang verdwenen.) Later werd een schoolbeurzenfondsje op gericht en een Hulpbank die tegen matige, vooruit te betalen rente (6°/o), en onder so lide borgtocht gelden verstrekt. Ook is deze loge verhuurder van een lokaal voor ver- koopingen en publieke vermakelijkheden, 's Zondagsavonds is het een gewoon dans huis alles om het menschdom heter te ""uT'j/Sy de L »I/e Préjugé Vaincu» te Deventer. Weduwen en Weezenfondsje Lharitas (liefdefonds.) 5o. Bij de L de //Geldersche Broe derschap'' te Arnhem. a. Een schoolfonds en b. Een opleidingsfonds. 6o. Bij de L „I'Union Royale» te 's-Gra venhage a. Commissie tot uitdeeling van brood en turf. b. Commissie belast met de plaatsing van jongelieden op de ambachtsschool. Ziedaar, zoo roept hij dan uit, alles in Nederland. Later zijn er enkele fondsjes bij - gekomen, doch vsn zoo gering belang, dat zij de mbeite niet waard zijn genoemd te worden. Een z. i. aardig staaltje van filanthro- pisehe impotentie uit den nieuweren tijd, kan hy' dan niet nalaten mede te deelen, «en, zegt hij, het lust ons zelfs, man en paard te noemen.» De loge //St. Lodewijk" te Nijmegen kwam in 1892 op he snuggere idee om bet Groot- Oosten te wijzeu op een prachtig middel om reclame te maken voor de meening, dat het algemeen welzijn ook in het maconnieke pro gramma van //actie» stond geschreven. In Nijmegen en elders hestonden (en b>- staan nog) militaire tehuizen onder leiding van geestelijken, vooral van pastoors en ka pelaans. Wat of wel het Groot-Oosten er van dacht dien godsdienstigen instellingen eens flink concurrentie aan te doen 't was noo- dig, meende //St. Lodewijk,» er moesten militaire tehuizen op neutralen grondslag worden opgericht. Als men 't goed inrichtte, was er misschien nog iets aan te verdienen. Het Groot-Oosten, erg in zijn rust ge stoord, zond het schrijven uit Nijmegen, per circulaireteekenplankl) met de gebruikelijke apostille aangaande bericht en advies naar de verschillende loges. De meesten deponeer den het ter griffie, doch//Vicit vim V.rtus» te Haarlem vatte de koe bij de horens. Zij benoemde eene commissie om de zaak voor te bereiden. Er werd een voorloopig crediet toegestaan van f 10, zegge tien gulden De commissieleden zochten bekende //modernen» en //wildea rnacons» op, om bij dezen voor loopig een balletje op te gooien. Angstval lig verzweeg men dat de loge het initiatief had genomen de commissieleden waren slechts belangstellenden in 't lot van den soldaat. De voorloopige vergadering had plaats, vele notabelen, wat anti-papisme betreft van een en dezelfde kleur, waren opgekomen. Na een kort debat werd door de aanwe zigen in principe de wenschelijkheid een militair Tehuis op neutralen grondslag op te richten, aangenomen, en eene commissie van 5 leden (waaronder 4 broeders) benoemd die moesten onderzoeken op welke wijze het doel kon worden bereikt. De commissie toog aan 't werk en kwam eenigen tijd later met een verslag voor den dag, waarin werd aangetoond, dat zoo men ƒ1500 kon bijeenkrijgen voor de oprichting en jaarlijks ƒ1500 aan contributie, enz. voor onderhoud, de za k tot stand kon komen. Het verslag werd met eene oproeping voor eene 2e vergadering gezonden aan alle man daatgevers. De groote dag brak aan, waarop over het wel en wee der Haarlemsche militairen zou beslist worden. Te 9 uur (de vergadering zou te 8 uur beginnen) waren reeds twee commissieleden aanwezig, te 9 V, waren beide heeren nog steeds present doch belaas niemand meer, te 10 uur was de toeloop van belang stellenden nog niet grooter geworden. Faute de combattants, ging de vergadering niet door. Wat echter stof tot denken gaf was, dat de twee aanwezige commissieleden de eenigen waren (van allen die op de eerste enthousiaste vergadering tegenwoordig waren geweest', die in werkelijkheid de zaak finan cieel niet of zeer weinig konden steunen Zoo gaat het, volgens Hein deJoug gewoonlijk. Alles leert ons, zegt hij, dat er van het geheele voorschrift van BrPalm niet veel overblijft of de Br.Br doen niets dan feestvieren en cadeautjes geven, en dan heb ben zij geen reden van bestaan als geheime vereeniging, of zij gebruiken hunne „gedekte* vergaderingen om des te gemakkelijker te kunnen strijden tegen onze H. Kerk. Want aangenomen, dat zij alleen belijders waren van hun beginselen, en geen vervol gers van andersdenkenden, welke redenen zouden zij dan nog hebben om ongemerkt hunne tempels binnen te sluipen, zoo ge heimzinnig te vergaderen, dure beloften op te leggen tot geheimhouding vooral van 1,1- aemar in de loyee wordt verAandeld Hunne symbolen f Waar zit dan toeh liet geheim daarvan F Kunnen wij soms nist vatten dat 1) aSjmboiieke den .Meestergraad Graden b. Af 9. Hooge gradt elingen van (Xiosecroï*). i) Toekenplank Briel

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1901 | | pagina 1