NIEUWE fbaaSlaó voor <3ïooró~ on Suid-eJCollanó. Overdreven Dienstijver. MEVROUWVAN SERGY Xo 5047, Donderdag 20 Maart 1902. 26ste Jaargang BÜ1TE5LAJS 1). ABONJJfiBMBJrTSPBIJS. Per 8 maanden Yoor Haarlem 1»10 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p. p. 1)40 Voor het buitenland 2,80 Afxonierlgke nummer». I i i <0.08 Dit blad verschpnt iageU/Ju, behalve Zon- en Feestdagen^ BïïBliü: Sti Janstraat Haarlemi PBIJS SBB ADVBBTBBTIBSJ Van 16 regels50 Cera Kike regel meer7'/i» Groota letters worden berekend naar plaatsruimte Dienstaanbiedingen 25 Cents per adrertenie k Contant AQXTB KA BOB AGUTATB. Redacteur-Ui t g e v e r, W. KüPPKRS, Ken welgemeend staaltje van overdre ven dienstjjver, om het zoo eens te noe men, leverde dezer dagen bjjna de gansche Nederlandsche pers. Op het voetspoor ran het Utrechtsch Dagblad maakte men zich bezorgd over de positie van Prins Hen drik, wien men daarom wilde opleiden voor den rang van opperbevelhebber onzer strijdmacht. Door genoemd orgaan en de andere couranten namen bet terstond over werd al een volmaakt program voor het «bekwamen» van den Prins-ge maal gegeven, een program, dat Z. E. H. binnen niet al te lan g tijdsverloop aan 't hoofd der troepen zon brengen. Dat alles is ongetwijfeld goed bedoeld, maar desniettemin alles behalve vrjj van bezwaren en gevaren. Om met de gevaren te beginnen. Toor de richtige waarneming der ge wichtige post van opperbevelhebber is nog heel wat meer noodig dan daartoe be kwaam te zjjn door theoretische en prac- tische ontwikkeling. Voor opperbevelheb ber moet men, om zoo te zeggen; «in de wieg gelegd» zjjn, moet men gaven bezit ten, welke door geen opleiding, hoe de- geljjk en veelomvattend ook, te verwerven zgn. Nu is het duidelijk, dat het bezitten van een hoogen rang in de maatschappij geenszins uitteraard het bezit d er gaven met zich brengt. Om het onomwonden te zeggeneen geboren koniDg is nog lang niet altjjd een geboren veldheer, zoo dat het niet goed geraden is, aan het koningschap het opperbevelhebberschap te verbinden. Men loopt dan toch gevaar, dat de leiding der troepen in handen komt van een aanvoerder, die daarvoor niet de vereischte eigenschappen bezit, een ge vaar dat inderdaad sehromeljjke gevolgen zou kunnen na zich sleepen. En boven dien nog dit: hoe zal het moeten gaan met de verantwoordelijkheid van den per- FEUILLETON* FervelfS) Ik heb maar al te goed bewjjzen van mijne bekwaamheid op de wapenen gegeven wanneer ik in het engel ijk ben heb ik nu het recht, ja, rust de plicht op mij, niet te aarzelen, om mij terag te trekken, daar niemand mij van laf heid beschuldigen kan. Robert en zijne vrienden keken elkander ver rast aan. Maugiron vervolgde Mijaheer Robert, ik bevestig en ik ver klaar hier luide, dat geen enkel der min of meer onvoorzichtige, tergende woorden, die ik gisteren gesproken heb, een smet op uwe eer kon werpen, die is en die blijft boven alle ver denking verheven. Maugiron hield een oogenblik op, Lucien nam toen het woord Mijnheer Van Maugiron, de beleedigende woorden, die gij gesproken hebt, en die inder daad dokter Robert met handen raken, brengen ons op dit oogenblik niet op het terrein. Ik kom nu aan de directe beleediging, die ik mijnheer Robert toegevoegd heb, ik be treur ze en trek ze in met de verklaring, dat ik mjj enkel door mijn toorn heb laten mee- soon des Konings, indien 't hoofd van den Staat tevens het hoofd der strijdmacht is. Voor de regeering sdaden des Konings stellen z'ch de Ministers verantwoordelijk, maar wie moet dit doen voor de krijgs verrichtingen van Z. M. Het ligt voor de hand, dat deze daarvoor zelf moet staan, wat echtar niet strookt met de ver eischte en voorgeschreven onaantastbaar heid van zgn persoon. E9n tweede ge vaar dus. En deze gevaren zgn zoo algemeen er kend, dat de Grondwet voorzichtigljjk niet het opper bevel, maar het oppertrap over zee- en landmacht aan den Koning toever trouwt. 't Blijft dus Z. M. vrjj staan, een verantwoordeljjk generaal met het opper bevel te belasten, een vrijheid, waarvan wel in den regel gebruik zal worden ge maakt. Nu de bezwaren. Zorgvuldig hebben we vermeden, dan naam van prins H e n d r i k in debat te brengen, wjjl we in geen e nkel opzicht twgfei willen opperen aan de capaciteiten van Z. K. H. Maar zelfs voor het geval, dat de Prins-gemaal alle eigen schappen bezit, welke voor een opperbe velhebber vereischt worden, dan nog zjja er verschillende bezwaren tegen, hem aan 't hoofd der troepen te stellen. De positie van den Prins-gemaal :i getwjjfeld een zeer moeilijke. Aller o zgn op hem geveitigd, van zgn geriDL daden wordt nota genomen en alras vindt men daarin iets te bevitten, men versta on» hier wel niet wjjl de Prins daar toe aanleiding zou geven, maar omdat vitzucht in den aard van ons volkskarak ter ligt. Vitzucht op wie tot ons kwamen vooral, 't Is hierom, dat het ons zoozeer genoegen heeft gedaan, dat voor den Prins geen jaargeld is gevraagd aan de Staten- Generaal, die 't dan ook niet verleenden. Vrjj en frank beweegt Z. K. H. zich dien tengevolge onder ons hij behoeft, om een vaderlandsche uitdrukking te bezigen, «nie mand dank u te zeggen,» heelt niemand sleepen, omdat ik den zijne wilde opwekken, om eene ontmoeting tusschen ons onvermijdelijk te maken. Gij geeft er nog alleen maar de verkla ring van, mijnheer, zeide Lucien. Wat ik doe, wil ik niet half doen, her nam Maugiron, en, in mijne gedachte mag niets van de beleediging over blijven. Ik bepaal mij niet alleen, om voor u, mijne heeren, de verklaring er van te geven, ik bied mijnheer Robert er mijn excuus voor aan. Er heerschte een oogenblik s ilte. Robert dacht niet anders of Maugiron zou hem vragen op diens beurt elke toespeling op zijn verleden, die hem bad kunnen kwetsen, in te trekken. Maugiron zweeg. Is dat alles, wat gij hebt te zeggen, mijn heer vroeg Lucien. Dat is alle», zeide Maugiron. Leopold Van Pleisy richtte zich nu tot de getuigen ran Robert en zeide Indien de eerlijke verklaringen, die gij geboord hebt, en waarover mijnheer Van Mau giron ons te voren gesproken had, niet voldoende zijn voor mjjnhe.-r Robert, blijft Maugiron te zijner beschikking, wij denken, en gij zult onze meening toegedaan zijn, dat in dit geval de verantwoordelijkheid voor hetgeen gebeuren kan, alleen op u zou komen. Daar viel niet aan te twijfelen en Lucien behoefde nauwelijks Robert en Marvejols met den blik te raadplegen, om te entwoorden. Wij hebben u niet» meer te vragen, mijne heeren, en mijnheer Robert neemt de veront schuldiging, die hem geboden wordt, aan. Om- der onderdanen vau zgn koninklijke Echt genoot® rekenschap te geven zjjner daden. Waar hg. uit den aard der zaak gsen be paalde taak van bestuur te verrichten heeft, is deze verhouding de juiste eD de beste, zoodat het niet gewenscht kan ge acht worden daarin verandering te bren gen. Verandering nu zou het zgn, indien den Prins het opperbevel werd opgedragen. En dan zou de Hollandsche vitzucht eerst los komeD. Terwijl nu de Prins alle aan merkingen, waartoe men immers toch het recht niet heeft, «ter griffie kan deponee- ren», zou hg, aan 't hoofd der troepen staande, het mikpunt worden van allerlei en aller critiek, critiek van het volk, dat zoo graag den staf breekt over die boven hen staan, critiek ook van degenen, die geroepen zgn voor hst belaDg des lands te waken. Zou een en ander voor prins Hen drik hoogst onaangenaam wezen en er toe kunnen bijdragen, dat hij van ons ver vreemdde in stede van geljjk thans gelukkig meer en meer het geval is steeds ruimer plaats in de alge meen e sym pathie te verwerven, ook voor de Koning in ware zulk een toestand van zaken geens zins begeerenswaardig. Haar zou de cri- fk niet treffen, tenminste niet recht- seks; maar toch zou H.M. zich erdoor getroffen gevoelen, al ware het alleen, wjjl Zij zich geplaatst zou kunnen zien voor de schier onoverkomelijke moeieljjk- heid: hoe ten aanzien van het opperbe vel verder te moeten handelen. In enkele trekken gaven wjj een over zicht van de gevaren en bezwaren, welke gepaard gingen met het denkbeeld van het Utrechtsche orgaan, dat ook hierom bljjk gaf van overdreven dienstijver: 't is in een constitutioneelen Staat altjjd onge- wenscht als raadgever op te treden in za ken, dia vallen buiten de ministerieele verantwoordelijkheid. En zulk een zaak dat de beleediging echter nog andere personen als getuigen genad heeft, moeten wij proces verbaal opmaken, van hetgeen gebeurd i». Wilt gij daarom zoo goed zijn tegen drie uur in het hotel van Sergy te komen Wij lullen er tégen drie uur zijn, ant woordde de burchtgraaf Allen groetten elkander koel en ernstig, als bij hunne aankomst, rian gingen zij. Maugiron en zijne vrienden sloegen de richting van het terra» in, Robert en de zijnen naar de woning van Marvejols. Wat moet dat beteekenen riep Lucien uit, toen zij weg waren wat kan er toch ge beurd zijn Dat vraag ik mij ook af en vol verbazing ze; Robert. Ziet gij nu wel, dat ik mij niet al te ongerust behoefde te makeumaar nu, na dezen afloop ben ik het werkelijk. XXVII Wat was er gebeurd? Robert en Lucien hadden niet geheel en al ongelijk zich onge rust te maken, terwijl zij overd eze vraag nadachten. Om half acht des morgens, op het oogenblik dat Lucien vertrok om naar Robert te gaan, was Balda bij Angelina in de kamer gekomen. Het kind had niet geslapen ondank» de aan beveling harer moeder. Zij was opgebleven, en liep in de kamer heen en weer, om haar angst en ongeduld te bedwingen. geldt het hier. Hoe goed gemeend ook, men onthoude zich van raadgevingen aan het Hof, dat wel zelf het allerbest zgn faks et gestes zal kunnen regelen. Italië. In de vjjf eerste dagen van de maand Maart heeft Z. H, L e o XIII ter gele genheid van het ingetreden jaar van zgn 25-jarig Pausschap, meer dan 350.000 te legrammen en twee millioen brieven ont vangen. Oostenrijk-Hongarije Te Buda-Pest hebben jl. Zondag woe lige betoogingen plaats gehad, die ein digden met een vechtpartjj. De politie joeg met de blanke sabel de vechtenden uiteen. Een groot aantal per sonen werden gekwetst en een 70 tal op roerlingen zgn gearresteerd. Het rnmoer had plaats bg de viering van het Maartfeest waaraan een vierdui- eendtal arbeiders deelnamen. Het verkeer van trams en rjjtuigen werd belet. Duitscliland. Een groot aantal n^jnwerkers in ie steenkolenmijnen van het Roergebied heb ben hun ontslag gekregen. Tegelijkertijd hebben de directearen, per manifest be kend gemaakt dat de loonen aanmerkeljjk verminderd zullen worden. Rusland. Omtrent het landverraad door den gefn- sileerden kolonel G ri m m gepleegd, wordt gemeld dat reeds zes jaren lang de Rus sische militaire organisatie verkocht was. Vele groote militaire steden van Rus land zgn thans in Duitschland bekend. De Russische état-major is verplicht alle plannen te wijzigen. Meer dan honderd arrestaties hebben reeds plaats gehad na de zaak-G r i m m. Grimm moet verraden zgn door zgn vrouw na een huiselgken twist. Frankrijk. Te Toulouse hebben zich de kerkver- volgers weer kwajongensachtig aangesteld. Tegen een priester die een zieke aldaar, Weinul riep zjj uit, toen Balda de deur harer kamer opende. Mijn liefkind, ik heb mijn belofte ge houden, het duel zal niet plaat» hebben. Zjj zullen naar het terrein gaan, maar mjjnheer Van Maugiron zal aan mijnheer Robert zjjn excuus aanbieden. Ja, maar i» het wel zeker? Gij kunt er geru»t op zijn. Dank u, sprak Angelina zich in de armen harer moeder wtrpende. Ja, ja, bedank mij maar, zeide Balda mei, een glimlach, want de zaak is niet zoo heel ge makkelijk geweest. Gg hebt er du» ve:l moeite mee ge had? Balda vertelde au aan haar kind, wat zjj gedaan had. Zjj zeide haar echter niet alles maar wat zjj vertelde, was toch de waar heid. Toen gij mij verlaten hebt, zeide zjj te gen haar, heb ik bedacht dat het moeiljjkzou zijn, alleen te handelen, en dat, om de zaak tot een goed einde te brengen, de persoonlijke tusschenkomst van mijnheer Van Sergy bjj mjjn heer Tan Maugiron onvermijdeljjk was. M,.r van den kant van mijnheer Van Sergy heb ik heel wat tegenstand ontmoet. De stap, dien ik hem vroeg te doen bij mjjnheer Van Maugi ron scheen hem buitensporig, onbehoorlijk, niet in overeenstemming met recht en billjjk- heid, Wordt vervolgd.') HUKinisjiiuiiiKivr. 67. D« VOOR WAARDIN VAN MAÜfiTRON.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1902 | | pagina 1