NIEUWE l&agBlaó voor cfóooró* en SCuió'dftollanó. agite ma non agitate. Het Middenstandscongres, No, 5191, Donderdag 11 September 1902, 2?ste Jaargang ©e gevolgen van een misóaaó. BUITENLA ND ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden tooi Haarlem i f 1,10 Voor de overige plaatsen in Nederland fr. p» p. 1,40 Voor het bnitenland 2.80 Af*o«derljjke nummers. I «0.08 Dit blad versehgnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen, BB BB AU: 8t Janstraat Haarlensi PRIJS DER ADVERTENTIBN Van 1—6 regels50 Cents. Elke regel meer7i/, Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie it Contant Redacteur-Uitgever, W. KüPJPERS. zoo lang verwacht, zoo degeljjk voor bereid, zoo druk bezocht, behoort weder tot de geschiedenis. Ds vele quaesties, welke den «handeldrjjvenden middenstand, ter harte gaao, zijn uitvoerig besproken en het gevoelen der vergaderden is in con- clusiën en moties neergelegd. Deze conclu8iën en moties, hos verschei den ook van inhoud en strekking, hebben een karaktertrek gemeen: ze zjjn wat on bestemd, ze missen die puntige beslistheid, welke velen wellicht gewenscht ware voor gekomen. Men heeft zich in die einduit spraken bepaald tot het uitspreken van verlangens, tot het aangeven in breede lijnen van wat men goed en nattig achtte, ter wijl menigeen mogeljjk verwacht had, dat het Congres eens flink de puntjes op de i's zou zetten. Voor dezulken is alzoo de uitslag der besprekingen eeu tegenvaller, welke hen aan de vruchten der zoo vurig begeerde sa menkomst zal doen twjjfelen. Hierin hebben zjj o. i. echter groot ongeljjk, want voor den tammen aard der cooclusiën zijn tweeërlei deugdelijke redenen aan te voeren, die bjj de beoordeeling van den congres- arbeid niet uit het oog mogen worden verloren. De eerste reden is er een van practi- schen aard en wel dezeer waren in de sectiën vertegenwoordigers van allerlei richtingen en stroomingen. In hoofdzaak dachten die allen wel eender over het doel van het Congres, de opheffing van den Middenstand, maar over de middelen, om dat doel te bereiken, liepen de meeningen soms ver uiteen, zooals nit de discussiën aak bleek. Eu nn was het zaak, de con clusie! zoodanig te stellen, dat allen zich ermede konden vereenigen, zonder dat daarom evenwel de hoofdzaken werden over 't hoofd gezien. Een vrjj moeiljjk gegeven voorwaarde, die noodzakelijk moest leiden tot een rekbare breedheid der uit- F E UILLETON. Vervolg). 115. Een vervallen paard met magere beenen liep eenige passen verder en blies met zijn neusga ten de sneeuw weg om nog een enkel gras sprietje te vinden. Voor het vuur ligt een groote hond, even mager als het paard, die bij het minste gerucht begint te brommen en de tan den laat zien. Alles getuigt van verval, ellende en honrer. De wagen is gesloten en van binnen hoort men stemmen gemengd met kinderkreten, daarna wordt de deur eensklaps geopend eu het gram storig gelaat van een man verschijnt. Wanneer dat hondenweer aanhoudt, grom de hij, dan moeten wij hier allen om komen. Hij kwam misnoegd de trap van den wa gen af, een andere man volgde hem en vroeg Sneeuwt het nog? Nog altijd. Daarna vertoonde zich een vrouw, met een kind in de armen, het hoofd in een verschoten en gescheurden doel gewikkeld. En alsof wij met genoeg hadden te doen, spraken. Schijnbaar zjjn deze hierdoor in waarde verminderd, doch in werkelijkheid niet. Wat toch zou men gehad hebben aan motiën, die slechts bjj meerderheid waren aangenomen. De wetgever zou dan eventueel nog niet weten waaraan zich te houden. Want handelde hg in overeen stemming met de uitspraak, dan wist hg zeker, de minderheid tegen zich te heb ben, terwijl hjj nu een gedragslijn vindt aangegevendie allen tot tevredenheid zal stemmen. Maar 't was om nog een andeve reden niet wel doenlijk, krassere conclusiea te verkrjjgen.Het bleek tochtencoogresse over tuigend,hoe groot verschil er bestaattusschen den middenstand en de arbeidersklasse. Ter wijl deze de goede elementen, die ge. lukkig nog vele zjjn, niet te na gespro ken gewoon is, haar eischen op stroe ven toon en in snoevenden vorm te de- creteeren, zonder er acht op te slaan, of er wel gevolg aan is te geven zonder de belangen van anderen te schaden, hebben de middenstanders wel degeljjk overwo gen, in hoeverre hun wenschen voor ver wezenlijking vatbaar warenhebben de middenstanders getoond te begrjjpeu, dat de wetgeving niet met hen alleen maar met het geheele volk rekening heeft te houden. Vandaar dat zjj in hun uitspra ken niet laide verkondigden: «zoo willen wjj 't hebben», maar dat zjj bescheidenlgk hun wenschen openbaarden, soms met het aangeven van de richting, waarin zg liefst gestuurd weuschten te zien, maar overigens met vol vertrouwen in den wetgever. Zoo is het Congres ongetwjjfeld het beste antwoord geweest op het gezegde van minister Kuyper bjj de vorige Be grooting «Laat de Middenstand zelf meer aangeven, wat hg wenscht. Zoolang dit niet geschiedt, bestaat er voor de Regee ring geen aanleiding tot ingrjjpen.» Wel nu, de wenschen zjjn thans geopenbaard. Eu dat de Regeering van goeden wille is om er naar te luisteren, bewees de aan- om unszelven te voeden, moeten wij ons nog met een noodeloozen moud belasten. Hierbij toonde zij het kind, dat zij in de armen had. De man, die het eer3t uit den wagen was gekomen, haalde de schouders op en zeide Ge Verveelt ons. Ge hamert aldoor op hetzelfde aanbeeld. 't Is mogelijk, hernam de vrouw, maar daar gij u met dat kiud belast hebt, kuut gij het ook voeden, ik bedank er verder voor. Tergelijkertjjd legde zij het kind op het trapje van den wagen. Canaille, bromde Beerenkop, want hij was het. Geef het maar aan mij, sprak Rozengeur de metgezel van Beerenkop, ik zal het wel voeden. En waarmee P Met melk, par bleu, En hos zult ge aan geld komen om die te koopen Ik zal wel melk weten te krijgen, zon der geld. laat dat maar eens aan mij over. Zooals ge wilt, zeide de vrouw, maai ik bemoei mij met niets meer. Zjj stak haar door de sneeuw druipnatte schoenen naar het vuur uit. Rozengeur nam het' kind, de dochter van de ongelukkige Claire en ging er mee heen en weer loopen, suste het als een min, trachtte het te troosten en zag het vol liefde en bewondering aan. Wat is zij toch mioi, mompelde hij, Ondanks de koude zag het kind er blozend wezigheid ten Congresse van haar offii- cieelen vertegenwoordiger, bewees de komst van den Minister van Waterstaat, Handel en Njjverheid, bewezen ook de kennisgevingen der Ministers K u y p e r en Loeff, dat zjj verhinderd waren ter ver gadering te verschijnen. Met recht mag dan ook verwacht worden, dat het Congres nut |zal afwerpen, maar men zg niet te haastig en spanne zjjn verwachtingen vooreerst niet te hoog. De conclusiën en motiën, welke uit deu smeltkroes der beraadslagingen te voor- schjjo kwamen, zullen niet morgen aan den dag den tastbaren vorm aannemen vau wetten en voorschriften, maar wel zal het tot stand komen dezer voorschriften en wetten er door zjjn verhaast en bevor derd. Is dit reeds een resultaat, waarvan de beteekenis door volgende Congressen kan worden versterkt, er is op nog een ander goed gevolg vaD de Amsterdamsche bjjeenkomst te wjjzen. Yelen der deelne mers toch zullen naar huis zjjn gegaan met gezonder en degeljjker begrippen om trent hetgeen al zoolang de gemoederen van den Middenstand bezig houdt. Men heeft er hooren spreken over maatregelen, die reeds dadeljjk zjjn te nemen, over voorschriften, waarvan men de uitvoering en naleving in eigen hand heeft, over wet telijke bepalingen, waarop men zich nu reeds beroepen kan kortom, over vele zaken en toestanden, die op eigen initia tief tot verbetering kunnen gebracht wor den. Dit al zal ongetwgfeld zjjn uitwerking in den breeden kring van de deelnemers niet missen, zoodat ook dit resultaat van het Congres niet gering is te achten. Jammer, dat de aangename toon, welke in het Concertgebouw heerschte, dat de welluidende middenstands-symphonie, wel ke er werd uitgevoerd, door zoo schrillen wanklank moest worden verstoord. Wjj bedoelen de anti-clericale redevoering van Mr. Levy. Hg leverde een staaltje van grenzelooze oppervlakkigheid, want uit. S ïeeuwvlokken kleefden aan de blonda lokken en schitterden als diamanten. jjij liet het aan Beerenkop zien. Deze haalde onverschillig de schouders op. Hij dacht aan heel iets anders, aan zjjn moeilijken toestand, aan de wreedheid van het lot, aan de snijdende koude. Geen sou bezaten zjj meer. Sedert zij van Parijs vertrokken waren, doolden zij rond, gaven voorstellingen in de dorpen en steden, die zij doortrokken maar het weder was slecht, de boeren bleven thuis en de eenigen, die naar hun kunstverrichtingen kwamen kijken, waren straatjongens zonder geld. Wanneer zij hun inzameling hielden, bracht die ternauwernood een paar koperstukjes op. Het was ellende en wanhoop. De vrouw gromde, terwijl zij naar het kind van Claire wees. Het is die ge doekte, die ons dat alles op den hals gehaald heelt. Zij haatte het kind kind en zou het mishan deld hebben, wanneer de mannen, meer mede lijdend, er zich niet tegen verzet hadden. Beerekop beschermde de kleine, niet zoozeer uit edelmoedigheid, maar omdat hij hoopte dit zij later voor hem zou werken, wanneer hij er te oud voor was geworden. Zij zou hem op zijn beurt voeden zooals hij haar gevoed had, Het is waar wanneer deze tegenspoed voort duurde, dan zou hij het zeer slecht kunnen voeden. Rozengeur had aanstonds genegenheid voor het kind opgevat. Yan de eerste dagen at had hij er mee geloop en, het gekoesterd en ermee gespeeld. Hjj alleen kuste haar en men moest Mr. Levy, bestreed dingen die niet ge zegd waren terwjjl hjj verzuimd had de af deeling te komen bjj wonen. Een groot deel der Congresleden sprak onverholen zjjn afkeuring uit terwjjl Mr. Levy zich, naar men meldt, ook beduid zag, dat hg aan het sluitingsdiner maar liever weg moest bljjven. De tjjd, dat wjj, Roomschen, ons alles laten welgevallen, is voorbjj. Dit ongezocht aan het licht te hebben gebracht, is mede een der verdiensten van het Congres. Frankrijk. De Bonapartisten te Parjjs hebben in een Zondag gehouden vergadering den wensch uitgedrukt, dat prins Victor- N apoleon afstand zou doen van zjjne rechten op den Fracschen troon ten gun ste van zjjn jongeren broeder prins Louis- N a p o 1 e o n-B onaparte, generaal in Russischen dienst. Te Parjjs is de vertegenwoordiger van den minister-kerkvervolger Combes den toegang geweigerd tot de villa des Otages, voorheen bewoond door de paters Jezuïeten, thans verhuurd aan den pastoor vau Belleville. Hij bracht ia kort geding de zaak voor den Rechter, doch hg kreeg ongeljjkde Rechter verklaarde dat de heer Ménage, zich met de woning van den Pastoor en evenmin met het daarin gevestigd Patronaat te bemoeien had. Sedert denSen September heeft men te Parjjs niets meer vernomen van het eiland Martinique, Er wordt gevraagd waarom bjj voorbeeld geen dienst van snelvarende stoombooten tusschen Fort-de-France en een naburig eiland is ingesteld. Italië, Sedert Zondag is de Vesuvius ia wer king. Groote vlammen komen uit den kra ter. De lava stroomt den berg af. —De St. Lucaskerk te Napel is vooreen gedeelte door een gasontploffing vernield, het dak werd 15 meter hoog geslingerd. Er zjjn verscheidene dooden en een groot aantal gekwetsten. haar in zijn tegenwoordigheid niet mishande len. Het kind was de oorzaak van voortdurenden twist tusschen Avondschoon, de vrouw van Beerenkop, en Rozengeur, hun deelgenoot. Avondschoon en Rozengeur hielden niet van elkaar en dikwijls was het noodig dat Beeren kop, om de goede verstandhouding tusschen zjjn vrouw en zijn vriend te herstellen, zjjn ijzeren vuisten toonde. Dan zweeg alles en was de orde hersteld. Tot dusverre hadden zij redeljjk wel kunnen leven, er was altijd brood geweest, maar thans begon het brood te ontbreken en men ge voelde zich verloren door koude en sneeuw in een afgelegen hoek van Morbihan, meteen verongelukt rijtuig, een uitgehongerd paard en zonder geld. Het land bood hun geen enkele uitkomst aan. Trouwens de oogst, de vruchten, de groenten waren binnen, en het meerendeel der bevolking bestond uit vissehers, in den ruwen tijd bijna even armoedig als de geluk zoekers zelf. Er was niets te beproeven en mismoedig klonk het van de lippen van Beerenkop Bah, of wij hier of elders sterven. En men wachtte. Waarop Op het einde, op den dood, Men had den moed niet meer te strjjden, de spieren waren verlamd, de maag waa uitge hongerd. De vrouw kleedde zich niet meer, zij bleef geheele dagen met ongekamde haren, met lompen bedekt, op haar matras liggen, waar zij rilde van koude ea vochtigheid. {Wordt vervolgd) II UK II «Ni HE CO. DM IT. NXÏËNDKAir

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1902 | | pagina 1