No. 5237
Woensdaa 5 November 1902,
27ste Jaargang
Bagêlaó voor <ctfoord~ en SCuid-<JColland.
Uit Den Haag.
©0 gevolgen van een
miséaaó.
AÖIPE M4 non agitate
Büll'ENLAND
rt I JV JV L4 JS D.
BUREAU: St, Jansstraat. Haarlem
Pr ar kr ijk.
Oostenrijk Hongarije-
Duitsohland.
Engeland.
America.
- r.nrtn rtrrn t\ trnnminiffTtUff
ABONNEMENTSPHIJS.
Per 3 maanden voor Haarlem
f 1,20
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post1,50
Voor het buitenland
Afzonderlijke nummers
Dit blad verschijnt dagelijksbehalve Zon- en Feestdagen.
Redacteur-Uitgever, W. KÜPPERS.
2,90
0,03
TIEND
PRIJS DER ADVERTENiIEN.
Van 16 regels Cent#
Elke regel meer7y»
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie a Contant.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Génerale PublcitéEtrangère
G.L. DA ÜBE 4' Co JOHN., E. JONES SuccParis 31 bis Faubourg Montmartre
3 November 1902.
't Is voor bjjgeloovige Senatoren, Af
gevaardigden en Statenleden haait om
bang te worden, zoozeer waart de dood
om in Parlementen Provinciale vertegen
woordiging. De Eerste Kamer is in het
vorige zittingjaar geen enkele maal by-
een geweest, of de Voorzitter had een
overleden lid te herdenken de Tweede
Kamer heelt lu door den docd verloren
de heeren v. Kempen en D e n H e r-
t o g, terwyl in de najaarsvergadering der
Zuid-Hollandsche Staten de nagedachts-
nis van niet minder dan vier leden zal
moeten worden gehuldigd.
Heusch, 't is haast oai bang te wor
den wat evenwel voor g<en enkelen
Nederlander een beletsel zou blyken om
zich «de keuze te laten welgevallen>, in
dien «het vertrouwen der kiezers» hem
tot een of andere vertegenwoordigende
tucctie riep, Blakende jjver voor «de be
langen van stad en land» zou hem over
al'e bezwaren doen heenstappen Indien
later mocht blyken, dat de behartiging
van «het algemeen welzijn» wat veel tjjd
vereischt, welnu, het by wonen der ver
gaderingen is niet verplichtend. Bij de
aanslaande Kamerzittingen zal hetgoede
publiek dit laatste wel weer ervaren, de
pers zal op het «betreurenswaardig absen
teïsme» wijzen, maar helpen zul het
niet.
Laat ik evenwel niet vooruit loopen op
de parlementszittingen, want ik heb nog
een merkwaardige Raadszitting te memo-
reeren. Verbeeld u,deHaagBche Vroede Va
deren hebben twee en een halven dag over
de Gemeentebegrooting gedaan een on
gehoord iets voor de Residentie, waar an
derhalve dag begrootingsdebat al buiten
gewoon lang was.
Allicht zal men nu denken «er viel
ditmaal zeker heel wat aan de Begrooting
te tornen, de plannen van B. en W. zyn
ongetwjjfeld niet heelhuids uit dat uren
lange gepraat te voorschijn gekomen.»
Maar die onderstelling is totaal mis. Cri-
tiek is er genoeg geweest, zeker. Voor
eerst 60 pagina's voorloopig verslag, sa
mengesteld door deu aarts criticus v. d.
Ke m p. Vervolg» ns een htrhaling van al
die gedrukte critiek met nog wat gespro-
keu dito iu de Raadzaal. Al die criliek
had evenwel slechts tot resultaat, dat de
gansche Begroot'ng -- de verschuiving
van een post tooi de electrische centrale
uitgezonderd ongewjjzigd weid aange
nomen, Wel een succes voor B. en W.
Wanneer ik zoo eens naga hoe he'»
FEUILLETON.
162
(Per volg).
Bigobert liet zich vallen, men hoorde hem
met een doffen slag neerkomen.
Welnu vroeg Anseline.
Niet slecht, gij kunt mij gerust vol-
gen.
De man van den nacht kroop op zijn beurt
door de opening en liet zich daarna aan den
anderen kant neervallen.
Minder lenig dan R'gobert bleef hij een
oogenblik als verdoofd op den grond liggen.
Zijn metgezel SDelde hem ter hulp.
Hebt ge u bezeerd?
Neen, neen, het is niets, zeide Anse
line die met eenige moeite opstond.
En nu moeten vre ons uit de voeten ma
ken, reide Rigobert.
Welken kant op? vroeg Anseline pein-
z nd.
Kijk, di ar hebben we onze landkaart
vergeten, zeide Bigobert.
Voor alles, voegde hij er bij, zal ik
trachten het gat te sluiten. Wanneer men
ons vervolgt, zal men toch eenigen tijd verspil
len met het te openen,
blijkens den Begrootingsarbeid, in andere
steden des lands met den fmancieelen
toestand gesteld is, dau hebben de Ha
genaars wel reden tot blijdschap. Am
sterdam weet geen raad en is even af-
keerig van de verhoogde belasting als
begeerig naar bezu'niging en steun van het
Ryk; Rotterdam voerde een nieuwe be-
1 isting in; een «Straatbelasting,» die via
de huiseigenaars drukt op de huurd rs
Utrecht verhoogde zyn stedelyke belastin
gen Groningen komt aardig wat te kort
Leiden ziet zyn belastbaar inkomen dalen.
kortom, 't is overal huilen en de lamp
vasthouden.
Maar hier in Den Haag vonden wy de
noodzakelijke vermeerdering van inkom
sten doodgewoon uit een verhooging der
retributie, welke de duinwaterleiding aan
de stad betalen moet voor het gebruik
van den ondergrond een verhooging,
waar niemand iets van voelt, want ze
wo dt bestreden uit het batig saldo van
de stedelyke txploitalie der waterleiding.
Ook de gasfabriek, evenzeer een stedelyke
onderneming, werpt eene mooie bate af,
zoodat de Haagsche financiën er niet kwaad
voor staan.
Of 't zoo blijven zal Er liggen vele
groote uitgaven in 't verschiet, zooals de
bouw van een nieuw gymnasium, uitbrei
ding van de nog vaartuiglcoze Laakha
ven, stichting van een abattoir (waartoe
al in de voiige eeuw besloten werd,) ein-
deljjke verlaging van de Wagenbrug en
meer van die karwei jes. Zulke werken
vragen echter maar een som voor een?,
zoodat ik meer beducht ben voor grapjes
zooals schooldoktoren, schoolfcleeding en
schoolbaden, die jaarlijks het budget druk
ken. Er is nog wel geen sprake van, maar
speciaal de voeding en kleediüg van arme
leerlingen vonden in den Raad al een pleit
bezorger, die zeide, dut de Leerplicht die
liihamelyke verzorging noodzakelijk mede
bracht. Moge men er toch nooit toe over
gaan de gemeentekas te bezwar<n met
philantropische diDgen welke aan t par
ticulier initiatief dienen overgelaten te wor
den. We hebben al genoeg te betelen,
want ook de brandweer en ds e ndelyk
te reorgauiseeren politie gaan meer kosten.
Yoor 't oogenblik echter kunnen wy
ons verheugen in een gunstigen financiee-
len toestand, 't Is aan de kiezers om te
zorgen, dat de richting, tot dusverre ten
stadhuize gevolgd, niet verlaten worde.
Behalve de Begrooting heeft de Raad
nog een gioote zaak afgedaan de ver
plaatsing van de «Kurhaus bar
Dat is een quaestie van belang Verbeeld
u: de Raad had aan B. en W. de bevoegd-
Door Anseline bijgelieht klom hjj naar de
openÏDg, met eenige moeite schoof hij de
ijzeren plaat er weer voor en liet zich op nieuw
va len.
De twee mannen bleven een oogenblik on
bewegelijk staan. Met behulp van een nieu
wen lucifer verkenden zij de plaats waar zij
zich bevonden. De grond, waarop zij waren
neergevallen, was nat en slijkerig, in het mid
den stroomde vuil water. Boven hen waren
ijzeren staven, die het gewelf steunden. Er
heerschte groote stilte, alleen afgebroken door
het verwijderd geraas van het water aan den
mond van het riool. Groote ratten, door de
komst van die ongewone bezoekers opge-
schiikt, vluchtten naar alle kanten weg.
Rigobert uitte een kreet toen hij die rat
ten zag.
Bah, wat leeljjke dieren 1
Anselioe zeide niets en was geheel ver
diept in het bedenken van zijn maatregelen
die bij tot de vlucht moest nemen.
Allerlei onrust kwelde hem. Hij moest van
hier, zoo spoedig mogelijk van hier.
Maar hoe
Langs welken weg
De tjjd verliep, de nacht verstreek, de dag
zou aanbreken en voor dien tijd moesten zij
buiten zijn.
Na bedacht te hebben welken kant hjj zou
opgaan om een uitweg te zoeken, besloot hij
links te gaan.
Vooruit, zeide hij, wij hebben geen tijd
te verliezen.
Zij gingen op weg over den glibberigen
heid gegeven om vooi dat badhuis-koffie
huis een andere p'aats aan te wijzen dan
de tegenwoordige. En nu bleek, dat de
«Maatschappij Zeebad Seheveniugen» een
nieuwe plek had uitgekozen op hit Gevers
ol ynootplein, een keuze, waarlegen B en
W. zoo weinig bezwaar hadden, dat zy
gelden aanvroegen voor d« rioleering,
door de beoogde verplaatsing noodig ge
worden. Maar nu kwam het schoonheids
gevoel van den Raad in opstai.d, welke
opstand intnsschen niet weinig aangewak
kerd werd door de zucht, om net «zeebad»
nu tcch eens een hak tezeltei. Hierover
werd echt-r niet gerept, des te meer over
den «welstand» op meergenoemd plein,
dat ontsierd dreigde te worden door dien
«bar», 't Was inderdaad bar, zcoals 't
er toeging. Zelfs de sty 1 van het Kur-café
en de meenÏDg van den architect Cuy-
pers werden erbij gehaald. Het slot van
het onzuivere schoonheidsliedje wbb, dat
de rioleeringsgelden werden geweigerd en
B. en W. «uitgenoodigd», voor de bar
een andere plaats aan te wijzen. Als de
Raad nu maar consequent blyft in zyn ver
fraaiingskaar.
En Zorgvliet is zoo aan een combinatie
overgegaan Goedkooper, naar men zegt,
dau dat de stad bet zou gehad hebben.
Enfin Als we nu maar zorgen kunnen,
dat de Scheveningsche weg niet bedorven
wordt, is het nog zoo heel erg niei.Maar
voor d en weg moeten onze Vroede Vade
ren waken met alle kracht, waarover bun
ontwikkeld schoonheidsgevoel bescbiki
Een heerlijke bekentenis heeft de
Fransche midster- kerkvsrvolger C o m-
b e s iu den Senaat afgelegd, door te ver
klaren dat bij eenige lief dad ge gestichten
niet heeft doen sluiten, omdat hij ze niet
kon vervangen. Het is dus een goed werk
dat de religieusen verrichten. De Senator
Le Provost deLanoy tchandvlekte
dau ook de hatelijke wjjze waarop het
Ministerie te werk is gegaan by het
slu ten der scholen.
Algemeen wordt te Parys pret gemaakt
over een daad van den Koning van Por
tugal die in de Fransche hootdsta l ver-
toeft. Deze Vorst heeft aan minister
Combes, de Christus-oide geschonkeu.
Kan men z:ch een dwazer daad voorstel
len,om deze orde te verleenen aan deu ha-
teljjken vervolger van het Christen geloof!
De minister-president Combes
doet zyn best om de zaak betreffende
den gemeenen afzetterstroep «Humbert»
te doen doodzwijgen en in den doofpot j
te sloppen. En zoo komt het, dat in de
Fransche Republiek deze schurbemamilie
buiten de macht der politie blyft, teiwjjl
naar middelen wordt omgezien om Fran-
grond in de duisternis gehuld, zoo snel mo
gelijk voort.
Na eenigen tijd voortgeloopen te hebben,
was liet hem alsof het riool zich met water i
v 1de en het geraas aan den mond werd
sterker.
Men zon zeggen dat het huiten regent
zeide Rigobert. j
Als er maar geen storm komt, sprak
A nse ine. J
Nauwel ks had hij deze woorden gespro-
kin, of een dof gebrul weerklonk, dat al nader
en nader kwam. 1
Anseline sidderde. j
Ook Rigobert deinsde vol ontzetting terug
Wij zijn verloren, zeide de man van i
1 den nacht. j
Wat dan? vroeg Rigobert klapper tan-;
dend. Wat is er
I e overstrooming, het water nadert, het
stijgt, hoort ge het niet
Ja, ja.
Eensklaps steég het water hen tot aan de
knieën.
Helaasriep Rigobert, het is waar, wij
zijn verloren. Hadden we ons maar liever laten
vatten.
Alles is beter dan gevat te worden
zeide Anseline, zelfs de dood, de afschuwe
lijkste dood,
Hij had nauwelijks den tijd om dien zin
uit te spreken.
Een stortvloed overviel hen en bedekte hen
bijna tot aan de schouders. Zij moesten zich
aan elkaar vasthouden om niet te vallen en
sche burgers en burgeressen, die eeu gees
telijk kleed dragen, op allerlei manier te
kwellen.
Een Engelsche revue heeft onlangs de
zaak der Humberts weer op het tapjjt
gebracht. Zy schryft onder andere Men
zal de dame met den geheimzinnigen kof
fer nimmer achterhalen. Bq de zaak zyn
te hooge personages betiokken. Indien
zij werd aangehouden, zou men genood
zaakt zyn schandalen aan het licht te
brengen, waarbij het l'anama-schandaal
en de Dreyfus-zaak slechts bagatellen
zyn.
De Eclair maakt hierby de opmerking,
dat men in Frankiyk daarvan overtuigd
is, eu stelt eenvoudig de vraag, waarom
een enkel bezoek van den procureur-ge
neraal voldoende was om den grootzegelbe
waarder V a 11 het wapen uit de handen
te slaan, waarmee bij dreigde te treffen.
De mafonieko solidariteit bedekt helaas
du ongerechtigheid met het schootsvel der
liefde, en belet dat de wolven, zoowel
de groote als de kleine, elkanderverslinden.
Waar men op belust is,dat zijn de schatten
en rykdommen der kloosters.En de domme
socialistische en anarchistische menigte
verbeeldt zich, dat een ongekend tydperk
van nemen en verdeelen onder Combes
zal aanbreken. Zy veigeten dat gestolen
goed geen welwaart, wel armoede en el
lende brengt.
De politie van de drukbezochte bad
plaats Meran in Tyrol, heelt gravin Lo-
n y a y, die daar logeert en zich in het
vreeradelingenboek had ingeschreven als
gravin B o d r o g, laten weten, dat zy, nu
zij vervallen is verklaard van den Belgi
schen piinsessentitel en van het lidmaat
schap van het Ooslenryksche keizerljjk
huis, niet meer het rtcht heeft, incognito
te reizen.
De Duitsche Keizer en Keizerin hebben
Zondag de inwijding der nieuwgebouwde
hoogeschool voor beeldende kunsten en
muziek te Charlottenburg bygewoond.
Keizer Wilhelm hield een rede, waar
in hy herdacht wat het Koninklyk Huis
had gedaan voor de kunstacademies, en
de stichting van het nieuwe gebouw door
Keizer Friedricb, een warm kunstbe
schermer evenals zyn liju begaafde gade.
De Keizer betoogde verder hoe hy de
bevordering van de menscken-veredePnde
kunst beschouwde als een der voornaam
ste hee Echerspl'chten; hy wilde deleer-
aars en leerlingen ook heden vermanen,
zich te spiegelen aan de onbereikbare,
klassieke vooi boelden, en in navolging
van de groote meesters van alle latere
eeuwen de kunstidealen te leiden in de
banen aar gewezen door de overlevering
en door de onveranderlijke wetten van
schoonheid, harmonie en aesth;tica. De
Keizer riep de kunstenaars op, hun be
schavende taak te vervullen en alle lagen
des volks omhoog te heffen en uit de
dagelijksche sleur tot de hoogten der kunst,
ea het schoon! eidsgevcel en den zin voor
meegesleept tc worden.
Zoo bleven zij staan, daarop zakte het water
een weinig en konden zij herademen
t-'et rio 1 werd verschrikke ijk, het water
brulde en bruiste en beukte de wanden, de
lucht werd zwaar verstikkend.Zonder een woord
te spreken, als bij in tinct, grepen Anseline
en Rigober. de ijzeren staven, trokken zich
daaraan op en klemden er zich aan \ast.
Het was meer dan tijd, want een nieuwe
stortvloed kwam en vulde bijna het geheele
riool,
De toestand van de vluchtelingen werd ha
chelijk, zoo hachelijk, dat zij hun laats:e uur
geslagen meenden eu zel's geen hoop meer
voedden. Met onbeschrijfelijke moeite gelukte
het hun zich boven water te houden, maar
de vermoeienis zou hen weldra dwiugen, hun
steuopunt los te laten, het water kon hea tel
kens bereiken en hen meesleuren.
Anseline zag niets meer, hoorde niets
meer. F et schemerde hem voor de oogen, het
suisde hem in de ooren, zijn handen konden
het ijzer niet langer vasthouden.
Nog eenige minuten en het zou gedaan zjjjn,
De mecschelijke kracht heeft haar grenzen,
Op dit uiterste oogenblik dacht de onge
lukkige aan C laire, aan het kind van Claire
dat bij nooit zou zien, aan de menschen die
hij in diepe droefheid had gedompeld, en
wier kind hjj niet terug zou ku nen geven.
Hij uitte een kreet van wanhoop, en bede
om medelijden en vergiffenis en ziet zich
los.
Een gedruisch, nauwelijks hoorbaar in het
het edele, die bijzonder eigen zyn aan
de Germaansche stammen, te koesteren
en te versterker.
De limes verneemt met vreugde dat
generaal BenVilj oen,oud-bevelvoer
der der Boeren in Zuid-Afrika, een schry-
ven heeft gericht tot generaal R o b e rt s,
waarin ook hy zyn diensten aanbiedt, om
met de Engelschen te strjjden tegen de
SomaliV. Nog een aantal officieren van
htt Boerenleger hebben zich bereid ver
klaard in aansluiting met eenige Engel
sche officieren te Pretoria een leger van
1000 man bijeen te brengen, voor de
helft uit Boeren bestaande, om den strijd
tegen de Somali's te aanvaarden
Deze berichten, zegt de Timeszyn de
hoopvolste tot nog toe uit de koloniën
ontvangen.
Door wapenbroederschap met ons wer
den de Schotsche Hooglanders de loyale
en aanhankelijke onderdanen der Britsche
Kroon. De Boeren, die «ens met Britsche
troepen schouder aan schouder gestreden
zullen hebben tegen een wilden vijand,
zullen terugkeeren met een nieuw ver
trouwen en een nieuwen trots voor het
Ryk, dat zy hielpen uitbreiden met hun
bloed.
Lord M e t h u e n heeft in zyn beschei
den en ridderlijke redevoering te Devi
zes, de edelmoedigheid en de goedhartig
heid geroemd der dappere manneD, die hg
zoo vaak heeft moeten bestrijden.
«De noed en de bekwaamheid van
onze tegenstanders zyn voor alle tjjden
in de geschiedenis van den oorlog opge-
t eekend.»
|^Het blad slaat nu eeD anderen toon
aan dan in het begin van den Zuid Afri-
kaanschen stryd, toen de Boeren werden
gescholden voor barbaren.
In de Vereenigde Staten weet men
overal raad op. Zoo heeft zich in Queens
land het zeldzaam schouwspel voorgedaan
dat de rivier door raiddel van treinen
van water werd voorzien. In den regen-
loozen zomer was n.l., de Des-rivieruit
gedroogd, en daar de myowerkers van de
«Mount Morgan Gold Mining Company»
afhankelijk is van het rivierwater, heeft
het bestuur rau die maatschappij eeu
regeling met de Regeering getroffen om
door middel van water aan voer per trein
weer te vullen.
Weldra stoomden daarop dageljjks 12
watertreinen van Hanwell naar Roch-
kampton, een afs'and van 18 mylen over
een natuurlyk zeer hirden weg. Elk van
deze nieuwerwetsche aquaducten vervoer
den 18000 gallons water en wogen on
geveer 160 ton achter de tender. Op een
viaduct gekomen, liet men den trein stop-
pvn en het water in de rivier stroomen.
De Boeren naar onzeKoloniin. Het plan
bestaat, dat een aiutal Zuid-Afrikaansche
rumoer van het riool, het water vervolgde
zjjn loop en sleurde hem mee.
Rigobert had het drama vermoed.
Hij riep:
Anseline' Anselinel
Geen antwoord,
Geen ander gedruisch dan dat van deu
stroom, die brullend door het riool vloeide.
Na den val van Anseline was het water
eensklaps ge akt. Fe storm was waarschijn
lijk overgedreven. Men hoorde in de verte
nog wel het gerans van het water, maar min
der woest.
Rigobert waagde het, zijn strunpunt te ver
laten. Hij was uitgeput en^ eenige minuten
later zou ook hij, evenals zijn makker, er af
gevallen zijn. et water reikte hem nu nog
slechts tot aan de knieën, en het zakte snel,
even snel als het was opgekomen.
Was was er intusschen van Anseline ge
worden
Rigobert geloo'de dat hij dood was. Hij
ging hem terstond opzoeken, volgde den
loop van het water, dat hem had moeten
meesleep en.
Het riool liep op deze plaa's stijl af, men
moest niet ver van de Seine zijn.
Rigobert had eenige hoop, Misschien was
Anseline niet verdronken, had hij zich aan
het rooster kunnen vastklemmen, dat het
riool moest afsluiten.
(Wordt cervolgd.)