No. 5254 Dinsdag 25 November 1902. 27ste Jaargan ti)ag6laó voor dïooró' on 3uui6'<Xollanè. BERICHT t Bee feltsn wordia 7§rd?&&ld freule van %Xromn. 7* BUREAU: St. Jansstraat. Haarlem Het mag bepaald interessant genoemd w°rden, boe de ji Engelsche minister Chamberlain de feiten verdraait die lQ Zuid-Afrika hebben plaats gehad. 5 U 1 T 1 iVL A i\ li, Be'giö. Ce Koaingin vaa België. Engeland. Rusland. Spanje. Frankrijk- Duitschland. tl ABONNEMENTSPRIJS. Per 3 maanden voor Haarlemf 1»20 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post Voor het buitenland nummers 1,50 2,90 0,03 Dit blad verschjjnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. Redacteur-Uitgever, W. KÜPPERS. PBIJS DEB ADVEBTENTIBN. Van 16 regels .50 Cents Elke regel meer7^ t Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentiea Contant. 2jj, die zich met 1 Januari 1903 op de Rieuw<ï Haarlemsche Courant en Zondagsbladof op één dezer bladen abonneeren, ontvangen de tot dien ^tum verschonende nummers gratis. lo een brief van 6 November aan Generaal Botha gericht natuurljjk om Publiek te maken, klaagt Cham b e ï- a i n over de redevoeringen, door de boerengeneraals op het V asteland gehou den. Chamberlain zegt,dat het inderdaad Dlet in de bedoeling der regeering ligt het Parlement te vragen.om de gift van 3 mil hoen te verhoogen, op zichzelf is zulk een 8'it reeds /onder voorbeeld in de ge- 'chiedenis. IIjj belooft echter verdere hulp door een leening op gemakkelijke voorwaarden, volgens artikel 10 van de Vredesvoorwaarden, dat nooit is terug- 8enomen. Vervolgens zegt Chamberlain, hat de onkosten voor de kamper, die ®edert het sluiten van den vrede vooral '^richtingen [geworden zijn, bestemd om du menschen in staat te stellen, naar hun Vroegere woonplaatsen terug te keeren, ^elke onkosten 200,000 pond 's maands bedragen, door de Engelsche schatkist borden betaald. Dat is reeds een zeer a&n merkeljjke verhooging van de gift aan de Boeren: sedert de instelling er *an meer dan 3 millioen beloupende. ^r s redeljjkerwjjze geen twjjfel aan, °f deze kampen hebben duizenden vr„u- ^en en kinderen in het leven gehouden. Deze bewering van Chamberlain Raat toch te ver. Iedereen weet, dat ^rouwen en kinderen naar de kampen gedreven als het vee ter slachtplaats. Isdereen weet, dat vrouwen en kinderen 6r een ellendig bestaan genoten, waar door duizenden ten grave zjju gtdaald. nu zouden die kampen, deze E jgel- *che instelling om het Boei en volk te Vernietigen, nog wel weldadige instellin gen moeten genoemd worden. D.»t gaat niet. Naar aanleiding van B o t h a's klacht, dat de concentratiekampen in stand ge houden worden, zegt Cha'mberlain, dat het, reeds wegens de hooge uitga»eD, FEUILLETON. Het is een avond op het eind van October regenachtig, koud en winderig, een avond die de boomen van het park en van het aangren sde woud van den laatsten zomerdos berooft, die zij zoo lang niet moeite hebben vasOe- Sehouden. Morgen zullen de purperkleurige bladen van den wilden wingerd en het goud gele loot van de berken verdwenen zijn, en dan zullen de hoornen nog slechts hnnne kale gakken in de lucht steken en dan zal het niet lang meer duren of November is daar, dediep- treurige maand, die over de aarde trekt in S dichten nevelsluier gehuld geboren en biet somber gelaat in haar gevolg mismoedig heid en ziekte meevoerend. Ach, hoe treu- ["•g en dan hir neer te zitten in het heeren- hais van Beetzen, zoo geheel alleen Arme Ditscha I Zij wendt het hoofd af. D:iar buiten zijn lang- Xtam aan de omtrekken der boomen verdwe en in een motregen en de schemering, maar w&t geeft dat? Zij kent het u tzicht van haar genster nauwkeurig, zoo nauwkeurig als de kamer zelf, met hare voorvaderlijke inrichting ®venals het heele huis en zijn bewoaers, van baar oom en tantes af tot de keukenmeid toe en den ouden brommerigen koetsier en den in het belang der regee:ing zou zjjn, ze op te heffenzoo dit niet geschiedt, dan is dat uit menscblievendheid. Niemand betreurt meer dan de Eogelsche R gee ring de hooge sterfte die er in de kam pen was tjjdens het beerschen van ma zelen en pneumonienoch geld noch de kunst der geneesheeren is gespaard, om die sterfte te verminderen. Chamberlain spreekt ook van de g'oote sommen, door de Transvaalsche Regeering naar Europa gezonden tjjdens den oorlog. De EngeUche Regeering wil niet nagaan hoe dat geld uitgegeven is, voor zooveel dat op wettige wjjze ge scbiedde, maar ongetwjjfel l is er nog eene groote som over, die eigenljjk aan de Engelsche Regeering behoot, aaugezien deze in de rechten der repu- blikeinsche legeering is getreden; zij zon bereid zjjn, die som aan het hulpfonds te schenken. Chamberlain hoopt dat Botha zal medewerken om de menschen op te sporen aan wie dat geld toeveHrouwd werd, en van hen verant woording van de uitgaven en van het nog overblgTende te verkrggen. De Koloniale Regeering neemt alle verantwoordelijkheid op zich voor het onderhoud van de hulpbehoevende wee zen der burgers, met inbegrip van de opvoeding der kinderen. De verwoesting van het land is echter sterk overdreven. De Regeering zoo schrijft Chamber lain ten slotte hoopt ernstig dat de ijverige pogingen der Koloniale Regeering gesteund zullen worden door de mede werking van het volk, opda^ de welvaart weder ten minste eveu groot worde als vóór den oorlog. Wij zien uit hetgeen minister C ham ber lain h er verteld, dat ËDge and zich tracht schoon te wasschen van de bloedige vlekken waarmede het besmet is geworden door den Zuid- Af likaauschen oorlog. Generaal Botha heeft den Engel- schen Muister hieiop kalm eu waardig geantwoord, nu hg schrgfteu hem her innerd, dat de drie millioen bestemd waren voor gedeeltelijke schadeloosstelling wegeus verliezen door den oorlog, en dat Lord Milner volgens zjjutelegram »an 11 Juni het ook zoo heeft begrepen. De gift van drie millioen was een der voorwaarden waarop de wapens neerge legd zijn. Botha is er ten eeuenmale onkundig van, dat eenig geldHjjk bedrag, geljjk be- weaid wordt, tjjdens den oorlog naar Eurupa verzoudan is; mocht dat zoo zjjn, dan zou hij gaarne zien dat het over- asthmatischen jachthond Ces ir, die op pensioen gest-ld is. Ach ja, alles hier in huis is haar zo bekend en zoo vertrouwelijk, en alles zoo on beschrijflijk regelmatig en treurig, de eene dag als de andere, 's Morgens om te beginnen een gemeenschappelijke lezing, die tante Anna houdtsoms leest zij eenige beschouwingen uit een nog al saai boek v^or, ande maal spreekt zij vol vuur over een idee, dat zij zelve uitgezocht hee't dat gebeur', als ie- man in het huis wat misdreven of nagelaten heeft, dat volgens tante Anna's 9trenge be sehouwingen niet had mogea gebeuren. Haar oom pleegt in zulke gevallen zijn goedhartig gezicht in een zeldzame plooi te zetten. Ditscha vermijdt het, hem aan te zieD, tante Bertha, ne vrouw van Laar oom, welke onder het lezen aan haar huishouden denkt of aan aar eeuwig, onvsranderlijk verdriet, eu geregeld leuuwachtig opgeschrikt, als tante Anna met luider stem begint En de keuken meid niet, die er zoo v rschrikkelijk aandach tig uitziet, met hare ten hemel geslagen oogen. Met een onderdaniggoeden morgeD, ver wijderen de bedienden zich en de anderen be ginnen hun ontbijt. Oom leest de krant tante i ertha het huishoudboek en tante Anna staart, terwijl zij werktuigelijkj,haar boterham in de kotfie wee't, op eenzelfde punt, n:emand spreekt een woord. Nu moet Ditscha stof afnemen, waartoe tante Bertha haar een paar uitgediende, lederen handschoenen van haar oom gegeven heeft, op- AGü'E ma NON AQITA'i'M Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale PubVcitéElrangbre G.L. DA Ij BE fy Co JOHN., B. JONES Succ. Paris 31 bis Faubourg Afontmartre schc.t voor het vermelde doel werd aan gewend. Botha vreest dat wat hg van de concentratiekampen gezegd heelt, ver keerd begrepen ishg had slechts de persorren op het oog, oir er op gesteld waren, de kampen te verlaten en daar toe voldoende mid de1 en bezaten.Hg wenscht echter alle twistgeschrijf te vermjjden, dat pjjnljjke keiinneangen zou kunneD opwekken, en erkent dat de Regeering zeer veel doet voor de opvoeding in de kampen, maar zjjn landgenooten zjjn van oordeel, dat bun kinderen hun moeder taal niet mogen verloeren. Botha waar deert, wat de Regeering voor de weezen doethg is echter tegen groote wees huizen de weezen behoorden zooveel mo- geljjk bjj hun verwanten besteed te wor den. Cham be/ lain is, zegt bjj, ver keerd ingelicht ten aanzien van de hulp, door hun welgezinde vreemdelingen ver schaft. Hg houdt vol wat bjj zeide van de verwoesting, door den oorlog teweeg gebracht. Naar aanleiding van Both a'sant woord hoopt Chamberlain, dat zjjn bezoek aan Zuid- Atrika zal leiden tot g oo- ter herstel van vrede en weivaait in de landen die door den oorlog geledtn heb- ben. Geueraal Botha stemde gaarne met deze hoop van den Engelscben Minister, aan wien de Boeren al bun ellende te danken hebben, in. De vraag restWat Ch amberlain onder vrede en welvaart verstaat? Naar onze meening niets anders dan een knecht schap der Boeien van de Britten, d;e zich door woest geweld hebben meester ge maakt van de Zuid Afrikaansche Repu blieken. Door geheel België werden gisteren op verzoek eter Bisschoppen in alle R. K. Kerken plechtige dankbetuigingen ten hemel gezinden voer de zichtbate be scherming welke de Goddeljjke Voorzie nigheid aan Zjjne Majesteit den Kouiug he< ft verleend, bij gelegenheid, van den atschuweljjken aanslag die 't leven vau den doorluchtigea Voist in gevaar heett gebracht. Den geioovigeu was verzocht bjj deze gelegenheid hunne gebedan te verdobbelen voor den Koning, voor de Koninklgke familie en voor het Vaderland De Belgi-che bladen verhalen tal van ^jjzonderheden en kleine ar.ee- doten uit het leven der pas ontsla pen koningin Mar iaHenrietta. Wjj gelooveu onzen lezers genoegen te doeu, dat baar handen niet zouden lijden, want aan de bauden kan men de werkelijke dame ken nen, en daD speelt zij p:ano, moeielijke, ern stige muziek; tante Anna, die haar hierin onderricht geelt, veracht alle luchtige kamer muziek. Eu eindelijk mag zij tante Clemen tine goeden dag zeggen, die in eene toren kamer hare l-gerstede heeft en om dezen tijd door Jutfrouw tlanna, hare verpleegster, in den leuningstoel geholpen is, die dag aan dag bij bet raam staat, het raam, dat liet verste uitzicht aanbiedt uit het heerenhuis, waar van de lamme zooveel houdt, die arme ver lamde, zachtmoedige tante Clementine. Ditscha beeft haar nauwelijks de hand ge kust en naar haar welstand gevraagd, 0f zjj moet tante helpen, om allerlei kleedingstuk- ken VDor de een of andere vereeniging te naaien eu nu volgt de middag, eu na den middag slapen ooin en de tantes en Ditscha kan doen wat zij wil. Zij bracht tot nu toe haar tijd met lezen door, d. w. z. sloop stil letjes naar de bibl otheek, die tot voor tien jaar steeds goed voorzien was, sedert echter, sedert het groote ongeluk gebeurde, met geen enkel boek meer verrijkt werd. Ditscha brengt hare gelukkigste uren 'n deze eenzame, stille ruimte door, waar het naar stof riekt en duf is, en waar zij slechis lezen kan, als zij het boek op de vensterbank legt, dicht bij eene spleet voor de al ijd gesloten blinden, waar een weinig daglicht door naar binuen valt. Maar dat heeft haar nooit gehiuderdzij heeft gelezen, zoo als een dorstige drinkt; reisbeschrijvingen en wereldgeschiedenis, en gedenkschr ften, tot zij hun ook iets meer mee te deelen uit het laven der Vorstin, die door haar taliooze beproevingen en baar ljjden veler harter ook builen haar land, voor zicb gewon nen heeft. De Koningin was een echte bloemen- liefhebster, des morgens bracht zjj ge- woonljjk een overvloed van bloemen mee uit de prachtige serren van den wintertuin, zjj schiep er behagen in ze zelt in tuiltjes te verwerken, welke in een hoi d rdtal vazen van alle grootte geplaatst werden. De Koningin leefde als in een bloemen tuin. Hare Majesteit gaf vooral de voorkeur aan rozen, ve'gf ef-mjj-nietj >s en mei bloemen. Om orchideeëu gaf zjj niet veel. Na hit bloetnendecor van haar salon verzorgd te hebben, wjjdde de Koningin at haar aandacht aan haar papegaaien en honden. Zy bezat twee prachtige exemplaren van papegaaien een Congo- leeschen en oen Mt-xicaanschen, die han doorluchtige meesteres meeig genoegljjk uurtje schonken. Haar honden zjju legendarisch, geen ondeugender kon men uitdeuken. Ontel bare olficiersbroeken en kleederen van koidames hebben zjj verscheurd. Zoodra een persoon den salon binnen trad, sprongen de twee honden der Ko ningin blaffend toe en trachtten zjjn kl e- ren te verscheuren. De bjjzoDdere voorliefde der Vorstin voor paaiden is alg< meen bekend, zjj kende de goede hoedanigheden en de gebreken van een paard beter dan iemand. Uitmuntend amazone, kou men vroe ger te Brussel dikwjjls de Koningin met ongeëvenaarde meesterschap haar sierljjk vierspan zien meunen. H. M. was onder alle opzichten een tportwoman. De Kinmgin was zeer edelmoedig. Haar omgeving zou hiervau duizend staaltjes kunnen aanhalen. Op zekeren dag dat H. M. een uit stapje deed iu de buurt van Laeken, brak een onweer los. Een stortregen viel neer en deKoningin bemerkte een arme oude vrouw, gebukt onder een vracht hout, en doornat van 't hoofd tot de voeten. De Koningin gebood stil te hou den en schonk de arme oude haar mantel. De koningin was alleen onverb.ddeljjk wanneer zg dieren zag mishandelen en menigen d erenbeul bracht zjj voor het bet gerecht. De Russische vloot die op 30 Novem ber te Solent of te Portliod zal aanko men bestaat oit het vlago.eschip Retvizuw, de kruisers Pobida, Pallida, Boyarin Di ana en Bogatyr.. Het bezoek zul acht dagen duren. De Engelschejjbladen meeoen,'dat het bezoek van een Russisch eskader, dade- ljjk na het vertrek van keizer Wil hel m, een gebeurtenis van groote politieke be- keDis is, die bewjjst, dat de Engel iche betrekkingen tot Rusland minstens even vriendschap peljjk zjjn als tot de Duitsche op zekeren dag de deur gesloten vindt en tante - una den volgenden morgen bij de lezing er over spreekt. Nu weet Ditscha, wie haar den weg versperd heeft tot de eenige rer- strooing en nu brengt zij haren ledigen tijd door met niets doen, des zomers onder de boomen van het park, waar zij uren lang kan blij ven liggen staren naar een halt' verbrok kelde nymph, in rococo stijl, des wintels in haar ruststoel, waar zij in plaats van genoem de nymph, het ouderwetsehe plafond van hare kamer beschonwt. Wat moet zij ook anders doen? Een ding echter doet zij altijd: zij verlangt waar naar? N.iar leven, naar vroolijkhei l, maar ar beid vooral, eene Irissohe, verkwikkende om geving, waar haar hart behoefte aan gevoelt en naar iemand, dien zij lief kas hebben, die haar een beetje verwent en vertroetelt, dien zij alles zegger kan, wat hare enzame jonge ziel doorstroomt I 4jj weet het zelf niet, hoe zeer zij verlangt en noemt zich ondankbaar, als haar plotseling de tranen uit de oogen rollen, zooals nu. Ja. zij is o.,dankbaar, zij heeft het toch zoo so d! Zij kan uu aanstonds naar de vij uurs-thee gaan en dan mag zij tante Anna weder helpen kousen breien, o' zij mag haar oom zijn lieveli gsstulc voorspelen, het eenige dat tant Anna veroorlooft, een potpourri Van allerhande Duitsche marschen e jvaderland- sche liederen. Het begint met het beroemde lied: «7oo leven wij, zoo leven wij// en eindigt met: //Heil dir im Stegeskransv. En zij mag niet meeluisteren naar het hoofdartikel uit de cou- regeering. Het bezoek van dit Russisch» eskader is te beschouwen als eeu ant woord op het bezoek van het Duitsche eskader onder bsvel van prins H e i n- r i c h in Mei. Ds Keizerin van Rusland is in den laatsten tjjd vreeseljjk zenuwachtig. De ongerustheid over haar toestand neemt met den dag to°, zoodat de geneesheeren het noodig hebben geoordeeld een con sult te houden met verschillende buiten- landsche zenuwspecialiteiten. De Czaar is onder deze drosrige om standigheden zeer gedrnkt. De goddeloozen te Barce'ona hebn het straatvo'.k weer eens opgehitst tegc n een klooster aldaar. Verteld werd, jat een per30' n in het klooster gestorven was, tengevolge van mishandeling. Dat was genoeg om een ordelcoze bende straatvolk te hoop te laten loopsn en het klooster te bes'ormec. De politie moest met kracht optreden om het gemeen te beletten gruwel iaden te plegen. Bjj ondsrzoek bleek, dat het geheele verhaal verzonnen was. Wat zeldsn gebeurt heeft te Parjjs plaats gehad. Daar is onlangs een actrice overleden van de «Comédïe Fran§iis.> Toen na den dood van W a n d a de B a n c z a, haar testament geopend en de inhoud vernomen werd, heerschte er groote vreugde onder de erfgenamen en niet minder onder de schuldeischers welke laatste van de actrice niet minder dan vjjf- honderdduizend francs te goed hadden. Uit de b audkast der overledene kwam ruim een millioen fraucs te voorschjjn. De mjjnmaatschappjjen van het Loirebekken die eerst hadden verklaard dat de resultaten van het referendum, door de arbeiders gehonden, geen enkelen waarborg gaf voor de aanneming van arbitrage door de arbeiders, hebben thans het ontwerp tot overeenkomst geteekend zoodat de staking nu wel geen verder gevolg zal hebben. De Bertjjnsche studenten en met hen die van 65 corporaties van verschillende Duitsche Universiteiten hebben besloten een verzoek aan den Minister van Oor log te zenden om er toe mede te wer ken, dat in het vervolg bjj twisten tus- schen studenten en officieren niet meer het pistool, maar de sabel als wapen gebruikt zal worden. Dit is tenminste al een kleine verbstering. Het is te hopen dat deze spes patriae spoedig zal inzien, wanneer zg dan toch met alle geweld willen vechten, dat de vuisten het beste wapen zjjn, om oneenighed-m, die ont- s'aai doordat men elkander bjj ongeluk op de teenen trapt en dergeljjke ont zettende eerroovende vergrjjpen, weer in het reine te brengen. rant, zij mag, als de dokter en de houtvester komen om whist te spelen, met de eehtge- nooten der beide heeren en met tante praten, of liever naar hun gesprek luisteren en dan hoort zij immers alles, wat op tien mijlen in de rondte voorvalt. En des avonds aan tafel discht oom een paar oude, lang bekende anekdoten op, waarover tante L'ertha lacht en tante Anna de oogen verdraait en dan mag zjj oom de pijp en een brandenden fidibns brengen en het warme water bij zijn rhum gieten, want oom drinkt iederen avond verscheidene glazen grog. Bij bet derde glas is tante Anna gewoon te verdwijnen, want dan komt hij in een toe stand, dien zij niet v> rdragzn kan. Hoeveel eerbied hg ook des morgens bij de lezing voor zijn strenge zuster heeft, met twee gla-en grog in de maag is bjj in slaat haar te trot- seerenAls zij heengaat is hij gewoon te lachen en zich de handen te wrijven van louter ple zier en welbehagen. Zjjne houding wordt vrger en hij zegt tegen Ditscha: Is er nog warm water P Natuurlijk. Er is altijd nog warm water. En z'j schenkt hem ook het vierde glas nog in en daa stuurt tante Bertha haar weg, want als liitscha het vierde glas gereed maakt, is oom iu sfaat te gaan zingen en tante Bertha roep luidGoeden nacht, l/itscha, droom pret tig, tn verslaap uw tijd niet 1 Dan gaat eq hee« om hare legerstede op te zoeken. (ffsrit vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1902 | | pagina 1