No. 5315 Maandag 9 Februari 1903 27 ste Jaargang cQïooró tXollanó. Het Kabinet en de Spoorwegstaking. In Amsterdam, %£reule van iXronan. BUIT L A Af t). BUREAU: St. Jansstr&at. Haarlem Frankrijk. *a- ABONNEMENTSPRIJS. Per 3 maanden voor Haarlemf 1,20 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1,50 Voor het buitenland 2,90 Afzonderlijke nummers0,03 Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen. Redacteur-Uitgever, W. KÜPPERS. PBIJS DEB ADVEBTENjIEN. Van 1—6 regels 5# 8< Elke regel tneer71/, p. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte, lonstaanbiedingeu 25 Cents per advertentie a Contant. AGITE MA NON AGITATE Hoofdagmten voor het Buitenland: Compagnie Génerale Publicité, Etrangère A BE ij Co JOHN., bJONES SuccParis 315w Faubourg Montmartre Wel moeilijk is de positiewaarin de Begeering zoo plotseling geraakt is door de staking, die 't gansche land in rep en 'oer dreigde te zetten en slechts g'ëin- digd is doordat de spoorwegdirectiën in alles aan da eischen van hun personeel toegaven. Men valt er van de zjjde onzer tegenstanders den Minister van Water staat hard om, dat hjj niet mat kracht is opgetreden om de directiën te steunen bg 't volhouden van den strijdmen keurt Het af, dat Z.Exc. in de bekends confe- 'entie met den Raad van Administratie der H. [J. S. M. verzekerde «buiten staat te z0n de maatschappij van de wetleljjke ver plichting te ontslaan,» aan welke verze kering hjj evenwel toevoegde uAcht de Mij., onder den drang der omstan digheden, haar ingenomen standpunt te moe ten prijsgeven, dan meent de Minister dit aan hare verantwoordelijkheid te moeten overlaten, zonder daarover thans een oordeel uit te spre ken. l)e exploitatie van den spoorweg gaat uit van de directie, en de Eegeering is, hjj alle inmenging daarin, gebonden aan de bepalingen van de wet en van de regle menten.// Reeds werd in de liberale pers een stem die van mr. Israels vernomen, Welke den Minister ter verantwoording Wilde roepen. Dit werd door andere orga nen derzdfde partjj onbillpk geacht, maar toch bljjft de agitatie tegen den bewinds man en in hem tegen het gansche Kabi net voortduren. Hoor b.v. de bezadigde Nieuwe Courant over hetgeen h. i. de Regeering er werd immers Zaterdag Kabinetsraad gehouden had moeten doen. De Minister, zoo betoogt het blad, op grond van art. 26 der spoorwegconcessies, had tot da directie, die tot capituleeren zich geneigd toonde, moeten zeggen«Indien KÜ capituleert, zal ik onmiddellijk een Wetsontwerp indienen tot naasting binnen een jaar.» En aan deze bedreiging had de Minister, altjjd volgers de N. Grt., daad- Werkeljjken steun moeten toevoegen, om de directie tut volhouden in staat te stel len, en wel in dezen vorm Men had allereerst enkele treinen kun nen laten loopen, met hulp van de spoor- wegafdeeling der genie. Men had, ge- ljjk wij zeiden, de lichtingen onder de wa- organisatie te gehoorzamendat zulk een beroep zonder gevolg geweest zou zijn, komt ons allerminst waarschijnlijk voor, indien onmiskenbaar gebleken was de wil der di recties om hun beginsel te handhavin en zich te houden aan de wet, benevens de wil der Begeeriög om afdoende bescherming aan niet-stakers te verleenen. Het blad wjjst op de motie der anti sociaal-democratische spoor weg-vereeni- ging Recht en F licht, welke «te n sterkste ontkent gemeene zaak te hebben gemaakt met deze onbezonnen staking,» ten be- wjjze, dat er nog wel werkkrachten te vinden waren geweest en gaat dan voort et verkeer, 0 zeker, zou dan hoogst gebrekkig en onvolledig zijn geweest gedu rende eenigen tjjd en het publiek zou veel schade en hinder hebben ondervonden. Maar ware dit juist niet een der eerste voorwaarden voor een spoedig einde der staking geweest? Tegen de algemeene afkeu ring en verontwaardiging van het publiek is niet e'en staking bestand. De een na den ander ware teruggekomen en haddebet werk hervat.// welke genomen hadden moeten zijn. In tegendeel: wat gebeurd is, strekke alleen om e deze wjjze les uit te putten, dat de partjjen van orde en rechtvaardigheid eensgezind moeten samenwerken om een herhaling van een staking, die't gansche land verlamt, te voorkomen. Die taak is voorv aar niet licht voor het Kabinet. Ver zwaren wjj die taak niet, door 't aan vertrouwvolle samenwerking te doen ont breken. En dit doet men, als men de schuld van 't voorgevallene, die geheel rust op de stakers en hun aanvoeiders, werpt op den Minister. In stede van den heer De Mares Oyens aan te Val len, beschuldige men Kanerleden als Troelstra, Hugenholtz, Mel- chers en Ter Laan, mannen, die van de positie misbruik hebben gemaakt. Wat hadden zjj zich dirrct op den voor grond te stellen, tenzij om verkeerde dingen te voorkomen. Dit laatste deden zjj echter niet, integendeel, getuige het optieden van Hugenholtz aan 't riaarlemsche station. Betrekke]pk gelukkig intusscheb, dal de socialistische leiders zoo uit hun schuil hoek zjjn gekomen. Hierdoor tcch werd de ware aard der beweging merkbaar. Hierdoor ook werd min of meer aange wezen, in welke richting de maatiege'en van tegenweer te nemen zjjn. Niet wets- Ook in dit opzicht verwachten wjj veel van ons Ministerie. Om kort te gaan duser had niet ge capituleerd moeten worden eu de Regee ring had hierbjj krachtig moeten mede werken zoowel om het publiek belaüg als wpl de maatschappijen door wet en con cessie aan den Staat ondergeschikt zijn. Inderdaad zeer verleidelijk klinkt dit in de ooren van al degenen, die van de sta king last, schade en binder ondervond'n. De Nederlander evenwel en de redac tie van dit blad staat als scherpzinnig en onpartijdig aangeschreven oordeelt er aldus over: «Had de Regeering zich di rect met de zaak bemoeid, dan zou zjj evengoed als de directie het hoofd in den 18 vrÜ zeker, dat de Gemeenteraad schoot hebben moeten leggen.» nie^ er 'oe za' besluiten aan de eischen En dan gaat het blad voort: der gemeentewerklieden toe te geven. 17 Wel zal men de herinnering der loon- //Zou dat wenschelijker geweest zijn 0 „Laat ons niet de schuld werpen op S'aten 6rDS,1g ter haud uem6D' maar °P anderen. Laat ons niet nagaan of niet, ook een besll58Uig vóór of °P Maandag aan- op aandrang van de spoorwegdirecties zei- s^aaade vaR nie' 1® denken. Dus is het ve, reeds veel vroeger deze absurde wette- besluit van Burgemeester en Wethouders. Fke toestand had moeten worden verhol- Daartegen stellen de werklieder, dat zjj pen. Maar laat ons liever nagaan, welke bjj hun besluit zullen volharden en Maan de beste middelen zijn om, met handha. dag <r het bijltje bjj zillen nederleggen. ving van aller recht, toch te zorgen dat Naar enkele teekenen te oordeelen is het het gezag blijft in handen van het open- echter lang niet zeker, dat het zooier baar gezig. 1 komen. De in het vooruitzicht ge- Ziedaar een verstandig woord De toe- stelde werkstaking verheugt zich in geenen stand is inderdaad onhoudbaarhet gr- deele in de sympathie van het publiek, zag is ondermijnd, is tjjdeljjk geplaatst Ook scbjjnt de organisatie van de ge- zaak niet zoo'n vaart liep als het zich liet aanzien en dat, wanneer de gemoe deren een weinig tot kalmte zjjn geko men, men zjjDe eischen wel wat lager zal stellen. Heden heeft er, schjjnt het, reeds e n samenspreking plaats gehad tusschen den Burgemeester en de leiders. Men is van gemeentewege volstrekt niet ongeneigd aan billjjke eischen tegemoet te komen, maar er behoort wel degelijk rekening gehouden te worden met den fiuancieelen toestand van de gemeente en het wordt toch werkelijk ook hoog tjjd, dat de overheidspersonen het gezag doen gelden en niet ter wille van de rust en te vreezen botsingen t Ikens het hoofd buigen, waar het den werklieden in het hoofd komt nieuwe eischen te stelieD. Bilijjkheid moet betracht worden eu recht moet geschieden, aan den werkman zco goed als aan elk ander, waar hjj moet ook hit recht betrachten en het gezag esrbied gen. En dit gezag heeft, vreezen wjj, bp de laatste werkstaking der spoorwegarbeiders een geduchten slag gekregen. Nu schjjnt men een weinig van den schrik te bekomen en van alle zjj. Va viaagt men zich af: «Was er werkelp geane andere oplossing mogeljjk, dan zich in arren moede aan de g telde eischen te onderwerpen, opdat handel en verkeer bepalingen alleen zjjj voldoende; neen, niet larger gestremd bleven?» Heef; ge onversaagd en onverpoosd moet ergewerkt, 1 makzucht en vrees voor schade, niet al om den socialistiscben geest tegen te gaan. te grooten invloed gehad op de genomen beslissing Het is zeer moeielpk een juist oordeel uit te spreken, maar dat de leiders der werkstaking eene vrp gt- makkeljjke overwinning hebben behaald, zal wel dooi iedereen erkend worden. Geen wonder dan ook, dat zjj zich zeer sterk gevoelen en dat hunne procla matie van heden daarvan de teekenen draagt. Aan alle afdeelingen van de Nederlandsche Vereenigingen van spoor weg- of tramwegpersoneel wordt daarbjj gelast te zorgen op het eerste teeken tot staken ge: eed te zjja eu bjj de eerste aanmaning naar Den Haag te vertrekken, opdat worde voorkomen, dat de Vo ks- in geslaagd ig, feitelpk een artikel der wet buiten werking te stellen en onge straft te handelen in strpd met eeden en op zich genomen verplichtingen, gaat men een stapje verder en op dezelfde wjjze, zal men door dwang voorkomen, dat de wet de herhaliDg van een derge* ljjk feit onmogeljjk maakt of tenminste strafbaar stelt. Wjj leven snel in onzen tpd en weldra zal het bjj het tot stand komen eener wet moeten luiden «Gehoord de arbeidersverenigingen en gelet op de goedkeuring der voorgestelde artikelen door de bestuurders dier Verenigingen of der leiders, die achter de schermen zittende, die Vereenigingea beheersohen.... enz.» Het is echter te wenschen en nu ook wel te verwachten, dat de heeren P e 11 e r en Oudegeest, die deze oproeping aan de Vereenigingen van Spocrweg-en trampersoneel onderteekenden, de Regee ring wat beter voorbereid zullm vinden voor eene staking, dan zulks d-n eersten keer het geval was. Het is overigens vrp rustig te Amster dam. De staking der koetsiers maakt, dat men wat minder rijtuigen hoort en i ziet rolleD, dat de politieagenten op den bok worden verheven, dat heden bruilofts gasten in alle vroolijkheid onder militaire geleiders ten stadhuize trokken, 't is maar niet deftig en dat, en dit is niet deftrg, maar alschuwelpk een koetsier, naar men zegt, van een ljjkwagen werd getrokken, die een doode naar zjjn laatste rustplaats bracht. Zoo iets toont, wat geest de stakenden bezielt en maakt dat zjj spoedig de sym pathie der burger jj, als zjj die nog haddeD, totaal zullen verliezeö. In de Fransche Republiek gebeuren dwaze dingen. Zoo werd onlangs generaal tournier met eenige officieren van het garnizoen Clermond-Verrand op een aanklacht van den korporaal-schoenma ker van het garnizoen, zekere La gout in, vertegenwoordiging eene wet aanneemt, doo%den Mi7«er. ^«Oorlog verplaatst. j:_ 4... 1 DezeL a g o u 11 b iseenhoogwua'digheids- die hun het staken belet Mea zal er das niet tegen opzien, om tot de uiterste middelen zjjn toevlucht te nemen ten einde in te grjjpen in het recht der Volksvertegenwoordiging tot wjy nviuvu, uw uvuuugvu v/uuua uo rvtfc- I w - o «-» 1 pens kunnen roepen, waartoe velen der/g®*®6®! iQ d® handen van hen, die daar- J meente-werklieden volstrekt niet van dien "et van grondwettige besluiten, beambten behooren, en hun als militairen op geen recht hebben, die er misbruik aard te zjjn, dat zjj de goedkeuring wpg- Niemand toch zal gelasten den dienst waar te nemen. De di- j van maakten. Maar laten wjj, die orde 1 draagt van de groote socialistische leiders recties hadden een beroep kannen doen op en gezag lief bebben en hooghouden,den toe- en ook *Het Volkschjjnt met deze diegenen van het spoorwegpersoneel, die j 3tand niet nog slechter maken door te twis- werkstaking niet te dwepen. Het zou dan wel eens kunnen gebeuren dat de bskleeder in de Loge en speelt te Cler- rnond Verrand zjjn rol, de man had ont dekt, dat de familie Tournier zich aan Roomsche handelingen had schuldig gemaakt en dat mocht niet. Lagoutin heeft op de vrp metselaars feesten den voorrang op den prefect niet bereid waren om aan den dwang der FEUILLETON. 63. Vervolg) Zjj vlucht naar de aangrenzende kamer, zet zich op het bed neer en vouwt de handen krampachtig samen. Als hij toch eerst maar terug was, als bjj maar naast baar zatAls het gerommel met borden en kopjes ophoudt keert zjj terug, pakt hare zaken bjj elkaar en wacht, aan eten denkt zij niet. l aar hoort zij eindeljjk schreden naderen, er wordt even aan de deur geklopt en dan komt hij binnen. Zjj kijkt hem verwonderd aan, hjj ziet er zoo verschrikkelijk veranderd uit, zoo afge vallen, zijn gezicht herinnert haar aan het kindergezicht, dat hij tijdens zijne zware ziek te had. l)e oogen zoo zonder uitdrukking, terwijl zij in de hare schijnen te willen le zen, angstig vragerd, alsof hij zijne zuster nog nooit gezien had. Gij moet alleen reizen, zegt hij en voor zij nog antwoorden kan, vervolgt hij ik kom u morgen of overmorgen na ik heb hier nog ik kan van avond niet dadelijk »eg Hij gaat in zijn overjas bij de tafel zitten ®u neemt het servet van zijn bord. Wilt gij niet wat eten, Ditscha? Neen, zeg mij, waarom gij hier blijft. ten en te krakeelen over de maatregelen, Werkelijk om niets! Om mama nog eens te zien. Gij zegt mij de waarheid niet. Ik moet werkelijk nog wat met man a bepraten, bovendien heb ik hoofdpijn Peze nachtelijke rit is mij onaangenaam. Zij gaat op de sofa zitten. Zal ik wachten tot gij mee kunt gaan Neen/ antwoordt hij kort. Hjj schenkt baar een glas wijn in en reikt haar de scho tels aan. Op eens komt hij naast haar zitten op de sofa, legt de arm om haar heen en zegt: Ach, Ditscha, Ditscha 1 Wat is er, mijn beste jongen? NietsJ Hebt gij a'scheid genomen? Ja, ja, vraag mij niets meer. Maar pijn doet het, veel pijn? fluistert zp en streelt hem over het haar. Weet gij dat ook? vraagt hij luid. Zij kijkt hem met bevreemding aan. Ja, Achim, ik weet het ook! Maar men leert kalmer worden, mijn jongen. Dikwijls heel spoedig, zegt hij half luid. Ja, gij mannen wel, merkt zij op den- zel'den toon, zich tot een laehje dwingend. Gij zjjt toch altijd heel goed voor mij ge weest, Ditscha, begint hij dan heel onver wachts, ik moet het u van avond nog eeus herhalen gij zjjt weder hier gekomen, alleen voor mij, gij hebt mij voor een ongeluk be waard en toch Pegiut gij dut nu al in te zien vraagt zjj verlicht. aannemen, dat de en op de officieren, die van de Loge deel Volksvertegenwoordiging zich er toe zoude j maken. Onlangs zat hp een banket v r, leenen, besluiten te nemen, d e in strpd zpn met de Grondwet. Men z et het, nu men door dwang er Hij aarzelt eeu oogenblik met zijn un'.- haar weder aan m t groote vragende oogen, woord, en stamelt dan, maar kom nu, het is i dan komt zijn gewoon vriendelijk lachje over j zijn gelaat. Dank u, Ditscha, duizendmaal Wrat een onzin, om mij tot deze nachte - j dank! ljjke reis te dwingen, zegt z'j. Hij loopt nog naast den trein mee, zijne Ach, het is veel beter zoo, Ditscha. hand in de hare, tot eeu beambte hem toe ik zou niet gaarne hebben, dat mama iets van de geschiedenis vernam. Hjj wikkelt haar in den reismantel en leidt haar naar het station terug, met even veel zorg als hij haar afgehaald heeft. En nu spreekt hij over alle mogelijke dingen van zaken, die haar volstrekt geen belang inboe zemen. Morgen zouden er wedrennen gehou den worden, hij wilde er misschien ook naar toe, maar in ieder geval niet later dan over morgen zou hij iu Beetzen zijn. Groot oom, en de oude Hanna. noe vondt ge eigenlijk de voorstelling heden avond Prach tig niet waar Wij willen toeh in den aan staanden winter vaker een paar weken naar een groote stad gaan, Ditscha. roept, dat hij terug moet gaan. Dan bljjft hjj staan, met den hoed ia de hand, en kijkt haar na, ook nu nog, met een lach op het gelaat. Zoodra de trein niet meer te zien is, zet hij met eene driftige beweging den hoed op, de lach is verdwenen eu hij verwjjdert zich met snelle schreden van het station door de straten, doelloos, planloos. De laatste uren zjjn voor hem voorbij ge gaan, of hjj benauwd gedroomd heeft, en of nu langzamerhand het bewustzijn terug keert maar nog onder den invloed van den droom. Hoe was het toch Ditscha is hier geweest, heeft in de opera Zij loopt naast"hein op het perron heen en Fllen gezien en beweerd, de moeder te ken- weer, terwijl de gasvlammen in den vochti- nen, eene vroegere ondergeschikte der van gen regenwind flikkeren; het is doordringend Kronens, die door oom Jochem met de zweep het huis uitgejaagd werd. Hjj moet het eerljjk bekennen, hij hee't aan Ditscha's bewering getwijfeld, hoe bepaald zg ook uitgesproken Eindeljjk komt de trein. Ditscha stapt in werd, en hoe onbepaald hij haar anders ge en buigt zich uit het portier, terwijl zij de j looft. Daarom heeft hij haar een uur alleen hand vastgrijpt die haar to gestoken j gelaten en is naar de Perths toegegaan; hjj wordt, wilde zekerheid hebben Jochem, blijt niet te lang, zegt zjj met Wat daar gebeurd is staat hem niet hel der meer voor den geest, en toeh grijpt het koud en zij gevoelt zich zoo weemoedig ge stemd, dat de tranen haar in de oogen komen. bevende stem met een kapitein aan weerszpden Tengevolge van den onrechtvaard maatregel door den Minister van Oo tegen generaal Tournier geno; Ja, heel spoedig, Ditseha 1 Hjj kjjkt hem zoo geweldig aan. 1. Het was duidelijk, dat de familie nog-.iet lang uit den schouwburg terug was. Hij moest eenige oogenblikken alleen in het salon wach ten, dat door eene lamp met een rooden mp er om heen verlicht is en waarvan de voor naamste versiering bestaat in een reusachtige groote zijden banier, die boven eene schilde rij in olieverf, een gezicht op New York met het standbeeld der vrijheid, gedrapeerd is. Anders is het niets meer dan de gewone in richting van een Amerikaansch salon in Dres den, met gehuurde^meubelen, behangsels en tapijten, die weinig smaak toonen en geen spoor van individualiteit, als men de weel derige bloemenruikers daarvoor ten minste niet nemen wil, waarvan mis Ellen zoo ze.-r houdt, Na eenige minuten komt zjj binnen, nog in haar wit zjjden gewaad, dat zjj in den schouwburg gedragen heeft, en geljjkl in het purperen licht een levend marmeren stand beeld. Zjj komt hem met meer schuchterheid te gemoet dan gewoonlijk, maar reikt hem met een behoorlijk lachje de hand. Hoe goed van u, zegt zjj op vriende lijken toon, dat gij ondanks de plieh'en die gjj jegens uwe zuster te ^vervullen had, nog naar ons toe zijt gekomen. Gij weet, dat de dame mijne zuster is? vraagt hij met eene opwelling van verba zing en wantrouwer. Wsrdt vmelfi.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1903 | | pagina 1