5639
Mandag 7 Maart 1904.
28ste Jaargang
Ï8>agSlaè voor eSHooró- on
Vondels „Lucifer"
in onzen tijd.
Truitjes Huwelijk.
BUREAU St, Jansstraat; Haarlem.
BUITENLAND.
Duitschland.
frankrijk.
Engeland.
«NT.
ABONNEMENTSPRIJS.
Per 3 maanden voor Haarlemf 1,20
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1,50
Voor het buitenland 2,90
Afzonderlijke nummers0,03
Dit blad verschijnt dagelijks, behalve Zon- en Feestdagen.
Hjo ofdredacteu r-D i r e c t e u r W. KÜPPERS.
AGITE MA NON AGITATE.
PBIJS DEB ADVEBTBNTIEN.
Van 16 regels 50 Gents
Elke regel meer 7l/t r
Groote letters worden berekend naar plaatsrnimte.
Dienstaanbiedingen 25 Gents per advertentie k Con taut.
Hoofdagenten voor het Buitenland: Compagnie Génerale PubliciteEtrangère
G.L. DAÜBE 4" Co JOHN., f. JONES SuccParis dlbis Faubourg Montmartre.
Buiten God is t nergens veilig.
I,
Vondel's «Lucifer» is in Februari j. 1
zjjn 250sten jaardag ingegaaü.
De «dichter boven allen», om met zjju
diep-beweenden panegyrists chaepman
te spreken, stelde in dit meesterlijke ge
wrocht, tien jaren vroeger dan Milton
in zjjn Paradise [Lost («Verloren Paia-
dys»), den Val der Engelen voor.
Niet zonder bjj-oogmerk nochtans.
Want, zoo vragen we ous met den
voormaligen directeurvan de Rolducsche
inrichting voor Hoogsr-^ en Middelbaar
Onderwjjs afwie erkent niet daarin, met
den Hoogleeraar Jonckbloet, den
afval der Nederlanden van Spanje
Waren de gunsteD, door Philips
aan de Spanjaarden boven de Nederlan
ders toegestaan, de eerste aanleiding tot
den opstand der Edelen?
Dit leert ons zegt Vondel s)
de EL Cyprianus, bisschopen marte
laar van Carthago «daar hjj schrjjft
Hjj, die te vore, door een Majesteit van
Engelen ondersteund, Gode aangenaam en
waard was, borst, toen hg den mensch naar
God's beeld geschapen zag, in een boosaar-
digen naijver uit, hem, 3) door ingeven van
dien naijver niet eer ten val brengende,
voordat hjj-zelf erdoor ter neêr gestort lag
gevangen eer hjj ving, bedorven was eer hij
hem bedierf; terwjjl hij, van nijdigheid aan
geprikkeld, den mensch van de genade der
onsterfelijkheid, hem geschonken, beroo'de,
en zelf ook verloor hetgeen hij tevoren hadde.
Prachtig, artistiek gemengd zjjo de
kleuren, waarmede Vondel in zjjn Lu
cifer den opstand en de straf der afval
lige Eagelen heeft uitgestreken. In zjjuen
ouderdom bepaalde hjj—zeil" de beteekenis
ervan. In het voorbericht van Noah schrijft
//Indien een treurspel naar de maat van
zjjnen nadruk groot geacht wordt, zoo zoude
Lucifer d' „eerste plaats, Adaln in Balling-
nchap de tweede, en Noahof d'ondergang
der eerste wereld, de derde plaats beklee-
den.
Lucifer en zijne aanhangelingen ver
vielen uit hunnen zaligen staat in eeuwige
1). W. Everts, Geschiedenis der Nederland-
sche Letteren.
*Z). Bereoht aan alle Kunstgenooten, en Ee-
gunstigers der Tooneelspelen.
8 'ul.dicn mensch.
FEUILLETON
Vervolgd
S3
Deze, op dit crème kleurige papier zjjn uit
onzen verlovingstijd en deze verschillende bla
den, wit en blauw en grijs, die zjjn van nu,
omdat gij nu elk papier neemt, dat u in han
den komt, wijl gjj waarschijnlijk denkt, voor
vrouw Truitje is het goed genoeg.
Zjj zag hem lachend aan hjj had zich diep
tot haar overgebogen.
En uu koop ik nog heel bijzonder pa
pier voor de volgende gedichten, Truitje.
Waarom P
Kakelbont zooals de ooievaars gekleurd
zjjn op de 'vleugels. En daar schrijf ik op
Zjj was vuurrood geworden, een wiegeliedje
zeide zjj nauwelijks hoorbaar.
Hjj knikte en trok hare hand aan den
mond.
Dan wordt het eerst vertrouwelijk en
huiselijk, Frans. Dan zullen wjj elkander nog
meer beminnen, a!s het mogelijk is.
Hier, kleine vrouw, dat heb ik voor u
in het veld, in den regen opgeschreven Hij
haalde zjjn aanteekenboekje uit den zak en
legde het in hare hand. Ik wil eens zien,
ongenade, zonder hoop van verzoening».
Adam en zijne nakomelingen in de ver-
doemenisse, met hope van herstellinge, door
de belofte des toekomen len Verlossers.
De rechtvaardige Noê bleef behouden,
toen de gansche wereld, hardnekkig in hare
misdaad, kwam te smoren, uitgezonderd
boetvaardigen, die, van naberouw getroffen,
hunne schuld bekenden, en, door de zuive
ring en smette in den kerker op dent.oost
en het verschijnen des Verlossers met groot
verlangen hoopten.//
Als drama schreef wjjlen mgr. dr.
Everts in zjjn boven-vermeld handboek,
is de Lucifer onberispalykde karakters
zjjn krachtig geteekend eD volgehouden
de dialoog is levendig, de ontknooping
treffend. En, voegen wij erby, leerzaam
en zinrijk voor wie de ooren niet gesloten
houden voor de ophitsende taal van de
vjjanden der wereldlyke overheid, die,
geljjk de dichter zoo schoon zegt, «haar
licht uit God schept eu de Godheid af
beeldt.»
Deze bestrijders des gezags azen als
uitgehongerde gieren naar steeds menig-
vuldiger prooi en uitgestrekter veld, om
hunne roof- (hier eer-) zucht te verzadi
gen.
Wat zjj beoogen
Vondel leert het in zjjn Lucifer. Zij
willen in hoogmoedswaanzin en ononder-
drukbaren zucht naar zelfvergoediDg hun
ne droomen van machten grootheid,eer,
aanzien en glans tot wezenlijkheid bren
gen en, geljjk de hellegeest, die eenmaal
«klaarder dan alle starren» uitblonk,
hunnen «stoel boven God's gestarnte ver
heffen». Noemt hoogmoed, eerzucht en
afgunst, en ge hebt de wilde veeren,
waarop zij in hunne dolle vlucht binnen
steeds hooger kringen dryven, de «aan-
stokers van den afgrjjseljjken brand van
tweedracht en oorloge». .1
Zoo is bet.
Tot verwerkelijking van hun goddeloos
ideaal hebben deze verwatenen hulp noo-
dig. Zonder een leger van knechteD, die
blindelings door hun verleidend gelok
medegesleept aan allerhande schjjmcboone
beloften en bedriegeljjke toezeggingen en
voorspiegelingen hunne rust naar lichaam
en ziel ten altaar brengen, zouden zjj in
hunne isolatie als vereeren. De braad,
welke in bun ontvlambaar hart laait,
slaat tot een vernielend vaar uit, welks
felle gleed en spattende vonken vaak zoo
onherstelbare schade en verwoesting aan
richten.
V o d d e 1 spreekt ia ontzagwekkende
bewoordingenoverdit vernielingswerkzjjn
wear de rechter gebleven is, riep hjj nog aan
de deur. En zjj zat reeds te lezen en haar
gelaat stond zeer ernstig.
Zjj schrikte op van bet klappen eener zweep
voor het Taam, haastig keek zij naar buiten
daar beneden hield het rijtuig der
Baumhagens sti' de koetsier iu een witten
guttapercha regenmantel en j .et een derge
lijk overtrek om den hoed, de appelgrauwe
schimmels druipend van den regen. Zij maakte
bet raam open, om te zien, ot er iemand uit
stapte, niets verroerde zich dan kwam Jo
hanna naar buiten, de koetsier reikte haar 1
aenen brief over en ging dan weer haastig in 1
huis.
De jonge vrouw schrikte er van was er j
thuis een ongeluk gebeurd? Zij vloog naarde
deur. Een brief, mevrouw Haastig scheurde
zij het couvert open.
Kom terstond, ik moet u noodzakelijk
spreken.
U we moeder.
Dat was de korte, orakelachtige inhoud van
het briefje.
Breng mij mantel en hoed, Johanna, en
waarschuw mijn man.
Frans, riep zij hem tegen, toen hij snel
binnen kwam, er is iets gebeurd 1
Maak u toch niet zoo angstig, verzocht
hij, zonder zelf geheel zijne onrust te kunnen
verbergen.
Ja, ja 1 God, als ik maar eerst wist wat I
Het is mg zoo bang te moede.
Luciferden Roouuch-Keizer Ferdi
nand III opgedragen, moest den over
wonnen «Aartsengel en eerst heerlijksten
boven alle Eogelen in Michael's triomf
staatsie ommevoeren ten klaren spie
gel van alle staatszuchtigeD, die zich stou-
telyk tegen de geheiligde Machten en
Majesteiten, en wettige Overheden durven
verheffen.»
In dien zin het treurspel beschouwen
de, mogen wij het in onze dagen tegen
da corypheeëu van het sociaal en anar
chisme geschreven achten, die, om ons
van de Schriftuurtaai te bedienen, in
schaapskleederen tot het volk komen,
maar inwendig grjjpende wolven zjjo.
Het pharizatïsme (de hnichelarjj en
schijnheiligheid) van deze valsche pro
leten, wier toekomststaat en voorspiege
ling van een edenschen hof, voor melk en
honig o 'ervloeiende als ware hjj uit een
tooverlacd der Duizend en één nachtals
lokmiddel wonderbaarlijk hoog opgeld
dosn, heeft immers voor wie ziende niet
blind en hoorende Diet doof zjjn, reeds
lang zjjn goddeloos masker afgeschud.
Bedrog en valschheid, njjd en jjver
zucht verraden vroeg of laat zichzelven;
't zjjn de symptomatische kwalen van
een bedorven, egoïstisch hart, passies,
welke onvermijdelijk hare eDge bebui-
zinge moeten verlaten. De «Lucifer» uit
het treurspel, werpt zich valschelyk
op om de Engelen tegen vreemde over-
heerschiug te beschermen. De mensch
heette het zou hen overvleugelen, be-
heerschen en dienstbaar maken, hun het
recht van eerstgeboorte betwisten, hen
in de schaduw stellen aan den voet van
den troon der opperste Majesteit.
Onder zulke bedriegeljjke voorgevens
predikte L u c i f e r met zjjoe weerspan
nige oversten het evangelie, van verzet
en gordde z'cb, aan de spits van sjjne
misleide trawanten, tegen Michaël,
den veldheer God's. Maar in zijn hart
had Lucifer gesproken «Ik wil in
den Hemel stjjgeu, mijnen stoel boven
God's gesternte verheffen, op den berg
des verbonds aan de noordzjjde zitten.
Ik wil boven de hooge wolken stjjgen,
den Allerhoogste geljjk worden.»
ls dat niet dezelfde taal als die der
venijnige tongen van de tweekoppige
hydra, socialisme en anarchisme Pre
diken die giitige monden niet onder
voorgeveD, dat men de rechten van den
arme met voeten treedt, een evangelie
van oproer om zich-zelven de onbe-
1) lsais.
Hij nam Jobanna hoed en mantel af en
hielp Tru tje den laatste aantrekken.
Als het maar geen misverstand gegeven
heeft tusschen Arthur en Jenny I Zij waren
gisteren zoo wonderlijk tegen elkander.
Truitje za; hem hoofdschuddend aan. Neen,
neen, zij zijn nooit anders tegen elkander ge
weest.
Dan verwondert het mij, dat hij al niet
lang weggeloopen is, sprak hij droogjes.
Of zij, klonk het uit Truitjes mond,
terwijl zij de banden van haar hoed Vast
maakte.
Ik zou zoo'n eeuwigdurend getwist niet
kunnen verdragen, Truitje, hernam hjj, ter
wijl hij den linkerhandschoen voor haar toe-
knoopte.
Ik ook niet, Frans. Vaarwel Gij moet
mij bij ta'el verontschuldigen. Moge God ge
ven, dat het niets ernstigs is
Zij keek nog eens de kamer rond, ging dan
snel naar de naaitafel en stak het aanteeken
boekje in den zak.
Toen de landauer een paar oogenblikken
later door het ijzeren hek reed, boog zij het
hoofd nog eens uit het rjjtuig. Hij stond op
de trap en keek haar na, nu nam hij den
hoed af en zwaaide er mee. Wat een flinke
man was hij toch, hoe statig en hoe goed I
Zg leunde achterover tegen de kussens. Het
was haar bang te moede den eersten keer
dat zjj zonder hem het huis verliet. Er gin
gen haar zulke wouderlijke gedachten door 't
boofd, hoe verschrikkelijk het zou zijn, als zjj
hem niet gevonden had, of nog erger
twistbaarste feiten staven het op een
voetstuk te verheffen? Zjjn ze niet, lis
tig als de slang van den Edenschen hof,
die door Belial op Lucifer's be
vel «met boosheid aangeschoten, het
lokaas met glimp van woorden weet te
versieren»
Wordt vervolgd.)
Keizer Wilhelm heeft by de begra
fenis van den jeugdigen zoon van zyn
broeder, prins H e i n r i c h, tot de eere
compagnie van het lste Zeebataljon te
Kief, eene toespraak gehouden en o. m.
gezegd
«Op het oogenblik, dat wjj deze kleine
menschenknop ter eeuwige raste hebben
bygezet, stonden ongeveer 250 man ma
riniers met eenige hulptroepen in een
hevig gevecht by Oxjihinamaparero, 50
KM. ten oosten van Omarveroe, om met
hun leven voor keizer en vaderland te
strijden. Het is hun gelukt, de overmacht
van den tegenstaande, die zich in een
bjjna onneembare etelling bevindt, terug
te werpen en een groote hoeveelheid vee
te veroveren. Ik draag den enkelen achter
gebleven officierea op, bun kameraden
myn dankbaarheid over te brengen. De
mariniers hebben door dit gevecht een
nienw blad in den krans van roem be
vestigd, dien zjj zich in de laatste jaren
hebben verworven. Ik zal als teeken van
erkentelijkheid na afhop van den veld
tocht den mariniers toestaan, den naam
van het gevecht in hun banier op te ne
men. Om echter de troep nog een bewjjs
van myn dank te geveD, verzoek ik by
dezen Z. K. H. den groothertog van Hes
sen te beschouwen als officier a la mite
ran de mariniers
Tegenspoed heeft Keizer Wilhelm
al vóór zyn reis. Een hevige storm uit
bet Oosten belette eergisteren het pant-
serschip Keizer Wilhelm 11aan boord
waarvan zich de Duitsche Keizer be
vindt, op Helgoland biDnen te loopen.
Het schip roer het eiland om en zette
koers naar de monding der Weser.
Gisteren kwam de Keizer Wilhelm te
Bremerhaven aan. De Dnitsche Keizer be
zichtigde aldaar eenige werken in de
haven en daarna het stoomschip Konig
Albert van de Bremer Lloyd waarmede
de Keizer een gedeelte van zyn Middel-
landsche Zeereis zal doen.
(Jit de Fransche bladen, die natuurlyk
vol staan over de gisteren begonnen be
handeling der zaak-Dreyfus voor de
sti af kamer van het Hof van Gassatie,
bljjkt, dat een der belangryke stukken,
door den advocaat Moroaid namens
Alfred Dreyfns terbe gronding der
aanvrage om revisie, 'n briefje is afgestaan
als zij hem eens verliezen moest 1 Of zjj dan
Dog zou kunnen leven
Leven, misschien wel, maar hoe
Vreeselijk, weduwe te zijn Nog vreeselij-
ker, te scheiden de eene hier heen, de andere
daarheen te gaan, onverschillig voor of toor
nig op elkander
Of Jenny en Arthur werkelijk Heer
in den hemel, bewaar ons voor zooveel
leed 1
Zg keek uit het raam de koetsier reed in
snellen draf. Daar voor haar in den nevel lag
de stad:
Wederom veranderden hare gedachten nog
sneller dan de rit. Zij haalde het aanteeken
boekje uit den zak, zjj wilde lezen, rraar de
letters schenen voor hare oogen te dansen zij
stak het weder in den zak.
Op den zolder thuis stond nog de oude
wieg, waar eens haar vader gelegen had en
zg en Jenny. Hare grootmoeder uit de nieuwe
straat had ze bij haar uitzet gekregen. Die
wilde zij bjj gelegenheid halen, als God haar
dien wenseh wilde vervullen. Jenny's lieve
ling had in een ander bedje gelegen, de oude,
plompe wieg paste niet in de elegante slaap
kamer der jonge moedermaar in de eenvou
dige kamer te Kiendorf waar de wingerd langs
het raam slingerde en de oude groote haard
er zoo gezellig uitzag, daar was zij op hare
plaats, juist tusschen de kachel en de kast
in, zoo huiselijk, zoo recht vertrouwelijk. Zij
Inch te zoo gelukkig als een kinddat haar
leven zoo schoon, zoo rijk worden zou, zij kon
het bijna niet gelooven.
door een Nederlandsche dame, mevrouw
de barones Branten van Wielbergen te
Rhederoord. Deze dame, die Mornard
machtiging verleende dit briefje in het
geding te brengen, ontving van den
Dnitschec gezant te Parjjs, graaf Munster,
op J3 Maart 1898 (das eenige dagen na
het proces-Zola) het volgende schrjjven
«Mevrouw, Volkomen begrypende de
gevoelens, die u bezielden bjj het schry
ven van nw beminneljjkeu brief van 11
dezer, en daarin volkomen deelende, be
treur ik het levendig, niet te kunnen
doen wat u my vraagt.
«Bjj de eerste enquête in de zaak-
Dreytus heb ik officieel verklaard aan den
heer Dupuy, toen president van den
ministerraad, dat de Dnitsche ambassade
Dreyfus nooit gekend had, en dat noch
de ambassade, noch de militaire autori
teiten te Berljjn tot hem in betrekking
hadden gestaan.
«Ik heb er op aangedrongen, dat die
verklaring zou worden gepubliceerd.
«Toen de polemiek over Dreyfns op
nieuw begon in dit jaar, heeft de minister
van Buitenlandsche Zaken diezelfde ver
klaring hernieuwd in een commissie uit
het Dnitsche Parlement.
«Zonder ons te bemoeien met de bin-
j nenlandsche aangelegenheden van Frank-
rjjk, kunnen wjj niet meer doenen
indien wij zelfs wilden bandelen in stryd
met het internationale recht, zouden wjj,
daarvan ben ik overtuigd, meer kwaad
dan goed doen aan de zaak van den
ongelukkigen Dreyfus.
«Ik heb de eer, enz,
(geteekend)Münster.»
De Fransche Minister van Land
bouw, de heer Mourgeot, zal eerstdaags bjj
de Kamer een wetsontwerp indienen,
waarby hjj een crediet van 350.000 fres.
vraagt voor de vernietiging der ratten.
In een groot deel van Frankrjjk doen
deze koagers in de laatste tijden enorme
schade aan de te velde staaode gewassen.
Een doeltreffend middel het middel
dat ook toegepast wordt namens de re
geering is het strooien jvan dobbel
steentjes brood, gedrenkt in een cnltunr
van rattendoodende microben.
In het Departement der Oost-Py-
reneëu heeft het fel gesneenwd, op som
mige plaatsen ligt de Bneeuw een halve
meter hoog. Op de hoogvlakten der Ce-
vennen is de gemeenschap tnsschen ver
scheidene dorpen verbroken.
De Eogelsche Marinebegrooting voor
het a.s. begrootingsjaar, beginnende met
1 April, bedraagt totaal 36,889,000 pond
sterling, of 2,432,000 pond sterling meer
dan in het thans eindigende begrootings
jaar.
Voor nieuwe constructie zal 11,654,000
pond sterling besteed wordeD, waarvan
ongeveer 10 millioen pond voor het door
gaan met den bonw der thans op ver
schillende werven onderhanden zjjnde
schepen nl.8 slagschepen, 13 beschermde
De wagen ratelde nu door de stadspoort,
zg was nu dadelijk thuis, en haar hart begon
hevig te kloppen. Als zjj toch eerst maar wist,
waarom hare moeder haar verzocht had te ko
men
De huisknecht opende het portier voor haar
en zij ging de trap op, Jenny's woning voor
bij, de deur, die toegang verleende, tot de
verdieping, die hare moeder bewoonde, stond
open. Er was niemand te zien en zij liep de gang-
op. Hoe lief en vertrouwelijk groette alles,
haar, zelfs de staande klok verhief hare stem,
zjj sloeg juist kwartier voor drie.
Zjj deed haren mantel af en ging dan naar
de kamer barer moeder. Ook hier stond de
deur op een k er. Op het punt binnen te
gaan, trok zij plotseling hare hand terug.
En ik zeg, u, Otillie, dut het de onver
standigste daad van heel uw leven is, als gij
het kind dat alles zoo onvoorbereid in het
gezicht zegt. Het mag dan waar zjjn of niet,
waarom wilt gjj haar jong geluk verstoren
Er zijn toch nog andere middelen en andere
wegen
Het was oom Heinrich hjj sprak op een
toon van diepe verontwaardiging.
Moet zij het dan van vreemden hooren'
klonk de stem der weenende moeder de heele
stad praat er over, en zg moet als eene blinde
blijven rondloop n?
Wordt vervolgd.)