No. 6065 Vrijdag 4 Augustus <905 30ste Jaargang, ïïagBlaó voor tSTooró* on SBuió^cHollanó. De Staat zonder God. Misdaad uit jaloezie. Buitenland Per 3 maanden roor Haarlemf 1,20 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post*1,50 Voor het buitenland 2,90 Afzonderlijke nnmmers o,03 Dit blad verschijnt dagelijhbehalve Zon- en Feestdagen Hoofd re dacten r-D ireotenr W. KÜPPER8. BUREAU St, Janestraat. Haarlem. Van 1 6 regels 50 Cents Elke regel meer 71/, r Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 Cents per advertentie k Contant Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Génerale Publicité, Etrangèr* Q.LDA UBE Co J 0J3N.% f. JONNES SuccParis 31 bisFaubourg Montmartre Wjj willen de aandacht van onze lezers op den jammerlijken maatsehappeljjken toestand ia Frankrjjk vestigen. De grondstelling van de Revolutie geliefde dochter van de achttiend' eeuwsche wjjsbegeerte waaraan als uit eene bron zoovele andere stellingen ontspringen, is de verbanning van God uit den Staat. Wjj stellen ons voor in dit oprtel aan te. toonen, hoe scheiding van Keik en Staat de belangrijkste RegeeringsdadeD, de hoogste belangen eener natie van God's milden zégen moet berooven. Scheiding van Kerk en Staat onder mijnt het gezag in de oogen van een volk, omdat het gezag daar breekt met de erkenning van Gcd en Zjjne Voor zienigheid. Wat volgt daaruit? Helaas, niets meer of minder, dan de algeheele schipbreuk des geloofs, eene ramp, welke niet ge noeg betrenrd kan worden. «Het godsdienstige gevoel», heelt een schrjjver gezegd, cverelapt en sterft, wan neer men eene atmosfeer van Godsdienst- loosheid irademt». (Anguste Nicolas). Wjj vragen ons liefst niet af, wat er van eene menigte geworden moet vooral van eene minder ontwikkelde, onervarene, onkundige massa indien zjj, beroofd van elke godsdienstige overtuiging en verstoken van het licht des geloofs, slechts de openbare meening heeft te duchten? Geljjkt niet eene maatschappij, die aan de Kerk verzaakt, op een plicht- vergeten vader, die systematisch in eene atmosfeer van ongeloof zjjne kinderen laat opgroeien? Uiten wjj ons onomwonden, galmen wjj het uit ia alls toonaarden, onop houdelijk en met steeds warmer gloed, dat de Staat zonder God de grootste ramp is van de maatschappij, de vreese ljjkste geesel die een land kan treffen, bet ontzettendste ongeluk, waarmede eene natie bezocht kan worden. In het ongeloof van een volk ligt de kiem van alle rampen, de oplossing van alle Bociale misstanden. Kunt ge u voorstellen, lezer, wat er van een land geworden moet waar het ongeloot hoogtjj viert? Laat ons de gestelds vraag in omge keerde orde herhalen: Zjjn de heilloozs gevolgen van het ongeloof wel ooit uitgebleven Is niet van stonde, dat zjj de leisels van het FEUILLETON ie: (Vervolg.) Dokter Middelwald greep de opgeheven hand. Ik bid u, mevrouwwind u door den dwazen praat van het kind niet op. Kom hier laat ons naar ow kamer gaan. Ik zou nog eenige woorden met u willen spre ken, die deze jonge wjjsneus niet behoeft te hooren. Met deze woorden tikte hij den jongen tegen de wangen en dreigde hem met den vinger. Ge moet altjjd lief tegen uw moeder we zen, jongen. Even geduldig in bed bljjven, tot ik u zeg, dat gij op moogt staan. —Ik zou geduldig in bed bljjven, antwoord de de jongen trotseh, wanneer tante Clara maar hier was. Stil van tante Clara en geloof wat nw mama u heeft gezegd. De jongen zweeg. Maar dat ook de woor den van den dokter hem niet overtuigd had den, bewees zjjn trotseh gezichtje, waarmede hjj zich weder nederlegde. De dolter en mevrouw Von Oldekammer traden in de kamer, welke nevens het slasp- Chtistendom heeft afgeschud, de demo cratie, aan teugelloosheid en ongeloof ter prooi, een geesel, ja een verderf, van de maatschappjj geworden Beschamend voor onze moderne God loochenaars zjjn zelfs heidensche wjjs- geeren, als b. v. een Plutarchus, Cicero, en Plato, waar zjj onderscheidenljjk zeg gen 't Is ge makkei jjker een kasteel in de lucht op te trekken, dan zonder gods dienst eenen Staat te grond resten. Erger dan de pest is voor eenen Staat het niet kennen van God. Wie de wa penrusting aangespt tegen den godsdienst ondeimjjbt de grondslagen van de bur gerlijke samenleving. Als kweeker van de zeden, de rechtvaardigheid en de eer zaamheid is de godsdienst de grondslag vbd alle overige waarheden Eéne zaak gaat vóó- alle aodere, om vat alle andere, verdrirgt alle andere: 't is de godsdienst. Zelfs een aaitr-Godloochenaar Vol taire getuigt dit, waar bij schrgft «Zöö zwak en bedorven is de menscb, dat het nog verkiesljjker is voor hem in het grofste bjjgeloof te ver rallen, mits het slechts geane menschenoffirs eische, dan te leve^zonder godsdienst. Godsdienst is in eiken welgeordenden Staat, in elke maatschappij, eene dringends behoefte». En elders schreef Y o 11 a i r e «Hadden in de wereld de godlooche naars vrjj spel, dan ware het even ver kieslijk onder de rechtstreeksche heer schappij vari hellemachten te geraken, geljjk ons die als monsters van bloed dorst en wellust worden uitgebeeld «Godloochenaars» zegt E a y 1 e in zjjn Dicl. crit. «niet afgeschrikt als ze worden door vrees voor de straffende hand God», noch geprikkeld door den prjjs eener eruwige btloonirg, moeten noodwendiger wjjze slaven hunner passies zjjn. Kunt ge u thans voorstellen, lezer, hoe diep eene Christeljjke natie moet verzinken, die, om wille van een zoogt- naamden vooruitgang, aan den godsdienst verzaakt Neen, een welgeordends Staat is on denkbaar zonder God; dat moeten allen getuigen, die een blik vet mogen te slaan in de geschiedenis der Volken, allen zouder onderscheid. Hoe noodlottig en verfco'eljjk zjjn das de valscte atheïstische grondbeginselen, waarmede men volken en maatschappijen in letterljjben zin vergiftigt! De verkondigers van zoodanige letr- stellingen zjjn nist alleen verleiders van het volk, maar moordenaars van lichaam en ziel. Zjj zjjn het, op wie de geheele verantwoordelijkheid van revolutie en anarchie valt, de ganeche schuld van de grofs'e zedeloosheid, welke bjj eene gods- dien8tlooze natie onvermjjdeljjk is. Werpen wjj een blik om one henen. Hoevelen zjjn er niet die dreigend de vuisten ballen, zoo niet ontzettend erger, tegen de wettige dragers van hn ge zag Hoevelen, die aan den godsdienst ontrouw rjju geworden, verzonken niet in zedeljjken ondergang, in de grofste en dierljjbste immoraliteit Waarljjb, men behoeft geen moralist te zjjn, geen man van studie en talent, om klaar en duidelijk zich vóór oogen te stellen, wat er uit eene maatschappjj zonder God geboren wordt en welke harde straffen eene godsdienstlooze natie over zich afrcept. God laat niet met zich spotten. Dat leeren ons de huiveringwekkende blad- zjjden uit de geschiedenis, waarin de straffen vaa Sodoma in hare meest ijzingwekkende gedaanten terugkeeren. Da rechtvaardigheid van God eischt al geheele voldoening. Ook wat betreft de aarde. Maar Gods goedertierenheid, Gods lankmoedigheid houden het zwaard der Gerechtigheid vaak onbegrjjpeljjk lang ia de scheede. Frankrjjk is op weg de wrekende hand God's over zich af te roepen. Een ge deelte van Gods straf is reeds duideljjk waarneembaar. In ha'e eer bezoedeld, van hare kroon beroofd en als ten speel bal aan de grillen eener bende God loochenaars, sleept de ontaarde oudste dachter der Kerk een bestaan voort, dat aan het walgeljjke leven van eene veile deerne denken doet. Dat is reeds hel begin van God's wraak. Maar bloed en vaur zullen Fraahrjjk verslinden, verslinden, erger nog dan in de bloed- en vunr-jaren van 1791, indien Frankrjjk's regeerders de ontaarde dochter niet tot het geloof terugvoeren en de veils deerne niet in eene rouwmoedige Magdalena herscheppen. Neen, eeo Staat zonder God heeft geen heil en bl.ei te verhopen, maar slechts verrotting en bederf in al zjjne geledingen. bljjven, heeft een hevig onweder schrik ea angst gebracht onder de bevolking. Tjjdens de geweldige donderslagen en verschrikkeljjke bliksemstralen die boven de badplaats losbarstten, werden zes per sonen door het hemelvuur gedood en een veertigtal gekwetst. De Russische gevolmachtigde M. Witte, wordt Woensdag te New-York verwachtde andere gevolmachtigde, baron vbd Rosen, is er reeds Zater- dag aangekomen. President Roosevelt zal hen beiden Donderdag te Oyster- Bay ontvangen, zooa's hjjmetde Japan- sche gevolmachtigden gedaan heeft. Men denkt, dat de vredesonderhande lingen omtrent eene maand zullen duren, want de gevolmachtigden zullen telkens de gedane voorstellen en tegenvoorstel len aan hunne RegeeriDgen moeten tele- grafeeren. Duit&chl&ncl. Over het sluiten der Oostzee voor oor- log-schepeD, die niet tot de Deensche en Duitsche zeemacht behoor en, zegt de Börsen Zeitung De Blurting van de Oostzee is een oud lievelingsdenkbeeld van koning Chris- t i a a n van Denemarken. Telkens o. a. verleden jaar nog bij zjjn schoonzoon koning Eduard stuitte hg daarmede op een volledige afwijzing. Daarom is bfl er niet meer op terug gekomen. Keizer Wilhelm heeft er zich nooit mee ba- z;g gehouden. De opgewondenheid over het houden van groote oefeningen der Engelsche oorlogsvloot in de Oostzee, begint in Deensche cfhciëele kringen te bedaren. Men begint in te zien, dat er te veel kabaal over gemaakt is. Het bericht, dat ook een Fransche vloot in 't najaar naar de Oostzee zou stevenen wordt tegengesproken. Rusland. vertrek gelegen was. Eerstgenoemde nam in een kleine vensternis plaats, ondersteunde het hoofd met de handen en keek met sombere, nadenkende oogen op de leege straat, watr de winterstorm doorheen gierde, af en toe vergezeld door een kletterende regenbui. Dan ging de arts eenige malen in de kamer op en neer en bleef eensk'aps voor mevronwVon Olde kammer staan. Ik heb daar zooeven bij uw man een zonderlinge kennismaking gebad, begon hjj, terwijl er een hatelijk lac je over zjjn gezicht vloog. Ik wist niet, dat Clara heimeljjk ver loofd was. Mevrouw Von Oldekammer kon een rilling niet onderdrukken. O, die dwaas, die jonge kunstenaar was weder bjj mijn man Ook wij wisten niets van deze verhoud ng, die mjj echter mij a stiefzuster in een geheel nieuw licht doet verschijnen. Ik begrjjp nie', hoe men van zulk een mensch houden kan. Een armzalig teeken- meester 1 De verstandhouding, waarin die twee tot elkander staan, is mjj overigens het bewjjs dat ik niet streng genoeg voor het meisje was. Hoe is uw man met dat jonge mensch in kennis gekomen Mevrouw Von Oldekammer vertelde, hoe Johan den morgen na de ontzettende gebeur tenissen in haar huis naar hem toe gekomen was. Door hem, ging zjj voort, kwamen wjj te wetei), waar mjjn stiefzuster zich op- Amerika. Te Coity-lsland, eene badplaats, waar thans meir dan 250,000 personen ver- Op 12 Augustus B.s. den verjaardag ven den Kroonprins, verwacht men de aikondiging der nieuwe kieswet. Men denkt dat de onderhandelingen te Portsmouth van grooten invloed zullen zijn op den inhoud van het manifest, dat de afkondiging zal bevatten. Indien Japan eene voor Rusland on duldbare vernederende vredesvoorwaar de stelt en de onderhandelingen over den vrede schipbre rk Ijjdeu, zal de Czaar ia het kiesiecht-maoifest tegdjjkertjjd de voortzetting van den oorlog aankon digen. Men gelooft, dat de verkiezingen op 1 October en de volksvertegenwoordiging op 1 November bepaald zullen worden. Engeland. In het E^galsche Lagerhuis heeft minister Balfour gezegd, dat geen inlichtingen die de Regeering ten dienste hield. Ik zal echter mijn man verzo ken het jonge mensch niet meer bjj zich te ont vangen. Uw min scheen zeer bevriend met hem te zijn. Hjj stelde mjj aan hem voor als den bruidegom van Clara. —Mjjn man is een dwaasdoch wat gaaa ons thans de betrekkingen van Clara aan. Wanneer zg veroordeeld wordt Ja, wanneer, mevrouw,wanneer? Eers twjjfeldet ge daaraan niet. Deze jonge teekenleeraar schijnt mij ge vaarlijk te zjjn. Gevaarljjkl Hoe zooen voor wien ge vaarlijk P Verliefden zien scherp. Hjj heeft uw man reeds op de gedachte gebracht naar den win kel te zoekeD, waarin de morphine is geko ht. Daar nu op het doosje, waarin gjj, mevrouw, de morphine bewaardet, zeer waarschjjnljjk de naam van de firma voorkomt, waar ik voor u het sl apmiddel kocht, zou het licht mogelijk zjjn, dat men bjj het onderzoek een valse ie ve denki g opvatte. Hjj hield plotseliDg op, want mevrouw Von Oldekammer be^on echel en spottend te lachen Zjj stond op, ging naar haar schrjjftafel, die zij opende,om in allerlei brieven doosjes en atdere kleine dingen rond te grabbelen. Na eenige minuten scheen zjj gevonden te hebben, wat zjj zocht. Zij reikte den arts eun klein doosje over, waarop de naam van een drogist voorkwam, terwjjl er bovendien het woord //morphine» op geschreven stond. Dokter Middelwald harkende het doosje als dat hetwelk hjj dien morgen na de vergiftiging achter de waterkaraf op het tafeltje naast den schoorsteen ontdekt had. Verwonderd staarde hjj de voor h m staande vrouw, die op zon de li'ge wjj ie glimlachte, aan. is dat het doosj), waarin gjj voor mjj de morphine meebracht, dokter P vroeg zjj op tiiomfeerenden toon. Zeker, mevrouw maar ik dacht, dat men de mo-phine in Clara's kamer gevonden had Dat heeft men ook, meur niet in dit doosje, doch in een klein zakje zonder eenig teeken of zonder t en;g opschrift. De Brts herademde, fewonierer d zw.efde zijn blik naar mevrouw Von Oldekammer. Ongetwjjfeld waren hem eenig o .bedachtzame woorden ontsnapt, maar, nog te reoht r tijd onderdrukte hjj ze ea bjj zeide met eep dub- belz nnig lacbje Ik bewonder de slimheid van de moordena es. Me rouw Von Oldekammer wierp hem een snellen blik toe. Zjj borg bet doosje weer in de lail van haar schrjjltafel en sloot deze af. Gjj zjjt inderdaad naïef geweest, waarde dokter, sprak zjj met gekunstelde onverschil ligheidom te gelooven, dat de moorde nares, zooals gjj ze noemtzich door domheid zou ver, aden. Gjj hebt geljjkik zou zooveel tegen woordigheid van geest en zooveel slimheid niet bjj haar vermoed hebben. Maar, mjjn lieve vriendin, ik zou toch dezen staan haar tot de meening brengen, dat gaen buitenlandech syndicaat onderhan delt over den aankoop van een belang rijke streek met anthraciet die voor den Engelsche vloot gebruikt wordt. Wjj zouden niet onverschillig kunnen toezien, wanneer een buitenlaudsch syndicaat an thraciet verwierf, die noodig is voor de bewegelijkheid onzer vloot. Indien de ge legenheid zich voordoet, zooden wjj in het geval knnnen voorzien door te zor gen, dat de wet zoo werd gewjjzigd, dat het vreemdelingen niet geoorloofd wordt eigendom te bezitten die volstrekt nood zakelijk is voor de verdediging van deze eilanden of voor do belangen van leger en vloot. Maar de ^noodzakelijkheid van zoodanige wetgeving is er nog niet. De Koning van Spanje te Lourdes. Toen gisterenmorgen voor da bedevaart gangers van Nimes de Hoogmis werd opgedragen, kwam plotseling de bood schap, dat de Koning van Spanje te Lourdes was aangekomen en op weg was naar de grot. Daar de Bisschop van Tarbes afwezig was, toog Mgr. du O u r e 1, bisschop van Monaco, in allerhaast den Koniug tegemoet, die hem zeer vriendeljjk ont ving. Mgr. kast de hand vbd Z. M. en geleidt hem naar de grot, waar de Ko ning met een treffenden eerbied zjjn eerbewijzen brengt aan O. L. Vrouw; daarna geleidt hjj hem naar de fonteinen en de piscines en geelt hem, met de hem eigene minzaamheid, alle inlichtin gen, die des Koniugg devote nieawsgie - righeid kannen boeien. Vundaar vergezelt de Bisschop van Monaco den Soeverein naar de Rozen kranskerk, waar al de pelgrims van Ni- mes, met Mgr. B g u i n o t aan 't hootd, vereenigd zjjn. Mgr. B g u i n o t die van de komst des Konings verwit tigd was, verlaat onmiddelljjk het hei ligdom om hem op den drempel der kerk zjjn opwachting te maken. De Bisschop richt een harteljjken wel komstgroet tot Z.M. die dezen met veel eerbied aanhoort. Alphoneas XIII drukt zjjn ge voelens van dankbaarheid nit door een diepe buiging en kust den Bisschopsring. Omstuwd door de Kerkvorsten en te midden van een gemurmel van bewon dering, dat allengs overslaat tot gejubel en gejuich zonder reserve voor da hei lige plaats, begeeft de Koning zich, min zaam glimlachend naar het altaar en neemt in het heiligdom plaats. Z M. woonde verder de H. Mis bjj met een godsvrucht, die op al de aan wezigen een diepen indruk maakte. De plechtigheid werd met een Te Daum besloten. Na de H.Mis werd de KoniDg levendig tregejuicht en de pelgrims boden hem bloemen aan. jongen man, Johan Pen leert heet hjj, meen ik,' in het oog houden. Hjj zal net zoolang vor- achen en zoeken, tot bjj ergens een spoor ge vonden heeft. Er zon voor u heel wat onaan genaamheid veroorzaakt worden, wanneer het hekend werd, dat gjj en ik de koopers van de morphine waren geweest. Weet uw man, dat gij in het bezit daarvan waart Ik spreek met mijn man niet over mid delen, die ik tegen slapeloosheid of andere zieke' jjke stoornissen aanwend. Hebt gij den rechter van instructie uw vermoeden te kennen gegeven, dat Clara de morphine van u genomen kon hebben Ik hield het niet voor noodig. O, dat is goedDan zal ook ik dat vermoeden niet uitspreken. Gjj schijnt zeer bezorgd over mij te zjjn, dokter I Men kan nooit voorzich ig genoeg zjjn: ten minste als arts, mevrouw. Dat ben ik met n eens. Overigens zal ik dezen Joh n Penkert scherp laten nagaan. Misschien is hjj het geweest, die Clara het vergift heeft ve-schaft. Ha, een zeer scherpzinnige gedachte; Wanneer men dat maar zou kunnen bewjjzen! Ik zal nauwkeurig onderzoek doen, reken daar op. (Wordt vervolgd.) ABONNEMMNTSPBIJTS PBUS DBB ADVMBTENTIBN, A&ITE MA NON AG IT ATB.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1905 | | pagina 1