Vrijdag 10 Aug. 1906.
No. 6370. 31ste Jaargang.
Dagblad voor Noord- en Zuid-Holland.
Misverstand of erger?
BUITENLAND.
LIEFDE EN PLICHT.
BINNENLAND.
bJ}^
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlijke nummers
DIT BLAD VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALVE ZON-
f L20
i**1.65
V®70.05
EESTDAGEN.
BUREAUX: St. JANSSTRAAT 1, Telefoon No. 1426. - HAARLEM.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regels0.60, (contant) 0.50
Elke regel meer0.10
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
DIENSTAANBIEDINGEN 25 CENT PER ADVERTENTIE CONTANT.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère
G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Paris, 81bis Faubourg Montmartre.
Een jongen man, die met de on
bekrompen mildheid, de vurige
geestdrift der jeugd zich wijdde en
wegschonk aan de sociale actie in
zijn vaderland, in Frankrijk, zie
daar Mare Sangnier, den voorzitter
van „Le Sillon".
Indien gij ooit dien werkzamen,
voortvarenden socialen arbeider ont
moeten moogt, gij zult als schrijver
dezer regelen eene sympathieke her
innering aan hem met u blijven om
dragen.
Is de kloeke werker, die met
vaste hand,,de vore" zoekt te trekken
in den al te zeer braakliggenden so
cialen akker van Frankrijk, is ook hij
aangetast door de gevaarlijke ziek
te der geesten van onzen tijd, door
eene ontembare zucht naar vrijheid
Heeft het krachtig bruisende
bloed hem verleid tot het spreken
van woorden, het stellen van daden,
die onvoorwaardelijk veroordeeld
moeten worden?
Of mogen wij nog aan een misver
stand denken?
De Vêrité Frangaise is er als ge
woonlijk direct bij met een vonnis
scherp en bits. Maar de Véritéwie
met de Fransche toestanden eenigs-
zins vertrouwd is, weet het is een
tegenvoeter van de „Sillon", wien
het in den regel aan de noodige on
partijdigheid mangelt en die daarom
meest partijdig vonnis wijstin quaes-
ties als deze.
En dergelijke kettermeesters, wier
lust verbitteren schijnt niet verbe
teren, ofschoon dit laatste vooral
èn met het oog op de Christelijke
liefde èn niet minder om het alge
meen Katholiek belang hoofdzaak
moest blij ven, doen in hun blinden
ijver onberekenbaar veel kwaad.
Hun schuld is 't, dat het „ziet
hoe lief zij elkander hebben me
nigmaal als een bloedig sarcasme
op hunne partij kan toegepastdat
het ,,'tis alles pais en vrêe" van
Vondel, gewijzigd kan worden in
't is alles haat en nijd
Hoeveel waardiger en Christelij
ker is dan de toon van „La Croix"!
Bij haar geen personen-quaestie,
maar de zaak, de groote Katholieke
zaak, waarvoor wij allen strijden,
of behooren te strijden althans.
In haar Woensdag-nummer ver
klaarde zij, dat de Congresdag van
„le Sillon" te Brest „une journée
Indien de Katholieken bovenaan op
de lijst hunner liefdewerken het steu
nen hunner Dagbladen stelden; indien
zij voor de laatste jaarlijks eenige
millioenen overhadden, de toestand zou
spoedig veranderenhonderdduizenden
zouden het Geloof terugvinden."
(Bandon.)
regrettable" was, een betreurens
waardige dag.
Betreurenswaardig, voegt zij er
heden bij, indien het waar mocht
blijken, wat een der bladen, de
„Ouest-Eclair"sprekende op gezag
van de „Sillon", geschreven heeft:
„In hunne volstrekte onafhanke
lijkheid van burger beijveren zich
de jonge mannen van „le Sillon",
om in Frankrijk de democratische
republiek tot een feit te maken.
Hun arbeid mag onder geen enkel
opzicht vereenzelvigd worden met
de „Christelijke democratie" of de
„Christelijke sociale actie".
Hoogst betreurenswaardige ver
klaring inderdaad.
Niet minder betreurenswaardig is
de miskenning van het bisschoppe
lijk gezag, waaraan de Sillon zich
te Brest schuldig maakte, eene mis
kenning, die de onmiddellijke aan
leiding was, dat de Kerkvorst van
genoemde plaats zijne geestelijkheid
o.m. verbood het Congres bij te
wonen.
„Er is geen enkel priester ver
schenen", verklaart Mare Sangnier
thans.
Hulde aan de gehoorzaamheid
dezer priesterschap, die, hoe talrijk
onder haar ook de leden van „le
Sillon" mogen zijn, het bevel der
wettige Overheid als één man voor
en boven alles wist te stellen.
Op enkele gunstige resultaten
mag het Sillon-Congres bogen.
Doch hoe luttel wegen die voor-
deelen, wanneer zij in de schaal
gelegd worden tegen het nadeel,
dat de zucht naar onafhankelijkheid,
dat handelen tegen het verlangen
van of minstens buiten den Bisschop
van Brest om, aan de Katholieke
zaak in het algemeen, aan „le Sil
lon" in het bijzonder heeft toege
bracht!
Waarom zijn eigen weg willen
gaan, waar samenwerking met de
geestelijke Overheid zoo gemakke
lijk is en zooveel rijke vruchten
belooft?
Het voorbeeld van don Murri of,
van zoovele andere hoogbegaafde
personen vóór hem blijft een waar
schuwing en eene les.
Laten wij hopen, dat Mare San
gnier die als Katholiek sociaal strij
der zijn onmiskenbare verdiensten
heeft, zijne dwaling spoedig zal in
zien en de begane fouten ridderlijk
herstellen.
Wat de H. Vader aan de Itali-
aansche Katholieken als eiscli stel
de en voorwaarde tot een vrucht
baar en zegenrijk werken arbeiden
in overeenstemming met de geeste
lijke Overheid, geldt ook voor Frank
rijk en alle landen.
Hoe een scherpzinnig man als
Sangnier desondanks den Bisschop
van Brest als het ware ignoreeren
kon, toen hij in diens zetelstad eene
groote bijeenkomst hield, blijft ons
een onoplosbaar raadsel.
Of moeten wij aannemen, dat de
„Ouest-Eclair"de juiste meening van
de „Sillon" vertolktedat hare leden
in volstrekte onafhankelijkheid (van
het geestelijk gezag) hun eigen weg
willen gaan?
Dit zou een allerjammeriijkst mis
verstand zijn en schier gelijk staan
met zelfmoord hunner partij.
Van harte hopen wij,dat Mare San
gnier en zijne jonge garde, mochten
zij dien gevaarlijken weg ingeslagen
zijn, spoedig daarvan terugkeeren en
het heil van het Katholieke Frank
rijk als ware Katholieken in zelf
verloochenende gehoorzaamheid blij
ven betrachten.
Zoolang wij daaromtrent geen
zekerheid hebben, blijft de pijnlijke
vraag Misverstand of erger
Staatkundig Overzicht.
Wij hebben reeds eenigen tijd gele
den een enkel woord gezegd naar aan
leiding van het te Buenos Aires ge
houden algemeen Amerikaansch Con
gres.
In hoofdzaak vorderen de werk
zaamheden van dit Congres uitstekend.
Er is eene commissie benoemd om
te onderzoeken, of er eene blijvende
commissie zou te vormen zijn voor het
geheele Amerikaansche Spoorwegnet
enz. enz.
Wat de rede des heeren Root be
treft, welke wij vroeger ter sprake
brachten, deze boezemt den Zuid-Ame-
rikanen geen bijzonder groot vertrou
wen in.
Argentinië b. v. wil niet van een
bond met de Vereenigde Staten hoo-
ren. Daardoor zou het niet alleen on
der een soort voogdijschap worden ge
bracht, maar bovendien bijna zeker
in conflict komen met Europa. In
genoemd werelddeel vreest men het
N. Amerikaansch imperialisme, wat
den handel betreit.
De Nacion, het hoofdorgaan van
Buenos Aires, noemt die vrees onge
grond.
„Europa vergist zich," schrijft het
blad, wanneer het meent, dat de Zuid-
Amerikaansche Staten genegen zou
den zijn, om hunne staatkundige en
economische belangen op te offeren
voor eene vriendschap (die der Ver
eenigde Staten) hoe machtig die zij,
welke schadelijk en schandelijk zou
wezen."
Voor het imperialisme van Root
c. s., dat zich zoo onschuldig voor
deed, moeten deze woorden wel een
beetje ontmoedigend klinken. Zuid-
Amerika schijnt nog niet rijp voor
de plannen van de Vereenigde Staten
Heden wordt Elihu Root te Mon
tevideo verwacht, waar alles voor eene
feestelijke ontvangst in gereedheid is
gebracht.
Hij blijft er tot Maandag.
ITALIË.
Z. Heiligheid en de Scheidingswet.
De Romeinsche correspondent van
de Koln. Volkszeitung telegrafeerde gis
teren aan zijn blad, dat 's Pausen be
slissingen betreffende de godsdienstige
vereenigingen voorloopig als instruc
ties aan de Fransche Bisschoppen be
schouwd zullen worden. Met de open
baarmaking wordt gewacht.
Men verwacht daarentegen binnenkort
het verschijnen van een Syllabus.
Volgens een Reuter-telegram zou de
Parijsche Liberie van haar Correspon
dent te Rome een draadbericht ont
vangen hebben, dat Z. Heiligheid de
Paus gistermorgen een vrij ernstigen
aanval van hartverzwakking gehad
heeft.
Lijfarts Lapponi wist den aanval te
bedwingen.
ENGELAND.
Door het Hof van Appèl is gisteren
de beslissing uitgesproken, dat de
wet aan de plaatselijke schoolautori-
teiten niet de vrijheid laat, om een
toelage te verleenen voor het geven
van godsdienstonderwijs aap bijzon
dere scholen.
Deze beslissing moet nog door het
Hoogerhuis in zijne hoedanigheid van
hoogste rechtscollege worden goedge
keurd.
't Christelijk onderwijs zal in het laat
ste geval niet meer behoeven te reke
nen op staatsondersteuning, wat eene
mindere uitgave van 3 millioen gul
den voor de schatkist zal medebrengen.
FRANKRIJK.
Hoe men in Frankrijk te werk gaat
bij de verkiezingen, is maar al te wei
nig bekend en uit die onbekendheid
spruit sommiger groote verbazing over
de behaalde overwinningen der anti-
clericalen.
Het volgende aanplakbiljet geeft een
eigenaardig kijkje op de methode dezer
heeren.
Boer,
Werkman,
Jantje Goedzak
Gij hebt thans uw lot in handen I
Wilt gij afstand doen van de vrij
heden, die de Republiek u heeft ge
schonken Vrijheid van godsdienst,
vrijheid van drukpers, vrijheid van
vereeniging enz.
Stemt dan voor Nourrisson 1
Wilt gij uw kiesrecht verliezen en
het algemeen stemrecht afgeschaft
zien
Stemt dan op Nourrisson
Wilt gij, dat de zevenjarige militie-
tijd weer ingevoerd wordt en dat men
u blauwe oogen slaat, als gij de brand
kasten der rijkaards bewaakt, en de
eigendommen der groote grondbezit
ters
Stemt dan voor Nourrison 1
Wilt gij de Sociale wetten ter on
dersteuning en de pensioenen voor den
ouden werkman afgeschaft Rebben
Stemt dan op Nourrisson
Wilt gij de openbare scholen doen
sluiten Wilt gij naar de Clericale
overheersching terug? naar de ont
kenning der wetenschap? naar den
dwang des gewetens?
Stemt dan op Nourrisson
De ainie candidaat Nourrisson, die
geen van deze booze dingen in zijn
schild voerde, moest bij de verkiezing
het onderspit delven. Chamerlat, zijn
tegenstander, kwam als overwinnaar
uit den strijd.
SPANJE.
De Ramp der „Sirio".
Aan den gezagvoerder geeft het
verslag van het ingestelde onderzoek
in hoofdzaak de schuld der schipbreuk.
In het verslag over het onderzoek
inzake de schipbreuk van de „Sirio'
wordt gezegd dat voor alles een zware
schuld drukt op den gezagvoerder.
Het stoomschip zou niet geheel ver
loren zijn gegaan, wanneer de kapi
tein zijn gezag had doen gelden.
Wanneer de voorschriften goed opge
volgd waren, zou het aantal slacht
offers veel lager geweest zijn. Er ont
stond onder de opvarenden een
paniek, toen de bemanning het schip
in den steek liet.
De houding van den gezagvoerder
wordt ten sterkste afgekeurd.
Er zouden zich in het wrak der
Sirio nog een 70 tal lijken bevinden,
welke reeds geheel tot ontbinding zijn
overgegaan. Dat vertelt althans een
der duikers, die aan het bergingswerk
deelgenomen heeft. Over de lijken
baande hij zich een weg naar de
brandkast, die hij echter niet van hare
plaats kon krijgen.
Dezelfde persoon meent, dat het
schip tusschen twee rotsen bekneld
zit en men het door middel van dyna
miet zal moeten laten springen.
Er zouden 522 personen gered, 270
omgekomen zijn volgens de laatste
lezing.
RUSLAND.
Mislukt! kunnen de socialisten te
Moskou hunnen broederen van Sint
Petersburg nazuchten. Er komt nie
mendal terecht van de algemeene
werkstaking.
Van alles is er beproefd, om de
spoorwegbeambten het werk te doen
neerleggen. Vergeefs. Ook deze luitjes
schijnen vrucht gedaan te hebben met
de les in het najaar van 1905 ont
vangen.
De gendarmerie belette alle betoo
gingen.
In Moskou zijn om en om 200.000
werklui. Eén tiende, waaronder 10.000
zetters staken thans. Een getal van
20.000 op de 200.000 is in deze om
standigheden van geen beteekenis.
Elders dan in de twee voornaamste
steden, Sint Petersburg en Moskou,
staan de kansen voor de revolutie al
niet veel beter.
Het Petersburgsche Telegraafagent-
schap meldt dat het bericht van het
Nowoje Wremja, over een benoeming
van grootvorst Nikolaas Nikolajewitsj
tot generalissimus uit de lucht gegre
pen is.
In het dorp Granowa in het gou
vernement Kief hebben de boeren den
gewezen Doema-afgevaardigde Stepha-
niuk afgeranseld, omdat hij hun geen
voldoende reden kon geven, waarom
de Doema ontbonden was.
FEUILLETON.
34.
Onder veel ach en wee van de
vrouw kwam de sleutel te voorschijn,
dien een vroegere huurder haar had
achtergelaten en dien zij thans den
commissaris ter hand stelde.
Een oogenblik later betraden zij
het kleine kamertje met een venster,
dat Schneidewin bij de weduwe be
woonde.
Deze zelf was op een wenk van
Wachtel de politiebeambten gevolgd.
In de kamer stond niets, dat de
aandacht trok, zij bevatte slechts het
hoogst noodige meubilair. Het wei
nige huisraad, dat hier stond, ver
keerde in een jammerlijken staat, van
de wankelige kleederkast, waarvan de
deur uit de scharnieren hing, tot de
gebrekkige stroostoelen, wier zittingen
meerendeels beschadigd waren. Aan
den wand hing een verweerde spiegel
en voor het venster een gordijn, dat
eens zeer lang geleden, wit geweest
moest zijn, maar dat thans goor en
overal gescheurd en gerafeld was.
Terstond begon een nauwkeurige
doorzoeking van de kamer, hetgeen,
onder leiding van Wachtel, niet veel
tijd vorderde.
Eerst werden alle meubelen van de
wanden geschoven en begon men met
een bijzonder soort hamers, daartoe
opzettelijk meegebracht, tegen de mu
ren te kloppen. Een man onderwierp
den vloer aan een gelijk onderzoek.
Dit geschiedde om ergens een holle
plek te vinden; het gehoor van de
beambten, die met jdit werk vertrouwd
waren, was zoo fijn, dat zij zich nooit
in hun nasporing vergisten.
De commissaris doorzocht inmid
dels met „vriend Schulze" en den be
steller stuk voor stuk uit de kleer
kast en de linnenkast.
Het eigendom van Schneidewin was
trouwens niet zeer talrijk, hij bezat
slechts het noodzakelijkste en zelfs
dit was nog ontoereikend. Het had
er geheel den schijn van alsof
de eigenaar het zoo had ingericht, dat
hij er zonder veel verlies in geval van
nood afstand van kon doen.
Alles bewees dat Schneidewin ge
woon was te leven als een vogel op
een tak; elk oogenblik tot wegvliegen
gereed, wanneer hem eenig gevaar
dreigde.
Holle plaatsen werden noch in den
wand noch onder den vloer gevonden
daarentegen bespeurde men, toen het
bed was afgenomen, dat de versleten
matras eenige voorwerpen verborg.
Die werden natuurlijk in een oog
wenk te voorschijn gebracht.
De hospita begon te jammeren, toen
zij zag, dat men haar matras open
sneed.
Zij zeide nu wel te begrijpen, waar
om Schneidewin nooit had toegestaan,
dat zij zijn bed opmaakte of zijn ma
tras opschudde. Zij moest dan immers
dadelijk de scheur hebben waarge
nomen, ofschoon deze vluchtig dicht
genaaid was. Haar huur er moest
haar de schade vergoeden, dat nam
zij zich vast voor.
Nu, hij heeft zeker wel veel geld
spotte de commissaris, terwijl hij de
in de matras gevonden voorwerpen
een voor een bekeek.
De weduwe, wier goede meening
omtrent haar commensaal nu plotse
ling verdwenen scheen, begon spot
tend te lachen.
Daarmee is het niet al te best
gesteld, zeide zij. Schneidewin heeft
wel altijd stipt betaald, maar het is
hem in de drie maanden, die hij hier
gewoond heeft, lang niet voor den
wind gegaan. Dikwijls heeft hij het
noodige niet te eten gehad en toch
heeft hij zijn karige maaltijden dik
wijls nog met een hond gedeeld, een
verschrikkelijk dier, dat eens van hem
was. Juist omdat hij zoo goed voor
de dieren was, ging de weduwe voort,
wier tong nu los begon te raken, heb
ik hem graag mogen lijden, maar nu
hij mij de politie op den hals haalt,
nn bedank ik voor hem.
De commissaris, die inmiddels een
met bloed doortrokken zakdoek, een
buitengewoon groot scheermes, bene
vens een met bloed bevlekte broek
uit de matras had gehaald, keek bij
deze woorden belangstellend op.
Hoe heette de hond? vroeg hij.
Hector, antwoordde de weduwe,
zonder zich te bezinnen, terwijl zij
niet begrijpen kon, welk belang de
commissaris daarin stelde en waarom
zijn gelaat zoo eensklaps opklaarde.
Weet gij ook wie de eigenaar
van dien hond was vroeg hij verder.
Welja, de vriend van Schneide
win zeide de weduwe op minachten
den toon.
Die moest vooral zoo'n grooten
hond houden; hij zag er zelf uit alsof
hij maar eens op een dag at, en ik
geloof ook dat dit niet zelden het ge
val was.
Bedoelt gij mijnheer Wilser?
vroeg de commissaris vriendelijk, ter
wijl hij de weduwe wat ter zijde nam.
Deze zette groote oogen op.
Heette hij Wilser vroeg zij daar
op. Hij was een klein, oud man met
spierwit haar, een onaangenaam ge
zicht en daarbij was hij altijd zoo uit
de hoogte.
Zij hield plotseling op en keek diep
in gedachten voor zich uit, met den
kin in de hand geklemd.
Wilser? herhaalde zij vervolgens.
He, wacht eens even, die naam komt
mij bekend voor, hm, waar heb ik dien
meer gehoord, stil, ik heb hem meen
ik gelezeneensklaps maakte zij
een verschrikte beweging. Heer in
In de druk bezochte wachtkamer
van het station te Sosnowice werd
een bom geworpen. Vele menschen
werden min of meer zwaar gewond.
De koopman Goldblum werd gedood.
Er ontstond een verschrikkelijke pa
niek. Vele vrouwen vielen in onmacht.
De dader is onbekend.
Het verzoek der Russische regeering
aan de Zwitsersche om uitlevering
van den revolutionair Belenzof, die
de Moskousche Handelsbank met ge
weld van 30,000 roebel heeft beroofd,
is ingewilligd. Belenzof had er zich
op beroepen, dat hij een politiek mis
drijf had begaan, maar het Bundes-
gericht verwierp deze bewering,
vooral wijl Belenzof den roof niet op
den staat, maar op een particuliere
instelling had gepleegd.
Gisteren is Belenzof reeds van Zü-
rich naar Feldkirch op de Oostenrijk-
sche grens gebracht, vanwaar de Oos-
tenrijksche overheid voor zijn overbren
ging naar Rusland zorgt.
Een Russische stoomvaartmaat
schappij richt een geregelden dienst
tusschen Odessa en New York in.
De eerste afvaart heeft begin October
plaats. De reis zal 22 dagen duren.
Er hebben den laatsten tijd herhaal
delijk geruchten geloopen over den
troonafstand des Tsaren.
Thans kan men in de Pall Mall
Gazette het uittreksel van een brief der
Tsarina lezen wie heeft de onbe
scheidenheid gehad die ter lezing te
geven? waarin de vrees wordt uit
gedrukt, dat er reeds een ramp (een
aanslag) zou kunnen gebeuren, eer
de keizerüjke familie Rusland verla
ten kan.
Sedert den dood van grootvorst
Sergius leeft de Keizerlijke familie
in voortdurenden angst,heet het verder.
Behalve de Engelsche dienstboden
vertrouwt men niemand in het paleis.
Toen de Tsarina onlangs in het En-
gelsch met een hofdame over dé toe
bereidselen voor een reis naar Darm
stadt gesproken had, vond zij later
op haar schrijftafel een briefje van
dezen inhoud „Gij zult Rusland nooit
verlaten I"
Er wordt niet bij vermeld of deze
brief van begin dezes jaars, of van
enkele weken geleden is.
Die bijzonderheid zou hier vooral
waarde geven aan dezeu brief.
Van het Loo.
H. M. de Koningin-Moeder bracht
gisteren een bezoek op het Loo en
werd door de Koningin aan den trein
verwelkomd.
Prins Hendrik is vertrokken naar
Dobbin.
Uit de Staatscourant.
Blijkens nadere mededeeling van
het consulaat-generaal der Neder
landen te Pretoria moeten belang
hebbenden het formulier ter aanvrage
van het voor toelating in Transvaal
of de Oranjerivierkolonie vereischte
den hemel, nu gaat mij een licht op,
jawel, die is vermoord geworden, dat
heb ik in den courant gelezen, en een
hond heeft hij gehad, ja juist, en dien
hebben zij ook den hals afgesneden
en die hond moet ook Hector gehee-
ten hebben. Is het mogelijk zou Schnei
dewin
Zij zweeg, blijkbaar durfde zij de
gedachte, die bij haar op kwam, niet
in woorden te brengen.
Was Hector kwaadaardig? vroeg
de commissaris.
De weduwe knikte toestemmend.
Dat zou ik meenen, bevestigde
zij, hij was gevaarlijk, zelfs mijn kin
deren maakten zich uit de voeten als
zij hem maar in de verte zagen aan
komen zij waren doodsbenauwd voor
dat beest.
Nu als men hem vriendelijk aan
sprak zou hij toch wel niets gedaan
hebben, sprak Wachtel.
Wel mag 't u bekomen, spotte
de weduwe. Ik heb dat dier dikwijls
wat gegeven ofschcon ik het zelf niet
breed heb, maar ik zette het maar in
de keukeu voor hem neer en paste
wel op dat ik niet bij hem kwam.
Wordt vervolgd).
NIEUWE
LEMSCHE
flOITE MA NON AOITATE.