Zaterdag 8 Sept. 1906. No. 6394. 3Pte Jaargang. Dagblad voor Noord- en Zuid-Holland. De Judasrol. BUITENLAND. De familie Fromentier. ABONNEMENTSPRIJS »1-65 „0.05 dit blad VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALV^^L^^J^TOAGEN. Per 3 maanden voor Haarlem Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post Afzonderlijke nummers BUREAUX: St. JANSSTRAAT 1, Interc. Tel, No. 1426. - HAARLEM. PRIJS DER ADVERTENTIËN Van 16 regelsƒ0.60, (contant) 0.50 Elke regel meer0.10 Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. DIENSTAANBIEDINGEN 25 CENT PER ADVERTENTIE a CONTANT. Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Suce., Paris, 31bis Faubourg Montmartre. Op alle tonen is 't in de Fransche anti-clericale Pers herhaald, en ook hier te lande heeft men een verflauw de echo daarvan kunnen opvangen: ..„De Paus heeft de Fransche Regee ring tot vijandelijkheden gedwon gen". Zoo ooit, dan is 't nu 't geschikte oogenblik, 0111 de feiten te laten spreken en te antwoorden op de jongste politieke rede van minister Barthou, waarin o.m. de lasterlijke leugen verkondigd werd:„Gedurende zes jaren heeft de H. Stoel niet opgehouden ons uit te dagen". Wie onzer betwijfelt nog, dat de strijd tegen het Katholicisme in de Loge werd voorbereid met duivel- sche sluwheid en met satanische driestheid voortgezet wordt ook Gelijk de dronkaard in zijn roes soms zijn geheele hart uitstort, zoo hebben de volgelingen der Loge in den roes hunner vermeende zege praal zeiven herhaalde malen beves tigd, inden jongsten tijd vooral, dat hun doel isde vernietiging der Roomsche Kerk. Daarop is sinds jaren en jaren al hun streven gericht; het „Ver pletter den Eerlooze" van de 18de eeuwsche philosophen was de strijd leus niet alleen, maar tot het berei ken van dit doel werden alle krach ten saamgetrokken en ingespannen. Eerst had de Loge al hare hoop gevestigd op het verwekken van een schisma, verdeeldheid en scheuring in het Fransche Episcopaat. Nu dit door Gods genade verhoed werd, poogt zij door de haar verkochte i ers wantrouwen te zaaien en afge- keerdheid tegen den H, Stoel, nadat zij eerst het Vaticaan vergeefs door allerlei plagerijen en onwaardige practijken had zoeken te brengen tot de een af andere daad, welke zij als eene uitdaging voorstellen kon. De Temps, het gevaarlijkste en ge- niepigste anti-Katholiek blad van heel Parijs heeft dezer dagen de bescliul- diging herhaald, die zij bij de ver heffing van Z. H. Pius X schrijven dorst: „de gekozene van het Drievou dig Verbond. Eene brutale leugen, want reeds als patriarch van Venetië heeft Kard. Sarto, nu Pius X, herhaalde malen getoond, dat hij volbloed Italiaan is in den besten zindat hij zich innig verheugde over de teruggave van Venetië aan het Italiaansche vaderland. Toch de gekozene van den Drie- Alle goede werken bloeien, wanneer het Katholieke dagblad bloeit; zonder het Katholieke dagblad kwijnen alle goede werken. (ChaJamet.) bond, de candidaat dus van Oos tenrijk, schrijven de clergymen van de Temps", al schreeuwt die leu gen van onmogelijkheid en al is zij met beide handen te tasten. De eerste groote moeilijkheid, waardoor de Loge den Paus tot eene vijandige daad zocht te verlokken, was de quaestie van het „nobis nominavit". In schijn ging het daarbij om eene vertaling, in wer kelijkheid was de inzet: 's Pausen volle recht hij de bisschopsbenoe mingen. Wat deed de H. Stoel Hij be wees zijne inschikkelijkheid door de gewijzigde formule tot de zijne te maken. Woedend over deze mislukking beproefde Combes een ander meer direct middel. Over de bisschops benoemingen behoefde zijns inziens niet te voren met Rome geraad pleegd te worden. De prelaten zou den voortaan benoemd worden als de prefectenZ. Heiligheid had slechts te prijzen, wat Combes en de Loge wijzen zouden. In de Staatscourant zoekt men de bisschopsbenoemingen van het pausje Combes tevergeefs Z. Hei ligheid heeft ze nooit erkend Hij vergenoegde zich met de ledig- staande zetels onbezet te laten. Een nieuw blijk van voorzichtige lank moedigheid. Er moest wederom iets anders gezocht en Loubet, de president der Fransche Republiek, speelpop in de handen der Loge, kreeg be vel tot zijn bezoek aan Rome. d. w. z. aan het Quirinaal. Het Hoofd der katholieke Fransche natie bracht aldus een officieel bezoek aan den kleinzoon van den over weldiger, en erkende daardoor tot op zekere hoogte de wettigheid van den roof,aan Petrus' erfgoed gepleegd. Zwijgen zou nu van Z. Heilig heid schuldig plichtverzuim geweest zijn. De Paus zond aan alle katho lieke Hoven zijn protest, dat over het Lilliputtische rouge-et-noir-vor- stendommetje Monaco de bureaux van het kapitalistisch-socialistiseh dagblad de Humanité (Parijs) van Jean Jaurès bereikte. Nu was het voorwendsel gevon den. Met hartroerende eenstemmig heid schreeuwde de heele anti-cle- ricale pers moord en verraad. De Temps vergat gelijk nu, dat zij te gen de waardigheid van haar witte stropje zondigde en riep al even hard als het onwaardigste anti-cle- rieale schendblaadje. Frankrijk was beleedigd, het va derland was in gevaar en de Loge meende de gewensclite gele genheid te hebben, om den reeds lang tegen Rome gereed gehouden stormram: de wet op de scheiding tusschen Kerk en fetaat in werking te stellen. De quaestie met de vroegere bis schoppen van Dijon en Laval gaf Combes nieuwe troeven in handen. De Paus, hun wettig Hoofd, riep hen ter verantwoordelijkheid naar RomeCombes beval hun te blijven, niet te gaan. Gevolg: de Nuntius kreeg zijn paspoort, de Fransche gezant bij het Vaticaan werd te ruggeroepen. Waar andere niet-Katholieke Staten den Paus erkenden en hul digden als het Hoofd van millioe- nen en millioenen katholieken, scheen deze Regeering van een katholiek land slechts één zorg te kennenden Opvolger van Sint Petrus te kwellen, te san-en, Hem zijne heiligste rechten te ontzeggen, te hinderen bij de uitoefening van Zijn verheven ambt. Toen de scheidingswet in behan deling kwam, bleek duidelijker dan ooit wij verwijzen naar onze arti kelen van Donderdag 2 en Vrijdag 3 Augustus: „De groote Ongerech tigheid" waarin dit daghelder aan getoond werd, - dat de magon- nieke Regeering niet bedoelde eene scheiding maar eene tirannieseering der Kerk. De „godsdienstige vereenigingen" veroordeeld door Z. Heiligheid, wa ren het verraderlijke wapen, waar mee de Loge de Roomsche Kerk in haar hartader, de hiërarchie hoopte te treffen, Door zijne jongste encycliek heeft Pius X ook die illusie doen ver wasemen. De Raad van State, werktuig der Regeering, saamgesteld uit jo den en protestanten en slechte ka tholieken, of om een collectieven naam te geven voor allen saam- gesteld uit vrijmetselaars, zou het laatste beslissende woord hebben over de godsdienstige vereenigingen, in laatste instantie beslissen. Aan zijn heiligste verplichtingen zou Pius X zich vergrepen hebben, met eigen handen •le n hoeksteen der Kerk hebben losgerukt, indien Hij daarin Berust hackle. Er wordt be weerd, dat de meerderheid der Fransche prelaten vóór een proeve waren met bedoelde godsdienstige vereenigingen. Aldus voorgesteld is die bewering een besliste onwaarheid. Zoo er ver schillende prelaten vóór een proe ve waren, moet er noodzakelijk bij gevoegd, dan was het op zooveel voorwaarden tot wijziging en ver andering der wetsbepalingen, be treffende die godsdienstige veree nigingen, dat die vereenigingen daardoor een geheel ander karakter verkregen. Z. Heiligheid doorzag het groote gevaar. Gelijk zijn plicht voorschreef deed Hij. Al de tijdelijke voordee- len: kerken, bisschoppelijke palei zen, kerkelijke goederen en inkom sten, bezoldiging en pensioenen dér priesterschap, die gevaar liepen, ook Hij woog ze. Maar, Man Gods, Plaatsbekleedei van Jesus Christus, handelde Hij naar 't woord zijns god- delijken Meesters, zocht Hij eerst het Rijk Gods en zijne gerechtigheid. En al de tijdelijke voordeelcn vielen te licht, toen zij in de schaal gelegd werden tegen het heil der Kerk. Andermaal moest de Loge zich verwonnen verklarenandermaal moest zij het woord van den sterven den keizerlijken apostaat herhalen, want andermaal had „de Gallileër overwonnen". Zal de Loge nu den kamp opge ven? Onmogelijk. De strijd tegen de Kerk zal voortduren, met grooter heftigheid wellicht. Maar niet Z. Heiligheid heeft dien strijd gewild; niet op Hem zal de verantwoordelijkheid terugvallen der heillooze worsteling, welke Frankrijk schokt en schudt tot in zijne diepste grondslagen. En niet de Kerk, welke 11a strijd en lijden in heerlijkheid verrijzen zal als haar goddelijke Stichter, maai de Loge en hare trawanten hebben bij dit alles de Judasrol vervuld; zij zullen die blijven vervullen, tot liet einde des verraders het hunne wordt. RUSLAND. Het manifest der regeering wordt door de Duitsche bladen in dezen zin besproken: de meeningen en voorne mens van den Tsaar zijn uitmuntend, evenzeer die van het ministerie, maar zullen zij de noodige kracht hebben om de revolutie te breidelen, zullen zij den noodigen steun vinden, om de tegen-revolutie te doen slagen? Op deze vragen antwoorden zij met eenwij betwijfelen het. Te Moskou heeft de politie bij twee personen, die zich voor meubelmakers uitgaven, eene verzameling wapqjis en bommen ontdekt. Vijf personen zijn gevangen geno men, twee wisten te ontkomen. Een martelaar van zijn plicht is de Londensche ,,Standard"-correspon- dent te Warschau.Bij een oploop werd hij met zijn secretaris gevangen geno men, en even lustig gegeeseld als de ware schuldigen. Aan generaal Bkal on dankte hij zijne spoedige bevrijding. Dat is nog een man, die van den Russischen opstand mee kan spreken en van den knoet. Aan den lijve enz. De krijgsraden, waarvan in het ma nifest, gisteren door ons opgeno men, sprake is, zullen bestaan uit een voorzitter en vier officieren van leger of vloot. Binnen 24 uur na een misdaad heeft de gouverneur-generaal het recht zulk een krijgsraad te benoemen. Daarop zal de krijgsraad direct bij eenkomen, met gesloten deuren de zaak behandelen en binnen 18 uur vonnis vellen. Dit vonnis moet bin nen 24 uur ten uitvoer gebracht zijn. AMER/KA. Opstand op Cuba. De opstandelingen hebben hunne vroegere bedreiging ten uitvoer gelegd Twee bruggen van den Westerspoor weg tusschen Pinar del Rio en San Luis zijn door dynamiet vernield. De opstandelingen hielden de lieden tegen, die gezonden werden om herstellingen uit te voeren. Men heeft de regeering verzocht mitrailleurs te zenden om de arbeiders te beschermen. De macht van generaal Pino Gu- erra, die geen wapenstilstand wil slui ten noch vrede, tenzij de regeering verkiezingen toezegt, jaarlijks in De cember te houden, neemt met de grootste snelheid toe. Meer en meer wordt betwijfeld, of president Palma wel tegen derevolu tie opgewassen zal zijn. Naar veler overtuiging zal hij tot aftreden gedwon gen worden. DUITSCHLAND. Bij de groote legeroefeningen, door het 6de legerkorps op de Gandau- vlakte bij Breslau in Silezië gehou den gisteren, waren de Keizer en de Keizerin tegenwoordig, de keizerlijke prins met zijne gemalin, de prinsen Eitel-Frits, August-Wilhelin en Oscar. SPANJE. Zoo beknopt mogelijk willen wij onze lezers even op de hoogte brengen van de anti-clericale campagne, die minister Rornanones in den zin heeft. Tijdens de nunciatuur van Kard. Rampolla werd tusschen den H. Stoel en de Spaansche regeering bepaald, dat een ambtenaar van den burgerlijken stand bij het Kerkelijk huwelijk tegen woordig moest zijn, welk huwelijk wet telijke kracht heeft in Spanje. Het bruidspaar,dat niet aan deze bepaling voldeed, zou beboet worden. Na de opvoering van het anticleri cale spectakelstuk „Electra" in 1901 kwamen de anticlericaleu weer aan het bewind en beproefden het inkomen der geestelijkheid te verminderen, de toegelaten kloosterorden in Spanje te beperken. Na de anticlericale volgden de mi nisteries Villaverde en Maura. Dooi de verdeeldheid der Katholieken kwa men hunne vijanden weer aan het bewind, die nu de kerkhoven pogen ■te confiskeeren en het burgerlijk hu welijk door onwettige bepalingen zoe ken in te voeren. Vergeefs protesteerde Mgr. Rinaldini, de nuntius, tegen een en ander. Hij werd onheusch bejegend door den betrokken minister en de heer Ro rnanones vaardigde twee decreten uit. Bijjhet eerste heeft uitsluitend en alleeu het burgerlijk gezag alle rechten op de kerkhovenhet andere legde arti kel 42 van het burgerlijk wetboek luidende „De wet erkent twee wijzen van huwelijkenhet kerkelijk huwe lijk, dat allen moeten sluiten, die Katholiek zijn en het burgerlijk hu welijk, dat volgens de wijze hier om schreven voltrokken moet worden," aldus nader uit: „wie een burgerlijk huwelijk aangaan, zijn niet gehouden tot de uitdrukkelijke verklaring, dat zij niet Katholiek zijn." Spanjaarden, die niet veel meer om godsdienst ga ven of anti-clericaal waren, hadden toch een afkeer van eene verklaring, gelijkstaande met geloofsverzaking en trouwden daarom ook voor de Kerk. Kan de heer Rornanones zijn zin doordrijven, dan gaan die Katholieken voortaan alleen naar het stadhuis om te trouwen. Nog andere ministeriëele besluiten zouden in de pen zijn afschaffing van de godsdienstige formule bij de eed aflegging bijzondere bepalingen voor het godsdienstig onderwijs; middelen om de machtsoverschrijding der gees telijken te beletten, bijzonder der re guliere geestelijkheid enz. Men ziet deze voorstelling der feiten verschilt van de lezing der Osservdtoré niet wei nig. Weldra zal blijken, of de quaestie inderdaad van weinig beteekenis is. Wij hopen het van ganscher harte, want het Katholieke Spanje heeft gten behoefte aan een Bismarckje of een kleine Combes. De Regeering had den H. Stoel al verschillende personen voorgesteld als in aanmerking kunnende komen voor gezant bij het Vaticaan. Doch te Rome vond men op de gansche lijst enkel anticlericale na men en wilde men van geen dezer personen hooren. De liberalen en minister Rom.anones waren daarover woe dend Vooral de laatste. Hij wilde niets meer of minder dan maar di rect liet Concordaat opeggen. De overige ministers dankten voor die uitzinnige politieke waaghal zerij. In de Inparcial staat nu te lezeu, dat markies Ojeda benoemd is, iemand, die zeker door het Vaticaan aangenomen wordt en die de han gende quaestie, tot genoegen van beide partijen regelen zal. FRANKRIJK- Algemeene Vergadering der Bisschoppen. Den derden dag der algem. ver gadering begon de ochtendzitting 0111 10 uur en duurde tot 10 min. vóór twaalven, de andere duurde van 3 tot kwart vóór zes. Vooral deze twee quaesties ziju ter sprake gekomen le Regeling van den eeredienst, ten einde zijn bestaan te verzekeren; 2e de ver vanging van het budget van eere dienst, ten einde de stoffelijke belangen der priesterschap te kunnen behartigen en verzekeren. Een zeer eigenaardige bijzonder heid valt hierbij te vermeldener zijn bij de doorluchtige vergadering eene ontelbare menigte stukken in gekomen, waarin de middelen wor den aangegeven, noodig om de be grooting van eeredienst door iets anders te vervangen, daarmee nage noeg gelijkstaande. Allerhande financiëele voorstellen en plannen: Centrale kassen, Ver zekeringen, enz. enz. Eene der drie FEUILLETON. 10. De grijsaard glimlachte weer. Me vrouw Maloutre had haar stoel wat dichterbij geschoven en hernam op overredenden toon: Wees nu eens niet onverzettelijk. Het zou toch geen ongeluk zijn mij eens een dienst te bewijzen! Mijn no taris beweert bovendien, dat ik vroe ger het recht had op dezen uitweg over uw land, en dat dit recht nog altijd bestaat. Zoo, wat gij zegt! Mijnheer Fromentier begon zich driftig te maken. Zijne galanterie, die strijd kwam met zijn belang, be gon hem reeds te begeven. Mevrouw Maloutre schoof haar arm stoel nog dichter bij en maakte zich °t een nieuwen aanval gereed. Als dan aan de deur eensklaps een klagend gejank hoorde, viel zij zich zelve ongerust in de rede: Ik heb mijn arme Trilly in de vestibule vergeten. Als hij maar geene verkeerde dingen doet. Het zou goed zijn hem naar buiten te laten. Luc, die zwijgend in een hoek was blijven zitten en op eene gelegenheid loerde 0111 weg te sluipen, stond haas tig op, maar Aliette was hem reeds voor. Op zijn beurt de deur uitgaan de kon hij mevrouw Maloutre mijn heer Fromentier nog in het oor hoo ren fluisteren: Wel, mijnheer, is uw zoon zoo vlug geworden om mij te ontvluch ten0 of om zijne nicht te volge 1? Luc trok de deur achter zich toe met zoo'n slag, dat Aliette, die Trilly in de vestibule naliep, eensklaps bleef staan. Het ontstelde gelaat van Luc ziende, vroeg zij belangstellend: Wat scheelt er aan, Luc, zijt gij ziek Ik kan het niet meer uitstaan, begon hij. Dan zweeg hij, klemde de tanden op elkaar en trachtte zich met geweld in te houden, hoewel hij steeds zenuwachtiger werd door het geluid, dat door de gesloten deur nog in ziju ooren drong. Trilly, die ongelukkiger wijze tegen zijne beenen opsprong, riep plotseling de uitbarsting te voorschijn. Luc's oogeu begonnen te fonkelen en met een drift, zooals Aliette nog nooit van hem gezien had, riep bij Naar den duivel met dit beest en ook naar den duivel mot deze vrouwAllebei de deur uiten dan hoop ik er nooit meer iets van te hooren Hij gaf Trilly een schop, dat het dief jankend de deur uitliep, dan kwam hij naar Aliette terug, die de eetzaal wilde binnengaan, nam haar bij den arm en zeide bijna, gebiedend: Neen, ik wil niet, dat gij daar terugkeert. Die oude gekkin is geen gezelschap voor u Maar wat scheelt u toch? riep Aliette boos. Wat heeft die arme me vrouw Maloutre u gedaan? Waarom zon ik haar vandaag niet meer mogen zien, terwijl ik haar an ders toch dagelijks bezoek? Daarin juist hebt gij ongelijk, on als het aileen van mij afhing) zoudt gij haar nooit meer terugzien Ja, viel Aliette, zich opwinden de, hem op hare beurt in de rede, ik weet, dat gij haar verfoeit, dat gij yan alle menschen een afkeer hebt, in één woord, dat gij een rnenschen- hater zijt. Maar ik ben Goddank niet als gij; ik houd van het gezelschap van mijnsgelijken, ik houd ook van mevrouw Maloutre, die goed voor mij is. Kijk, eergisteren heeft zij mij dezen armband nog gegeven Aliette kon den volzin niet verder voltooien. Luc rukte haar den arm band uit de handen, verwrong hem zenuwachtig tusschen de vingers en wierp toen de stukken aan den ande ren kant in het vertrek neer. Aliette stond een oogenblik versla gen, dan barstte zij eensklaps half van verdriet in snikken uit. De voorbijgaande woede, die Luc aangegrepen had, bedaarde reeds weer en hij vroeg zich zèlven af, hoe hij zich tot eene daad van geweld had kunnen laten verleiden, zoo geheelin strijd met zijne gewone bedaardheid. Het snikken van Aliette maakte hem nog meer verlegen. Deze uitwendige teekenen van droefheid maakten zoo veel te meer indruk op hem, omdat hij ze zelf niet kende; nooit had hij Aliette kunnen zien weenen en van klein kind af had zij door hare tranen alles van hem kunnen verkrijgen, wat zij verlangde. Dat wist zij wel. Daarom begon zij nog harder te snikken en gevoelde zich reeds gewroken, toen zij hem op zijne beurt geheel ontsteld voor zich zag staan. Aliette zeide hij met zachte stem. Zij keerde het hoofd om en snikte, zonder antwoord te geven, verder. Aliette, herhaalde hij smeekend. Laat mij met rust, riep zij, gij zijt boos! Gij vindt zeker, dat ik nog niet eenzaam en treurig genoeg leef, dat gij mij de weinige vriendschap, het beetje genoegen wilt ontnemen, dat ik hier geniet, en dat alleen om mij te plagen. Hoe weet gij, dat ik er geene goede reden voor heb? Als gij die hadt, zoudt gij ze zeggen. Eu als ik ze niet wilde zeggen? Als gij ze niet zeggen wilt, be- teekent ze ook niets. Aliette keek hem aan met een zegevierend gelaat alsof zij hem uit daagde hierop eén antwoord te geven, en hij kon er inderdaad geen vinden. Neen, aan haar kon hij niet ver klaren hoeveel terugstootends voor hem deze huichelarij, deze valschheid, deze belachelijke handelwijze had. Zij wilde mijnheer Fromentier trou wen. Al tien' jaren lang vervolgde mevrouw Maloutre als eene oude ko kette dit denkbeeldzij had zich door niets van dit plan laten terughouden, zij was voor geen enkel middel terug gedeinsd. Als bij instinct had zij gevoeld, dat Luc de hinderpaal zou zijn en op alle mogelijke wijzen had zij hem in het oog zijns vaders trachten te vernede ren en de weinige genegenheid te ont trekken, waarin hij zich nog mocht verheugen. Maar met al hare slimheid was haar dit toch niet gelukt. Wordt vervolgd LEHSCHE 0U14NT .JG MAIN'TIENDR47 flOITE Mfl NON flOITATE. jJ; j}j •k

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1906 | | pagina 1