Dinsdag 11 Sept. 1906. No. 6396. 31ste Jaargang. Dagblad voor Noord- en Zuid-Holland. Niet Napleiten. De familie Fromentier. BUITENLAND. BINNENLAND. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Haarlem Voor de overige plaatsen in Nedérland franco «fier posV*j Afzonderlijke nummers DIT BLAD VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALVE ZON-«fi# FEESTDAGEN. 1.65 0.05 BUREAUX: St. JANSSTRAAT 1, Interc. Tel,. No. 1426. - HAARLEM. ^ÊET WP** PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regels Elke regel meer Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. DIENSTAANBIEDINGEN 25 CENT PER ADVERTENTIE A CONTANT. 0.60, (contant) 0.50 0.10 Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère :-: G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Paris, 31bis Faubourg Montmartre. De twee woordekens van wijlen Dr. Schaepman, bet bekende „niet napleiten" willen wij voor heden als ongeschreven beschouwen, vooral met het oog op de naaste toekomst. Er dient noodzakelijk even nagepleit te worden. Bij de jongste Statenverkiezing heeft de candidaat der antirevolu tionairen, die ook de candidaat der Roomsche kiezers was, het tegen den liberalen mededinger moeten afleg gen. Slechts met even 200 stemmen en niet door de schuld der onzen. Trouw als immer zijn zij ter stem bus gegaan, om den heer de Waal Malefijt de overwinning te bezor gen. „Het was overigens weer een zui vere antithese-strijd. Alles wat vrij zinnig was, stemde deh liberaal, tot de socialisten toe. En niettemin had onze candidaat, dank zij ook de trouwe opkomst van de Roomsche Kiezers, (wij cursiveeren.Red.)nogl646stemmen." Zoo getuigt de Haarlemsche cor respondent van het antirevolutio naire dagblad „De Rotterdammer", wiens pleidooi, tevens een vonnis over de Chr. historischen wij gis teren reeds grootendeels overdruk ten. Dit vooral willen wij doen uit komen De onzen deden dus hun plicht, deden het gegeven woord gestand, ijverend en werkend voor den anti revolutionairen candidaat. Hoe is dan de vrucht van het samenwerken derChristelijke partijen verloren gegaan? Wie bezorgden den liberalen candidaat, den heer Tim mer, de meerderheid? De Christelijk- histórischen. Of liever, want jegens allen dient de rechtvaardigheid betracht, velen der Christelijk-histo- rischen, niet allen. Sommige hunner laken zeer terecht de houding hunner partijgenooten bij de jongste Statenverkiezing. Als de antirevolutionaire en onze kie zers vinden zij, dat de Chr. Histor. niet alleen een grove fout tegen de tactiek, tegen het gemeenschappe lijk belang der geloovige partijen hebben begaan, maar spreken zij bovendien zeer terecht van on dankbaarheid. Hebben de andere geloovig6 Pai" tijen te Haarlem het vorig jaar den Chr. hist, candidaat rnr. VanLen- „Wie onverschillig blijft voor de be langen der Katholieke dagbladpers be grijpt niet den ernst der tijden. Wat erger is, het staat te vreezen, dat hij niet zeer gehecht is aan zijn geloof en zijne Kerk." (Herderlijk schrijven der Zwitsersche Bisschoppen.! nep in den steek gelaten Of poog den zij uit alle macht diens zege praal te verzekeren Dezelfde correspondent, wiens woorden wij zooeven aanhaalden, brandmerkt het bedrijf der Chr. Histor. scherp en juist als „verra ders-taktiek". Bondgenooten, die in de beslissende ure naar den vijand overloopen, verdienen ten volle dat zij aldus op de kaak gesteld wor den, Ook wij zullen deze ervaring in gedachten houden. En nu in een paar woorden, waar wij met dit napleiten wilden komen. Binnen kort staan wij andermaal voor eene verkiezing, ditmaal voor den Gemeenteraad. Ons werken, ons ijveren voor den heer de Waal Malefijt wordt door de antirevolutionnairen naar ver dienste gewaardeerd. Die waardeering stellen wij ten zeerste op prijs. En rechtmatig zullen onze bond genooten, de antirevolutionnairen, onze verwachting noemen, dat die waardeering zich vooral toonen moge op practische wijze, zich zal uitspreken door daden. De gelegenheid daartoe, onnoodig er op te wijzen na het voorafgaan de, biedt zich in de naaste toe komst aan. Dat dan de antirevolutionaire kiezers en ook die der Chr.-Hist. welke de nederlaag van den lieer de Waal Malefijt met ons betreuren, „de trouwe opkomst der Roomsche kiezers" voor den candidaat der antirevolutionnairen navolgen door eene wederkeerige trouwe opkomst voor den katholieken candidaat, bij de naderende gemeenteraads verkiezing. De beste belooning is dat en de hoogste waardeering. Om die te verzekeren, meenden wij het „niet napleiten" wel een oogenblik als ongeschreven te mo gen beschouwen. Te Valenciennes (Frankrijk) wordt jaarlijks eene processie ge houden ter eere van de H. Maagd. Zij dateert reeds van negen eeuwen her. De prefect had ze voor verleden Zondag verboden. De Katholieken besloten den gewonen weg te vol gen, doch zonder bet Mariabeeld, omgedragen wordt bij cue gelegenheid. Om half tien was alles om de hoofdkerk zwart van volk. Een groep Katholieken, ongeveer 200 man sterk, namen het beeld uit de kerk en droegen het op hunne schouders naai buiten, voerden het om in de processie als vroeger. Een groep socialisten-die immers niet om godsdienst geven en ieder op dit punt volkomen vrijlaten FEUILLETON. 12. Men kwam nu in de schaduw van het bosch. Hoe heerlijk was het in dit dichte woud, een uitgezochte plaats voor een dichterlijk hart. De vogels zon gen, de bloemen geurden en de insec ten gonsden. Hier hoorde men het eeuwige lied, hier zag men het weel derige leven, hier was alles schoon heid en teederheid, behalve deze twee oude menschen, die naast elkander voortliepen over de paden, die zij nog uit hunne jeugd kenden, doch van hetgeen om hen heen was, bemerkten zij niets, zij keken elkander aan om hunne wederzijdsehe gedachten te ra den, zij praatten om elkander te be driegen, en betwistten elkander voet voor voet, stuiver voor stuiver een stukje grond, dat zoo goed als geene waarde had. Mevrouw Maloutre was reeds zoo ver gekomen, hem er eene vergoeding voor aan te biedenen mijnheer Fro mentier weigerde, hetzij hij het aan bod onvoldoende vond of dat hij vast besloten was niets van zijne rechten als grondeigenaar af te staan. Het is toch leelijk, 0111 zoo met elkander te twisten om zoo n nietige zaak, hernam Aliette geërgerd. Eene nietige zaakantwoordde Luc. Maar dat is immers bijna altijd zoo. Elke twist ontstaat oui eene nie tigheid, zoodra er eigenbelang m het spel is. Alliette zette groote oogen op bij het hooren van deze zedeles en naar een voorbeeld ter verduidelijking zoe kende, dacht zij aan haar neef, aan mevrouw Maloutre, aan Florine. Dan keerden hare gedachten weer tot Luc terug en zij vroeg hem op den man af En hebt gij ook eigenbelang, Duo Ik Dat geloof ik niet. Maar zijt gij dan een gek? Met nog minder aarzeling antwoordde hij Neen, maar waarom vraagt g'J mij dat trokken onder het zingen der „Inter nationale" tegen de katholieken op. Eene geduchte vechtpartij volgde een priester werd gevaarlijk aan het hoofd gewond. Ten slotte behielden de katholieken de overhand en gaven den socialisten een pak, dat het hun nog lang heugen zal. De pro cessie volgde den gelieelen weg als vroeger, ondanks de socialisten en dergelijk volkje. Het gebeurde levert voor de zoo- veelste maal het bewijs, dat de socia listische bewering:„Godsdienst is iets, dat ieder voor zich moet weten" een brutale leugen is. Overal staan de socialisten in de voorste rijen bij den strijd tegen de Kerk, tegen den godsdienst. FRANKRIJK. Men herinnert zich, hoe oorlogs zuchtig minister Briand tegenover de Kerk stond, toen 's Pausen encycliek openbaar gemaakt werd. Al die be dreigingen enz. behooren tot het ver leden; de toon des ministers is meer en meer gevallenzelfs gaf hij te kennen, dat hij zeer gaarne de bis schoppen ontvangen zou, die over wijziging in de Wet namens het Epis copaat besprekingen met hem wensch- ten te openen. Met den Paus, neen met Hem zou hij spreken noch onderhandelen. Deze manoeuvre is ook al weer mislukt. De bisschoppen willen niet; uit on verdachte bron komt dit bericht uit de N. R. Ct. Daar lezen we „In strijd met het bericht, dat de vergadering van Fransche Bisschoppen besloten zou hebben, een afvaardiging naar Briand, den minister van eere- dienst, te zenden, om met hem over de uitvoering van de Scheidingswet overleg te houden, deelt de welinge lichte Figaro mede, dat eenige ver zoeningsgezinde bisschoppen weliswaar den wensch daartoe hebben te kennen gegeven, maar dat de meerderheid van de conferentie dien dadelijk beslist heeft verworpen. Het was de bedoeling van de min derheid geweest, om den minister be vredigende verklaringen over de uit legging en toepassing van art 8 van de wet te ontlokken, dat in gevallen waarin verscheidene kerkelijke gemeen schappen dezelfde kerkelijke goederen opeischen, den Raad van State de beslissing van het geschil opdraagt, d.w.z. aan dat lichaam de bevoegd heid verleent om uit maken, welke van de twistende gemeenschappen zich volgens art. 4 in overeenstemming met de regels van de algemeene in richting van hun eeredienst bevindt. De meerderheid van de bisschoppen plaatste zich echter, volgens de Figaro, tegenover dat voorstel op het stand punt dat na de encycliek van den Paus onderhandelingen tusschen het episcopaat en de regeering onmogelijk waren, maar alleen tusschen de regee- en den Paus zeiven onderhandeld kon worden. De verklaringen van Briand en Cle- menceau over hun bereidwilligheid om bisschoppen te ontvangen, zijn dus nutteloos en het is moeielijk te voorzien, hoe een modus vivendi nog mogelijk zal zijn." Ieder Katholiek zal zich ten zeerste over deze beslissingen van het Epis copaat verheugen. In zijne overeen stemming in denken en handelen en gevoelen met het Vaticaan schuilt zij ne groote kracht, daardoor is het schier onverwinlijk. En juist daarom hoogst waarschijnlijk floten de anti- elericale vogelaars der Pers, ijverend voor de Regeering, dat Briand en Cle- menceau gaarne tot onderhandelen bereid waren. De bisschoppen hebben getoond hun volkje te begrijpen. Met allerlei bedrog en looze streken heeft men hen op een gevaarlijken weg zoeken te brengen. Zij kennen de huichelaars, die, waar zij zelf niet durven opkomen, hunne hand langers het woord geven. Nog eens: die sluwheid is totaal mislukt, en de oorlogszuchtige helden staan daar met hunne schildknapen waaronder ook enkele „sluipmoor denaars" vergeefs betuigend, dat zij wel willen onderhandelen. De bisschoppen verwijzen naar het juiste adres: Vaticaan, Rome. Een soort Canossa-tochtjeAangename reis, heeren! In de „Semaine Religieuse", het officieele orgaan van den Parijschen Kardinaal-aartsbisschop lezen wij de volgende veelbeteekeuende en zeer duidelijke verklaring De bisschoppen zijn het volkomen met- Z. Heiligheid eens, wanneer zij verlangen dat aan Frankrijk evenzeer als aan de kerk de rampen van eene geloofsvervolging gespaard blijve, maar zoowel de Paus als het episco paat zijn eer bereid tot het verduren van die vervolging dan te kort te schie ten in hunne verplichtingen. Zal het land gedoogen, dat het ge weten der Katholieken voor dit al ternatief geplaatst blijf',, en zal het niet als zijn wil te kennen geven, dat er een middel ter verzoening gevonden moet worden? Dat zullen wij ongetwijfeld spoedig vernemen. Onze bisschoppen hebben nu reeds alles voorzien en gewikt en gewogen. Weigert het land hun ver langens naar (godsdienstvrede te steu nen, welnu, zij zullen niet onvoorbe reid staan en in alle bisdommen zal dezelfde gedragslijn worden gevolgd tegen de vervolging." Gelijk men ziet geen uitdaging, maar ook geen zwakheideene houding, die de passende is in deze omstandig heden. ITALIË. Z. Heiligheid de Paus heeft Zon dag 1.1. de Fransche jongelieden der „Fédération Gymnastique" ont vangen. Nadat dezen in de Kerk van „Saint Louis des Frangais" eene H. Mis bijgewoond hadden, onder welke zij gezamenlijk het „Credo" en andere gezangen aanhieven, plaatsten zij zich tegen elf uur op twee rijen in de galerij Giovanni Udino. Zegenend gingZ. Heiligheid tusschen hen door, allen zijn hand te kussen gevend. Na eene toespraak van Dr. Mi- chaud antwoordde Z. Heiligheid en prees ontspanningen als die, waar aan deze jongelieden zich wijden. In het Fransch gaf Z. Heiligheid zelf eene korte samenvatting zijner toespraak; als leuze wees hij de jongelingen op het deviesvan Mat thias' soldaten. Daarna zegende Hij hen met hunne gansche familie, zegende Hij geheel Frankrijk, waarvan Pius X zeide: Ondanks alles, nog immer de oudste Dochter der Kerk". Op het eiland Strombolin zijn ta melijk geweldige aardschokken ge voeld, die vrij lang aanhielden en de bevolking met schrik vervulden. Vele bewoners sprongen in vaar tuigen en zochten, zich in volle zee in veiligheid te stellen. Er is geen schade veroorzaakt, en ook geen menschenlevens zijn te be treuren. De observatoria voorspel len dat de schokken zich niet zul len herhalen. TURKIJE Uit Konstantinopel wordt aan de „Köln. Zeit". geseind Het ge rucht, dat een afdeeling van het korps troepen te Saloniki gemobi liseerd is en dat een andere afdee- lïng het gebied langs de Zwarte Zee zal bezetten, wordt niet beves tigd, evenmin als dat van de mo biliseering van andere korpsen. Wel heeft de Porte op raad van een groote mogendheid besloten zoo noodig zekere veiligheidsmaat regelen tegen Bulgarije te nemen en heeft ze, toen haar op het on derscheid in den duur der mobili satie tusschen Bulgarije en Turkije in het nadeel van het laatste land gewezen was, maatregelen genomen om dit verschil uit den weg te ruimen. Doch een formeel bevel tot mobilisatie is nog niet uitge vaardigd. Slechts zijn snelvuurkanonnen, munitie en paarden naar Adriano- pel gezonden, terwijl met het daar aanwezige geschut dagelijks ge oefend wordt. Een en ander heeft te Adrianopel opzien gewekt, en daardoor zijn de oorlogsgeruchten ontstaan. Naar een ander bericht luidt, ont ving de sultan na de gewone gods dienstoefening in de Moskee bijge woond te hebben, den Engelschen en den Franschen gezant. Dit is de eerste maal, dat Abdoel Hamid II na zijne ziekte weer offi cieele bezoeken ontvangt. Over zijn gezondheidstoestand blij ven tegenstrijdige geruchten loopen. RUSLAND. Uit Sint-Petersburg meldt men, dat te Siedlec gisteren straatgeruch ten voorvielen. Op de patrouilles werd geschoten. De troepen beant woordden het vuur, zelfs met kanon nen. Twee huizen werden in' puin gelegd, honderd personen ge dood, twee honderd gewond. Het aantal arrestaties bedraagt onge veer duizend. De stad is als uitge storven. Niemand wordt er in toe gelaten. Uit Odessa meldt men, dat met het oog op de noodzakelijkheid om intij ds naar het buitenland verkocht graan te verzenden, het beursco mité de arbeiders uitnoodigde om den nachtdienst voor de overlading van het graan tegen verhoogd loon te hervatten. Daarover wordt nu onderhandeld. Een raming van de opbrengst van den oogst, meldt men uit Sint Petersburg aan het Hand. en Lid. blad. De opbrengst van de winter tarwe in 63 goevernementen van Europeesch Rusland op 332, van de zomertarwe 419, rogge 1020, gerst 352 en haver op 621 millioen Pud. Uit Warschau en Riga blijven de berichten over moorden en boinmen- aanslagen in denzelfden toon. Bloe dige straatgevechten tusschen op- roerigen en soldaten of de politie blijven evenzeer aan de orde van den dag. In het gouvernement Grodno du ren de oproerige bewegingen ten platteiande voort. Zij gaan in de gouvernementen Samara, Ekatheri- noslaw en Minsk met brandstichting gepaard en roof. Uit Moskou wordt gemeld, dat de laatste 14 dagen aldaar minstens 3000 personen in hechtenis geno men zijn. In genoemde stad zoo ongeveer de helft van dit getal, waaruit veilig opgemaakt kan wor den, dat daar het brandpunt der revolutionaire beweging is. De stukken, welke de politie ge lukkig genoeg was te ontdekken, hebben haar op 't spoor gebracht van wapens- en bommen voorraden. Het arme dochtertje van minister president Stolypine wordt zachtjes aan beter, doch haar gansche leven zal zij verminkt blijven en veroor deeld om op krukken te springen. Hof berichten. H. M. de Koningin-Moeder, zal niet tegenwoordig zijn bij de plechtigheid der opening van de zitting der Sta- ten-Generaal. H. M. de Koningin-Moeder isvoor- Gij hebt gezegd, dat dwaasheid en eigenbelang de eenige drijfveeren van het menschdom zijn. Wijl nu geen van beiden vat op u heeft, waar door handelt gij dan Door niets, want ik handel niet, ik laat alles loopen, zooals het loopt. Ik besta niet, ik vul slechts aan. Er geene aansporing, geen leven Luc legde de hand tegen zijn voor hoofd. Alles in hem drukte zooveel moede loosheid, zooveel neerslachtigheid uit, dat Aliette bijna onwillekeurig uit riep J D 1 TT ^en mo°i voorrecht, dat gij daar u Jk voor mij zou dan nog liever en, beetje dwaasheid wenschen, dan zoo n verstand als het uwe 4J sprong als een jong lam weg en rToC U1 een oogwenk weer bij haar oaIC1l mevrouw Maloutre, die, plot~- un twist stakende, bleven stil- lnet uitgerekte halzen alsof zij merktor7erte 'ets buitengewoons be- Mijnheer Fromentier zette zijn bril ]Tr'(nTTeV10iU^v Maloutre hield haar o met langen steel voor de oogen gn zij deelden elkander hunne opmer kingen mee. Het is een dier. Neen, het is een stofwolk. Of misschien in het geheel niets. Kom hier, zeide mijnheer Fro mentier Aliette bij de schouders ne mende, gij, met uwe achttienjarige oogen, wat ziet gij daar ginds, links van" ons tusschen de boomen Aliette keek in de aangewezen rich ting en antwoordde met volle over tuiging Dat is een man. En wat doet die man daar? bromde mijnheer Fromentier. Zeker een strooper, die strikken zet om mijne konijnen te vangen! Of een Zigeuner. Ik houd er niet van, Zulk volk te ontmoeten, zeide mevrouw Maloutre, die lafhartig van aard was. Aliette, die een paar stappen voor uit was gegaan, bevestigde hare eerste verklaring. Het is een heer! sprak zij zon der aarzelen. Een heer in het bosch van Ron- cerayDat scheen zoo'n buitengewone zaak, dat allen tegelijk den pas be gonnen te verhaasten. Men was nu spoedig in het midden der laan en men kon den heer zeer goed zien, hij had een deftige hou ding en scheen volgens den laatsten smaak gekleed. In den wandelpas kwam hij nader met eene bedaardheid en onverschil ligheid, of de bosschen van Ronceray eene publieke wandelplaats waren voor de stedelingen. Wat zou die hier komen doen? hernam mijnheer Fromentier, maar thans op veel minder scherpen toon, een weinig gerustgesteld daar de kor- rekte houding van den onverwachten gast. Mevrouw Maloutre had liaar lorgnet weer genomen en den wandelaar nauw keurig opnemend, riep zij uit: Maar deze jonge man ziet er goed uit. Haar gelaat straalde van genoegen, het was al zoo lang geleden, dat zij een echten jongen man gezien had, en hoe meer deze naderbij kwam, hoe verleidelijker hij haar toescheen: blond, gedistingeerd, op en top een man van de wereld ongetwijfeld. Toen hij bij de dames kwam, nam hij zijn hoed af met eene bevallig heid, die mevrouw Maloutre geheel en al voor hem innam, zoodat zij er niet toe kon besluiten hem voorbij te laten gaan, zonder een blik, een gebaar of een woord van hem opgevangen te hebben. Met gemaakte onhandigheid liet zij haastig hare parasol vallen, juist voor de voeten van den heer. Deze kon natuurlijk niet anders doen, dan blijven staan, de parasol oprapen en haar aan de eigenares teruggeven met een nog beleefder groet, dan de eerste. Hoe onhandig van mij 1 Duizend maal dankriep mevrouw Maloutre uit, die bezig was met haar handschoen vast te maken en een paar seconden liet voorbijgaan,, voor zij de parasol aannam. Wordt vervolgd 0UK4NT MAIXIlENDIUf flOITE m HON AGITATE.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1906 | | pagina 1