Maandag 12 Nov. 1906.
No. 6449.31s,e Jaargang.
Dagblad voor Noord-
en Zuid-Holland.
«O
buitenland.
BINNENLAND.
De familie Fromentier.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per
Afzonderlijke nummers
ner nosim*
1.20
1.65
0.05
DIT BLAD VERSCHIJNT DAGELIJKS, BEHALVE ZON? EN FEESTDAGEN.
BUREAUX: St. JANSSTRAAT 1, Interc. Tel. No. 1426. - HAARLEM.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regels0.60, (contant) 0.50
Elke regel meer0.10
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
DIENSTAANBIEDINGEN 25 CENT PER ADVERTENTIE a CONTANT.
Hoofdagenten voor het BuitenlandCompagnie Générale de Publicité Etrangère :-
G. L. DAUBE Co., JOHN F. JONES, Succ., Paris, Slbis Faubourg Montmartre.
Naar den Afgrond.
„We zeiden tot den man, die bij
't einde van den langen dag, afge
beuld door zijne taak, weenend
over zijn ellendig lot daar neerzat:
„Achter die wolken, waarop gij de
bedrukte blikken vestigt, zijn en
kel bovenaardsche hersenschimmen;
wij hebben aan den hemel voor
goed alle lichten gedoofd."
Die goddelooze taal sprak de
socialist Viviani, het hoofd van
een nieuw ministerieel departement,
in de Fransche Tweede Kamer.
Niet alleen goddeloos, ook mis-
dadig-harteloos is die taal. Zij richt
zich niet tot den gelukkige dezer
aarde, maar tot den armen wroeter
zuchtend onder het harde levens
lot, getrapt en geschopt door eene
samenleving, waar het geld bijna
altoos alles regeert en onrecht tot
recht geworden schijnt; zij richt
zich tot hem, die erger is menig
maal dan een loonslaaf.
Indien die vertrapte en geschopte
inderdaad de overtuiging met zich
gaat omdragen, dat het bestaan van
een rechtvaardigen God en de
eeuwige vergelding hiernamaals
slechts sprookjes zijn „om hem zoet
te houden," wat macht zal hem dan
beletten, om op een goeden dag
als een getergd roofdier zijne boeien
te verbreken, zich te keeren tegen
die samenleving vol ongerechtig
heid en onrechtvaardigheid Om
zijn deel op te eischen van den
buit hier op aarde? Ziedaar den
afgrond.
ENGELAND.
Niet alleen de Katholieken maar
ook de zoogenaamde conformisten
zijn tegen de aanneming der nieuwe
schoolwet gekant, wijl, zooals een der
woordvoerders zeide, de wet slechts
in naam liberaal is. Zij zijn liberaal
in het spotten met al de beginselen,
waaraan zij hun naam te danken
hebben. Zij zijn slechts liberaal
daar, waar het geldt een anti-katho
lieken en naamloozen godsdienst
in het leven te roepen, met uitslui
ting van eiken anderen vorm van
godsdienst. Zij zijn liberaal, zelfs
verkwistend en tastend in andermans
zakken, om daar de middelen te vin
den, waarmede zij in staat gesteld
worden, de rechten der tegenstan
ders te krenken.
Immers, wat is het geval?
De Katholieken hebben verreweg
meer dan duizend scholen gebouwd.
Zij hebben die gebouwd uit louter
eigen middelen. Men heeft hun ge
zegd, de Regeering zal de kosten
daarvan betalen. Onzin, kinderach
tige onzin I Onder de wet van 1902
betaalde de Regeering de helft van
de salarissen der onderwijzers, ver
der betaalde ze niets meer.
En wat is de strekking van de
wet van 1906?
Zij stelt voor aan, de lokale auto
riteiten het recht te geven onze
scholen over te nemen. Aan deze
autoriteiten geeft ze de bevoegd
heid onze scholen over te nemen
of niet, of ze te laten voortbestaan,
en dezen autoriteiten zal het vrij
staan, godsdienstig onderwijs aan
deze scholen te laten geven of niet.
De wet wordt van dag tot dag
meer impopulair.
DUITSCHLAND.
Het aantal leden van den Rijks
dag, die het voorbeeld van Moltke
navolgen door te zwijgen, is grooter
dan men wel zou denken.
In het vorige zittingjaar hebben
niet minder dan 143 afgevaardigden
hun mond gehouden.
Nu er ook over personen met
briefjes en niet meer mondeling
wordt gestemd, kunnen ze er zich
zelfs niet op beroemen een enkel
woord te hebben doen hooren.
Van de bedoelde 143 zijn er 101
die in de geheele zittingsperiode,
sedert 1903, nog geen enkele maal
aan het debat hebben deelgenomen.
Onder dezen zijn er 15, die reeds
vóór dien tijd in den Rijksdag zaten
en van dezen weder 8 die er reeds
in 1898 in kwamen.
Van de groote zwijgers zijn er
dan weer 6, die onafgebroken lid
waren sedert 1893 en die nooit een
kik hebben gegeven.
Maar de zwijger bij uitnemend
heid in den Rijksdag, dat is de heer
Anton Lehemeir, burgemeester,Hof-
fotograaf en horlogemaker te
Trostberg. Hij moet een man zijn
van veel levenservaring, die groote
reizen maakte in alle werelddeelen,
totdat bij zich te Trostberg vestigde,
waar hij in 1881 ook burgemeester
werd. In 1890 werd hij als lid
van het Centrum door het Beiersche
district Traunstein naar den Rijks
dag afgevaardigd.
In al die 16 jaar heeft hij gezwe
gen als een wijze.
De socialisten zullen morgen 13
November, (opening van den Rijks
dag) te Berlijn en omstreken 80
meetings houden om te protestee
ren tegen den vleeschnood en de
ontzettende opdrijving der douane
rechten.
Groote verontwaardiging heeft te
Riga eene terechtstelling van kinde
ren verwekt.
Telegrammen uit deze stad mel
den roerende bijzonderheden over
de terechtstelling van 7 personen
waaronder 3 zeer jonge lieden, die
wegens diefstal ter dood zijn ver
oordeeld.
Het executie-peleton, door mede
lijden aangegrepen bij het zien der
drie knapen, gaf derwijze vuur, dat
er verscheidene salvo's noodig wa
ren, voordat de 7 veroordeelden den
laatsten adem hadden uitgeblazen.
Onder de studenten der Moskou-
sche hoogeschool is eene nieuwe
vereeniging in wording.
Zij zal zich noemen, die van de
partijlooze vrienden der weten
schap".
Een groot aantal studenten heb
ben zich reeds voor deze vereeni
ging, die hare leden verplicht zich
bij geene partij aan te sluiten zoo
lang ze student zijn, als leden aan
gegeven.
In 't belang der studiën zal de
op te richten vereeniging zeer zeker
van heilzamen invloed zijn.
ZUID-AFR1KA.
Telegrammen uit Kaapstad mel
den een Boereninvalj in de Kaap
kolonie. De bijzonderheden, voor
zoover bekend, komen hierop neêr
De Transvaler Ferreira en een
aantal andere Boeren hebben een
inval gedaan in het Noordwesten
van de Kaap-kolonie en trachtten
er een oproer te verwekken.
Zij hadden reeds te Abeam en te
Witkop twee door de politie bezette
kampen verrast, twee soldaten ge
dood. zich meester gemaakt van
wapenen en munitie en een korpo
raai van politie gevangen genomen.
Te Abiquasaar had Ferreira re-
cruten geworvenhij marcheerde
toen op naar Zwartmodder.
Volgens geruchten, dwong hij de
Boeren, zich bij hem aan te sluiten,
onder voorwendsel, dat een opstand
in Transvaal ieder oogenblik kon
uitbarsten.
Toen de Overheid dit vernam,
werd er op staanden voet een in
specteur met 15 soldaten uitgezon
den om den aanvallers den weg te
versperren; 25 verkenners werden
van de grens opgeroepen en 150
man bereden Kaapsche fusiliers
vertrokken onmiddellijk naar Pries-
ka.
De Kaapsche regeering treft alle
maatregelen, teneinde de beweging
die ze niet als een ernstigen opstand
beschouwt, te onderdrukken.
Het groote gevaar blijkt hierin
te schuilen, dat de bewoners des
lands, die bijna geen verbindingen
met het overige gedeelte van de
wereld onderhouden, op een dwaal
spoor kunnen geraken door over
dreven verhalen over het door Fer
reira behaalde succes.
De voornaamste Kaapsche Hol
landers raden den bewoners van het
Noordwesten, zich te scharen aan
de zijde van de Regeering.
Ziehier den inhoud der telegram
men.
Voor het oogenblik meenen wij
ons bij deze Jbloote mededeelingen
te moeten bepalen, daar het kiezen
van partij en het uitspreken eener
persoonlijke meening ons alsnog
voorbarig en ongewenscht voorko
men,
Hofberichten,
H. M. de Koningin en Z. K. H.
de Prins zijn Zaterdagnamiddag te
5.46 per gewonen Staatsspoortrein,
waarin het koninklijke salonrijtuig
was ingehaakt, naar 't Loo terug
gekeerd.
Namens H. M. de Koningin
heeft gisteren te Vlissingen de
Grootmeester van Hr. Ms. Huis,
Baron Sirtema van Grovestins den
Koning en de Koningin van Noor
wegen op hun doortocht naar En
geland begroet.
Z. K. H. Prins Hendrik heeft
Vrijdag deelgenomen aan eene
jachtpartij op de Koninklijke land
goederen te Wassenaar.
Z. K. H. heeft de vorige week
tweemaal een bezoek gebracht aan
de heide-ontginning nabij Elspeet
(Veluwe).
Het personeel van het Koninb
lijk staldepartement, dat ongeveer
een maand geleden van het Loo
naar Dresden een afstandsrit afleg
de, is op 't Loo teruggekeei d.
Eiken dag werd het bepaalde
aantal kilometers (pl.m. 80) afge
legd; Zondags werd halt gehouden,
21 October te Osnabrück, 28 Octo
ber te Leipzig. Manschappen en
paarden verkeerden bij aankomst
te Dresden in de beste conditie,
waarvoor Z, K. H. de Prins dan
ook zijn bijzondere tevredenheid
betuigde.
De mooie uitrusting der man
schappen korte mantel, verlakte
rijlaarzen en slappe hoed met
Oranje-cocarde trok in het buiten
land de aandacht.
H. M. de Koningin heeft Za
terdag verschillende ministers in
conferentie ontvangen, onder meer
den voorzitter van den minister
raad, den heer De Meester, en ook
den minister van oorlog, generaal
Staal.
Het verblijf op het kasteel Al-
brechtsberg te Dresden scbijnt H.
M. de Koningin goed gedaan te
hebben.
Zij ondernam dagelijks wandel
tochten of uitstapjes naar de nabij-
liggende Dresdner Heide, waarheen
zij slechts door een Hofdame en
eenige rechercheurs werd vergezeld.
Dikwijls ook bezocht de hooge gast
den z.g.n. „Laschwitzer Grund",
om daar de schoone, rijke natuur
te bewonderen; meermalen maakte
H. M. „kiekjes."
Het kasteel Albrechtsberg was
tijdens het hooge bezoek het doel
van vele wandelaars die vaak uren
lang wachtten, om de Hollandsche
Vorstinne bij haar uitrijden te be
groeten.
Het bericht, dat H.M. een „Kur"-
behandeling bij een bekenden Dresd
ner professor heeft ondergaan, kan
niet bevestigd worden.
Verkiezing lid Eerste Kamer.
Bij K. B. is machtiging verleend
aan den Commissaris der Koningin
in de provincie Gelderland; tot het
bijeenroepen van de Staten dier pro
vincie in buitengewone zitting op
Dinsdag 27 Nov. ten einde alsdan
aan de orde te stellen de verkiezing
van een lid van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal, ter voorziening
in de vacature, ontstaan door de
benoeming van den heer C. M. E.
van Löben Seis tot generaal-majoor.
St.-CL
Spreektribune.
De nieuwe spreekplaats in de Tweede
Kamer, waarover wij reeds .meermalen
geschreven hebben, blijkt algemeen
goed te voldoen.
De Nieuwe Ct. en De Tijd achten
beiden den toestand verbeterd.
„Het geluid, zelfs van een zwakke
stem, kan thans de" perstribune ta
melijk goed bereiken", schrijft eerst
genoemd blad.
En de Tijd zegt
„De geluidgolven verdeelen zich nu
zoodanig door de' holle zaal, dat een
eenigszins draaglijk geluid overal
voldoende waarneembaar is. De ste
nografen, de groote perstribune en
die voor het publiek zijn er niet min
der door geworden, terwijl het publiek
op de gereserveerde tribune en wij,die
op de zoogenaamde kleine perstribune
zitten, de sprekers goed kunnen vol
gen, zonder al te groote inspanning,
die herhaaldelijk vroeger in over
spanning der gehoorzenuwen overging.
Zelfs Ds. Brummelkamp, die, bijziende
als hij is, zijn blaadjes papier vlak
voor zijn neus houdt en van wiens
versleten geluid vroeger geen klank
door ons kon worden opgevangen,
was nu volledig te verstaan. Proficiat
dus met de uitvinding van wat ik
zou willen noemenHet ei van Co
lumbus. Ook de uiterlijke welsprekend
heid zal nu wat meer tot haar recht
komen."
Ook het Handelsbladhoewel het de
verstaanbaarheid (of onverstaanbaar
heid) van het gesprokene voor de
perstribune niet veel veranderd noemt,
bew erkte niettemin, wat met name
h&èr verslaggever betreft, eer verbe
tering dan verslechtering.
Dit blad wijst op het eigenaardig
geval, dat het gestoelte is ingewijd
door Mgr. Dr. Nolens en predikant
Ds. Brummelkamp.
Verhooging van den drankaccijns.
Een aantal kleinhandelaren in ster
ken drank en verdere belanghebben
den, wonende te 's-Gravenhage, te
zamen vormende het bestuur van de
vereeniging „Onderling Belang", heb
ben een adres gezonden aan de Twee
de Kamer der Staten-Generaal, waarin
zij te kennen geven, dat zij bezwaren
hebben tegen het ingediende wetsont
werp, inhoudende bepalingen betref
fende verlaging van den accijns op
de suiker met f10 per 1C0 Kg. en
verhooging van den accijns op het
gedistilleerd van f 63 tot f 90 per H.L.
van 500/0.
Adressanten zeggen: dat deze ver
hooging van den accijns op ge
distilleerd wordt voorgesteld als equi
valent voor de verlaging van den
accijns op de suiker, kan dienen om
dit wetsontwerp in een gunstig
daglicht te doen plaatsen, doch dat
het, offer hiervoor geëischt, zeer zeker
aan ernstige bedenking onderhevig is,
doordat hierdoor een draagkracht
wordt verplaatst, die zeer eenzijdig
zal drukken.
Dat volgens de Memorie van toe
lichting door deze verhooging ver
moedelijk het drankgebruik zal ver
minderen, is volgens adressanten
weinig vertrouwbaar.
Dat zij ook tevens wordt voorgesteld
tot dekking voor den schadepost,
welken de verlaging van den accijns
op de suiker zal teweeg brengen,
schijnt minder noodzakelijk te zijn
door de verwachting van meer ver
bruik; dus feitelijk wordt zij dienst
baar gemaakt als redmiddel voor de
verhooging van 's Rijks middelen, wat
echter inbreuk zal maken op de op
lossing van het kwestieuze vraagstuk
(drankgebruik), wat ongetwijfeld langs
geleidelijken weg meer kans van sla
gen zal hebben dan door telkens bewijs
te leveren, dat het een gemakkelijk
middel is, om de financiëelen toestand
te beheerschen, door er steeds maar
meer uit te persen, en nog wel onder
voorwendsel, dat het dienstig is om
het drankgebruik te doen verminde
ren;
Dat aan dergelijke voorwendsels
weinig waarde wordt gehecht, ligt
opgesloten in de ondervinding van de
laatste 25 jaren, gedurende het bestaan
van de drankwet, hóe weinig die wet
in deze richting aan het doel heeft
beantwoord, terwijl in dit tijdperk
nog tweemaal verhooging heeft plaats
gehad.
Adressanten verzoeken ten slotte
eerbiedig, om het voorstel tot verhoo
ging van den accijns niet te steunen,
door verdere verwarde toestanden te
voorkomen én daarom het tekort van
's Rijks middelen aan te zuiveren door
alle klassen naar evenredigdheid te
laten bijdragen, om daardoor allen
schijn te vermijden, dat de Staat moet
drijven op de kurk van de jenever-
flesch.
Werving voor het leger.
Naar „De Geld", verneemt, is door
den minister van Oorlog een ontwerp
van een nieuwe instructie op de wer
ving vooor het leger hier te landen
ontworaen, hetwelk aan H. M. de
Koningin ter goedkeuring zal wor
den aangeboden.
FEUILLETON.
61.
Langzaam als door eene magneet
aangetrokken ging Livron naar het
bed en staarde op het lijk.
Toen hij er vlak bij was, raakte hij
het aan.
Zijn strak gelaat verried niet de
minste ontroering, medelijden of spijt,
evenmin eenig gevoel van afkeer, maar
zelfs deze onverstoorbare kalmte bracht
Luc's hart in opstand.
Laat mij hier alleen, sprak hij
op doffen toon.
Francois Livron rilde even of hij
uit een droom ontwaakte, dan namen
zijne beweeglijke trekken eensklaps
eene droevige uitdrukking aan, zooals
in deze omstandigheden paste.
Hij boog het hoofd en zich tot
Aliette wendend, fluisterde hij
Uw neef wil alleen zijn.
Zij had het hoofd opgeheven. Bij
den klank dezer stem kwam onder
alle droefheid de hoop weder terug.
Zij nam den arm, dien hij haar aan
bood vol innig medelijden en steu
nende op hem verliet zij de kamer.
Luc was weder voor het bed neer
geknield. Nu er niemand meer bij was,
liet hij aan zijne smart den vrijen
teugel. Hij was nu alleen, eenzamer,
dan hij ooit gedacht had.
Van de beide wezens, voor wie hij
tot nu toe geleefd had, was de eene
hem door den dood ontrukt, de andere
door de liefde
XII.
Na de begrafenis moesten de con-
dolaties ontvangen en de daakbetui-
gingen daarvoor uitgesproken worden,
en het was reed} na den middag, toen
Luc op de boerderij Ronceray terug
kwam.
Zijne taak was echter nog niet ten
einde. Uit eerbied voor de herinne
ring aan zijn vader moest alles vol
gens de regelen en de gastvrijheid der
streek plaats hebben met eene weelde
en overdaad, waaraan de brave man
bij zijn leven niet gewoon was ge
weest.
Een overvloedig diner was gereed
gemaakt voor de personen, die van
verre gekomen waren, om deze plech
tigheid bij te wonen.
De dood van mijnheer Fromentier
had oude sympathieën opgewekt. Be
halve mevrouw Maloutre, die geheel
in het zwart was, verschenen de no
taris en de dokter in gekleede zwarte
jas; verder als vriend Montaurel die
's morgens van Nevers aangekomen
was, als bloedverwant een neef uit
Besangon, een kleine, oude man, die
als een trouw familielid nooit op eene
bruiloft of begrafenis ontbrak, eene
geruïneerde tante, die door Fromen
tier altijd op een afstand gehouden
was en nu de eerste de beste gelegen
heid aangreep om weer op het tooneel
te verschijnen, twee of drie buren,
groote grondeigenaars, die uit een ge
voel van solidariteit gekomen waren.
Men had zich aan tafel gezet en
Luc verwonderde er zich over, al deze
menschen om zich heen te zien, van
wie de meesten hem bijna geheel on
bekend waren. Hij zou zich ook heb
ben kunnen verwonderen over de bui
tengewone voorkomendheid, waarmede
hij behandeld werd, maar hij was niet
in staat opmerkingen te maken. In
deze twee dagen was hij naar lichaam
en ziel geheel uitgeput, en het gezicht
van deze vreemde menschen, die eens
klaps zijne eenzaamheid kwamen sto
ren, bracht hem geheel en al van
streek en verergerde nog den toestand,
waarin hij nu reeds acht en veertig
uren verkeerde. En tusschen de woor
den, die men tot hem sprak en welke
bijna altijd dezelfde waren, meende
hij voortdurend het geluid, dat zoo'n
geweldigen indruk op hem gemaakt
had, van de neervallende aarde op de
doodkist te hooren.
Aliette had tegenover hem plaats
genomen. Hare oogen waren rood ge
schreid. Zij zag er met haar zwarte
japon treurig uit en scheen nog ten
gerder en bleeker dan gewoonlijk. Den
heelen morgen had zij geweend over
de eerste groote smart in haar leven.
Hare zenuwen waren overspannen
door zooveel opeenvolgende ontroe
ringen.
Maar tot haar wezenlijk verdriet
kwam er nu eenige afleiding voor haar
smart. Zij maakte zich hier een ver
wijt van, maar moest er zich toch in
schikken.
Deze vereeniging van zooveel per
sonen boezemde haar belang in, haar
rol als meesteres des huizes legde haar
de verplichting op zich met iedereen
bezig te houden. De vertraging, die
het Ainer ondervond maakte haar
zenuwachtig, en dan vroeg zij zich
met zekere onrust af waarom Frangois
Livron niet kwam.
Eindelijk verscheen hij en nam be
scheiden aan het einde van de tafel
plaats. Daarna kwam ook de eerste
schotel.
Eerst at men zwijgend in stramme
houding met een gelegenheidsgezicht.
Dan hoorde men af en toe eenige
woorden, die half fluisterend gespro
ken werd.
De oude neef, die naast Aliette zat
hield in treffende woorden een lofrede
over den overledene.
Hij had hem na zijn bruiloft niet
meer gezien, dezen armen Theodoor,
maar hij kon hem zich nog goed her
inneren als een vroolijke jongen, die
het hart op de lippen had en geestig
en verstandig was als geen ander.
Dan volgden eenige anecdotes, die
betrekking hadden op Theodoor's
jeugd en dan enkele andere van den
verteller zelf; zoo vertelde hij zijne
reis naar Marseille, waar het vorig
jaar een neef van hem getrouwd was,
Intusschen had de geruïneerde dame
den dokter ter zijde genomen en van
de ziekte van dezen armen mijnheer
Fromentier tot hare eigene overgaan
de, trachtte zij gratis een goeden raad
te krijgen, terwijl mevrouw Maloutre
Montaurel, die aan hare rechterhand
toeknikte en den notaris aan hare
linker aanhoudend met vragen lastig
viel.
De buren, die door een lange wan
deling hongerig waren lieten zich het
eten goed smaken en vergaten ook het
drinken niet. Wat Frangois Livron
betrof, hij bleef als altijd correct, be
daard, schijnbaar onverschillig voor
alles, wat er om hem heen voorviel,
hoewel zijn grijze, doordringende oo
gen nu eens op dezen, dan op dien
gast gevestigd bleven, met een eigen
aardige opmerkzaamheid.
Wordt vervolgd).
AGITE MA HON AGITATE.
rusland.
ife
4