GESCHIKTE GELEGENHEID.
Mevrouw (die met haar echtgenoot naar den schouwburg
zal gaan)Zeg mannetje, ik zie hier, het stuk is 'geheel nieuw ge
monteerd. Ik zal dus ook een nieuwen avondmantel moeten hebben.
den sluier bevestigen op miss Campbell's witte
kapseltje.
De dagbladen, die gewag maaklen van het
tweede huwelijk van den graaf van Graybourne,
meldden dat het een zeer kalme plechtigheid was,
maar dat de nieuwe gravin een kostbaren sluier
droeg van point d'Alen^on.
IEUWE GENEESMETHODE VOOR
'RUG GEGRAATSVERKROMMINGEN.
Dat de kinderen gedurende de school
uren en die, welke zij aan huiswerk
besteden, ernstig gevaar loopen, ver
krommingen van den ruggegraat te krijgen, als er
niet nauwlettend wordt gewaakt, dat ze niet ge
bogen zitten, is een algemeen bekend verschijnsel.
De gevolgen daarvan: physieke misvorming en
moreel lijden, in meerdere of mindere mate, heb
ben dan ook doen bedacht zijn op middelen, om,
als zich verschijnselen van ruggegraatsverkrom-
ming beginnen te vertoonen, die te bestrijden en,
zoo nog mogelijk, geheel en al weg te nemen.
En dankbaar is te begroeten elke nieuwe poging, om
in die richting nut te stichten. In den laatsten
tijd heeft in Duitschland prof. Klapp een nieuwe
methode gevonden, welke zeer veel belooft. Reeds
in verscheiden ziekenhuizen van Duitschland wordt
ze beoefend. Ze bestaat in de uitsluitende en
intensieve aanwending van actieve gymnastische
oefeningen, en wel allereerst van de kruipoefenin-
gen. Laat men den patient in den juisten kruis
gang der viervoeters (rechterhand, linkberbeen
linkerhand, rechterbeen) voorwaarts kruipen, dan
naderen elkander afwisselend de uiterste ledematen
der eene zijde. Daarbij wordt de wervelkolom, die
met den bekken- en schoudergordel in verbinding
staat, als door hefboomkracht telkens sterk naar de
andere zijde buitenwaarts gebogen. De werking van
het kruipen is derhalve eene bewegelijkheid der
wervelkolom, zooals zij in geen andere houding
kan bereikt worden. Daardoor worden de zieke
lijke verstijvingen der wervelgewrichten krachtig
en toch zonder eenig bezwaar voor den patient
losser gemaakt en weggenomen. En dat is van funda
menteel gewicht; want slechts vrij zich bewegende
gewrichten zijn in staat dienst ie verrichten en
vrij spel en krachtsontwikkeling te geven aan de
spieren. Voorts echter worden door de kruipoefe-
ningen ook de rugspieren, de uitstrekkende spie
ren der wervelkolom geoefend en krachtiger ge
maakt. Bovendien worden tusschen kruipoefenin-
gen andere viije oef nin en gevoegd, rekoifenin-
gen op banken, rompbuiging-, uitval-oefeningen enz.
Het essentieele is dus, dat steeds v r oo-
ging dir bewegelijkheid en versterking van de
spieren der wervelkolom samengaan. Hierdoor
wordt het lichaam in staat gesteld, de veihoogde
bewegelijkheid der wervels tegenover elkander in
gunstigen zin te explotteeren en zoo uit eigen
kracht de verkromde wervelkolom weder in rechte
11
lijn te brengen. Evenzoo
gelukt het ook, aan de
met de ruggengraatsver
kromming verbonden ver
buigingen der borstkas
minstens gedeeltelijk den
normalen vorrn terug te
géven.
De behandeling, die
dagelijks tweemaal een
uur lang in tumgroepen
van tien tot twintig kin
deren onder de leiding
van artsen en gymnas-
tiek-onderwijzeressen ge
schiedt, is vermoeiend en
vordert, wil zij goed wer
ken, een krachtige alge-
meene behandeling, waar
bij rijkelijke voeding en
rust de hoofdrol spelen.
Dat alles, wat storend zou
kunnen werken, vermeden
moet worden, spreekt van
zelf. Het schoolbezoek
moet zoo lang worden ge
staakt, totdat de rug de
voor lang zitten vereischte kracht heeft herkregen.
Evenzoo worden alle bezigheden in zittende hou
ding verboden. Wordt schrijven geoorloofd, dan zijn
een stoel met een zacht hellende rugleuning, steile
lessenaar en stijlschrift onmisbaar.
Op deze wijze verkrijgt men in lichte gevallen
van ruggegraatsverkromming volkomen genezing,
in vergevorderde verbetering of minstens stil
stand van het lijden, in alle echter vermeerdering
van den algemeenen krachtstoestand der geschikt
heid van het lichaam in zijn bewegingen en van
de levensvreugde.
ARTJESDAGVan den Talmud
naar den Amsterdamschen Hartjesdag
is 'n heele sprong. Toch hebben wij
op den jongsten Hartjesdag dezen
sprong gemaakt. Hoe dat kwam
In den Talmud vinden wij o. m. de wijze
spreuk.Veroordeel niemand, zoolang gij nog
niet in zijne plaats geweest zijt", en deze spreuk
schoot ons te binnen, toen wij het potsierlijk
uitgedoste groepje .hartjes" ontmoetten, hetwelk
wij in een „kiekje" vereeuwigd hebben. Immers,
met „beschaafde" oogen gezien, wekt dit groepje
onwillekeurig een gevoel van walging op voor
zooveel smakeloosheid en zooveel ruwheid. Wan
neer wij dan echter luisteren naar dat wijze woord
van den Talmud, gevoelt men geen walging meer,
maar een mengsel van medelijden en afgunst:
van medelijden, omdat wij moeten vreezen, dat
de „hartjes", die daar thans nog in hun onschuld
staan, recruten zijn voor het „Leger des Onheils",
maar tevens van afgunst, als wij zien, hoe recht
gelukkig die kleinen zijn met de prullen, die ze
aan hebben, en de paar eenten, die ze krijgen 1
Op Hartjesdag gevoelt men eerst recht, hoe
moeilijk het is, eene definitie te geven van
„geluk", omdat de maatstaf, waarnaar het geluk
wordt afgemeten, zoo ontzaglijk verschilt, al naar
mate men woont in de „bocht" van de Heeren
gracht of in de Pieter Jacobsdwarsstraat!
KRUIMKENS VOOR VERSTAND EN HART.
Wanneer rotsen gapen, helpt geen stijfsel.
Vaak ontbreekt het niet slechts het sc'.ilder-tuk,
maar ook den schilder aan den juisten achtergrond.
De vrouwen hebben geen talent voor de wijs
begeerte, maar zij verstaan uitstekend de kunst,
ha.ir mannen tot wijsgeeren te maken.
Opdringerigheid is steeds onaangenaam, maar
de on nn0cnaamste is wel die der grootmoe _.ig-
licid.
ANECDOTEN.
Sterke thee. Vrouw (tot haar man): ,,'t Is
mooi, zoo laat thuiskomen en dan nog beschonken."
Hij „Ach, vrouw, ik heb een oud vriend ont
moet, en die heeft me op een tas thee gevraagd."
Voorzichtig. Toerist: „Wat, vooruit betalen?
Waarvoor dat
Oids„Ja, ziet u. daar zijn al eens reizigers
in een afgrond gestort, en dan schiet ik er mijn
loon bij in."
Verpraat. „Uw neef houdt maar vol, dat
uwe schiluenjen niets btteekenen."
„Over diens oordeel bekommer ik mij niet;
die bab >elt maar na wat anderen zegden."
Voor het kiezen. Bezoeker (tot rijk ge
worden winkelier, die hem eenige portretten in
olieverf heeft laten zien): „U hebt voorname voor
ouders gehad, mijnheer
Gewezen winkelier„Ik heb ze zelf op een
verkooping uitgezocht."
Logisch. Onderwijzer: „Wel, jongens, hoe
veel maanden hebben acht-en-twintig dagen
Een stem „Allemaal."
Bij de Niagara. Toeschouwer (zuchtend):
„Wat 'n waterverknoeiïng 1 wat 'n waterver-
knoeiïng 1"
Andere toeschouwer„U is wellicht inge
nieur hoe zou u die verspilde kracht wel
willen aanwenden
Eerste toeschouwer (kermend): „Neen, inge
nieur ben ik niet, maar ik ben melkboer
Zijn opvatting. A: „Ik ben nog nooit
dronken thuis gekomen."
B„Ja, als ik 'n stuk in heb, blijf ik ook maar
op straat liggen."
Volkomen juist. A (tot chauffeur)„Zou!....
u hebt eene positie voor uw leven, zegt u
nu voor een chauffeur wil dat niet veel zeggen."
Een practicus. Boer (die bij een vechtpartij
eenige bloedende wonden heeft bekomen)„Jam
mer, dat ik dè van mèrgen niet heb gewèten, dan
haai ik me nie hoeven te laoten aoderlaoten."
SCHAAKSPEL.
Namen der Probleem-oplossers, die van den
vorigen wedstrijd met het door hen behaalde aan
tal punten zijn blijven staan.
L. B. M., te Wolvega, 104J. Braakman, te
Bovenkarspel, 103 Anton Hofhuis, te Amsterdam,
102J. van Wankum en Lamb. L Verhoeven,
beiden te Gorinchem, ieder 99; L. Th. M. Pluk
ker, te Zaandam, 97 J. Hoogeveen, te Haarlem,
87 Christ. Annegarn en P. Wartenbergh, beiden
te Amsterdam, 83; Jos. de Koning, te Delft, 81;
M. Piscaer en C. Theod. Roepers, beiden te Tiel,
ieder 80; J. Koedijk en A. van Woesik, beiden
te Heemskerk, ieder 75; „Deliciae Nostrae", te
Zoeterwoude, 73S. Kok, te Bovenkarspel, 71
F. H. A. Reigers, te Almelo, 70E. Zweekhorst,
te Amsterdam, 69Aloysius van Woezik, te Am
sterdam, 65; B. Bieijinck, te Kampen, 64; Corn,
v. d. Kroft, te Loosduinen, 61; Schaakclub: „De
Moddermannen, te Deurnfngen, 59F. B. J. Leers,
te AmsterdamLouis Fick, te Rolduc en Emile
van Oppen, te Maastricht, allen 57 H. N Munt-
jewerff, te Amsterdam, 56; Henri G. van Beek,
te Amsterdam, 55; J. D. de Jong, te Sneek, 54;
J. Karsten Johzn., te Westerblokker, 51 F. Eijck-
mans, te Gorinchem, 45; Schaakclub: „Hippica",
te Arnhem, 43; J. Annegarn, te Utiecnt, 39;
B. van Wijland, te Haarlem, 39; W. M. Wüsten,
te 's Gravenhage, 38; R. v. M te Weert, 38;
Gerard Fijme, te Amsterdam, 35; W. C. Gros-
souw, te Amsterdam, 32H. Keijzers, te Vucht,
31; J. M. Jacobs, te Amsterdam, 30; P. Z., te
'sGravenhage, 29; G. Staverman, te Amsterd., 28;
Toni Hermans, te Rolduc, 26Jos. Hermans, te
Rolduc, 24; Mej. Joh. Grossouw, te Amsterd., 23;
S. A. Lutz, te Amsterdam, 23; G. Klaassen, te
Zoeterwoude, 22G. A. Schwenke, te Groningen,
22; C. H. Th. Bleijswijk, te Haarlem, 16; Fred.
J. G. M. de la Chambre, te Amsterdam, 16J.
Hofhuis, te Haarlem, 16A. Klaver, te Spierdijk,
16; H. L. van Leeuwen, te Spierdijk, 15; A.
Rosenbaum, te Hilversum, 15; A. J. Herckenrath,
te Voorburg, 14; Jos. v. d. Marck, te Amsterd., 14;
P. Th. Vitscher, te Zoeterwoude, 14; K. Borst Jzn.,
te Spierdijk, 13; J. Entrop, te Amsterdam, 13;
Schaakclub: „Geraidus Majella", te Voorhout, 12;
St. van der Marck, te Amsterdam, 10Bernard
Sormani, te Muiderberg, 10J. Braam, te Heem
stede, 9 Michael Maas, te Rolduc, 9 H A. Rö t-
gering, te Amsterdam, 8 D. Kabel, te Volendam,
7 D. Wijdemans, te Amsterdam, 7 M. Wiewei,
te Amsterdam, 11 L. Deden, te Bakhuizen. 7;
Frans A. Puts, te Haarlem, 6Schaakclub „Thu-
rese", te Duiven, 6; P. v. d. Ven, te Amsteidam,
6; A. Michiels, te Amsterdam, 6; H. A. Boeien,
te Nijmegen, 5G. v. d Berghe, teAmseid., 15;
Jan van Brempt, te Arnhem, 5D. Boots, te
Spierdijk, 4; Arnold Terwindt, te Katwijk a. d.
Rijn, 4; A. Beieirdsen. te Rolduc, 2; Mej. Truus
Witte, te Alkmaar, 2; J. Berk Azn., te Zoeter
woude, 3; J. Adiiaanse, te Lamswaarde, 3 en
eenige met een zeker aantal punten, die wij hier
maar niet zullen noemen, omdat zij tot onze spijt
in langen tijd geene oplossingen hebben ingediend,
waarom wij vtrmoeden, dat de liefhebberij tot de
schaakprobleemkunst vervlogen iS.
