DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. VoorRechten Vrijheid'! Kinderhuisvest 31-33, Haarlem Van den wal in de sloot. BUITENLAND. DINSDAG 10 SEPTEMBER 1907. No. 6681, 32"o Jaargang. Bureaux van Redactie en Administratie: Interc. Telefoonnummer 1426. Een meer letterlijk-op te vatten opschrift voor dit artikeltje zou men kunnen neerschrij ven als volgtvan den Singel naar de Vest.... Wat we hiermee bedoelen? Met alle permissie gezegd: de.... tonnenschuit. We gelooven dat dit nog de meest-euphonistische benaming is voor dit meubel van onze gemeen- tereiniging, dat in de jongste Raads vergaderingen druk besproken is, en waaraan we nu hier eens een woordje willen wijden. De tonnenschuit om 't ding nu maar zóó te blijven noemen is een voortdurende last voor al dege nen, die van haar onfrissche geurtjes en merkbare aanwezigheid aan den Kampersingel moeten proliteeren- De mensehen aan den Kamper singel hebben en met recht over de aanwezigheid van dien onwelriekenden en onsmakelijken huurman geklaagd, en dat adres aan den Raad heeft aanleiding ge geven, naar men weet, tot een lieele discussie. Ju het advies dat 't dagelijkseh bestuur uitbracht over. die Iristorie, heette liet apodictisch: „dat de te genwoordige tijdelijke bergplaats van de tonnenschuit aan den Kam persingel moet behouden blijven". Maar toen de Raad en vooral de heer Modoo maakte zich in dit opzicht verdienstelijk eens vroeg, waaróm dat zoomaar „moest", kreeg men geen antwoord. „Het kan niet wel anders",zeide de wethouder.Maar hij kreeg ten bescheid, dat er dan maar een andere gelogenheid ge mafxkt moet worden: zooals 't nu is, is het een onhoudbare last voor de klagende Kampersingel-bewor.ers. En ongetwijfeld zoo'n stinkende vuil-verzameliug vlak voor je deur en je ramen is afgezien nog van 't onhygiënische dat er toch ongetwijfeld bijkomt eenvoudig in een beschaafde gemeente een lidiculiteit De Raad heeft dat, ondanks het verzet van het college van B. en W., en ondanks 't onbewezen be weren, dat de ligplaats der schuit „moet behouden blij ven", gelukkig ook begrepen en met slechts 8 stemmen tegen een voorstel van den Sheer Modoo aangenomen, waarbij werd besloten den adressanten van den Kampersingel te berichten dat aan bun bezwaren zuJ worden tege moet gekomen en dat do geurige tonnenschuit zul worden verhaald naar elders. Maar.... hier zit nu juist de quintessence van deze hoek' geuirige historie in 1 Demenschen van den KaHtpergin- gel raken de schuit kwijt, en zullen met hun neus in de luclst en een verfrischt hart den Raad dunkje- zeggen. Doch zoo'n schuit vol.... is niet te escamoteeren als een goochelaar een ei doet verdwijnen! En denke lijk zal het ongunstig praeadvies van B. en W. op het adres der Kam persingel bewoners wel ietwat geïnfluenceerd zijn door het feit dat men nu een andere ligplaats voor de schuit moet opzoeken. Waar? De heer Modoo, die de redder was van den Karapersingel, gaf een id aan de hand leg de schuil aan de Turfmarkt, als de groenten- markt daar is verdwenen En zoo zal nu, naar we vernamen, ook hoogstwaarschijnlijk gebeuren: de geurige tonnenschuit wil men leggen aan de Turfmarkt, vlak tegenover de Kerk van O.L. Vrouw. Tegen deze bedeeling van de Turfmarkt-bewoners wensclieu we nu echter hier eens met nadruk op te komen. Wat geldt voor de menschen aan den Kampersingel, geldt ook wel degelijk, en precies hetzelfde, voor de bewoners van de Turfmarkt. Meer nogde Katholieke Kerk daar ter plaatse dient toch bij een omstandigheid als deze nog wat meer ontzien te wordeneen on smakelijke verzameling als de „ton nenschuit" vlak voor een kerkge bouw te leggen, achten wij nu wel het nee plus ultra van gemeen telijke zorgeloosheid en wanbegrip! 't Verwondert ons dan ook, dat niemand der raadsleden, bij al de zotg die men had voor de bewo ners van den Kampersingel, er aan gedacht heeft, dat men door op 't denkbeeld van den heer Modoo in te gaan, van den wul in de sloot raakte Is 't op den Kampersingel erg, op de Turfmarkt is het al oveneens. En dat men den Turfmarktbewo- ners hun groentenmarkt ontnam, mag toch geen reden zijn om ze nu in de plaats daarvan met de geurige uitwasemingen van een faecaliënscbuit te zegenen. De over gang is wat Al te groot! Xu zal iemand zeggenhoe je 't draait of wendt, die schuit moet toch ergens blijven! Dus je krijgt die bezwaren, toch altijd weer terug! Dat is niet geheel juist. Vooreerst heeft de heer Van de Kamp in de jongste raadszitting al een correctief aan de hand gedaan, waarvan op dat oogenhlik zoo goed als geen notitie werd genomen, maar dat we hier nog eens uit drukkelijk aanbevelen. Hij wees nl. op de mogelijkheid, om een overdekt, met klapdeuren voorzien schuitenhuis te maken, waarin «le schuit afgezonderd en zooveel mogelijk afgesloten zou liggen, waardoor dus en 't onsma kelijke gezicht van zoo'n tonnen schuit èn 't onhygiënische der ver spreiding van miasmen en geuren al voor een deel zon worden voorkomen. Maar daarenbovenis het nu be paald noodig dat zoo'n schuit mid den in de stad ligt? Wij hegrijpen niet waarvoor dat zou moeten De gemeente heeft, aan de noord oostzijde der stad, ruimte en water, en lig- en losplaats genoeg! Laat men daar eens uitzien naar een geschikte plaats, op behoorlijken af stand van de bebouwde en bewoonde kom gelegen! Wij zijn er zeker van dat in een oogenhlik een goede ge legenheid voor een schuitenhuis zal worden gevonden als men maar zoeken wil En we bevelen dan ook deze min- geurige, maar niettemin der over weging waardigo historie dringend aan in de aandacht onzer raads leden. Laat de Raad nu niet toelaten, dat B. en W. den Kampersingel ontlasten van de tonnenschuit en er de Turfmarkt mee opknappen 1 Zóó komt men van den wal in de sloot! Ten opzichte van de omgeving, vooral ten opzichte van de Katho lieke kerk die er staat, deugt de Turfmarkt al evenmin voor een stinkende tonnenschuit, als de Kam persingel 1 Algemeen Overzicht. De M arok k aansch e kwestie brengt iederen dag wat nieuws. Nu het bericht, dat Sultan Ab- d'ul Azis werkelijk naar Rabat, aan zee, zal gaan „Ik ga", heeft hij geschreven aan zijn minister van oorlog, en de reden van het heele uitstel is nu gebleken te zijn, dat de man ge wacht heeft opde nieuwe maan! Want in Marokko is I.et, volgens de traditie, een heel ongunstig ding als je reizen moet in den tijd van 't laatste kwartier. Ook 1 leeft de Sultan al een plaats vervanger' tijdens zijn afwezigheid benoemd en wel, ondanks de on gunstige ervaringen, die hij met zijn ouderen broeder heeft opgedaan, zijn 18-jarige broeder Moeiaï Hadi, wien als raadsman ter zijde is ge steld een wegens zyn geleerdheid en zijn helder inzicht algemeen geziene oude sjerif. Van de oorlog dien Frankrijk voert in zijn land, van de herrie die er heerscht in 't Zuiden, van zijn broer die als tegensultan tegen hem opstaat, schijnt dus de fleg matieke Abd'ul Azis nog niet veel notitie te nemen. Hij zal denken't opknappen van die zaakjes is aan Frankrijk best toevertrouwd. Nu, dat is v, aar. Maar het is de vraag, of Frank rijk er op den duur wel zooveel pleizier in zal hebben! We hebben daarover gisteren al meer gezegd. Van de krijgsbedrijven, zelf is niet veel bijzonders te melden van daag. Onder de drieregelberichten ver telden we gisteren van de verzoe ken der Mooren, om een wapen stilstand te sluiten. Generaal Drude heeft waarom zou hij. niet? dat toegestaan, en van de staking der vijandelijkheden intussclien tegelijk gebruik gemaakt om nauwkeurig vast te stellen- waar thans de Marokkftansehe troe pen gelegerd zijn. Volgens door generaal Drude ontvangen inlichting zijn sedert de aankomst der Fransche troepen te Casablanca ongeveer 800 Marok kanen gesneuveld. Intusschen is van heel de Ma- rokkaansche kwestie het erg ste op het oogenhlik dat er een beetje ruzie is tusschen Duitschland en Frankrijk! Vooreerst al om 't Fransche ont werp voor de reorganisatie der nog niet eens bestaande politie in Marokko. Nadat de Köln. Ztg. zich er het eerst tegen verklaard heeft, komen ook de andere bladen, die eerst eene afwachtende houding aannamen, met huune meening voor den dag: de „Lokal-Anzeiger" zegt te ver trouwen, dat de mogendheden die tot dusver in de Marokkaansche kwestie Frankrijk sympathie toon den, weinig geneigd zullen zijn, ten gunste van Frankrijk, wijzigingen in de acte van Algeciras te bren- gen. Het „Berl. Tageb'att" is van oordeel, dat door de wijziging welke de Acte van Algeciras door het Fransche voorstel zou ondergaan het politie-institimt een geheel ander karakter zou krijgen dan de conferentie van Algerciras er aan wenschte te geven. De „Tagl. Rundschau" schrijft dat de vorderingen die Frankrijk in Marokko maakt, ontevredenheid en wantrouwen in het buitenland wekken. Behalve dat het aantal Fransche soldaten nu a! van 3500 tot 8000 gestegen is, zouden andere maatregelen doen gelooyen dat het Frankrijk te doen is om verove ringen in Marokko en niet om er de orde te herstellen. Dat alles klinkt al erg ongunstig. Maar er is nog meer! Er zijn zooals men weet bij de beschieting van Casablanca door de Fransche troepen ook verliezen toegebracht aan Europeesclie be woners dier plaats. Onder meer aan drie Duitsche kooplieden. Deze hebben zich beklaagd bij de Duitsche regeering, zij zijn door den Rijks kanselier, von Biilow, in audiëntie ontvangen, en hebben aangedron gen op toekenning van schadeloos stelling door Frankrijk. Dit is de grondslag van een nieuwe reden tot geschil tusschen Duitschland en Frankrijk Enkele Duitsche bladen bespreken dit nieuwe geschil Jop scherpen toon en op voor Frankrijk kwet sende wijze. De Duitsche regeering weliswaar heeft zicli niet hierover uitgelaten, en in den gisteren gehouden Franschen ministerraad werd uitgemaakt dat de Marokkaansche regeering verant woordelijk moet worden gehouden voor de moorden en plunderingen, en dat de schadeloosstellingen, welke betaald dienen te worden voor materieele schade, moeten worden vastgesteld door een internationale commissie. Doch het is de vraag, of de mo gendheden hiermee accoord zullen gaan Duitschland heeft naar Reuter heden seint in zake de politie reorganisatie, waarover we boven spraken, een vrij ontwijkende nota aan Frankrijk gezonden. De Duitsche regeeriug neemt n.l. aan, dat die maatregelen slechts een tijdelijk karakter dragen en niet in strijd zijn met de acte van Alge ciras. De Duitsche regeering zoo heet het verder is niet van plan, Frankrijk bij zijn optreden, in verband met de gebeurtenissen in Casablanca, moeilijkheden in den weg te leggen; zij hoopt echter, dat er niet meer, zooals in Casablanca, aan vreemde kooplieden zwaar nadeel zal worden t legebracht Men ziet liet't is zuurzoet vriendelijk Zaterdag vertelden we, dat deze week in Oosten rij k-Hon ga rij e de onderhandelingen over den Mis- gleich" zullen hervat worden. En daar is nu zoowaar op dien zelfden dag door een polemiek in de Oostenrijksche en Hongaarsche pers een oogenschijulijk ernstig conflict tus'chen de beide regeerin gen uitgebroken. Volgens de „Neue Freie Presse" schuilt het geschil in de „Bnnk- quoten "-kwestie. Op de audiëntie van de beide minister-presidenten bij den keizer te lscbl kwam de kwestie ter sprake en verklaarde de Hongaarsche mi nister-president Weckerle op besliste wijze den keizer, dat voor een langer voortbestaan van één algo- meene circulatiebank voor Oosten rijk en voor Hongarije en een verhooging van quotum (het aan deel) van Hongarije in de algemeene lasten onder geen enkele voorwaarde in i'en Hongaarschen Rijksdag een meerderheid zou te vinden zijn. Naar aanleiding hiervan schreef het „Fremdenblatt" in een sterk officieus artikel: De Oostenrijksche opvatting kent geen Ausgleieh zon der gelijktijdige regeling van de Bank- en qnotiunkwestie. Alle par tijen zijn het met dezen priucipi- eelen eiseh eens en geen Oosten rijksche regeering zou dien eiseh durven verloochenen, geen Oosten rijksche Rijksraad zou zijn goed keuring durven hechten aan een Ausgleieh, waarin aan dezen kar dinalen eiseh niet werd voldaan. Van Hongaarsche zijde wordl hierop niet minder scherp geant woord: Wij hebben Oostenrijk met noodig; wij kunnen ook zondei Oostenrijk leven en als het niet anders mogelijk is, ook tegen Oos tenrijk! De agitatie tegen de Japan ners, die zoolang heeft geheerscht in de Vereenigde Staten, en er nog lang niet is gedoofd, is ook naar Canada overgeslagen, en wel met ernstige gevolgen. Canada is Engelsch, zooals men weet, en de Engelsch-Ame- rikanen hebben het nu ook kras tegen 'tgele ras aaugepakt. Te Londen vreeet men dan ook al, dat het Britsche rijk tegenover een gevaarlijke agitatie tegen het' gele ras komt te staan. De hiitorie zit als volgt in el kaar: ernstige opstootjes hebben te Vancouver plaats gehad. Het ge peupel verbrandde een pop voor stellende den Engelschen gouver neur, die zijn toestemming weigerde aan een wetsbepaling van het Britsch- Canadeesche gouvernement, om Chineesche en Japansche emigran ten te werenl Vervolgens gingen de oproermakers naar het Chinee sche kwartier, waar zij aanzienlijke schade aanrichtten. De gearresteer de belhamels werden weder dooi hen bevrijd. Zondagochtend bestormden zij dt Japansche winkels en vernielden de vensterruitsn, waardoor eveneens veel schade werd aangericht. De Japanners vielen daarop hun nerzijds het gepeupel met stokken en messen aan, onder het geschreeuw van „Banzai". Zij dreven de menigtt terug, waarbij veischeidene ernstig gewond en vier man door dj Ja panners werden gestoken. Een Ja panner werd doodelijk gewon 1. Gedurende het gevecht kwamen 400 Japansche werklieden van een schip, dat in de haven lag: de op gewonden menigte viel hen aan en wierp zes hunner in de baai Een 3000 Chineezen en Japan ners zijn al buiten de stad ge vlucht. Dat kan dus wat worden 1 En dat is teitelijk nog erger dan de herrie in California, die nog niet zoo kras tot gewelddadigheden overgegaan is Nieuwtjes in drie regels. FEUILLETON REOWE HMRLEMSCHE COURANT A BONNE M ENTSPR IJ S: l'er 3 maanden voor Haarlem fl.20 Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 130 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1,(55 Afzonderlijke nummers0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regelsf0.60 (contant) f0.50 Elke regel meer„0.10 Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie il contant. Er zijn nu ruim drieduizend vreem de dokwerkers te Antwerpen aan het werk. Ook Hollanders. De Engel sche consulgeneraal te Antwerpen heeft weer geklaagd over onvoldoende beschei ming. Het bericht over de bezetting van Pratos eiland bij de Filippijnen door Ja panners, wordt bevestigd. De Koreaansehe „opstand'' tegen Japan is nu in een guerillaoorlog over gegaan Ze geven geen kamp 1 (Speoiaal voor dit blad bewerkt K BOEIENDE PiOMAN Uit den jongs ten Poolsclien vrijheidsstrijd. Naar het Dujtscf. van GERD. VON OS' PEN. 15) Zij allen verwaehttemi- n spanning, maar ook met groot mismoicjt ,en den opperbe velhebber, wiens koniefthun uit Warschau was aangekondigd: Jelsinski gaf aam r.de/.e stemming in woorden 1 u cüï. „De nationale regei ring moet weten wat zij doet," sprak hitj. „RAatir ik beken ronduit, dat ik sheohtf, matig vertrouwen stel in dezen vrwgeresn gainsteling des zart-n \V i,. zoolang- d e Russische hof- als hij, is geen ni êts meer voor -lucht heeft ingeademd Pool n'.eer, voelt althans '"ju eigen vaderland." "Mijnheer, gij vergwt geboren Rus ben on 6«xrl Polens bevrijding," bi-iamst op. „O, maar gij zijt awJ wonderaar des Czareinggr de Tribuiski. „Overigens ben ik overtuigd, dat g^j recht aandoet door hen# Hij beeft niet ons,. m«i regeering bedrogen, die- ia dat ook ik een i warm voel voor ,e Abramowitseh nooit een be- vveest," verklaar- i, mijne heeren, Siemawski on- te wantrouwen, ir de Russische i hem oen trou wen aanhanger meende te hebben. Hij is altijd een sluwerd geweest, maar ook een trouw patriot. Ik ken hem van jongs af aan Tot nu toe had niemand den bevel hebber, die verwacht werd, er van ver dacht een werktuig der Russische regee riug te zijn, maar zoodra de gedachte eenmaal uitgesproken was, gaven allen zich den schijn er geheel van doordron gen te zijn. Vooral Jegor Karpowitz kon zijn antipathie tegen Sieniawski niet be dwingen, al benijdde hij dan ook Roman het commando niet, zooals de anderen deden. Karpowitz was trouwens zijn me dewerking aan de zaak des opstands en aan den guerilla-krijg, die de kracht dei- Polen uitmaakt, allang moede, ofschoon hij dit noch zichzelf, noch anderen be kennen wilde. -. Ook begonnen de vermoeienissen en ontberingen van het kampleven hem hoe langer hoe meer tegen te staan. Zelfs de hoop op Leokadia's bezit zou dan ook waarschijnlijk niet voldoende geweest zijn om hem aan de zaak des opstands trouw te doen blijven. Maar zijn handelingen waren ondanks alle voorzorgen niet ge heim gebleven, en de regeering had zijn goederen al verbeurd verklaard. Zoo zou hij dan ook om derwille van het succes der opstandelingen, aan wie hij nu eenmaal onverbreekbaar verbon den was, de komst van een talentvol man als Roman Sieniawski met vreugde lieb- benbegroet, ware het niet, dat de sluwe Thaddeus hem ingefluisterd had„Zie zoo, nu heeft Leokadia ten minste hier een vereerder, die de I'oolsche zaak van harte toegedaan isl" Jegor vloog toornig op. Ja, waarom ook eigenlijk zou Roman zijn schitterende positie aan het Peterskurgsche hof voor de twijfelachtige eer van opstandelingen chef hebben verruild? Was dat enkel liefde voor de nationale idee van Polen of Want zoo iemand, dan kon tool) Roman Sieniawski weten, dat de zaak des opstands bijna zeker van voren af aan verloren was. Zoo kwam het dan, dat Roman meer dan koel, ja zelfs met beleedigend wan trouwen ontvangen v erd. De hieuwe aan voerder achtte ïret intussclien ver bene den zich, van de koele ontvangst die hem bereid werd, notitie te nemen. Hij be greep intusschen dadelijk, dat van 'leze lieden gehoorzaamheid volstrekt niet en samenwerking in tijd van nood slechts ten deele te wachten was. Jelsiaski zou hij misschien kunnen win nen; de vroegere Russische luitenant zou -.vel tot discipline te brengen zijn, maai de anderen? Hij fronste het voor hoofd. De bestuurder van het landgoed was niet alleen gedwongen geworden, den heeren nachtverblijf te verschaffen, maar ook hun een stevig ontbijt voor te zetten. Zeer tegen zijn zin overigens, want noch de eigenaar, noch de bestuurder voelden eenige sympathie jegens de opstande lingen. Uit de nrededeelingen zijner vrienden had Sieniawski vernomen, dat de geza menlijke strijdkrachten, die te zijner be schikking waren, geen tienduizend man, maar slechts een derde daarvan bedroe gen. En alleen zyn eigen afdeeling bevond zich in de nabijheid: eenige honderden slecht gewapende mannen en jongelieden, sommige nauwelijks zestien jaar oud en daarbij nog zeer gebrekkig gewapend. Bijna onbruikbare geweren in handen, die nog haast met geen vuurwapen wisten om te gaan Alleen de cavalerie, zeventig man sterk, was goed bewapend en ten deele door den jongen edelman, die ze aanvoerde, zelf uitgerust. Het lei-rein was echter voor de ruiterij weinig geschiktveeleer had men scherpschutters en kanonnen noo dig gehad. Wat was er uit te voeren met die wei nige lieden, wel allen vol goeden wil maar slecht gewapend en onbekwaam in het oorlogvoeren. Men had niet eens wachten uitgezet. Juist wilde Rbman dezen voorzichtig heidsmaatregel invoeren, toen liet al te laat scheen. Er knetterden geweerscho ten een bende Russen was ongemerkt genaderd. In een panischen schrik wilden de meeste opstandelingen hun wapenen wegwerpen en op d3 vlucht gaan, maar Roman's donderende stem bracht hen tot staan. Met vertwijfelende heftigheid wierp Roman zicli midden in hot gevecht. De dood zou hem een welkome vriend geweest zijn, nu hij zich eenmaal er van overtuigd had, dat zijn donkerste ver wachtingen verwezenlijkt stonden te wor den. En bovendien was hij overtuigd, dat alleen een voorbeeld van doodsver achting in staat zou zijn, zijn mannen moed en strijdlust in te storten. Zijn on derbevelhebbers hielpen hem dappei cn de Russen werden dan ook, hoezeer de meerderen door hun getal en dooi den overval, teruggedreven. Aan krachtige vervolging door de op standelingen was evenwel met te denken. De soldaten wendden zicli naar het landgoed aan den zoom van het woud. De Polen verdcahten den bestuurder, dat hij hun verblijfplaats aan de Russen ver raden zou hebben. Dit was echter onge twijfeld niet waar, want reeds uit de verte zag men, dat de Russen op liet landgoed vreeselijk huishielden. „Voorwaarts, mijne heeren!" sprak Ro man, en 1 lij verdeelde daarna zijn solda ten in drie afdeelingen ten einde de Russen ten tweeden male op het lijf' te vallen. „Waarom generaal vroeg er een. „Die kerel daar op het goed krijgt immers niet anders dan zijn verdiende loon! Roman vloog op. Strijden wij voor de vrijheid of niet?" vroeg hij met bliksemend oog. Nimmer mogen wij toestaan, dat dien man daar onrecht geschiedt,ai is hij dan ook onze vriend niet!" Reeds waren zijn mannen begeesterd, cn onder den kreet van „Oyczyzna" snel den ze voorwaarts. Roman gevoelde zicli innerlijk terneergedrukt, dat hij eerst zoo moest spreken om dezen strijders voor de vrijheid tot gehoorzamen te dwingen. Zijn onderbevelhebbers echter hadden hun wantrouwen jegens den chef voelen wijken. Op het landgoed zag het er vreeselijk uit. Bijna geen meubel was er onge schonden gebleven; tapijten, spiegels, alles was door de woeste bende vernield, en de inhoud der provisiekamer, voor zoover niet geroofd, lag lier- en derwaarts verspreid. Veel vreeselijker nog zag het er in de woning van den bestuurder uit. Dood, tot onkenbaar wordens toe ver minkt lag de man naast zijn door een geweerschot gedood kindje. Jammerend drukte de arme moeder, zelf uit verschei dene wonden bloedend, zich tegen de lijken aan. De man was met de kolven der gewe ren doodgeslagen, omdat hij, over zijn stervend kind gebogen, geweigerd had te drinken op de gezondheid van den keizer aller Russen Juist gaat de zon op. Hoe vroeg het' met den zomerdag ook nog is, in het kamp der opstandelingen heerscht al drukke beweging. De insurgenten zijn bezig hun schraal ontbijt te bereiden. Reeds ziet liet kamp er geheel anders uit dan toen wij er voor het eerst bin- nentiaden. De ongeordende bende dag- looners, handwerkslieden en jongelieden is tot een flink georganiseerde schaar ge worden, die wel is waar nog niet op den naam van een geoefend corps aanspraak mag maken, maar toch al met succes tegen dappere geregelde troepen gestre den heeft Zij weten dat en zijn er trotsch op, trotscli vooral ook op hunnen aanvoer der. Ze hebben overmachtige vijanden de wapenen ontnomen om zich zelf te voorzien. Velen hunner zijn reeds geval len, maar telkens zijn de gedunde gele deren hier aangevuld en versterkt door mannen, die gaarne onder Sieniawski dienen wilden. En glansrijk heeft Hij dan ook gestreden, want zelfs waar de te groote overmacht tot wijken dwong, dors ten de Russen hen slechts voorzichtig te achtervolgen. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1907 | | pagina 1