DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
Voor Rechten Vrijheid!
BERICHT.
Kinderhuisvest 31-33, Haarlem
Schotschriften en
Schandaalcolportage.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Maandag i6 september 1907.
No. 6686, 32ste Jaargang.
Bureaux van Redactie en Administratie:
Interc. Telefoonnummer 1426.
Zij, die zich met 1 October
uoor minstens drie maanden
op de NIEUWE HAARLEM-
SCHE COURANT abonneeren,
ontuangen de tot 1 October
uerschijnende nummers gratis.
Abonnementen morden aan
genomen aan ons kantoor
Kinderhuisuest 31-33, en bij
de agenten en loopers der
Courant.
Mager.
Onze voorname straten in het
centrum der stad worden, vooral
des Zaterdag-avonds, weer trouw
bezocht door Amsterdamsche schan
daalcolporteurs.
Ergerlijke beleedigingen tegen
de geestelijkheid, tegen het Katho
licisme, gruwelijke godslasteringen
en satanische hoon vormen den in
houd van de schandelijke pamfletten
die deze vunzige speculanten op
'n schandaaltje met luider stem
uitk raaien.
Ja, door de mazen van de wet
kruipen ze.
Zoolang ge maar spreekt van
„de klassenjustitie", van „hetzede-
looze priesterdom "en meer dergelijke
algemeenheden, zonder een naam te
noemen of een persoonlijke aan
duiding te geven, loopt ge vrij van
beleediging! Onze wet is nu een
maal zoo, en de schandaalcolpor
teurs en schotschriftschrijvers weten
precies hoever ze gaan kunnen!
En dan gaan ze juist zoovèr, als
mogelijk is.
Op den inhoud van hun vieze
blaadjes zijn ze dus meestal niet
te pakken.
Men zou ze misschien van bedrog
kunnen beschuldigen, omdat bet
publiek, dat door 't voorbedachte-
iijk-veelbelovend geroep aangelokt
wordt zoo'n blaadje te koopen, altijd
bedrogen uitkomt. Want wat hate
lijkheden tegen godsdienst en pries
ters, wat godslasteringen en belee
digingen van den Allerhoogste zijn
dan toch bijna niemand 't geld
waard dat ervoor moet worden ge
offerd. Bedrogen komt men dus uit!
Maar wie zich zoo bij den neus
liet nemen, kon dat te voren best
vermoeden, en dus loopen de
schandaalcolporteurs ook in dit op
zicht weer vrij.
Toch mocht van overheidswege
wel eens paal en perk gesteld wor
den aan dit ergerlijk bedrijf, dat
duizenden in hun heiligste gevoelens
grieft en dat men zich nu maar moet
laten welgevallen op de openbare
straat.
Wij waren er Zaterdagavond nog
zelf getuigen van hoe een der schan
daalcolporteurs achter een onzer
Priester? meeliep, met luider stemme
z'nsmerige pamfletjes uitkramend op
de meest-beleedigende wijze!
Moet dit alles zoo voortduren
Hier althans is een middel tegen,
en wij hopen dat de Haarlemsche
gemeenteraad daartoe eens zal
overgaan, dat althans onze Katho
lieke raadsleden hun uiterste best
zullen doen, om dat middel toe te
passen.
Het is eenvoudig 't samenstellen
van een bepaling, waarbij het
luid-op aankondigingen of aanprij
zen van gedrukte of geschreven
boekjes, pamfletten of geschriften,
verboden wordt zonder toestemming
van den burgemeester.
Wij kunnen er natuurlijk zeker
van zijn, dat geen burgemeester
het luide colporteeren met deze
ergelijke schotschriften zal toestaan.
En daarmede is den schandaal
colporteurs hun grootste voordeel
ontnomen: juist door dat luide-uit-
sclireeuwen van hun gemeene ge-
schriftjes wekken ze op straat de
verontwaardiging, in ieder geval
de aandacht van 't publiek. En daar
is het hun om te doen.
Ontneem hun dit middel, en de
schandaalcolportage zal haar eigen
dood wel sterven!
De Raad kan op deze wijze een
goed werk doen.
Elders is het gebleken,'proefhou
dend te zijn, dat kan ook hier te
Haarlem zoo worden.
En wij hopen dat onze Roomsclie
en Christelijke raadsleden, die on
getwijfeld ook wel eens met de er
gerlij kinden der schandaalcolpor
tage in het centrum der stad hebben
kennis gemaakt, ons denkbeeld eens
zullen overwegen, en ernaar han
delen bij voorkomende gelegenheid
Wairlijk, 't is noodig!
Want de schandaalcolportage
neemt al brutaler toe
Daar is bovendien in onze stad
in den laatsten tijd nog méér op
dit gebied los.
De opleving der Katholieke actie
in Haarlem is in de laatste maan
den niet te miskennen, dat
schijnt mee te brengen dat ook de
anticlericale actie van li iren kant
zich grimmiger uit.
Zoo worden we voortdurend en
herhaaldelijk begunstigd met aller
lei pamfletjes in onze brievenbussen,
die niet meer of minder prediken
daner is geen God
Vooral bij de Katholieken worden
die schotschriftjes bezorgd, en het is
nu maar goed om dat eens openlijk
te zeggen, opdat onze Roorasche
huisvaders eu huismoeders waken
kunnen.
Voor wie eenigszins zijn verstand
gebruiken, zijn die dwaze, onbenul
lige, quasi-geleerde pamfletten nu
wel geen groot gevaar, want de
onzin ligt er duimen dik op.
Maar toch kunnen ze gevaar in
onervaren hoofdjes! En men zij dus
gewaarschuwd. Zalvende papiertjes
van „vrije denkers" en dergelijke
heeren verwijze men naar 't fornuis
of naar een andere plaats, waar ze
fragmentarisch toch nog dienst kun
nen doen!
Is het vreemd, als we ten op
zichte van het bovenstaande onzer
zijds weer eens terugkomen op de
noodzakelijkheid der katho
lieke Pers?
Dat mag men nu heeten een plei
ten voor eigen zaak, een oratio
pro domo: welnu, wij aanvaarden
dat woord!
Maar die zaak, die de onze is,
en die wij dienen, is tevens toch
óók de zaak der Katholiciteit, de
zaak der Kerk en van ons II. Ge
loof.
Eu -juist tegenover al die schot
schriften en schandaalcolportage,
tegenover de frivole pers van den
dag, tegenover neutraliteit en anti-
clerioalisme, in den regel één, te
genover het papieren gevaar,
om liet in een kort, maar teekenend
woord te zeggen, staat de Roomsclie
Pers, liepen ook vij te slaan!.
En daarom is de steun, die aan
de Katholieke Pers wordt gegeven,
niet alleen een goed werk, niet
alleen een daad van gehoorzaam
heid aan onze geestelijke overheid,
maar ook, en vooral, een daad van
Christelijken plicht jegens de Kerk,
jegens den naaste, en jegens ons
zelf!
Algemeen Overzicht
Omtrent Antwerpen en den
toestand daar raadplegen we liefst
het „Handelsblad van Antwerpen"
Want 't is een onuitwarbare
historie.
Zelfs de Antwerpsche bladen-
zelf verklaren, dat ze er geen gat
in zien.
Het genoemde blad schreef Za
terdagavond het volgende
VéCndaag (dat is dus Zaterdag)
wordt er veel minder aan de dok
ken gewerkt dan gisteren, iets waar
aan men zich natuurlijk niet ver
wachtte, aangezien men het tegen
deel voorzag, en, zoo men gisteren
de hoop koesterde dat toekomenden
Maandag de natiegasten algemeen
het werk zouden hernemen, men
moet vandaag die hoop weeral op
geven, want in plaats van herneming
voorziet men nu voor Maandag
weer volledige neerlegging van alle
werk aan de dokken.
Wij hebben met verschillende
aatiebazen en dekens gesproken,
en allen moesten ons bekennen dat
er vandaag door minder ploegen
gewerkt werd dan gisteren.
Plet stakingscomiteit heeft ver
schillende strooibiljetten gedrukt en
laten uitdeeleu, waarin aan de na
tiegasten wordt aangeraden het
werk niet te hernemen, omdat de
natiën hunne eischen niet willen
inwilligen.
Er wordt dan nog wat geschermd
met den „stempel des verraards
op het voorhoofd van allen die
werken", en dit is genoeg om sef-
sens een lieele partij mannen van
het werk te weerhouden.
En zooals liet met de natiegasten
gaat. zoo gaat het ook met de buil-
dragers en kooldragersvandaag
wordt er veel minder gewerkt en
Maandag zal vermoedelijk nog
minder gewerkt worden.
De ontroering zal niet tot beda-
ring komen door een omzendbrief,
op bevel van den minister van
spoorwegen door den lieer statie
overste der Handelsstatie verzonden
aan de hoofden der Antwerpsche
handelshuizen
Die „omzendbrief", die het blad
vermeldt, houdt in, dat de spoorwe
gen zicli zich zullen genoodzaakt
zien, liooge bedragen te vorderen
van de huur der wagens, die nu
maar volgepropt met goederen on
afgeladen blijven staan.
Er zijn haast geen goederenwagens
meer in voorraad!
De handel krijgt dan ook een
ontzaglijken schokverscheidene
handelshuizen van Antwerpen heb
ben reeds uit het binnen- of het
buitenland bericht ontvangen, dat
alle verzendingen naar Antwerpen
worden gestaakt
Hoe zal dat nog atloopen
Diezelfde vraag, maar op een
heel andere manier, stelt prins
von Biilow, de Duitsche rijks
kanselier, zich ongetwijfeld, als liij
vooruitziet naar de komende Rijks
dagszittingen.
In zijn zomervacantie op Norder-
ney heeft von Bülow druk gecon
fereerd met de leiders van 't anti
clericale „bloc" de pastijen, die
tegen het Centrum gestemd zijn.
Een allerzonderlingst allegaartje:
de vrij-conservatieve afgevaardigde
Kamp, de antisemitische Liebermann
von Sonnenberg, de nationaal-libe-
rale leider Bassermann, de vrijzin
nigen Schmidt-Elberfeld en Kampf,
de leider der Zuidduitsche volks
partij Yon Payer en de liberale
afgevaardigde Schrader zijn achter
eenvolgens de gasten van den kan
selier geweest te hebben met hem
gesproken over de mogelijkheid en
wenschelijkheid van een conserva-
titf-liberale combinatie die tegen liet
centrum en de sociaal-democraten
gericht moet zijn.
De socialisten zijn in Duitscliland
„staatsgefahrlich" en niet zoo ge
lukkig als hier, waar ze zoo goed
als regeeringspartij geworden zijn
en den heer Borgesius c.s. moeten
helpen om op het kussen te blij ven
zitten
En de Centrumspartij is ook in
den ban, dat weet men.»
Maar nu zit von Bülow ermee!
Want tegen centrum en socialis
ten zich verklaren, kan hij niet
anders dan door alle andere paar
den voor z'n wagen te spannen, al
willen die ook ieder 'n eigen kant
uit.
Edoch, nóch de conservatieven zijn
bevredigd, nóch de liberalen!
De conservatieve leiders hebben den
kanselier te verstaan gegeven, dat
zij niei willen bloeden ten voordeele
der liberalenen de liberalen hebben
verteld, dat zij hun „vrijzinnigheid"
allerminst willen opofferen aan die
weinige heeren jonkers, die de
conservatieve partij vormen!....
Dat wordt wat mooi's voor Bü
low.
't Centrum, de partij die princi
pieel tegen de „staatsgefahrliche"
socialisten overstaat, kijkt rustig toe
bij dien twist.
Bij het centrum zal de regeering
toch ten slotte weer moeten komen
want de centrumspartij is ook het
centrum van orde en rust en poli
tieke eenheid.
Maar.... dat wordt dan von Bülow's
val! Want Bülow is te ver gegaan,
om nog weer goede vrienden
te worden met het Centrum!
Onze geloofsgenooten in I uitsch-
land kunnen rustig toezien, en de
eerstvolgende weken beloven merk
waardige gebeurtenissen op te leve-
veren op politiek gebied bij onze
Oostelijke naburen.
Marokko is ook nog troef in
de buitenlandsche zaken.
Generaal Drude's goedgeslaagd
tocht naar Taddert is natuurlijk
nog het voornaamste. En het feit
dat de om Casablanca gelegerde
Marokkanen wegtrekken naar het
binnenland en een hernieuwd ver
zoek om wapenstilstand hebben
gedaan, doet sommige Fransche
dagbladen al juichen over „gebro
ken verzet."
De correspondent van den „Fi
garo" waarschuwt daarentegen voor
te spoedige gerustheid„menmeene
niet", zegt hij, „dat de campagne
is afgeloopen."
De telegrammen uit verschillende
kustplaatsen doen zien dat de be
volking uiterst verdeeld is tusschen
de twee sultanswanneer, zoo seint
men uit Mazagan, die stemming
van verdeeldheid door een gelijk
tijdig vertrek der twee sultans naar
de heilige plaatsen werd opgezweept
tot fanatieke twisten, konden de
Europeanen daar wel eens het
slachtoffer van worden!
De beweging ten gunste van
Moeley Hafid, schijnt echter te
minderen. Wel zijn enkele voorname
kaïds hem nog steeds trouw, maar
de geestdrift der bewoners van
Marakesj is heel wat bekoeld, nu
zij bemerken, dat de pretendent
sultan nog meer belasting van hen
vordert dan de echte
Abd'el Azis is al vertrokken naar
Rabat, zoo seint Reuter. Dus daar
komt spoedig waf meer van te
hooren.
Over de verhouding der Euro-
peesche mogendheden en Marokko
hooren we een zeer merkwaardige
uiting van de Spanjaarden, die
dezer houding zeer juist en typisch
toelicht.
Het officieuseblad „Epoca" schrijft
namelijk dat men in Marokko te
doen heeft met twee van elkander
gescheiden acties, nl. met. een ver
geldingsmaatregel, die alleen Frank
rijk aangaat, en verder met de
inrichting van den politiedienst,
waarbij Frankrijk en Spanje beide
belaitg hebben.
Spanje zal zich dan ook, wat een
inmenging betreft, geheel tot de
laatste actie beperken, zoo zegt dit
blad der regeering.
Nieuwtjes in drie regels.
Hofberichten.
H. M. de Koningin en Z. K. H.
de Prins der Nederlanden ziju Zater
dag aan het Hollandsche Spoorsta
tion te 's-Gravenliage uit Zeeland
teruggekeerd, luide toegejuicht door
tie honderden, die op de beide per
rons en op de luchtbrug over den
spoorweg het Koninklijke Echtpaar
wachtten.
De sluiting der Staten-Generaal.
In de vergaderzaal der Tweede
Kamer, waar reeds de Koninklijke
troon is aangebracht, geflankeerd
door de leeuwen in den Holland-
schen tuin, op gulden ko1 ommen,
met het oog op de opening der
Staten-Generaal op morgen, is Za
terdag de zitting der Staten-Generaal
gesloten. De voorzitter der Eerste
Kamer, de heer Schimmelpenninck
van der Oye, leidde in generaals
uniform de vereenigde zitting.
Voorts was er het vereenigd bureau
der Kamers, allen in ambtsgewaad,
eneen aantal leden der beide Kamers
tegenwoordig.
Even over drieën trad de minister
met de hem begeleidende commissie
van ontvangst en uitgeleide, de
heeren Bevers, Scholten, Eland,
Jansen, Van Deventer en Passtoors,
in ambtsgewaad (de heer Eland v;as
in generaalsuniform) de zaal binnen
en plaatste zich achter de minister
tafel vóór den troon, terwijl de
FEUILLETON.
EUWE HAARL
ABONNEMENTSPBIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem fl.20
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 130
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlijke nummers
1.65
0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Veto 16 regelsf0.60 (contant) f0.50
Elke regel meer0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie A contant.
Minister Rink heeft in naam van
H. M. Zaterdagmiddag de zitting der
Staten-Generaal gesloten.
Als gewoonlijk met een overzicht
van wat er in 't afgeloopen zittings
jaar werd tot stand gebracht.
Dit lijstje was ditmaal erg mager!
Het éénig-belangrijke was de her
ziening der wettelijke regeling van het
arbeidscontract... een van vorige re
geeringen overgenomen wetsontwerp,
waaronder dit Kabinet nu z'jn naam
mocht zetten.
Van eenig belangrijk wetsontwerp,
Uoor deze Regeering zelve samenge
steld, ingediend en verdedigd, geen
spoor I
Niets dan kleine herzieningen, ver
beteringen, nadere regelingen 1
De opsomming van wat er g e d a a n
is, vergeleken met wat er op sociaal
gebied vooral te doe n is, is een ver
pletterende aanklacht èn tegen dit
Ministerie, èn tegen ons parlementair-
wetgevend systeem.
Tegen 't laatste, omdat zoo ontzag
lijk veel tijd met praten wordt ver
sleten, zonder nut.
Tegen 't ministerie echter in hoofd
zaak.
Want vergelijk daarmede eens, wat
Dr. Kuyper en zijn ministers in éón
jaar deden!
Ook op de Filippijnen is een anti-
Japansche beweging losgebroken. De
spanning is er heel groot.
Berlijn heeft op de jongste stede
lijke rekening over 1906 een bedrag
van 14 millioen mark batig saldo!
Roosevelt's schoonzoon Longe-
worth heeft verklaard, dat Roosevelt een
derde presidentskeuze zou aannemen.
Het keizerlijk jacht „Standart"
is nog niet vlot. De schade blijkt
hoogst ernstig te zijn.
(S'penaal voor dit blad bewerkt).
BOE LENDE ROMAN
uit den jongsfen Poolsclien vrijheidsstrijd.
Naar het Duitsch van
UERD. VON OSTEN.
19)
Jegor en Tliaddeus hadden hun man
nen ver van liet slagveld weggevoerd.
Evenals vroeger in zijn jeugd, was Thad-
deus ook nu hier de verrader van zijn
vriend Roman geworden. Toen werd hij
gedreven door hebzucht, door zucht
naar het leven van vermaak, dat hij groo-
tendeels door den jongen graaf had leeren
kennen. Maar toen had hij zich ten
minste niet gevangen laten nemen;
men meende toen, dat hij, evenals de
andere samenzweerders, gevangen zat.
Daardoor vertrouwden zijn landslieden
hein later weer. Aan den tegenwoordigen
opstand had hij liever niet deelgenomen,
maar de bloedverwanten zijner vrouw,
met wie bij niet in onmin wilde gera
ken, dreven hem er toe. Maar evenals
Jegor, vocht hij hij de opstandelingen
onder een aangenomen naam, ten einde
zijn goederen niet verbeurd verklaard te
zien. Deze list bleek echter in beide ge-
gevallen vergeefsch, en liet was nu de
hoogste tijd om zich met de regeering,
aan wier omverwerping immers toch niet
te denken viel, te verzoenen. En welke
betere gelegenheid zou hij daartoe vinden
dan zijn makkers over te leveren aan de
Russen
En Jegor hoe had hij ooit betere
wraak kunnen nemen op Roman en Leo-
kadia! Toch gevoelde hij althans wroe
ging, vooral omdat hij, door machtige
vrienden geholpen, spoedig de gunst der
regeering herkregen had, maar daar
mee ook voorgoed de verachting zijner
landgeneoten over zich had afgetrokken.
Roman is huiten alle verwachting ge
lukkig aan zijn vijanden ontkomen. Zijn
getrouwen hebben hein op hun schou
ders weggedragen, totdat hij weer in staat
was, door twee zijner mannen gesteund,
te loopen. Langs paden, die soms een
halven meter onder water stonden, voerde
Bogdan de weinige geredden door het
moeras heen naar een klein huis, schil
derachtig op een hoogte gelegen midden
in het woud. Inwendig was het gemeu
bileerd met een weelderigheid, die men
daar in de wildernis allerminst verwacht
zou hebben. Maar alles was verwaarloosd
en bedorven, meer door onzindelijkheid
dan door den tand des tijds.
Voor Roman en zijn gezellen was daar
al gauw een kamer behoorlijk ingericht.
Maar het ontbrak aan levensmiddelen,
ofschoon de vermoeienis.toch noggrooter
was dan de behoefte aan voedsel. Bogdan
stond te jammeren, dat hij den generaal
niets dan een glas water kon aanbieden.
Sieniawski troostte hem met de verzeke
ring, dat het hem in vroeger dagen zelfs
wel aan drinkwater ontbroken had.
„Aan wien behoort dit huis, en hoe
komt men hier aan die kostbare inrich
ting?"
„De eigenares is een weduwe, die we
gens zwakte hier in de wildernis niet
leven kon en naar de stad verhuisde,
maar voor het huis midden in het bosch
geen kooper kon vinden."
De doodelijk vermoeide vluchtelingen
legden zich voor eenige uren terru'ste, om
daarna de vlucht te hervatten. Voorloo-
pig was er van de Russen niets te vree
zen. Wel had men een wacht uitgezet,
maar ook deze werden spoedig door den
slaap overmand.
Alleen Roman kon, trots de groote ver
moeienis en het bloedverlies, den slaap
maar niet vatten. De slordig verbonden
schouderwond deed hem geweldig pijn
en meer nog pijnigden hem de gedachten
aan de sombere toekomst des vaderlands
en aan den noodlottige» dag, die achter
hem lag.
De wondkoorts begon hem verzwakken,
en koortsfantasieën vervulden zijn brein.
Hij sloot de oogen en wilde niets meer
zien, doch alleen slapen. Het ging niet.
Het gedonder van het geschut, de smart
kreten der gewonden en het rochelen der
stervenden klonk hem voortdurend in de
ooren.
Dan weer verscheen Leokadia's beeld
voor zijn geest en wilde hij de armen
naar haar uitstrekken, maar dan werd
hij op gevoelige'wijz i aan zijn schouder-
wond herinnerd. Zij verdween echter ook
dadelijk weer, het vaandel met den wit
ten adelaar zwaaiend.
Hij moest toch ingesluimerd zijn, want
opeens werd hij met een schok wakker.
Toen hij de oogen opende, stortte juist
de tafel met een vreeselijk gekraak om
en een vreeselijk geraas en getier volgde.
Bogdan zonk onder de slagen van ver
scheidene soldaten op den drempel der
kamer neer, waarvan hij den toegang tot
zijn laatsten ademtocht verdedigde. Slechts
over zijn lijk drongen zij binnen.
Do koortsbeelden waren plotseling ver
dwenen en Roman sprong op. De linker
hand greep naar de sabel, die de rechter
niet meer de kracht had te voeren, tever
geefs spoedig' was hij door de vijanden
overmand, hij en zijn gezellen, enkelen
uitgezonderd, wien het gelukte te ont
vluchten. De Russen wilden hem de ar
men op den rug binden, ofschoon hij den
rechterarm in een doek droeg en de
schouder sterk gezwollen was. Hij pro
testeerde tevergeefs tot een officier
binnentrad.
„Het is werkelijk Sieniawski," nep
deze uit en haastte zich de noodelooze
wreedheid te verbieden. Hij beschouwde
Roman medelijdend en met de achting,
die de dappere steeds tegenover een dap
pere gevoelt, al is deze ook een over
wonnen vijand, ja zelfs een rebel.
Een half dronken vrouw stak het hoofd
naar binnen. „Welnu, heer overste, heb
ik u niet goed den weg gewezen Ja, .k
ben hun heel goed bekend."
De officier keerde haar verachtelijk den
rug toe en ging naar zijn mannen, die
het huis doorzochten.
„Ik moet dien goeden lieer Sieniawski
toch nog eens zien!" riep de vrouw in
het Poolsch.
Zij giggelde en keek hem onbeschaamd
in het gelaat.
Roman stond op en keek haar vol
waardigheid aan.
Was er dan werkelijk een menschelijk
wezen zoo laag gezonken om hem in zijn
ongeluk te beschimpen!
Hij had vewaeht, dat zij den blik be
schaamd terneer zou slaan, niet dat zij
als gebroken ter aarde zinken zou en hem
met stijgende ontzetting zou aanstaren.
Zij wrong de handen, rukte zich de haren
uit het hoofd, wentelde zich als vertwü-
felend over den grond en brak in de
vreeselijkste vervloekingen tegen zich
zelf uit.
„Sieniawski, is het Sieniawski!" riep zij
uit. „Roman Sieniawski! snikte zij.
De solda'en, die ter bewaking van den
opstandelingen-aanvoerder in de kamer
waren gebleven, barstten in een schater
lach uit.
„Ik ben gewond en lijd zwaar, gun mij
ten minste de enkele oogenblikken rust,
die ik nog heb," sprak Roman tot de
vrouw.
Zij luisterde naar zijn stem eu snikte
toen: „O heer Roman,'lieer Roman, kent
ge mij dan niet meer?"
Citvorschend keek hij in. het verwion-
gen gelaat en naar de woest rollende, als
in waanzin flikkerende oogen. Ze kwam
hem nu weer eigenaardig bekend voor,
die vrouwengestalte daar aan zijn voeten.
Waar kon bij haar gezien hebben?
Op haar knieën sleepte ze zich tot vlak
voor zijn voeten en fluisterde haar naam.
Hij deinsde terug. Kon het mogelijk
zij n Was ddt Anka, de Anka zijner jeugd,
zijn ideaal van schoonheid en deugd?
Slot volgt.)