V. H. J. TROUPIN F. DUIJN. Grafmonumenten. Voor onze Dames Voor onze Jeugd. Advertentiën. Nieuwe gracht 48, Telefoonnummer 564. ÏÜBeuheHmakerij - Sfoffeerderij. Jansstraat 31, Haarlem. Priestley lichtte overal met de lantaarn rond, om de oorzaak van dit geluid uit te vinden; kon echter niets gewaar worden. Er ging hem een rilling door de leden en met groote inspanning overreedde hij zich zelf om weer aan 't werk te gaan* Nog dichter hield hij toen de brandende kaars bij zijn gezicht. Nauwelijks echter had hij den beitel weer op den steen gezet of ten derden male klonk de vreemd- klinkende waarschuwing. Nu werd het hem toch te machtig. Verschrikt liep hij de kerk uit en met knikkende knieën bereikte hij zijn woning. Toen hij zich te bed had begeven, was het hem onmoge lijk te slapen. Vergeefs vroeg hem zijn vrouw naar de oorzaak van zijn onrust. Hij kon er maar niet toe komen, haar zijn avontuur te vertellen. Eerst den volgenden morgen, toen hij, nog, heelemaal van streek, voor den spiegel ging staan, om zijn kunstenaarslokken uit te kammen, bemerkte hij de oorzaak van het vreemde geluid, de eene zijde van zijn mooien haardos was totaal verbrand. Franklin over het schaken. Benjamin Franklin schreef inder tijd met zeer veel ingenomenheid over het schaakspel, dat toen juist, in Noord-Amerika algemeen begon te worden. „Het is," zeide hij, „het oudste en meest algemeen verspreide spel ter wereld. Zijn oorsprong is bui ten heugenis der historie. Het is, tallooze eeuwen lang, een uitspan ning geweest voor al de beschaafde volken van Azië, voor de Perzen, de Indiërs en deJChineezen. Europa kende het meer dan duizend jaren. Het is zoo belangwekkend op zich zelf, dat het den prikkel van winst niet behoeft, en daarom wordt het ook nooit om geld gespeeld. Het schaakspel is niet maar een ijdel vermaak. Er worden eenige zeer kostelijke eigenschappen van den geest, die goed te pas komen in dit menschelijk leven, door dit spel verworven of dermate versterkt, dat zij tot gewoonten en bij alle gelegenheden dienst kunnen doen. Want het leven is een soort van schaakspel, waarin wij punten moe ten winnen, te doen hebben met mededingers of tegenstanders, en waarin zeer verschillende goede en kwade feiten voorkomen, die, in zeker opzicht, het gevolg zijn van ons beleid of ons gebrek aan be leid. Door schaken leeren wij le Overleg. Wij zien een wei nig vooruit en overwegen de gevol gen, welke de een of andere zet kan hebben. Telkens vraagt de spe- lei zich af, als ik dit stuk verzet, wat zal dan voortvloeien uit mijne nieuwe positie? Welk gebruik kan mijne tegenpartij daarvan maken Welke andere zetten kan ik doen om mij te verdedigen tegen zijne aanvallen 2e Oplettendheid. Men over ziet het geheele schaakbord of ter rein der actiede verhouding der verschillende stukken en toestanden, de gevaren, waaraan die blootstaan, de wijze, waarop ze elkander kun nen helpen, de kans dat de tegen partij dezen of dien zet zal doen, dit of dat stuk zal aanvallen, en de wijze, waarop men dit voorkomen of de gevolgen ervan in het nadeel van de tegenpartij kan keeren. „3e. Voorzichtigheid, zoodat men niet te snel tot een of anderen zet overgaat. Daaraan gewent men zich het best door stipt de regels van het spel in acht te nemen„als gij een stuk aanraakt, moet gij het verzetten; als gij er een neerzet, moet gij het onveranderd laten staan." Door het inaclitnemen van die regels wordt het spel nog meer een beeld van het menschelijk le ven, en vooral ook van den oor log. Daar kan men, door onvoor zichtigheid in eene slechte, gevaar lijke positie geraakt, ook geen verlof van den vijand bekomen om zijne troepen terug te trekken en die in eene veilige positie te brengenmen moet al de gevolgen zijner onbezonnenheid dragen. Ten slotte leeren wij door schaken ons tot gewoonte maken niet ont moedigd te zijn, als de stand onzer zaken er voor 't oogenblik slecht uitziet, maar op een gunstige -ver andering te hopen en naar midde len tot verbetering te blijven zoe ken* Het spel is zoo vol afwisse lende kansen; het geluk kan zoo plotseling een keer nemen, en men ontdekt zoo vaak, na lang overpein zen, op een*» een middel om uit een schijnbaar onoverkomelijke moeilijkheid te geraken, dat men moed behoeft, om tot het laatst toe voort te gaan, in de hoop door eigen bekwaamheid te overwinnen, of althans vol te houden, in af wachting van eene kans ten goede door onachtzaamheid van de tegen partij." Franklin besluit met verscheide ne goede r ladgevingen aan schaak spelers, o. a. zich streng aan de regels van het spel houden en aan de afspraken daaromtrentde tegen partij, als die langzaam is in het doen van een zet, niet haasten en geenerlei teeken van ongeduld ge ven; niet veinzen de kans op win nen verkeken te achten met het doel de tegenpartij onachtzamer te maken; geen blijdschap over de overwinning te kennen geven enz. En de toeschouwers vermaant hij volkomen te zwijgen, terwijl de anderen spelen. Raad geven is er gerlijk voor beide partijenvoor de eene, omdat ze daardoor het spel kan verliezen, voor de andere, omdat ze daardoor het genoegen mist bij eenig nadenken zelf op den inval te komen. Motorspirit! Daar kwam iemand op 'n motor car door den polder. We namen geen notitie van 'm. We zien iederen dag stofopwaaiers en stinkos. Zoo'n onnoozel tweewielertje van '11 paar- dekracht of anderhalf is ons steeds te min. Maar de motorist nam zelf notitie van z'n karretjes. D'r leek wel iets aan te haperen, maar hij kon niet zeggen wat. Hij had geen verstand van machines. De inhoud van 'n motor was latijn voor 'm. 'n Zuigeling die moederziel alleen uit rijden is op 'n olifant had min stens*,net zooveel begrip van z'n rijdier als hij van die fiets. Einde lijk kwam ie echter op het lumi- neuse idee dat z'n car misschien den geeuwhonger had en dat dus 'n nieuwe voorraad benzine 't ijzeren beest goed zou doen. We zijn zeer geavanceerd bij ons in den polder. We verkoopen lamp olie en petroleum en zelfs levertraan, 'n Benzinedepoi hebben we echter nog niet. Misschien zou je voor 'n stuiver benzine tegelijk kunnen krijgen, precies genoeg om 'n vlek uit je smoking, neen, zoover zijn we ook nog niet, ik bedoel uit je Zondagsche jas te verwijderen. Ve - der is er geen vraag naar dit artikel. De motorman kon dus geen benzine machtig worden. Motoristen zijn evenwel enorm gladde lui over 't, algemeen. Deze motorist was al heel extra-glad. Hij vroeg of er dan geen motorspiritus te krijgen was. Nou motorspirit is een artikel dat we wel hadden, 't Res .rvoir werd volgegoten en de motorist voelde zich heerlijk opgelucht. Tobben is niet aangenaam. Hij nam '11 sierlijk aanloopje, sprong op 't karretje, maar dat lamme instrument scheen minder opgelucht door den nieuwen voor raad Vleutenschen motorspirit, 't Ding pufte en zuchtte alsof hem de spiritus wat zwaar in de maag lag, doch wilde z'n heer en meester niet ineer verder kilometeren. Er haperde dus tóch nog wat aan. Goeie hemel, zuchtte de motorman, was er maar 'n reparateur in de buurt." In onzen polder kennen we we! nagenoeg alles, doch de geheim zinnigheden van motoringewanden gaan voorloopig nog boven onzen schreef, 'n Goedhartige winkelier wist echter raad. „Mijnheer, zei die, loop met je stoomfiets maar naar 't kasteel De Haar. Daar houen ze d'r '11 mecanicien op na, die d'r verstand van heeft. Misschien zou die je wel uit den brand willen helpen." Motorist af. 't Was'.1 heele sjouw Veertig minuten lang 'n stuk of wat werkelooze paardekrachten te moeten voortduwen is geen baantje voor een hulpbehoevenden motorist. Maar hij kwam er toch en de vriendelijke mecanicien kreeg on middellijk 'n diep medelijden met den beklagenswaardigen motorman. Het was 'n volbloed mecanicien, een die opleeft bij 'n kapotte ma chine, als een veearts bij '11 ziek paard, en 't kan dus ook wel zijn dat z'n medelijden de fiets gold. In 'n ommezien had deze barmhartige motorsamaritaan handig en vlug de machine onderzocht, maar z'n ge oefende oogen en beweeglijke vin geren ontdekten geen enkel gebrek. De motor wou heelemaal niet. Me canicien opgewonden verklaarde dat ie zich door zoo'n stomme machine niet wou laten ringelooren. Hij zou 'm in orde krijgen al moest 't ook den heelen dag en de volgenden nacht duren. Motorist down bij dat pleizierige vooruitzicht Mecanicien opnieuw aan den gang maar kon niemendal vinden. „Heb u ook onderweg aan de motor ge peuterd of gerommeld?" vroeg ie eindelijk. „Neen, zei de motorman ik heb nog nooit '11 schroeven draaier in m'n handen gehad". „Onbegrijpelijk, verklaarde de me canicien beslist, u móét iets gedaan hebben." „Ik heb ook iets gedaan,zegt de motorman bedeesd voor den gloei enden mecanicien, ik heb 'm ge vuld." „Gevuld," roept de mecani cien en z'n vingers hadden 't reservoir al te pakken. En met 'n vernietigenden blik vraagt ie„Wat heb u d'r ir. gedaan?" „Wel, zegt de ander 'n beetje onzekermotor spirit." „Ze hebbenje brandspiritus in je handen gestopt man", smaalt de mecanicien, ,,'t Is geen wonder, dat je machine 't ver Motorman kreeg 'n scheutje ben zine mee en kilometerde naar huis. Mode. Mijn praatje over corsetten is in den smaak gevallen. Het blijkt me althans uit de tien of twaalf briefjes die lezeressen van de N i e u- we Haarlem sc li e Courant me hebben doen toekomen, maak ik dat op dat de opinie die ik mededeelde aangaande het gebruik van het corset, zoo ongeveer de algemeen e opinie is van onze Hol- landsche dames. Dat doet me pleizier. Geen m i s- bruik, maar een goed gebruik van het corset als steunpunt voor de andere kleeding, blijkt me het ware. En verschillende dames deelden mij mede dat ze tot hun genoegen hadden gezien, dat ik nu de mode en kleeding in mijn wekelijksche brieven aan onze Nieuwe Haar 1. Courant wil behandelen. Zij vroe gen mij daarmede door te gaan. Eu dat doe ik gaarne. Om daarmede te beginnen wensch ik voor heden eerst in dit briefje te beantwoorden de vraag van mej. A. B. die mij een antwoord verzoekt hierop: „Is de Fransclie of de En- gelsche mode van dameskleeding voor ons land en onze vrouwen de meest navolgenswaardige?" Waarde mejuffrouw, het gaat ge makkelijker zoo'n vraag te doen, dan baar te beantwoorden! Eén diug is zeker: ouder de mode-koninginnen verliest deFran- sche mode in de laatste jaren ont zaglijk veel terrein en de EDgelsche mode wint daartegenover zeer! De Fransche dames, die de mode daar aangeven, gaan toch al te zeer over naar het onnatuurlijke, en men waant dentijdder„incroyables", maar nu van vrouwelijk geslacht, terug als men b. v. op de courses het Bois de Boulogne die alleron mogelijkste vormen ziet van hoeden, haardracht en mantilles, die in den laatsten tijd den vorm der Fransche damesmode aangever. De Engelscben zijn practischer. Het echte tailor-made costuum is de grondslag der Engelsche klee- diug en blijft dat ook dit seizoen. Daartegenover zijn de losse mantels zeer wijd en met verschillende trap pen of mantilles voorzien, en is vooral kant tegenwoordig een aller eerste mode op deze losse mantels die echter alleen 's avonds over gala japon of bij minder goed weer als stof- of regenmantel worden gedra gen. Ik voor mij prefereer deze En gelsche mode boven de Fransche van het oogenblik. De modekleur vroeg mij mejuf frouw van K. Voor zijde is die nog steeds lila. Voor japonnen en costuums zal men dezen winter veel geruite stof fen zien scherpe tegenstellingen in de kleuren 't liefst, als b.v. rood en groen, blauw en geel, doch daar overheen een doorwerking van weer andere kleuren die dekken en die de hoofdkleuren completeeren. Ho mespun in de fijnste kwaliteit en laken zijn en blijven de haute chic. Chic zijn ook de dierenkoppen, die een poos uit de mode waren. Bont zal men van/len winter in Londen en Parijs weer veel zien van dierenkoppen. Zelfs moffen met die renkoppen zullen er komen: en daarbij zal het zeer modieus wezen als die koppen zoo natuurlijk moge lijk zijn Jnagemaakt met glazen pun tige echte tanden enz. De uitersten van deze mode vol gen natuurlijk ook al, en zoo heb ik onlangs in Londen fantasietasch- jes gezien, die van den kop van een krokodil, een tijger of een aap waren vervaardigd en die aan de voorzijde den heelen kop van zoo'n beest, met tanden, oogen en al, lieten zien In den trant hiervan zijn taschjes van rattenvellen, die „versierd" zijn met twee of drie rattenkopjes, de oogjes glinsterend en de tandjes scherp gepunt! Doch dat alles zijn de ultra's van de Mode Marie. Mijn Brievenbus, Verschillende dames heb ik in het bovenstaande al beantwoord of hun verzoek nagekomen. Mej. B. B. zij gemeld dat ik geen recept kan geven voor asperges met wijnsaus. Mijn geheugen zegt me niet, dat ik ooit van deze com binatie gehoord heb, dus weet ik ook niet of er witte dan wel roode wijn bij gebruikt moet worden. Mej. C. L. zij opmerkzaam ge maakt, dat mijn adres a 1 n is bij de Redactie van de „Nieuwe H a a r 1. Ct." Ik heb reden om mijn naam althans voorloopig nog onder een schermpje te houden. Maar ik sta er u borg voor dat brieven, waarop „aan Maria" en het adres der Redactie staat, of „Aan de schrijfster der Rubriek over Dames' in de „N. Haarl. Courant", ongeopend in mijn handen komen! Maria. Oplossingen van de vorige week: 1. Alkmaar, Helmond. 2. De letter d. 3. Kozijn, dozijn, rozijn. 4. Beverwijk. 5. Melk-klem. t>. Adrianopel. 1. Wie kan van tien elf maken door er vijf af te nemen? Da's nog eens een rekento'er van het eerste water, he 2. Mijn eerste deel is een muziek instrument, dat de soldaten veel gebruikenmijn tweede deel dragen bijna alle jongens. Mijn geheel is ook een muziekinstrument. Wie ben ik? 3. Ik ben de naam van een be roemden schilder, in Haarlem en omstreken wolbekend Mijn eerste deel is een jongensnaam, mijn tweede een lichaamsdeel. Wie ben ik? 4. Ik ben een muziekinstrument, mijn naam bestaat uit 9 letters. Een 1, 2, 3, 5, 4 is ook een mu ziekinstrument. P>, 5, 4 is een verkorte jongens naam. In een 7, 8, 9 worden misdadigers gevangen gezet. Wie ben ik 5. Ik ben een soldaat, maar geen heel voorname. 1, 2, 3 is een jongensnaam. Kwajongens klimmen wel eens in 4, 7, 8, 9. Niet plezierig is het, als je een 4, 5, (5 krijgt. Wie ben ik? 6. Wie kan uit onderstaande let ters de namen van drie beroemde generaals vinden? aaaabceeehilnn n n r r s t u. 7. Wie kan dit lezen m 1 i w n o i n e e e e w i r t t h o 0 voelen 8. Wat zou dit nu wel moeten beteekenen d d d g g g d w d g g d d d g g g 9. Mijn eerste deel is een klein lichaamsdeeltje, mijn tweede is een wieltje, mijn derde is een vervoer middel. Mijn geheel is een trein, die tegen de bergen op klimt. 10. vin gaat ding rijkdom Wat moet dit beduiden? 11. Zoek uit onderstaande letters den naam van een bekende straat te Haarlem. kwaaalecyprtttrso m n d. 12. Een geneesheer zeide aan een zieke dat hij moest gebruiken de kop van een paling, het binnenste van een kip en de staart van een nachtegaal. Wat moest die patiënt gebruiken De beide laatste zijn ingezonden door twee van onze jonge lezers. 59. Woonplaats Maerten van Heemskerkstraat 59. CORN. RIJS, Huis- en Decoratieschilder. 24. We r k p I a a t s Kinderhuissingel 24. STEENHOUWER IJ, voorhanden ruime Keuze Atelier voor vervaardiging van meubelen in antiek en moderne stijl. Restaureeren van oudheden. J- J- J- J- BEVEELT ZICH OOK BELEEFD AAN VOOR VERHUIZINGEN EN TRANSPORTEN. ALLE VOORKOMENDE REPARATIEN. 4%.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1907 | | pagina 6