DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
H. VAD DEN BERD.
GEBROKEN TROTS.
r
Verkiezing voor de
Provinciale Staten.
BINNENLAND.
Kinderhuisvest 31-33, Haarlem
BUITENLAND.
DONDERDAC 17 OCTOBER 1907.
No. 6713, 32*<* Jaargang.
Bureaux van Redactie en Administratie:
Interc. Telefoonnummer 1426.
Met aandrang noodigen Luij
alle kiezers uit, bij de a. s.
uerkiezing uan een lid der Pro-
uinciale Staten op Vrijdag 25
dezer, hun stem uit te bren
gen op den candidaat der
Christelijke partijen, den heer
Algemeen Overzicht.
In Italië is nu 'proefondervin
delijk te aanschouwen, hoe het er
op de wereld uit zal zien, als
de socialisten meer nog dan nu in
vloed gaan krijgen op de groote
massa.
Het heele spoorwegverkeer, de
fabrieksnijverheid, de kranten, het
gasbedrijf, dat alles ligt in Noord-
Italiè overhoop, enkel en alleen
door den wil der vakvereenigingen.
De vakvereeniging, op zich zelve
een nuttige instelling en die veel
goeds kan doen, mits ze verzoening
op de eerste plaats in haar pro
gramma stelt, die vakvereeniging
in handen van politieke drijvers
of egoïstistische voormannen, brengt
de maatschappij in desorganisatie.
Italië bewijst dat te over.
De socialistische opruiers hebben
te Turijn de algemeene staking
uitgeroepen* nadat die te Milaan
hetzelfde deden.
Waarom?
Niet omdat ze iets wilden afdwin
gen of eischen.
Neen, alleen uit louter moedwill
Te Milaan was^ het "allereerst een
daad van weerwraak. De fabrikan
tenvereniging was er opgetreden
tegen enkele werkliedendat beviel
de socialistische leiders niet, en ze
kondigdeaf: werkstaking in alle
vakken!
En de domme] schapen deden
eraan mede.
Te Turijn liggen nu de leiders
der socialisten met die van Milaan
overhoop.
Geen mooiere gelegenheid dus
dan deze, om nu ook eens te toonen,
dat zij in Turijn óók macht over
de domme werklui hebben! En....
ze kondigden ook in Turijn de
algemeene slaking af!
Dat is nu mode géworden in
Noord-Italië.
Zijn de werklui ergens niet mee
tevreden, moeten ze een paar uur
overwerken, wordt er een wegge
zonden dan kondigt het bestuur
der vakvereeniging eenvoudig als
straf aan: „een dagen staken," ofwel
„twee dagen staken".,., en zoo ge
beurt.
Men begrijpt dat alle ordelijke en
ordelievende lieden langzamerhand
partij kiezen tegen die onverwerpers
der maatschappij.
De toestand wordt dan ook alge
meen als zeer ernstig genoemd, ook
door de regeeringsorganen, die
eischen, dat de regeering door
krachtige maatregelen, voor goed
een eind zal maken vooral aan de
plichtsverzaking der spoorwegamb
tenaren, op gevaar af van een nieuwe
algemeene staking.
De minister-president Giolitti
heeft zijn vacantie afgebroken en
kwam gisteren te Rome. Ook de
Minister van Justitie wordt uit Sicilië
verwacht.
De „Mattesia" eischt het bijeen
roepen der Kamers, opdat deze
Giolitti voor alle te nemen maat
regelen kunnen dekken.
De publieke opinie is algemeen
van oordeel, dat de toestand onhoud
baar is.
Zoo is het dan ook werkelijk,
als de vakvereeniging op dergelijke
wijze zijn invloed gaat misbruiken!
En waar het heen moet, als de
socialisten met hun persoonlijke
willekeur de massa gaan beheer-
èchen, wordt nu toch wel duidelijk
door dit alles aangetoond!
In Marokko wint de Fransche
invloed hoe langer hoe meer veld.
En wel door het groote middel,
dat overal en altijd de zwaarste
deuren heeft doen ontsluiten en de
grootste kwesties heeft opgelost en
wat krom is recht maakt en alles
kan in dit ondermaanschedoor
het geld.
De Sultan zit op zwart zaad.
Hij moet nu «optreden tegen
Moelai-Hafid, daarover zijn allen
het eens.
En er staat dan ook een legertje
van 2000, anderen zeggen zelfs
3500 man klaar om een expeditie
deor het Zuiden van Marokko te
ondernamen, maar.... de Sultan
heeft geen geld om dien tocht te
bekostigen
En zie nu eens, hoe lief hij gaat
worden tegen Frankrijk
Volgens de „Ternps" hebben
eenige ministers van den Sultan
verklaard, dat zij hoe langer hoe
minder achterdochtig zijn tegen
over Frankrijk en hoe laDger hoe
beter inzien, dat de Marokkaansche
regeering hand aan hand moet
gaan met de Fransche regeering.
Dit wijst er wel op dat er inder-
handelingen gaande zijn over een
voorschot van de Fransche regee
ring aan de Marokkaansche
Natuurlijk, met geld houdt Frank
rijk den Sultan het beste zoet.
De kwestie fe nu maar, wat kan
en wat mag de Sultan Frankrijk
aanbieden in ruil voor die hulp?
De Matin" deelt mede. dat de
Sultan aan Regnault aanbood, de
Marokkaansche havens door Frank
rijk te doen bezetten.
Dit bericht wordt van andere
zijde echter tegen gesproken. En
dat is duidelijk. Door de aanne
ming van een dergelijk voorstel
zou Frankrijk in flagranten strijd
komen met de Acte van Algeciras!
En dat zou Duitschland niet
kunnen dulden!
Hier zit immer de moeilijkheid,
dat Duitschland niet kan gedogen
dat Frankrijk verder gaat dan de
acte van Algeciras. Maar Frankrijk
wil steeds verder en de gebeurte
nissen leiden ertoe.
't Is een puzzle, dat zeiden we
al meer.
Eu 't zal te benieuwen staan, hoe
Frankrijk zich op waardige en be
vredigende wijze hieruit zal redden.
Boven spraken we van den strijd
tegen de socialistische vakvereeni
ging die in Italië wordt gestreden,
nu die vereenigingen de ordelijke
macht in de maatschappij zijn boven
het hoofd gegroeid.
In Duitschland in men wijzer,
de regeering neemt daar te voren
maatregelen om die vakvereenigin
gen, welke verstoring van orde en
vrede in het schild voeren, althans
onder haar eigen personeel te weren.
Naar het „Berliner Tageblatt,"
meldt, heeft de administratie der
Pruisische Staatsspoorwegen den
met haar in betrekking staanden
expediteurs aangezegd, dat zij hun
ne bedienden, voerlieden en arbei
ders, die lid zijn van het„Centraal-
verbond der arbeiders in den handel
en het verkeer," dienen te ontslaan,
zoo dezen hun lidmaatschap niet
opzeggen, en dat zij voortaan geen
personen, lid van dit Verbond, meer
in dienst moeten nemenDe spoor-
wergadministratie doet dit op grond,
dat genoemd verbond er op uit is,
den vrede tusschen het bestuur der
Staatsspoorwegen en het personeel
te verstoren. Natuurlijk wordt deze
wijze maatregel vau zelfdekking en
zelfbehoud door de socialisten direct
„schennis van het recht van ver-
eeniging" genoemd. En ook de
liberalen, die aan dat heilige huisje
niet komen durven, mompelen zoo
iets.
Maar in andere kringen juicht
men het toe, dat de regeering zoo
veel mogelijk zorgt, de orde en de
maatschappelijke tucht onder haar
personeel te bewaren, en de opruiers
verre houdt.
Als dit gepaard gaat met voort
durende zorg voor liet personeel en
steeds grootere maatregelen in het
belang daarvan (waarover de Prui
sische spoorwegambtenaren aller
minst kunnen klagen) dan i3 een
en ander niet anders dan verstan
dig te noemen!
De overeenkomst tusschen Oos
tenrijk en Hongarije, waarvan
we al alles hebben verteld, is gis
teren in de beide Kamers van
afgevaardigden dier beide landen
openbaar gemaakt.
In het Oostenrijksche Huis van
Afgevaardigden verklaarde de mi
nister-president, dat het vergelijk
weliswaar niet beantwoordt aan al
de Oostenrijksche verwachtingen,
maar er zijn geen Oostenrijksche
belangen opgeofferd en het verge
lijk is gelijkelijk voordeelig voor
beide landen. Overeenstemming op
economisch gebied beteekent kracht
voor de monarchie.
„Wij helpen" aldus ging de
ministerpresident voort „wij hel
pen den Europeesehen vrede waar
borgen, en hebben als factoren van
gelijken waarde deel in de besluiten,
die voor Europa van groot gewicht
zijn". De minister-president verzocht
het Huis spoedig een besluit te
nemen.
In hei Hongaarsche Huis van
Afgevaardigden wees de minister
president, Wekerlé, op de voordee-
len, die het vergelijk voor Honga
rije brengt: h(j rechtvaardigde de
aan Oostenrijk gedane concessie
wat betreft de verhooging van het
quotum vau Hongarije in de ge
meenschappelijke uitgaven: Honga
rije zal in de toekomst voortgaan
met in volkomen onafhankelijkheid
de vraagstukken van zijn interna
tionale handelspolitiek te regelen.
De tot standgekomen post- entele-
graafo vereen komsten zijn overwin
ningen voor de beide landen, zeide hij.
Het Huis van Afgevaardigden
bracht minister president Wekerlé
een langdurige ovatie, nadat deze
zijn verklaring had afgelegd bij 't
indienen van den tekst van het
vergelijk.
Evenals de tekst van dat stuk
heeft ook de indiening van het
ontwerp op de grondwettelijke waar
borgen diepen indruk gemaakt.
Men neemt aan dat het vergelijk
door de Oostenrijksche en Hongaar
sche parlementen zal worden aan
genomen.
Nieuwtjes in drie regels.
Moelai Hafid heeft nu zoo meldt
menwerkelijk den heiligen oorlog uit
geroepen tegen de Frauschen.
De afgevaardigden van Moelai Ha
fid zijn ook te Berlijn niet ontvangen. Ze
vingen bot, evenals in Londen.
De internationale scheepvaart-con
ferentie te houden heeft een comité in
gesteld tot verweer bij stakingen.
Iswolski, de Russische minister van
buitenlandschezaken,is alweer teParijs.
Hij onderhandelt druk met de regeering
De Fransche regeering zal een credit
van zes millioen francs aanvragen voor
de slachtoffers van de watersnooden.
Bebel, de Duitsche socialist, gaat een
reisje doen naar Amerika. Propaganda
van het woord natuurlijk
Het Koninklijk Echtpaar in
Mecklenburg.
H. M. Koningin Wilhelmina ver
wacht binnenkort den groothertog
en de groothertogiDg van Mecklen-
burg-Schwerin op Dobbin. Het
vorstelijk Echtpaar denkt daar
eenige dagen te verblijven.
Vermoodelijk begin November
keert H. M. Koningin Wilhelmina
naar Holland terug.
Uit de Staats Courant.
Bij Kon. besl. van 14 dezer is,
met ingang van 16 December, be
noemd tot lid van den Raad van
State, Mr. J. Oppenheim, hoog
leeraar aan de Rijksuniversiteit te
Leiden.
Bij Kon. besl. van 26 September
zijn benoemd tot gedelegeerden van
de Nederlandsche regeering bij de
15de Orientalistencongres te Kopen
hagen in 1908, buiten bezwaar van
's rijks schatkist, dr. M. J. de Goeje,
oud-hoogleeraar aan de Rijksuni
versiteit te Leiden, en dr. J. S.
Speijer, hoogleeraar aan de Rijks
universiteit te Leiden.
De Vredesconferentie.
Gisteren kwam de Vredesconfe
rentie nog eens in algemeene zitting
bijeen.
De voorzitter deelde in deze zit-
ting mede, dat de Conferentie heden
ten 11 uur zou bijeenkomen ter
behandeling van de ontwerp-slotakte
dat deze Vrijdag in den loop van
den dag zou worden geteekend en
dat dan de slotzitting der Confe-
Tentie Vrijdagmiddag kon plaats
hebben, terwijl misschien nog Za
terdag de verdragen zouden getee
kend kunnen worden.
De nadering der sluiting van de
Vredesconferentie kondigt zich reeds
aan door het vertrek van verschil
lende dames, die de gedelegeerden
en andere leden van het congres
hebben vergezeld. Zoo verlieten
hedenochtend met den Paryschen
trein mevrouw Choate, echtge-
noote van den gedelegeerde der
Vereenigde Noord-Amerikaansche
Staten en hun dochter de stad, op
reis medenemende een aantal bloem
stukken, die hun door de leden
der delegatie van Amerika aan het
station tot afscheid werden over
handigd.
Verkiezing te Oud-Beijerland.
De uitslag der gisteren gehouden
stemming te Oud-Beijerland voor
een lid der Prov. Staten van Zuid-
Holland was als volgtUitgebracht
4498 geldige stemmen. De heer J.
Vlielander (lib.) kreeg 2540, de heer
A. P. v. Ooijen (antirev.) 1866 en
de heer J. A. Bergmeijer (soc.-dem.)
92 stemmen. Gekozen dus de heer
J. Vlielander (lib.).
Ned. Juristenvereeniging.
Voor de algemeene vergadering
van 1908 der Nederlandsche Juris-
ten-vereeniging, welke zal gehouden
worden te Amsterdam, zijn gekozen
de volgende onderwerpen:
1 Is wijziging en aanvulling wen-
schelijk van de bepalingen in ons
recht betreffende levering van sche
pen en het vestigen van rechten
daarop; zoo ja, welke? Prae-
adviseur mrs. A. J. Bik en A. Lind.
2. Verdient het aanbeveling, het
leekenelement aan de rechtspraak
(in strafproces, burgerlek proces,
administratief proces) te doen deel
nemen? Prae-adviseursmrs. J. A.
van Hamel, J. A. Levy en M. Men-
dels.
Partijdige benoemingen.
We lezen in de „Limb. Koerier
De partijdige benoemingen te
Wijchen en Bemmel liggen nog
versch in 't geheugen.
in 't katholieke 's-Hertogenbosch
hadden we de benoeming van een
niet-katholiek tot kantonrechter.
In Breda met overwegend katho
lieke bevolking, de benoeming van
een niet-katholiek tot president der
rechtbank. Mr. Pathuys Cremers
(katholiek), een zeer verdien
stelijk en achtenswaardig ambte
naar, daar reeds jaren het presi
dium waarnemend, werd gepasseerd
en nam als protest daartegen reeds
ontslag.
In Maart 1906 werd benoemd
tot burgemeester aan het overwegend
katholieke Spaarnwoude.... een libe
raal; in den raad zaten in 1906
7 R. K. 2 A. R. en.... 2 lib.
In Klundert hetzelfdede ge
meente is voor 1/15 liberaaltoch
een liberale burgemeester.
In Naaldwijk werd de christelijke
burgemeester door een liberaal ver
vangen.
In het district Maasland, waar
voor dezelfde ant. rev. schoolop
ziener was, werd eveneens een lib.
in de plaats gesteld.
Hetzelfde feit deed zich voor in
de arrondissementen Goes en Mid-
delharnis.
Te Zelhem werd dr. Brants,
nu burgemeester van Schiedam,
door een liberaal vervangen.
Tot directeur der tuchtschool in
Ginneken werd benoemd.... een ge-
pensionneerd kapitein-luitenant ter
zeechristelijke paedagogen waren
onder de sollicitanten, doch werden
(De heer Van Rij, die bij bijna
iedere rechtvaardige benoeming
door dr. Kuyper een mond opzette
als een schuurdeur, zwijgt nu als
een pot).
Een zoon van minister v. Raalte
werd rijks-advoeaaat te Rotterdam;
de compagnon van minister Rink
secretaris van den voogdijraad te
Tiel; de ex-compagnon van mr.
Rink, administrateur aan het depar
tement van Justitie; het neefje van
den minister yan Buitenlandsche
Zaken werd onder dak gebracht
aan genoemd ministeriede schoon
zoon van minister Van Raalte werd
buiten de voordracht om benoemd
tot hoogleeraar te Groningen.
Gemengde Berichten.
Strenge heeren. Men
schrijft uit Millingen aan de „Ny-
meegsche Ct.":
Vier Woudrichem9che stroopers
FEUILLETON.
Wordt wrwlfféj
SHIRE HIEMSCHE COURUT
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Haarlem fl.35
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlijke nummers
1,80
0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regelsf0.60 (contant) fö.60
Elke regel meer.0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie contant
1
21)
„Laat. dat inaarik zal u 'ook zonder
dat wel helpen. Ge ziet er bleek en ver
vallen uit, waarde heer, en toch moet ge
vroolyk en opgewekt zijn. Gaat ge van
daag niet met uw bloedhond op de men-
schenjacht om de wrekers vandendoode
op te sporen?"
De Graaf haalde de schouders op. „Ga
naar uw keuken en maak mij den drank
klaar, die mij ook laatst zoo goed gehol
pen 1 leeft.
Zwijgend verliet de oude vrouw het
vertrek, terwijl de graaf in Henri s kamer
bleef wachten. Langzaam stapte hij in
gedachten de kamer op en neer.
„Pardon, men heeft mij dat huisje aan
gewezen als de woning der wijze vrouw
van Perronet." klonk het opeens.
Uit zijn gedachten opgeschrikt, keek
de graaf naar de deur, waar een grijs
aard stond, van wiens binnentreden hij
niet het minste gehoord had. Een magere
gebogen gestalte in donkerbruin reisge
waad was het; de ^deeding van den
vreemde verried, zoo eenvoudig als ze
was, toch een zekere mate van welstand,
indien niet rijkdom.
De edelman boog ten teekon van groet,
en blijde aan zijn sombere overpeinsingen
ontrukt te worden, sprak hij beleefder
dan men van hem gewoon was: „Treed
u maar binnen, maneer. V bent hier te
recht. De oude is in haar keukon bezig.
Deze kamer is van een jongen man, dien
do oude haar kleinzoon noemt Is
u vreemd hier op Perronet?"
„Ja, mijnheer." Ik kom uit Duitsch
land mijn naam is Ehrenkrans en ik ben
een Hamburger koopman en zoo heet
P0*" mjjn firma, door heel het land be
kend. Ik weet niet, mijnheer of u mis
schien ook zaken doet
Op het gelaat van den graaf vertoonde
zich het afwijzend lachje van den in zijn
trots gekwetsten edelman. „Mijn naam is
Leonard graaf Perronet, en ik ben de
eigenaar van dit landgoed."
De koopman maakte een lichte bewe
ging met het hoofd, die moeilijk een
groet kon heeten. De graaf bemerkte,
dat zijn blik onwillekeurig .vragend op
hem rustte.
„Mijn aanwezigheid hier zal u wellicht
vreemd voorkomen," haastte Perronet
zich te verklaren, „Mijn bezorgdheid voor
het leven van een mij dierbaren bloed
verwant, dien een ellendige vlegel giste
ren door een messteek ernstig verwond
de, drijft mij hierheen. De oude vrouw
is zeer bekwaam in do heelkunst, zij kent
menig geneesmiddel tegen ziekten en
wonden, dat zelfs bekwamen geneeshee-
ren onbekend is."
„Die zelfde oorzaak heeft mij naar Per
ronet gevoerd," antwoordde de koopman.
„Sinds langen tijd bevind ik mij op
raad der geneesheeren te Marseille. Zij
hebben do weduwe van mijn zoon een
zachter licht veorgeschreven dan het ruwe
klimaai van het noorden kan aanbieden.
Maar ook hier vindt de arme vrouw geen
genezing. Harteleed i s moeilijk te gene
zen, eindigde hij met een zwaren zucht.
„Ik versta u. Gij wilt dus voor uw
schoondochter de hulp der oude vrouw
hier inroepen. Ja, zieleleed is moeilijk te
overwinnen, ik weet het. Ik heb mijn
«enigen zoon en erfgenaam moeten ver
liezen: de toekomst van het buis Perro
net rust thans op slechts éen hoofd, dat
mijner kleindochter."
„Dan zijt ge toch nog gelukkiger dan
ik, graaf," ging de koopman voort. „Gij
kunt u ten minste nog verheugen in de
liefde van het kind uws zoons, u er over
verheugen, dat de knop bloem geworden
is. Ook ik heb een kleinkind, een jongen
zelfs. Hij had mijn vreugde, het geluk
zijner moeder, de hoop van ons huis kun
nen zijn. Maar in een vreeselijken nacht
heeft een oude vrouw ons, door onver
klaarbare beweegredenen gedreven, het
kind ontroofd. Meer dan twintig jaren
zijn sinds dien nacht verstreken, siiftls
dien dag toen de Fransche soldaten mijn
zoon, Frans Ehrenkrans, op het vonnis
van een inderhaast bijeen geraapten krijgs
raad, wegens smokkelarij fusilleerden!"
Diep ontroerd hield de koopman op.
Met blijkbare belangstelling had graaf
Perronet toegeluisterd. Geen van beiden
vermoedden ze, dat op dit oogenblik de
oude bewoonster van het huis achter de
deur stond, die Henri's kleine slaapka
mer met zijn werkvertrek verbond. Zij
had in de voorkamer hooren spreken en
zich er van willen overtuigen, wie de
nieuw aangekomene was, eer zij binnen
trad. Nu echter stond zij daar met inge
houden adem en weerhield slechts met
moeite den angstkreet, die aan haar be
nauwde borst dreigde te ontsnappen.
„Ik beklaag u van ganscher harte,"
antwoordde de graaf. „Dat is weer een
nieuw offer van de gewelddaden des kei
zers! Nu nog lijden Europa's.volken on«
der de gevolgen van zijn hoogmoed. Een
bende ellendelingen bedreigt haar in de
omgeving onder den trotschen titel van
„wrekers van den doode" orde en veilig
heid. Z(jne Majesteit heeft mij tot alge
meen Commissaris benoemd om tegen
die ellendelingen op te treden. Nog van
daag zal een hunner de zwaarte van mijn
arm gevoelen: het is overste Maubourg."
„Maubourg?" De koopman sprong
op, en de heftigste opg-wondenheid sprak
uit zijn trekken. „Maar neen het is niet
mogelijk, dat kan dezelfde met zijn! De
Manbourg, dien ik bedoel, was jaren ge
leden douane-officier in het Hannover-
aansclie dorpje Scharrrode. Toen ik hem,
nadat ik van een lange ziekte hersteld
was, opzocht om aan hem goed te maken,
wat in meer dan éen opzicht jegens hem
misdreven had, toen ik hem rijkdom
wilde brengen rijkdom aan den man,
die over mijn zoon het doodvonnis had
uitgesproken, toon was hij sinds lang
naar Spanje gecommandeerd en ik ont
ving het officieele bericht, dat hij op de
slagvelden van Valencia gesneuveld was."
„Rijkdom voor de Bonapartisten," riep
de graaf uit, „dat ontbrak er nog maar
aan. In naam van Zijne Majesteit leg ik
beslag op alles, wat den van hoogverraad
verdachte toekomt, totdat over zijn schuld
of onschuld beslist is. In het eerste geval
worden natuurlijk al zijn goederen ver
beurd verklaard. Gij zijt verantwoordelijk
voor al wat ge daar gezegd hebt, waarde
heer, want de Maubourg die gy zoekt,
is dezelfde dien ik bedoel. Ik weet dat
h\j douane-officier geweest is, dat hij voor
dood gelegen heeft op het slagveld b(j
Valencia, en toen door de zorgvuldige
verpleging van een Spaanschen priester
behouden is gebleven- Hij heeft het tot
overste gebracht: had hy het gewild, hy
zou generaal geworden kunnen zijn. Maar
wat zie ik!" viel hij zichzelf in de rede,
„welk oen onbeschaamdheid. Daar komt
hij zelf aanrijden, en zijn beschermeling,
de man die myn neef zoo verwondde,
zit naast hem."
Inderdaad hield juist een open rytuig
door twee krachtige paarden getrokken,
voor de woning van moeder Anna stil.
Overste Maubourg en Henri Walter, in
vertrouwelijk gesprek verdiept, hadden
nauwelijks bemerkt, dat zij het doel van
hun tocht bereikt hadden.
Eerst het stilhouden van het rytuig
onderbrak hun druk gesprek. De overste
drukte zijn jongen vriend de hand.
„We kennen elkaar nu, "sprak hij har
telijk. „Ik zal u helpen om u een lot,
zoo droevig als het mjjne, te besparen,
en wensch daartoe een onderhoud met
uwo grootmoeder. Wellicht kan ik een
deel van den sluier opheffen, die uw ver
leden bedekt. Mij zelf komt de oude
vrouw niet onbekend voor. Het volgende
uur zal ons met Gods hulp licht bren
gen."
Met deze woorden was hy, door Henri
gevolgd, de woning der oude vrouw bin
nengetreden.
Henri legde de "hand op den knop van
do eerste deur. „Dit vertrek is het mijne,"
sprak hij. „Gun my het genoegen u als
mijn geëerden gast te begroeten, eer ik
de oude vrouw waarschuw."
Hij deed de deur open en Maubourg
trad over den drempel een kreet van
verrassing ontsnapte hem.
„Graaf Perronet, gij hier?"
Haastig drong Henri achter bescher
ming van zyn vriend, zich tusschen do-
1 den ouden edelman.
sen en
Op Ehren
krans werd door niemand gelet. De koop
man had zich tot achter in de kamer
teruggetrokken en staarde den Bonapar-
tischen officier strak aan.
De jonge man groette met een eerbie
dige hoofdbeweging den grijsaard, in
wiens dienst hij stond.
„Uwe tegenwootdigheid, meneer de
Graaf, in het vertrek dat ik sinds jaren
het myne noem, is my een onverwachte,
maar daarom niet minder groote eer,"
sprak hij
„Ik kon niet vermoeden." antwoordde
de graaf op jjskouden toon, „dat de el
lendeling, die zyn handen bevlekte met
het bloed wan het grafelijk geslacht, on-
beschaamd genoeg zou zijn om de plaats,
waai hij zijn euveldaad bedreven had.
opnieuw te betreden. Gij zult deze plaats
tot nader order niet verlaten
„Het was myn doël, mij in handen van
het gerecht te stellen. Daarvoor keerde
ik naar Perronet terug. Mijn vlucht was
een dwaling, maar een dwaling kan
men uitboeten."
Ondertusschen scheen overste Mau
bourg niet goed te weten, wat te doen.
De besluiteloosheid hinderde hem blijk
baar. Eindelijk had hij ze overwonnen, i n
de rimpels in zyn voorhöofd verdwenen.