DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. H. VAN DEN BERG. GEBROKEN TROTS, Haagsche Brieuen. maandag 21 October 1907. No. 6716, 32ste Jaargang. Verkiezing voor de Provinciale Staten. BUITENLAND. Kinderhuisvest 31-33, Haarlem Bureaux van Redactie en Administratie: Interc. Telefoonnummer 1426. Met aandrang noodigen wij a'le kiezers uit, bij de a. s. herkiezing uan een lid der Pro vinciale Staten op Vrijdag 25 dezer, hun stem uit te bren- 9en op den candidaat der Christelijke partijen, den heer Twee candidaten. H. VAN DEM BERG. III. Een spannende week is dat ge weest op het Binnenhof! Terwijl de Vredesconferentie de laatste hand legde aan haar arbeid welke nog slechts de eerste steen legging is van wat haar veel te weidsche naam belooft, werd op weinigs meters afstands zwaar ge redeneerd over de snelle afwer king er is haast bijder stelling Amsterdam. En alsof het was uit vrees voor de nabijheid der gedelegeerden van zooveel mogend heden. vergaderde de Kamer meer dere uren in 't geheim ten einde den -minister de gelegenheid te geven, nu eens openhartig bloot te leggen wat voor onbescheiden ooren en oogen verborgen moet blijven. Minister van Rappard moet zich in dat comité-generaal geducht heb ben geweerd. Burger van Kol, die door de details overstelpt bleek, bracht hem tenminste liulde voor zijn taaie vasthoudendheid, terwijl kapitein Thompson, die van de stel ling geen heil verwacht maar een beter leger weuscht, zelfs de vrees uitte, dat de meerderheid den mi nister wel volgen zou. Dé oorlogsbewindman hoorde dat natuurlijk met pleizier, zoodat wel dubbel grootmoe t zijn geweest de ont goocheling, toen na verwerping eener motie van uitstel, door Van Kol verzonnen, de Kamer, met 47 tegen 38 stemmen de wet verwierp. Hiermede werd eigenlijk geen cent bespaard, want nu wordt na tuurlijk bij de begrooting geld aangevraagd om de stelling in het oude tempo af te werken, waarin we nu al 33 jaar eraan bezig zijn, en dat geld zal de Kamer dan wel toestaan. Want let goed alle tegen stemmers van Vrijdag zijn geens- zings tegenstanders van destelling! De heeren Talma en Duymaer van Twist b.v. waren boos, dat de werken nu twee jaar hadden stil gestaan, terwijl de heer van Nispen mede namens politieke vrienden ver klaarde, dat bij eerst eens moest weten, wat de kustverdediging ons kosten zal en hoeveel geld de be wapening zal inslikkeD. M. a. w. voor dit stuk defensie wilden zij niet stemmen, maar als zij een overzicht hadden van 't geheel, zou den ze Verder zien. Dit is ten minste een oprechte houding, heel wat beter dan van den heer Smeenge, die meermalen tegen de vestingbegrooting hq,d ge stemd, maar nu bekeerd bleek. Wat werd hij uitgelachen, die onhandige politicus! En nu heeft het hem niet eens geholpen ook! Ondanks zijn steun kelderde de wet, terwijl zijn verdere militaire houding nu vastzit aan dit zonderling op treden. Hij moet bij alle oorlogs- begrootingen in het vervolg nu maar stilletjes zwijgen Al heeft minister van Rappard het onderspit gedolven, zijn naam heeft er geheel anders dan die van minister Cohen Stuart, wankel moediger nagedachtenis niet het minst onder geleden. Als hij aan blijft, wat hij o. i. gerust kan doen, zal de Kamer met onverminderd respect de Begrooting met hem gaan behandelen. Dat begrootings- werk nadert weer, dit maal zelfs zonder de gewone 14 dagen vacan- tie voor 't bestudeefen der Memo ries van Antwoord. Deze week toch zit de Kamer nog diep in de Lim- burgsclie mijnen! De principièele quaestie moet uitgevochten of we daar in 't Zuiden Staatsexploitatie van onzen steenkoolbodem dan wel 't uitgeven van concessies zullen krijgen. Er zijn al veel concessievragen ingekomen, reden waarom minister Veegens de behandeling dezer prin- cipiëele zaak liever niet wilde uit stellen. Gelijk gezegd geschiedde dit daü ook niet, tot groot genoegen van voorzitter Roëll, die niets liever doet dan vergaderen. Zijn kamer gestoelte is zijn element en als hij dan maar dikwijls gelegenheid krijgt om artikelen van 't roglement van orde toe te passen is hij lieelemaal in zijn nopjes. Als hij 't in zijn macht had Kerstmis te verschuiveu, zoodat de Kamer aan 't vergaderen kon blijven, waarlijk hij zou het doen. Een parlement met louter Roëlls zou een onbedaarlijke ver gadermachine zijn, ,ookom de lange speechen, want daar houdt de voorzitter voor zich zelf bijster van. Nu is de Kamer wel een aan- naam college, maar te veel parle mentsvterk is toch niet goed! Politicus. Algemeen Overzicht. Keizer Wilhelm 's aanstaande reis naar Engeland, de langbesproken, veelbeschreven reis naar het land dat zoolang met 's keizer persoon en regeering op gespannen voet heeft gedaan, begint nu aan den politieken horizon te dagen en de meestbe- langrijke gebeurtenis te worden van de" volgende weken. Nu is bet niet aan twijfel onder hevig, dat werkelijk die reis van wereldhistorische beteekenis is Duitscbland en Engeland zijn zoolang bijna openlijke vijanden geweest, dat deze visite van beide kanten met ueel belangstelling en tevenseen ietwat gereserveerde hou ding wordt beschouwd. Zal dit bezoek een nieuwe ver houding inluiden Of zal, als de beleefde toejuichin gen zijn weggestorven, Duitschland weer even geïsoleerd staan tot nog toe De stemming iu Engeland is tot op dit oogenblik toe zeer gunstig ten opzichte van den Keizer. Alleen de socialisten geven op hem af. Ende „Times." De „Times" is altijd geprononceerd anti-Duitsch geweest en die houding geeft het blad ook nu nog niet op. Maar merkaardig is, dat zoo ongeveer alle kringen het gedrag- van de „Times" afkeurden, en een woedend artikel van de vorige week, waarin de „Times" op Duitsch land afgaf van belang en beweerde, dat keizer Wilhelm éénvoudig een welkom zou bereid worden omdat hij nu eenmaal een neef van koning Edward is, dit artikel is afge keurd in bladen van alle richtingen, iedereen spreekt erover als van list meest aanstootelijke artikel, dat sedert jaren in het blad versche nen is. Iedereen in Engeland hoopt, dat den keizer een vriendelijke ontvangst in het land moge ten deel vallen. Nadat bet gelukt is, den argwaan van de EDgelschen weg te nemen, geloof ik aan de mogelijkheid van een overeenstemming!"zoo zegt de correspondent van het „Berliner Tageblat. Veel zal echter afhaugen van den „persoonlijken indruk" die de Kei zer zal maken! Men rekent erop, dat de Keizer minstens eenmaal een openbare toespraak zal houden. Vermoedelijk zal deze plaats hebben bij het banket in de Guildhall, ter beantwoording van den heildronk van den lord mayor. En men kan er op rekenen, dat daar 's Keizers woorden op een goudschaaltje gewogen zullen wor den Ook in regeeringskringen is men klaarblijkelijk over 's Keizers komst zeer verblijd. De ministers toonen dat vrij open lijk lord Crewe, een lid van het kabinet heeft Zaterdag een rede gehouden te Shepfield, waarin hij onder anderen zeide dat den Duit- schen Keizer in Engeland een harte lijk welkom wacht, niet alleen als verwant van den Koning, maar omdat de Engelschen in hem iemand erkennen, die uitmunt als idealist en man van de daad, als denker en als een groot regeerden Zulke taal hoorde men een jaar geleden in Engeland niet over keizer Wilhelm Gaat de verhouding tusschen Engeland en Duitschland alzoo beteren, tusschen Amerika en Japan spant het nog altijd De Vereenigde Staten vreezen een aanval van Japan, zoo schrijven de anti-Japansche bladen van Amerika nog maar steeds en de bewijzen die ze voor een en ander bijbrengen, zijn toch ook niet om zonder meer te ontkennen. Op last van de Amerikaansche marine autoriteiten zoo meldt men wordt op de Amerikaansche marinewerven dag en nacht gewerkt, om de slagschepin en kruisers, die nair d.n Stillen Oceaan gaan, op tijd klaar te krijgen. Naar de Filippijnen zijn stukken zwaar geschut, mijnen en ander oorlogstuig gezonden naar het heet op uitdrukkelijken persoon lijken last van Roosevelt. Met koortsachtige bedrijvigheid wordt gepoogd, vrijwilligers aan te werven, zoo voor leger als vloot, want zoowel bij land- als zeemacht is een groot tekort aan manschappen. Al die maatregelen, doch bovenal het besluit van Roosevelt onr de vloot naar den Stillen Oceaan te zenden, schijnen te zijn genomen, onmiddellijk toen van de geheime agenten der Amerikaansche regee ring in het buitenland berichten waren ingekomen over de gedra gingen der Japanners, die zoo werd gemeld bezig waren, leger en vloot op voet van oorlog te brengen. Dat dit laatste het geval is, wordt van verschillende zijden bevestigd. De veel invloed hebbende volks menner Hearts schrijft iu het Evening Journal „Het is moeilijk voor vredelie vende Amerikaansche burgers om tot het besef te komen dat er kans bestaat, dat liet land tot een oorlog zal worden genoodzaakt. Maar een nauwkeurige overweging van de juiste feiten zal scherpzinnige lieden ervan overtuigen, dat die kans hestaat." Deze op zichzelf reeds onrustba rende uitlating wordt verder in het artikel niet weinig aangedikto.a. door de opmerking „dat Japan een roover is onder de volken, en den oorlog beschouwt als een winstge vend bedrijf." Veel liever dan Hawaï en de Filippijnen te verkoopen, wil Hearst, dat de Vereenigde Staten een vloot laten bouwen „sterk genoeg om Hawaï en de Filippijnen te ver dedigen en Japan binnen eigen kusten te houden." Mocht Engeland er mee voortgaan, Japanners, Chineezen en Britscli- Indiërs toe te laten in zijn kolo niën, en daardoor de zonen van Engeland te dwingen tot het con- curreeren tegen den arbeid van Oosterlingen, dan zal Engeland Canada en Australië verliezen, zoo goed als het de Vereenigde Staten van Amerika heeft verloren. In verband met het bovenstaande is het wel merkwaardig, dat een Russisch blad,de „Roes" eveneens bevestigt, dat Japan zich voorbereidt op een oorlog. Die toebereidselen zouden echter volgens dit blad niet gericht zijn tegen de Vereenigde Staten, maar tegen Rusland! In het artikel wordt n.l. betoogd dat voor Japan een oorlog tegen de Vereenigde Staten te onvoor- deelig zou wezen, daar een verster king der positie van Japan in bet Verre Oosten nadeelig zou kunnen worden voor den Britschen handel, en een oorlog tusschen Japan en Amerika dus niet gaarne zou wor den gezien door Engeland. Maar gaat de schrijver van het artikel voort de bedrijvigheid op militair gebied in Japan is te groot om onopgemerkt te kunnen blijven. Het leger wordt versterkt; vooral cavalerie en artillerie wor den uitgebreid. De haven Lazaref in Korea wordt versterkt. Van Sonsjin wordt een militaire haven gemaakt, blijkbaar om tegenover Wladiwostok een steunpunt te heb ben. Vooral in Korea worden langs de wegen, die naar Wladiwostok leiden, voorraden opgeslagen. Dit alles duidt meent de schrijver van het artikel in de Roes op vijandige gevoelens van Japan ten opzichte van Rusland. Bovendien wijst hij op het feit, dat Japan vele reservisten van het leger naar Korea en Mantsjoerije zendt om zich daar als kolonisten te vestigen. Hierbij komt nog, dat Japan voor enorme bedragen spoed-orders heeft geplaatst voor spoorwegmaterieel, dat bestemd is voor Korea; terwijl de regeering van den Mikado den laatsten tijd een groot aantal mili taire instructeurs naar Mongolië heeft gezonden We zullen het bier maar bij laten. Hoe dit alles te rijmen is, mogen de politici weten. Maar zeker schijnt het, dat de Japanners hun streken nog niet verloren hebben, en dat het „gele gevaar" nog altijd dreigt uit het verre Oosten! FEUILLETON. einde. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Haarlem Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35 1>80 0.05 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post Afzonderlijke nummers fl.35 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regels Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie J contant, f0.60 (contant) fO.59 „0.10 De keus voor a. s. Vrijdag wordt :'en Katholieken wèl gemakkelijk ge maakt. Niet meer dan twee candidaten, en beiden van geprononceerde richting. Geen middenman, geen die weifelt jjisschen de partijen, maar een Katho liek en een vrijzinnig-democraat. Tegenover den candidaat der Chris telijke partijen komen de liberale 'facties ditmaal eens niet zooals oieestal tot dusverre met een van de middenpartij der liberalen van allerlei kleur, niet met een man die ''et naast staat aan de velen, voor w}e de persoon van een candidaat dik wijls veel gewicht in de schaal legt, maar ze komen me een man van de uiterste linkerzij. Met een candidaat, die het program- ma onderschreef van de partij, welke den sociaal-democraat het naast staat 1 Een midden-liberaal, van dat ge moedelijke ouderwetsche soort, dat vooral in ons Haarlem nog allesbe halve is uitgestorven, zou mogelijk o°g vele stemmen van onverschilligen, °ok van z.g. liberaal-Katholieken die er helaas nog worden gevonden, kun- Den bekomen. Doch een radicaal, als deze candi daat is, staat te vèr van den kleurlooze O'iddenstof' om een ingeburgerd Woord te gebruiken dan dat zijn ^orkiezing door de mannen van be eldenden stempel, 'zooals Haarlem er velen telt, van harte kan worden gesteund 1 En voor de Katholieken bestaat hier '°®genaamd geen twijfel meer! Toor een radicaal, eeix man van de perste linkerzijde, een volgeling van darchaud, Ketelaar, Nolting c.s., voe- eO wij niet het minste 1 En als tegenover dezen vrijzinnig- 'emocraat een man staat als dokter ao den Berg, die zich in alle kringen onzer stad door zijn degelijke begin gen heeft doen eerbiedigen, wiens adviezen zoowel in hygiënische als in gemeentelijke zaken steeds met be- uUg8telling worden gehoord en op Prijs gesteld, die zelfs zijn raadszetel aukt voor een deel ook aan de loyale fkenning zijner verdiensten-.door de j'eralen-zèlf, waar zulk een man 's dokter van den Berg is candidaat gesteld, daar is voor de Katholieken P de eerste plaats, voor de Christe lijke kiezers in het algemeen, maar ook voor tal van andere kiezers met behoudende begrippen de keuze niet moeilijk meer! In plaats van een radicaal, een man van de uiterste linkerzijde, zullen tal van kiezers a. s, Vrijdag hun stem uit brengen op den heer 23) Die gedachte kon mij tot waanzin 1'rongen, maar de eer des huizes vóór alles- Ik was vastbesloten. Met goud (1)'au een Déplacet was het zaad gestrooid, fn Déplacet ook moest de vruchten oog- 3n- Van dit oogenblik af was Thomas orikrana arm en Henri Déplacet,anders s zegd Maubourg, de bezitter van twee 'mihoen." en"T.wee millioen", herhaalde Perronet, °0£« vlammengloed straalde het uitzijn „twee millioen." be£i V\atldei1 gingen voorbij, eer hetdoods- reikt Van luitenant Maubourg mij be- I e>" ging de grijsaard voort, „want op llf.i ?.°gcnblik, dat men mij dwong, in ''Utuig te stappen, dat mij gevankelijk een i nkrijk zou voeren, werd ik door beroerte getroffen, hetan milddadige stichtingen moest ik inaV111 den handel gewonnen goud ver- Va|,fn'. Want de laatste Déplacet was bij lukk-n<da gevallen. Nu echter kan ik ge- jer) de eer van ons huis van alle smet- .1» ,zu'veren door Henri Déplacet, den i,.h Sewaande, de schatten van het huis - renkrans ter hand te stellen, en. "aam van mijn vader om vergiffenis te y/agen." »/<ooveel rijkdom voor mij?" riepMau- bourg bijna verschrikt uit. „En Henn, UW kleinzoon?" „Ook Henri zal een welgesteld mensch worden. Iu zjjn belang is het huis Ehren- krans nu de katastrophe onder den ouden naam opnieuw gevestigd, en het oude ge luk bleef ons trouw. Aan dien rijkdom kleeft dus geen vlek." „Thomas Ehrenkrans," de stem van (den overste klonk bijna plechtig in den naam van Bertrand de Déplacet, neem ik uwe boete aanhet huis Ehren krans is vrij van alle schuld. De miliioe- nen echter sta ik aan mijn jongen vriend af. Wat zou ik, arme eenzame man er mee doen?" Tromgeroffel en het naderbij komen van een troep marcheerende soldaten onder brak de woorden van den overste. Het detachement koninklijke troepen, dat, zooals de markies de Courtenavzijn vriend had meegedeeld, ter beschikking zou suian van den graaf, rukte Perronet bin nen en kwam juist voorbij het huis der oude vrouw. De graaf snelde naar het venster en rukte het open: een wilde triomf straalde uit zijn trekken, voor een man van zijn leeftijd onnatuurlijk en bijna angstwek kend. „Luitenant Brillon „Halt!" De kleine troep stond als vastgeworteld' salueerende bracht de bevelvoerende offi cier de hand aar, zijn kepi. „Kent ge mij en mijn ambt?" „Nogmaals groette de jonge man. „Graaf van Perronet, algemeen commissaris van Zijne Majesteit, en wiens bevelen ik on voorwaardelijk op te volgen heb", sprak hij. „Goed, laat zes man hier binnenkomen en op den drempel post vatten. Niemand mag zonder mijn verlof het huis ver laten. Met het overige deel van het de tachement begeeft ge u naar het kasteel. Ik volg u spoedig." „Zeer goed, heer graaf". De luite nant gaf zijn bevelen. Nu wendde graaf Perronot zich tot de drie gelukkigen. Maar op dit oogenblik brak liet zweet hem aan alle kanten uit; een brandende pijn voelde hij in het voorhoofd doch slechts een oogenblik daarna was allés weer voorbij. „Hoyd u kalm, Perronet," sprak de edelman tot zichzelf. Daarna sprak hij verder, opzettelijk woord voor woord sprekend om ze des te dieper degenen, die hij zoozeer haatte, te doen treffen. „Gij hebt dit uur een beschikking Gods genoemd. Misschien hebt ge gelijk: de ondeugd zal dan ook niet triomfeeren. In deze dagen is rijkdom macht. Ik leg beslag op de millioenen, die overste Mau bourg toekomen." De koopman glimlachte. „Beproef het, heer graaf. De Hamburg- sche koopman staat in deze zaak tegen over den commissaris van koning Lode- wijk. Slechts aan de rechtstreeksche erf genamen van Bertrand de Déplacet zal het huis Ehrenkrans de schuld van zijn stichter voldoen, aan niemand anders „Uitstekend, Thomas Ehrenkrans, ik heb uw woordAlle hartstochten, die de ouderdom niet had vermogen te ver stikken, stonden op desgraven gelaat te lezen. „Niet als commissaris des konings voor den staat, als oudere zoon en rechtstreeksche erfgenaam van Bertrand P acet tnaak ik aanspraak op de millioenen, die aan het geslacht, door uw vader bedrogen, toekomen!" „Gij een Déplacet?" riep'de c/verste uit. „Een zoon van mijn grootvader! Zou ik dus uw neef zijn?" ;,Naar den bloede ja, maar nooit door banden van sympathie. Ik heb nieis met Bonapartische raddraaiers te maken!" „Maar de dood wel met u, heer graaf," klonk het uit den hoek, waar oude Marie zat. Haar woorden werden niet verstaan, want in de hoogste opgewondenheid was Ehreiikransdengraaf.tegemoetgetreden„Ik geef u uw vraag van'zooeven terug, graaf," sprak hij, „waar zijn uw bewijzen?" Perronet lachte verachtelijk. „Een heel archief vol als ge wilt," sprak hij. „Ge vergist u, als ge meent dat de voort vluchtige ridder Bertrand zijn e enigen zoon bij zijn vlucht uit Frankrijk meenam de knaap, die hem vergezelde, was de jongere zoon van den man, die zoo vroeg zijn vrouw verloren had. De oudere was kort na het overlijden der moeder door een bloedverwant van deze, graaf Perro net, als kind aangenomen, en werd de erfgenaam van den graaf. „Perronet's en de Dèplacet's leefden niet in goede verstandhoudingmijn oom, een echte zonderling, deed niets om den verbroken vriendschapsbanden weer aan te knoopen. Toen ik na zijn dood, meer uit plichtsgevoel dan uit sympathie, naar mijn vader en mijn broeder een onder zoek instelde, bleken beiden verdwenen. Nu echter leg ik. Leonard Déplacet, graaf van Perronet, in naam der wet en op grond van persoonlijke aanspraken, de hand op u allen: overste Maubourg neem ik gevangen als verdacht van deel neming aanBonapartistische samenzwerin gen, als medelid van een bende brand stichters,, die onder den trotschen naam van „de wrekers van den doode" mis daden op misdaden stapelt. U, Henri Waller, neem ik in arrest wegens poging tot moord op een lid van m jn huis en als verdacht van medeplichtigheid aan de wandaden der „wrekers van den doode. - En u, Thomas Ehrenkrans, laat ik niet los, alvorens ge mij, den rechtinati- gen erfgenaam der Déplacet's, de millioe nen hebt uitbetaald, die als vergoeding moeten dienen voor hot jegens ons ge pleegde bedrog." De krukstok gleed den koopman uit de handen, en hij griep den graaf met beide handen beet. „Perronet, riep hij uit, „ge jjt een grijsaard als ik, denk alvorens geweld te plegen; aan uwe eeuwigheid, aan God, dien.... Met de volle kracht van den haat slin gerde de graaf den ouden man terug, die ter aarde 'gestoot zou zijn, wanneer Mau bourg en ITenri hem niet hadden opge vangen. „God?" riep Perronet uit. „Zeidot gij zelf niet, dat Hij dit uur heeft gewild En de dood Nooit heb ik mij jonger en frisscher gevoeld dan in dit uur, nooit beter in staat om krachtig te handelen. Uw millioenen, oude man, zul len mijn huis een nieuwen glans verlee- nen, en hun stralen zullen den herfst van mijn leven helder verlichten." Koortsachtig opgewonden, rukte hij de deur open en riep:,, Soldaten, in naam dei konings. .mijn God, wat is dat?" Hij streek met de hand over het voor hoofd. Weer die vreeselijke pijn, maar langer en heviger, nog dan straks. Hij wilde schreeuwen, maar zijn tong was als verlamd en weigerde hem haren dienst hij wilde vooruit. het werd hem don ker voor de oogen. Als een beschonkene waggelde hijhet volgende oogenblik sloeg de hooge gestalte met een zvvaren plof tegen den grond. Alles vergeten, snelden Maubourg en Henri op den ongelukkige toe. Thomas Ehrenkrans was op een stoel neergezon ken, overmand door zooveel hevige aan doeningen. Ook de soldaten snelden toe. Maar op eens wierp oude Marie zich tus schen de helpers en den man, die geen ander teeken van leven meer gaf dan een angstwekkend rochelen. „Raakt hem niet aan," riep zij met krijschende stem, „hij is des doods. Een moet er toch met mij het graf in gaan. Hoort ge liet, trotsche graaf De drank, dien ik u bereid heb, was een zwaar ver gif. Kom beste graaf, ook mij brandt het reeds als vuur in de aderen. Wijs mij den weg niaar vast!" De krankzinnigheid, waaraan de oude vrouw al sinds langen tijd leed, maakte zich nu met vernieuwde kracht van haar meester en vereenigde zich met de wer king van het vergif, dat ze met graaf Perronet gedeeld had. Ze wierp zich op de stuiptrekkende gestalte van den edelman on omklemde hem met hare dorre armen. Men moest de twee met geweld van elkaar rukken twee lijken 1 Thomas Ehrenskrans stond op. Lang zaam, ondersteund door Mauburg en Henri, naderde hij het lijk. „God heeft geoordeeld," sprak hij plech tig, „wij buigen ons voor Zijnen wil. Wie onder ons zonder zonde is, mag alleen dezen doode veroordeelen. Wat onze mil lioenen betreft, in de handen van den hoogsten rechter des lands, van Lodewijk XVIII zeiven, zullen wij de beslissing leggen. Opzijn rechtvaardigheidszin wordt niet tevergeefs een beroep gedaan!" •„Henri," ging de grijsaard voort, „ge zult bij den troon nog een voorspreekster vinden.uwe moeder!" „Mijne moeder!" De jonge man duizelde en de vreugde dreigden hem té machtig te worden. „Leeft zij dan nog? „Zij leeft nog. We gaan terstond naar liaar toe. Ze is te Maiseille. En als we daar haar hartewonden geheeld hebben, dan naar Hamburg. Het huis Ehrenkrans, Henri, wacht zijn jongen chef. s Eenige weken later verliet een order ter kabinet des Franschen konings om ieder verder onderzoek naar de voorval len der afgeloopen te staken. Overste Maubourg verheugde zich nu in onbedreigde vrijgeid. Hij scheepte zich niet met Thomas Ehrenkrans naar Ham burg, maar een jaar later geleidde hij gravin Melanie de Pevronet als bruid van den jeugdij en chef van een der machtig ste Hamburgsche koopmanshuizen naar hun nieuwe vaderland. En dat het huis Ehrenkrans zjjn roem getrouw bleef, weten nog heden de men- sclien u te vertellen. Nog is er in sommige kringen voor een handelshuis geen grooter lof te bedenken dan die ligt in de woor den: „Zoo goed als Ehrenkrans!"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1907 | | pagina 1