DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
H. VAN DEN BERG.
GEBROKEN TROTS,
Haagsche Brieuen.
maandag 21 October 1907.
No. 6716, 32ste Jaargang.
Verkiezing voor de
Provinciale Staten.
BUITENLAND.
Kinderhuisvest 31-33, Haarlem
Bureaux van Redactie en Administratie:
Interc. Telefoonnummer 1426.
Met aandrang noodigen wij
a'le kiezers uit, bij de a. s.
herkiezing uan een lid der Pro
vinciale Staten op Vrijdag 25
dezer, hun stem uit te bren-
9en op den candidaat der
Christelijke partijen, den heer
Twee candidaten.
H. VAN DEM BERG.
III.
Een spannende week is dat ge
weest op het Binnenhof!
Terwijl de Vredesconferentie de
laatste hand legde aan haar arbeid
welke nog slechts de eerste steen
legging is van wat haar veel te
weidsche naam belooft, werd op
weinigs meters afstands zwaar ge
redeneerd over de snelle afwer
king er is haast bijder
stelling Amsterdam. En alsof het
was uit vrees voor de nabijheid der
gedelegeerden van zooveel mogend
heden. vergaderde de Kamer meer
dere uren in 't geheim ten einde
den -minister de gelegenheid te
geven, nu eens openhartig bloot te
leggen wat voor onbescheiden ooren
en oogen verborgen moet blijven.
Minister van Rappard moet zich
in dat comité-generaal geducht heb
ben geweerd. Burger van Kol, die
door de details overstelpt bleek,
bracht hem tenminste liulde voor
zijn taaie vasthoudendheid, terwijl
kapitein Thompson, die van de stel
ling geen heil verwacht maar een
beter leger weuscht, zelfs de vrees
uitte, dat de meerderheid den mi
nister wel volgen zou.
Dé oorlogsbewindman hoorde dat
natuurlijk met pleizier, zoodat wel
dubbel grootmoe t zijn geweest de ont
goocheling, toen na verwerping eener
motie van uitstel, door Van Kol
verzonnen, de Kamer, met 47 tegen
38 stemmen de wet verwierp.
Hiermede werd eigenlijk geen
cent bespaard, want nu wordt na
tuurlijk bij de begrooting geld
aangevraagd om de stelling in het
oude tempo af te werken, waarin
we nu al 33 jaar eraan bezig zijn,
en dat geld zal de Kamer dan wel
toestaan. Want let goed alle tegen
stemmers van Vrijdag zijn geens-
zings tegenstanders van destelling!
De heeren Talma en Duymaer van
Twist b.v. waren boos, dat de werken
nu twee jaar hadden stil gestaan,
terwijl de heer van Nispen mede
namens politieke vrienden ver
klaarde, dat bij eerst eens moest
weten, wat de kustverdediging ons
kosten zal en hoeveel geld de be
wapening zal inslikkeD. M. a. w.
voor dit stuk defensie wilden zij
niet stemmen, maar als zij een
overzicht hadden van 't geheel, zou
den ze Verder zien.
Dit is ten minste een oprechte
houding, heel wat beter dan van
den heer Smeenge, die meermalen
tegen de vestingbegrooting hq,d ge
stemd, maar nu bekeerd bleek.
Wat werd hij uitgelachen, die
onhandige politicus! En nu heeft
het hem niet eens geholpen ook!
Ondanks zijn steun kelderde de wet,
terwijl zijn verdere militaire houding
nu vastzit aan dit zonderling op
treden. Hij moet bij alle oorlogs-
begrootingen in het vervolg nu maar
stilletjes zwijgen
Al heeft minister van Rappard
het onderspit gedolven, zijn naam
heeft er geheel anders dan die
van minister Cohen Stuart, wankel
moediger nagedachtenis niet het
minst onder geleden. Als hij aan
blijft, wat hij o. i. gerust kan doen,
zal de Kamer met onverminderd
respect de Begrooting met hem
gaan behandelen. Dat begrootings-
werk nadert weer, dit maal zelfs
zonder de gewone 14 dagen vacan-
tie voor 't bestudeefen der Memo
ries van Antwoord. Deze week toch
zit de Kamer nog diep in de Lim-
burgsclie mijnen! De principièele
quaestie moet uitgevochten of we
daar in 't Zuiden Staatsexploitatie
van onzen steenkoolbodem dan wel
't uitgeven van concessies zullen
krijgen.
Er zijn al veel concessievragen
ingekomen, reden waarom minister
Veegens de behandeling dezer prin-
cipiëele zaak liever niet wilde uit
stellen. Gelijk gezegd geschiedde
dit daü ook niet, tot groot genoegen
van voorzitter Roëll, die niets liever
doet dan vergaderen. Zijn kamer
gestoelte is zijn element en als hij
dan maar dikwijls gelegenheid krijgt
om artikelen van 't roglement van
orde toe te passen is hij lieelemaal
in zijn nopjes. Als hij 't in zijn
macht had Kerstmis te verschuiveu,
zoodat de Kamer aan 't vergaderen
kon blijven, waarlijk hij zou het
doen. Een parlement met louter
Roëlls zou een onbedaarlijke ver
gadermachine zijn, ,ookom de
lange speechen, want daar houdt
de voorzitter voor zich zelf bijster
van. Nu is de Kamer wel een aan-
naam college, maar te veel parle
mentsvterk is toch niet goed!
Politicus.
Algemeen Overzicht.
Keizer Wilhelm 's aanstaande reis
naar Engeland, de langbesproken,
veelbeschreven reis naar het land
dat zoolang met 's keizer persoon en
regeering op gespannen voet heeft
gedaan, begint nu aan den politieken
horizon te dagen en de meestbe-
langrijke gebeurtenis te worden van
de" volgende weken.
Nu is bet niet aan twijfel onder
hevig, dat werkelijk die reis van
wereldhistorische beteekenis is
Duitscbland en Engeland zijn
zoolang bijna openlijke vijanden
geweest, dat deze visite van beide
kanten met ueel belangstelling en
tevenseen ietwat gereserveerde hou
ding wordt beschouwd.
Zal dit bezoek een nieuwe ver
houding inluiden
Of zal, als de beleefde toejuichin
gen zijn weggestorven, Duitschland
weer even geïsoleerd staan tot nog
toe
De stemming iu Engeland is tot
op dit oogenblik toe zeer gunstig
ten opzichte van den Keizer.
Alleen de socialisten geven op
hem af.
Ende „Times." De „Times"
is altijd geprononceerd anti-Duitsch
geweest en die houding geeft het
blad ook nu nog niet op.
Maar merkaardig is, dat zoo
ongeveer alle kringen het gedrag-
van de „Times" afkeurden, en een
woedend artikel van de vorige
week, waarin de „Times" op Duitsch
land afgaf van belang en beweerde,
dat keizer Wilhelm éénvoudig een
welkom zou bereid worden omdat
hij nu eenmaal een neef van koning
Edward is, dit artikel is afge
keurd in bladen van alle richtingen,
iedereen spreekt erover als van list
meest aanstootelijke artikel, dat
sedert jaren in het blad versche
nen is.
Iedereen in Engeland hoopt, dat
den keizer een vriendelijke ontvangst
in het land moge ten deel vallen.
Nadat bet gelukt is, den argwaan
van de EDgelschen weg te nemen,
geloof ik aan de mogelijkheid van
een overeenstemming!"zoo zegt
de correspondent van het „Berliner
Tageblat.
Veel zal echter afhaugen van den
„persoonlijken indruk" die de Kei
zer zal maken! Men rekent erop,
dat de Keizer minstens eenmaal
een openbare toespraak zal houden.
Vermoedelijk zal deze plaats hebben
bij het banket in de Guildhall, ter
beantwoording van den heildronk
van den lord mayor.
En men kan er op rekenen, dat
daar 's Keizers woorden op een
goudschaaltje gewogen zullen wor
den
Ook in regeeringskringen is men
klaarblijkelijk over 's Keizers komst
zeer verblijd.
De ministers toonen dat vrij open
lijk lord Crewe, een lid van het
kabinet heeft Zaterdag een rede
gehouden te Shepfield, waarin hij
onder anderen zeide dat den Duit-
schen Keizer in Engeland een harte
lijk welkom wacht, niet alleen als
verwant van den Koning, maar
omdat de Engelschen in hem iemand
erkennen, die uitmunt als idealist
en man van de daad, als denker en
als een groot regeerden
Zulke taal hoorde men een jaar
geleden in Engeland niet over
keizer Wilhelm
Gaat de verhouding tusschen
Engeland en Duitschland alzoo
beteren, tusschen Amerika
en Japan spant het nog altijd
De Vereenigde Staten vreezen een
aanval van Japan, zoo schrijven
de anti-Japansche bladen van
Amerika nog maar steeds en de
bewijzen die ze voor een en ander
bijbrengen, zijn toch ook niet om
zonder meer te ontkennen.
Op last van de Amerikaansche
marine autoriteiten zoo meldt
men wordt op de Amerikaansche
marinewerven dag en nacht gewerkt,
om de slagschepin en kruisers, die
nair d.n Stillen Oceaan gaan, op
tijd klaar te krijgen.
Naar de Filippijnen zijn stukken
zwaar geschut, mijnen en ander
oorlogstuig gezonden naar het
heet op uitdrukkelijken persoon
lijken last van Roosevelt.
Met koortsachtige bedrijvigheid
wordt gepoogd, vrijwilligers aan te
werven, zoo voor leger als vloot,
want zoowel bij land- als zeemacht
is een groot tekort aan manschappen.
Al die maatregelen, doch bovenal
het besluit van Roosevelt onr de
vloot naar den Stillen Oceaan te
zenden, schijnen te zijn genomen,
onmiddellijk toen van de geheime
agenten der Amerikaansche regee
ring in het buitenland berichten
waren ingekomen over de gedra
gingen der Japanners, die zoo
werd gemeld bezig waren, leger
en vloot op voet van oorlog te
brengen.
Dat dit laatste het geval is, wordt
van verschillende zijden bevestigd.
De veel invloed hebbende volks
menner Hearts schrijft iu het
Evening Journal
„Het is moeilijk voor vredelie
vende Amerikaansche burgers om
tot het besef te komen dat er kans
bestaat, dat liet land tot een oorlog
zal worden genoodzaakt. Maar een
nauwkeurige overweging van de
juiste feiten zal scherpzinnige lieden
ervan overtuigen, dat die kans
hestaat."
Deze op zichzelf reeds onrustba
rende uitlating wordt verder in het
artikel niet weinig aangedikto.a.
door de opmerking „dat Japan een
roover is onder de volken, en den
oorlog beschouwt als een winstge
vend bedrijf."
Veel liever dan Hawaï en de
Filippijnen te verkoopen, wil Hearst,
dat de Vereenigde Staten een vloot
laten bouwen „sterk genoeg om
Hawaï en de Filippijnen te ver
dedigen en Japan binnen eigen
kusten te houden."
Mocht Engeland er mee voortgaan,
Japanners, Chineezen en Britscli-
Indiërs toe te laten in zijn kolo
niën, en daardoor de zonen van
Engeland te dwingen tot het con-
curreeren tegen den arbeid van
Oosterlingen, dan zal Engeland
Canada en Australië verliezen, zoo
goed als het de Vereenigde Staten
van Amerika heeft verloren.
In verband met het bovenstaande
is het wel merkwaardig, dat een
Russisch blad,de „Roes" eveneens
bevestigt, dat Japan zich voorbereidt
op een oorlog.
Die toebereidselen zouden echter
volgens dit blad niet gericht zijn
tegen de Vereenigde Staten, maar
tegen Rusland!
In het artikel wordt n.l. betoogd
dat voor Japan een oorlog tegen
de Vereenigde Staten te onvoor-
deelig zou wezen, daar een verster
king der positie van Japan in bet
Verre Oosten nadeelig zou kunnen
worden voor den Britschen handel,
en een oorlog tusschen Japan en
Amerika dus niet gaarne zou wor
den gezien door Engeland.
Maar gaat de schrijver van
het artikel voort de bedrijvigheid
op militair gebied in Japan is te
groot om onopgemerkt te kunnen
blijven. Het leger wordt versterkt;
vooral cavalerie en artillerie wor
den uitgebreid. De haven Lazaref
in Korea wordt versterkt. Van
Sonsjin wordt een militaire haven
gemaakt, blijkbaar om tegenover
Wladiwostok een steunpunt te heb
ben. Vooral in Korea worden langs
de wegen, die naar Wladiwostok
leiden, voorraden opgeslagen.
Dit alles duidt meent de schrijver
van het artikel in de Roes op
vijandige gevoelens van Japan ten
opzichte van Rusland.
Bovendien wijst hij op het feit,
dat Japan vele reservisten van het
leger naar Korea en Mantsjoerije
zendt om zich daar als kolonisten
te vestigen.
Hierbij komt nog, dat Japan voor
enorme bedragen spoed-orders heeft
geplaatst voor spoorwegmaterieel,
dat bestemd is voor Korea; terwijl
de regeering van den Mikado den
laatsten tijd een groot aantal mili
taire instructeurs naar Mongolië
heeft gezonden
We zullen het bier maar bij laten.
Hoe dit alles te rijmen is, mogen
de politici weten. Maar zeker schijnt
het, dat de Japanners hun streken
nog niet verloren hebben, en dat
het „gele gevaar" nog altijd dreigt
uit het verre Oosten!
FEUILLETON.
einde.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
1>80
0.05
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlijke nummers
fl.35
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie J contant,
f0.60 (contant) fO.59
„0.10
De keus voor a. s. Vrijdag wordt
:'en Katholieken wèl gemakkelijk ge
maakt.
Niet meer dan twee candidaten, en
beiden van geprononceerde richting.
Geen middenman, geen die weifelt
jjisschen de partijen, maar een Katho
liek en een vrijzinnig-democraat.
Tegenover den candidaat der Chris
telijke partijen komen de liberale
'facties ditmaal eens niet zooals
oieestal tot dusverre met een van
de middenpartij der liberalen van
allerlei kleur, niet met een man die
''et naast staat aan de velen, voor
w}e de persoon van een candidaat dik
wijls veel gewicht in de schaal legt,
maar ze komen me een man van
de uiterste linkerzij.
Met een candidaat, die het program-
ma onderschreef van de partij, welke
den sociaal-democraat het naast staat 1
Een midden-liberaal, van dat ge
moedelijke ouderwetsche soort, dat
vooral in ons Haarlem nog allesbe
halve is uitgestorven, zou mogelijk
o°g vele stemmen van onverschilligen,
°ok van z.g. liberaal-Katholieken die
er helaas nog worden gevonden, kun-
Den bekomen.
Doch een radicaal, als deze candi
daat is, staat te vèr van den kleurlooze
O'iddenstof' om een ingeburgerd
Woord te gebruiken dan dat zijn
^orkiezing door de mannen van be
eldenden stempel, 'zooals Haarlem
er velen telt, van harte kan worden
gesteund 1
En voor de Katholieken bestaat hier
'°®genaamd geen twijfel meer!
Toor een radicaal, eeix man van de
perste linkerzijde, een volgeling van
darchaud, Ketelaar, Nolting c.s., voe-
eO wij niet het minste 1
En als tegenover dezen vrijzinnig-
'emocraat een man staat als dokter
ao den Berg, die zich in alle kringen
onzer stad door zijn degelijke begin
gen heeft doen eerbiedigen, wiens
adviezen zoowel in hygiënische als in
gemeentelijke zaken steeds met be-
uUg8telling worden gehoord en op
Prijs gesteld, die zelfs zijn raadszetel
aukt voor een deel ook aan de loyale
fkenning zijner verdiensten-.door de
j'eralen-zèlf, waar zulk een man
's dokter van den Berg is candidaat
gesteld, daar is voor de Katholieken
P de eerste plaats, voor de Christe
lijke kiezers in het algemeen, maar
ook voor tal van andere kiezers met
behoudende begrippen de keuze niet
moeilijk meer!
In plaats van een radicaal, een man
van de uiterste linkerzijde, zullen tal
van kiezers a. s, Vrijdag hun stem uit
brengen op den heer
23)
Die gedachte kon mij tot waanzin
1'rongen, maar de eer des huizes vóór
alles- Ik was vastbesloten. Met goud
(1)'au een Déplacet was het zaad gestrooid,
fn Déplacet ook moest de vruchten oog-
3n- Van dit oogenblik af was Thomas
orikrana arm en Henri Déplacet,anders
s zegd Maubourg, de bezitter van twee
'mihoen."
en"T.wee millioen", herhaalde Perronet,
°0£« vlammengloed straalde het uitzijn
„twee millioen."
be£i V\atldei1 gingen voorbij, eer hetdoods-
reikt Van luitenant Maubourg mij be-
I e>" ging de grijsaard voort, „want op
llf.i ?.°gcnblik, dat men mij dwong, in
''Utuig te stappen, dat mij gevankelijk
een i nkrijk zou voeren, werd ik door
beroerte getroffen,
hetan milddadige stichtingen moest ik
inaV111 den handel gewonnen goud ver-
Va|,fn'. Want de laatste Déplacet was bij
lukk-n<da gevallen. Nu echter kan ik ge-
jer) de eer van ons huis van alle smet-
.1» ,zu'veren door Henri Déplacet, den
i,.h Sewaande, de schatten van het huis
- renkrans ter hand te stellen, en.
"aam van mijn vader om vergiffenis
te y/agen."
»/<ooveel rijkdom voor mij?" riepMau-
bourg bijna verschrikt uit. „En Henn,
UW kleinzoon?"
„Ook Henri zal een welgesteld mensch
worden. Iu zjjn belang is het huis Ehren-
krans nu de katastrophe onder den ouden
naam opnieuw gevestigd, en het oude ge
luk bleef ons trouw. Aan dien rijkdom
kleeft dus geen vlek."
„Thomas Ehrenkrans," de stem
van (den overste klonk bijna plechtig
in den naam van Bertrand de Déplacet,
neem ik uwe boete aanhet huis Ehren
krans is vrij van alle schuld. De miliioe-
nen echter sta ik aan mijn jongen vriend
af. Wat zou ik, arme eenzame man er
mee doen?"
Tromgeroffel en het naderbij komen van
een troep marcheerende soldaten onder
brak de woorden van den overste. Het
detachement koninklijke troepen, dat,
zooals de markies de Courtenavzijn vriend
had meegedeeld, ter beschikking zou
suian van den graaf, rukte Perronet bin
nen en kwam juist voorbij het huis der
oude vrouw.
De graaf snelde naar het venster en
rukte het open: een wilde triomf straalde
uit zijn trekken, voor een man van zijn
leeftijd onnatuurlijk en bijna angstwek
kend.
„Luitenant Brillon
„Halt!"
De kleine troep stond als vastgeworteld'
salueerende bracht de bevelvoerende offi
cier de hand aar, zijn kepi.
„Kent ge mij en mijn ambt?"
„Nogmaals groette de jonge man. „Graaf
van Perronet, algemeen commissaris van
Zijne Majesteit, en wiens bevelen ik on
voorwaardelijk op te volgen heb", sprak
hij.
„Goed, laat zes man hier binnenkomen
en op den drempel post vatten. Niemand
mag zonder mijn verlof het huis ver
laten. Met het overige deel van het de
tachement begeeft ge u naar het kasteel.
Ik volg u spoedig."
„Zeer goed, heer graaf". De luite
nant gaf zijn bevelen.
Nu wendde graaf Perronot zich tot de
drie gelukkigen. Maar op dit oogenblik
brak liet zweet hem aan alle kanten uit;
een brandende pijn voelde hij in het
voorhoofd doch slechts een oogenblik
daarna was allés weer voorbij.
„Hoyd u kalm, Perronet," sprak de
edelman tot zichzelf.
Daarna sprak hij verder, opzettelijk
woord voor woord sprekend om ze des te
dieper degenen, die hij zoozeer haatte, te
doen treffen.
„Gij hebt dit uur een beschikking Gods
genoemd. Misschien hebt ge gelijk: de
ondeugd zal dan ook niet triomfeeren.
In deze dagen is rijkdom macht. Ik leg
beslag op de millioenen, die overste Mau
bourg toekomen."
De koopman glimlachte.
„Beproef het, heer graaf. De Hamburg-
sche koopman staat in deze zaak tegen
over den commissaris van koning Lode-
wijk. Slechts aan de rechtstreeksche erf
genamen van Bertrand de Déplacet zal
het huis Ehrenkrans de schuld van zijn
stichter voldoen, aan niemand anders
„Uitstekend, Thomas Ehrenkrans, ik
heb uw woordAlle hartstochten, die
de ouderdom niet had vermogen te ver
stikken, stonden op desgraven gelaat te
lezen. „Niet als commissaris des konings
voor den staat, als oudere zoon en
rechtstreeksche erfgenaam van Bertrand
P acet tnaak ik aanspraak op de
millioenen, die aan het geslacht, door uw
vader bedrogen, toekomen!"
„Gij een Déplacet?" riep'de c/verste uit.
„Een zoon van mijn grootvader! Zou ik
dus uw neef zijn?"
;,Naar den bloede ja, maar nooit door
banden van sympathie. Ik heb nieis met
Bonapartische raddraaiers te maken!"
„Maar de dood wel met u, heer graaf,"
klonk het uit den hoek, waar oude Marie
zat.
Haar woorden werden niet verstaan,
want in de hoogste opgewondenheid was
Ehreiikransdengraaf.tegemoetgetreden„Ik
geef u uw vraag van'zooeven terug, graaf,"
sprak hij, „waar zijn uw bewijzen?"
Perronet lachte verachtelijk. „Een heel
archief vol als ge wilt," sprak hij. „Ge
vergist u, als ge meent dat de voort
vluchtige ridder Bertrand zijn e enigen
zoon bij zijn vlucht uit Frankrijk meenam
de knaap, die hem vergezelde, was de
jongere zoon van den man, die zoo vroeg
zijn vrouw verloren had. De oudere was
kort na het overlijden der moeder door
een bloedverwant van deze, graaf Perro
net, als kind aangenomen, en werd de
erfgenaam van den graaf.
„Perronet's en de Dèplacet's leefden
niet in goede verstandhoudingmijn oom,
een echte zonderling, deed niets om den
verbroken vriendschapsbanden weer aan
te knoopen. Toen ik na zijn dood, meer
uit plichtsgevoel dan uit sympathie, naar
mijn vader en mijn broeder een onder
zoek instelde, bleken beiden verdwenen.
Nu echter leg ik. Leonard Déplacet,
graaf van Perronet, in naam der wet en
op grond van persoonlijke aanspraken,
de hand op u allen: overste Maubourg
neem ik gevangen als verdacht van deel
neming aanBonapartistische samenzwerin
gen, als medelid van een bende brand
stichters,, die onder den trotschen naam
van „de wrekers van den doode" mis
daden op misdaden stapelt. U, Henri
Waller, neem ik in arrest wegens poging
tot moord op een lid van m jn huis en
als verdacht van medeplichtigheid aan de
wandaden der „wrekers van den doode.
- En u, Thomas Ehrenkrans, laat ik
niet los, alvorens ge mij, den rechtinati-
gen erfgenaam der Déplacet's, de millioe
nen hebt uitbetaald, die als vergoeding
moeten dienen voor hot jegens ons ge
pleegde bedrog."
De krukstok gleed den koopman uit
de handen, en hij griep den graaf met
beide handen beet. „Perronet, riep hij
uit, „ge jjt een grijsaard als ik, denk
alvorens geweld te plegen; aan uwe
eeuwigheid, aan God, dien....
Met de volle kracht van den haat slin
gerde de graaf den ouden man terug, die
ter aarde 'gestoot zou zijn, wanneer Mau
bourg en ITenri hem niet hadden opge
vangen. „God?" riep Perronet uit.
„Zeidot gij zelf niet, dat Hij dit uur
heeft gewild En de dood Nooit heb ik
mij jonger en frisscher gevoeld dan in dit
uur, nooit beter in staat om krachtig te
handelen. Uw millioenen, oude man, zul
len mijn huis een nieuwen glans verlee-
nen, en hun stralen zullen den herfst van
mijn leven helder verlichten."
Koortsachtig opgewonden, rukte hij de
deur open en riep:,, Soldaten, in naam
dei konings. .mijn God, wat is dat?"
Hij streek met de hand over het voor
hoofd. Weer die vreeselijke pijn, maar
langer en heviger, nog dan straks. Hij
wilde schreeuwen, maar zijn tong was als
verlamd en weigerde hem haren dienst
hij wilde vooruit. het werd hem don
ker voor de oogen.
Als een beschonkene waggelde hijhet
volgende oogenblik sloeg de hooge gestalte
met een zvvaren plof tegen den grond.
Alles vergeten, snelden Maubourg en
Henri op den ongelukkige toe. Thomas
Ehrenkrans was op een stoel neergezon
ken, overmand door zooveel hevige aan
doeningen. Ook de soldaten snelden toe.
Maar op eens wierp oude Marie zich tus
schen de helpers en den man, die geen
ander teeken van leven meer gaf dan een
angstwekkend rochelen.
„Raakt hem niet aan," riep zij met
krijschende stem, „hij is des doods. Een
moet er toch met mij het graf in gaan.
Hoort ge liet, trotsche graaf De drank,
dien ik u bereid heb, was een zwaar ver
gif. Kom beste graaf, ook mij brandt het
reeds als vuur in de aderen. Wijs mij den
weg niaar vast!"
De krankzinnigheid, waaraan de oude
vrouw al sinds langen tijd leed, maakte
zich nu met vernieuwde kracht van haar
meester en vereenigde zich met de wer
king van het vergif, dat ze met graaf
Perronet gedeeld had. Ze wierp zich op de
stuiptrekkende gestalte van den edelman
on omklemde hem met hare dorre armen.
Men moest de twee met geweld van
elkaar rukken twee lijken 1
Thomas Ehrenskrans stond op. Lang
zaam, ondersteund door Mauburg en
Henri, naderde hij het lijk.
„God heeft geoordeeld," sprak hij plech
tig, „wij buigen ons voor Zijnen wil. Wie
onder ons zonder zonde is, mag alleen
dezen doode veroordeelen. Wat onze mil
lioenen betreft, in de handen van den
hoogsten rechter des lands, van Lodewijk
XVIII zeiven, zullen wij de beslissing
leggen. Opzijn rechtvaardigheidszin wordt
niet tevergeefs een beroep gedaan!"
•„Henri," ging de grijsaard voort, „ge
zult bij den troon nog een voorspreekster
vinden.uwe moeder!"
„Mijne moeder!" De jonge man duizelde
en de vreugde dreigden hem té machtig
te worden. „Leeft zij dan nog?
„Zij leeft nog. We gaan terstond naar
liaar toe. Ze is te Maiseille. En als we
daar haar hartewonden geheeld hebben,
dan naar Hamburg. Het huis Ehrenkrans,
Henri, wacht zijn jongen chef.
s Eenige weken later verliet een order
ter kabinet des Franschen konings om
ieder verder onderzoek naar de voorval
len der afgeloopen te staken.
Overste Maubourg verheugde zich nu
in onbedreigde vrijgeid. Hij scheepte zich
niet met Thomas Ehrenkrans naar Ham
burg, maar een jaar later geleidde hij
gravin Melanie de Pevronet als bruid van
den jeugdij en chef van een der machtig
ste Hamburgsche koopmanshuizen naar
hun nieuwe vaderland.
En dat het huis Ehrenkrans zjjn roem
getrouw bleef, weten nog heden de men-
sclien u te vertellen. Nog is er in sommige
kringen voor een handelshuis geen grooter
lof te bedenken dan die ligt in de woor
den: „Zoo goed als Ehrenkrans!"