DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
Een fatsoenlijke inbreker.
ICincflerhuisirest 3l-33y Haarlem
No. 6722, 328te Jaargang,
Bureaux van Redactie en Administratie:
Interc. Telefoonnummer 1426.
De 3e Algemeene Verga
dering van den Diocesanen
Dond van R. K. Drankbe-
strïjders-vereenigingen iri
het Bisdom van Haarlem.
(Van onzen eigen verslaggever.)
In een der bovenzalen van de
Sociëteit „Vereeniging" werd gister
middag half een de 3e Algemeene
Vergadering gehouden van den
diocesanen Bond van R. K. Drank-
oestrijdersvereenigingen.
De vergadering was druk bezocht.
Ue drankbestrijdsters vooral waren
°°k flink opgekomen.
Voor de bestuurstafel was een
haag van bloemen en planten aan
gebracht. Paar uit rezen als het
^are uit de bloemen op de busten
van onzen Heiligen Vader den Paus,
^an Haarlem's geliefden Kerkvorst
A. J. Callier en van onze ge-
eerbiedigde Koningin Wilhelmina.
Achter 't podium een schild met
Salve" en langs de wanden der
2aal overal spreuken en wenken op
~e zaak der drankbestrijding be
dekking hebbend. Een en ander
dank zij de goede zorgen der afd.
Haarlem.
Er waren tal van geestelijke en
^ereld'ijke autoriteiten, 't bestuur
der plaatselijke afdeeling, tal van
belangstellenden, onder wie vele
Haarlemmers, en ten slotte een
"O-tal afgevaardigden uit alle plaat-
sen van 't Bisaom.
Dij den aanvang der vergadering
derd het eerst 't woord gevoerd
dbor den Voorzitter van het Haarl.
Hruisverbond, den heer C. G. Loh-
^eijer, die allen het welkom
toeriep. Het is spr. een aangename
taak dit welkomstwoord te mogen
toeroepen aan deze mannen en
bouwen, die allen zoo'n moedigen,
z°o'n nobelen strijd voeren. De keuze
Haarlem voor deze vergaderiug
ls zeker te danken aan 't initiatief
pater Ermann. Die keuze wordt
door Haarlem op hoogen prijs ge
beld.
Spr. wijst ook op de beeltenissen
Z. H. den Paus, Z. D. H. den
D'sschop vau Haarlem en van H.
b de Koningin, van wier hulp en
Voorlichting de drankbestrijding
Zooveel verwacht.
Spr. doelt voorts op de belangrijke
Ponten der agenda, die strijd zullen
bergen. Maar deze strijd zal zeker
^rekken in 't waarachtig belang
dör vereeniging, der drankbestrij-
d'og. (applaus).
De Voorzitter, de beer P. A.
Hicolaas (Amsterdam) opende daar-
de 3e algemeene vergadering.
"Pr. deed dit met vreugde. Want
steeds gaat de Dioc. Bond vooruit
to bloei, in aantal afdeeliugbn, in
«nantieele omstandighedeninleden-
tab in het werken der afdeelingen,
getuigen de vele punten op den
beschrijvingsbrief. Dat is bemoedi
gend.
FEUILLETON,
Spr. wenschte het beste succes
dezer vergadering ter bevordering
van den bloei van den Bond.
(applaus.)
De notulen, door den secretaris
voorgelezen, werden bij acclamatie
goedgekeurd. Vervolgens werd 't
jaarverslag uitgebracht door den
secretaris.
Hieraan ontleenen we het vol
gende
In den aanvang werd gewezen
op 't opgewekte leven, dat in onze
dagen neerscht in 't Katholieke
drankbestrijderskamp.
De bond telt 27 Kruisverbonden,
14 Mariavereenigingen, te zamen
tellende 1067 geheelonthouders,
2230 afschaffers en 122 matigen.
Hiervan hebben de Kruisverbon
den 417 g.o. 1247 a. en 122 m.de
Mariavereenigingen 547 g.o.en 983 a.
Met 33% is 't ledental toegeno
men, doch de bloei van den Bond
heeft met deze toename geen ge
lijken tred gehouden. Helaas! En
toch deed de bond veel naar buiten.
Maar met betrekkelijk weinige
resultaten.
Voor de propaganda werd 't
Bisdom in 3 districten verdeeld. De
Bond bood aan de vakorganisaties
sprekers aan voor de drankbestrij
ding. Er werd een aanvang ge
maakt met de oprichting van een
drankweer-bibliotheek.
Het orgaan „De Drankweer" telt
2850 abonnementen.
De ingezonden verslagen der
afdeelingen spreken van een op
gewekt vereenigingsleven. Dat leven
uit gich in velerlei vormen.
Spr. noemt enkele voorbeelden.
Met een krachtige opwekking werd
't verslag geëindigd, (applaus).
Hierna was de 2e penningmees
ter aan 't woord (De 1ste penning
meester was wegens een sterfgeval
in zijn gezin plotseling verhinderd.)
De ont\ angsten bedroegen f315,24V2,
de uitgaven f237.26, 't batig saldo
bedroeg f77,9872-
Algemeen werd geklaagd over de
hooge uitgaven.
Inzonderheid over de kosten door
't Hoofdbestuur gemaakt. Dit werd
voornamelijk door Assendelft te
berde gebracht.
De voorzitter merkte op, dat
volgens de statuten aan de Hoofd
bestuurderen reis en verblijfkosten
worden toegekend.
Maar de bedoeling van Assendelft
was, zooals nader bleek, of de uit
gaven van 't Hoofdbestuur wel
gerechtvaardigd zijn in verband
met hetgeen het Hoofdbestuur pres
teerde.
De voorzitter gaf hierover nadere
uitlegging, terwijl verder deze zaak
werd uitgesteld tot punt 6 dei-
agenda (cie. tot nazien der reke
ning). De heer Bulten (Hillegom)
adviseerde tot het opmaken eener
jaarlijksche begrootiug.
De Cie., belast met liet. nazien
der geloofsbrieven van de afgevaar
digden, rapporteerde bij moude van
den Heer v. Ilist, dat er vertegen
woordigd waren 51 afgevaardigden
(25 Kruisverbonden en 8 Mariaver
eenigingen.)
Voor het nazien der rekening en
verantwoording berden gekozen de
3 volgende verificateurs: afgevaar
digden van Assendelft, Schiedam,
Delft.
De Cie. rapporteerde, dat alles
in orde werd bevonden, behoudens
eenige-opmerkingen van onderge
schikten en geen steekhoudenden
aard.
Daarna was aan de orde verkie
zing van 5 bestuursleden, wegens
periodieke aftreding van de H.H.
P. A. Nicolaas, W. J. v. Dam en
G. Mooy, alsmede van den beer
Th. J. H. v. Reeken en Mevr. Jos.
LagerweyWittkampf, bepaald in
art. 6 al. 1 der statuten (De heer
G. Mooy stelde zich niet meer her
kiesbaar.)
Herkozen werd alleen de heer
W. J. van Dam met 41 st.,
terwijl gekozen werden Mevrouw
M. Kenterv. Baar (Alkmaar) 29,
A. W. H. Ludwig (den Haag) 26,
Fr. Wisse (R'dam) 40, J. G. Suring
(Vlaardingen) 29 stemmen.
De volgende niet gekozen beeren
verkregen de navolgende stemmen:
P. A. Nicolaas (A'dam) 14, Jos.
J. Verhulst (Delft) 15, C. W. Keijs-
per (Alkmaar) 9, J. H. M. Balvers
(Hillegom) 23 J. P. Handgraaf (Scho
ten) 16 st.
Tien stemmen waren ongeldig.
Tijdens de stemmingen sprak de
Voorzitter nog een krachtige opwek
king voor den steun van het Dr.
Ariënsfonds. Spr. somde de pogin
gen op, die door 't Hoofdbestuur
reeds zijn gedaan voor dit fonds.
Tijdens de vergadering werd een
collecte gehouden, die opbracht
f 20,6572-
De verschillende voorstellen kwa
men thans in behandeling. Allereerst
't voorstel A'dam om te pogen een
zelfstandigen Mariabond op te rich
ten. Daardoor zou, meende de afd.,
de eenheid bevorderd en een krach
tiger actie door de vrouwen ont
wikkeld worden. Dergelijke zelf
standige bonden bestaan ook reeds
in de 4 andere Bisdommen.
Amsterdam lichtte haar voorstel
toe. Zij wees op de andere Dioce
sen. Er zijn in ons Bisdom leden
van Mariavereenigingen genoeg
voor een zelfstandigen Bond. Ook
le vrouwen hebben dikwerf genoeg
getoond zelf met veel succes haai
«aak te kunnen besturen Zeker, er
djn nadeeien, o. a. van finantiëeien
iard. Doch deze werden door spi
-.ooveel mogelijk weerlegd.
De lieer Speller (Haarlem) bc
reurde de afscheiding uit een oog
punt van krachtsverspilling. De
werkwijze van Mariavereenigingen
en Kruisverbonden loopen parallel
Bovendien de Mariavereeuiging
heeft het zelf niet gevraagd. Waar
om doet A'dam het dan? Kwijnen
de Mariavereenigingen, dan moet
de Bond haar meer steunen. Doch
men verbreke de eenheid niet.
De heeren Wisse (R'dam) en
Suring (Vlaardingen) keurden het
af, dat de afd. Amsterdam dit voor
stel heeft gedaan. De dames zelf
hebben niets gevraagd.
De heeren Bulten (Hillegom) en
Anthonisse (Haarlem) zouden ook
willen vragen of de dames den Bond
willen hebben.
Pater Ermann (R'dam) stelde de
kwestie: Is bet nu de tijd een Ma
riabond op te richten? Want dat
de Bond er komt, staat buiten kijf.
Mej. Arts (den Haag) deelde me
de, dat de oprichting van een Ma
riabond in voorbereiding is. Thans
is er de tijd nog niet. De heer Loh-
meijer (Haarlem) zou de afscheiding
der dames betreuren, die den man
nen zoo vaak een lesje in actie
geven.
Pater Ermann (R'dam) zei, dat
van afscheiding geen sprake is. De
vrouwen willen samenwerken. Doch
zij willen een zelfstandig bestuur.
Eu dat gebeurt, daar is niet aan
te twijfelen.
De Voorzitter had 't advies ge
vraagd van Z. D. H. den Bisschop.
Monseigneur had de oprichting van
een Mariabond goedgekeurd, (ap
plaus). Daarom adviseerde spr. tot
aannemig van 't voorstel Amsterdam.
De heer Speller (Haarlem) wilde,
dat de Bond er zich buiten hield.
Wij moeten die afscheiding aan
de dames zelf overlaten, zei spr.
Het voorstel Amsterdam werd
verworpen met 45 tegen en 21 voor.
Het volgende voorstel was van
Assendelft. Deze afdeeling wilde
den abonnementsprijs derDrankweer
in overeenstemming brengen met
dien in andere Bisdommen, ten
minste voor de aangesloten afdee-
deelingen. Voorts een bondspropa-
gandist aanstellen en 3e dat de
Bond een spreker diponibel stelle
voor de aangesloten afdeelingen
over een of ander urgent onder
werp.
Een en ander om de propaganda
loor en voor den Dioc. Bond beter
te doen slagen. Assendelft wees in
hare argumenteering op de vele
verceuigingen, die niet als afdee
lingen tot den Bond toetreden.
De groote reden is, dat zij con
tributie moeten betalen, terwijl ze
or niets voor hebben. Verder is de
teiding ip den Boud te onvast. Hij
geeft te weinig en niet in overeen
stemming met de statuten. De inleider
ontwikkelde verder de beteekenis
Ier voorstellen zijner afdeeling.
De heer Schellekens (Eginond)
bestreed de beschuldiging van As-
endelft, dat niet toegetreden wordt
loor de vereenigingen,omdat deBond
liet genoeg geeft. Maar, 't is juist
andersom Laten de onderafdelingen
■eist toetreden., dan kan eerst leven
on actie in den Bond komen.
De heer Speller (Haarlem) achtte
een bouds propagandist overbodig.
De heer Verbeek (Amsterdam)
zag meer heil in gewestelijke pro
pagandisten. De kosten voor een
bondspropaganaist zouden veel te
hoog loopen. De voorgestelde voor
deden mogen niet zoo boog aan
geslagen worden..
Pater Ermann (Rotterdam) advi
seerde tot aansluiting, algemeene
aansluiting en dan over kleinighe
den heenstappen.
Na een uitvoerig debat over deze
voorstellen werden de 3 Assendelft-
scke in stemming gebracht.
Het eerste voorstel (ab prijs Drank-
weer) werd met algemeene stem
men aangenomen, het tweede (bonds-
propagandist) werd met 2 stem
men voor verworpen, terwijl ten
slotte het 3e voorstel (liet disponi
bel stellen van een spreker) ook
werd aangenomen.
Beverwijk stelde voor in 't hoofd
van De Drankweer" den naam van
de maand weg te laten, in 't belang
der propaganda.
Dit Voorstel werd goedgekeurd.
Haarlem stelde voor stappen te
doen bij „Sobriëtas," dat zij ook cir
culaires voor Nieuwjaarsdag, Eerste
H. Communiedagen en bij gelegen
heid van de kermis uitgeven zal. Het
Bestuur stelde voor, dat de Bond
zelf die circulaires zal uitgeven.
Algemeen was men evenwel ge
kant tegen concurrentie met Sobrië
tas.
Maar pater Ermann wees erop,
dat 't Bestuur dat zeker nooit zou
doen zonder daartoe overeengeko
men te zijn met Sobriëtas.
De voorzitter achtte de Communie
circulaires van Sobriëtas voor 't
Bisdom Haarlem niet geschikt. En
daarom moet de Bond ze zelf uit
geven.
Het zelf uitgeven van propaganda-
lectuur ligt geheel in de lijn der
Statuten van den Diocesanen Bond.
De beer Speller (Haarlem) advi
seerde, dat eerst de bezwaren aan
Sobriëtas zouden kenbaar gemaakt
worden. Komt Sobriëtas daaraan
niet tegemoet,dan kan de Bond
nog zelf handelen.
De Heer Lohmeijer (Haarlem)
weed erop, dat 't voorstel Haarlem
geheel is gegrond op motieven van
fmantieelen aard.
De Heer Beijnes (Haarlem) vroeg
wijziging van 't voorstel in den g^est
van het gesprokene door den Heer
Speller.
Het voorstel Haarlem werd even
wel ongewijzigd bij acclamatie aan
genomen.
Hillegom stelde voor, dat 't Hoofd
bestuur in 't a.s. winterseizoen in
alle afdeelingen een zelfde punt in
zake de drankbestrijding aan de
orde zal stellen.
liet Hoofdbestuur vond dit in
strijd met de rechten der afdeelingen.
Maar de Heer Bulten (Hillegom)
zag daarin absoluut geen ingrijpen in
de rechten der afdeelingen. Het
bel reft slechts het uitspreken der
wenschelijkheid.
De heer Suring (Vlaardingen
stelde voor 't voorstel te wijzigen in
dien geest, dat er alleen „van ad vi
se e r e n" gesproken wordt. Dit
amendement werd door den Heer
Bulten (Hillegom) dadelyk overge
nomen.
Assendelft wenschte, dat 't Hoofd
bestuur dan ook de sprekers over
dat bepaalde onderwerp zou
beschikbaar stellen.
Leiden en Gouda wenschten, dat
de Bond zich in verbinding stelle met
Sobriëtas en deze weder met andere
drankbestrijdersvereenigingen om te
verkrijgen, dat de Rijkspensioenen
niet uitgekeerd worden om de 3
maanden maar per maand of per
week. Pater Reijnenberg (Leiden)
was er tegen. Die dan 3-maande-
lijks drinken, zullen het wekelijks
gaan doen. Bovendien men denke
aan de toename van 't werk aan de
betaalkantoren. Het voorstel is te
vaag. Delft was ook bang, dat dan
veel meer gedronken zou worden.
De gepensionneerden zijn reeds
dronken voor ze 't pensioen hebben.
Ze verpanden de pensioenbrieven.
Laten wij er opletten, dat ze dat niet
doen. En constateeren we dat, dan
geve men daarvan kennis aan de
politie.
Pater Ermann wees erop, dat
't voorstel in den geest is van de
heele drankbestrijding, katholieke en
niet katholieke. Het betreft slechts
het uitspreken van een wensch.
Er is in de aanneming van 't voor
stel geen gevaar gelegen.
Het voorstel werd daarna aange
nomen.
Op voorstel van Leiden werd
besloten, dat de Bond pogingen
zal aanwenden in 't Bisdom en zoo
mogelijk door 't geheele land om
van gemeentewege boekjes over
drankmisbruik te verstrekken aan
de ouders der schoolgaande kinderen
of bij huwelijk.
Aangenomen werden voorts twee
voorstellen der afdeeling Lutje
broek het eerste om wanneer in
een afdeeling zich kwesties voor
doen, waarbij rechtskundige voorlich
ting noodzakelijk of gewenscht is,
dat dan 't afdeel, bestuur zich tot
't Hoofdbestuur kan wenden, hetwelk
zich dan met de verdere leiding
kan belasten.
Lisse vreesde, dat de afdeelingen
dan te gauw zouden gaan proce-
deeren.
De heer Bulten (Hillegom) meen
de, dat 't Hoofdbestuur beter kan
optreden, daar het meestal bij een
geschil gaat tegen personen of tegen
een groep personen. En dit kunnen
de leden eener plaatselijke afdeeling
dikwerf zeer bezwaarlijk.
Het voorstel werd toen aange
nomen. Evenzoo 't 2e voorstel om
in groote plaatsen en koffiehuizen
van den Volksbond en dergelijke
adresboeken ter inzage te leggen.
Purmerend had gevraagd, dat een
lid eener afdeeling naar een andere
plaats vertrekkend tot de afdeeling
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem fl.35
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1,80
Afzonderlijke nummers0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf0.60 (contant) f0.00
Elke regel meer0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie contant.
«Neem me niet kwalijk meneer, maar
er is iemand in onzen automobielstal."
'k wendde mij in mijn armstoel om en
^aK mijn chauffeur Henry James voor
'"li staan. Mijn sigaar uit den mond ne-
'lend, antwoordde ik:
«Welnu, jaag den kerel er uit. Ik wil
,aar geen landloopers te slapen hebben,
r' kun je het misschien alleen niet met
af?"
«Het is geen landlooper, meneer, het
8 een dief. Ik kwam maar juist op tijd
"!u te verhinderen, dat hij er met den
'"uwen auto van door ging."
«Wat!" riep ik nu in de hoogste opge
wondenheid uit. „En wat heb je met hem
ëedaan?"
«Hem opgesloten, meneer!"
donder nog meer woorden te vespillen
Prong ik op en snelde, door Henry Ja-
"iea gevolgd, de kamer uit. In de gang
°0rzag ik mij van een reusachtigen
^beugel,
Mijn knecht had een lantaren voor de
hr van den stal laten staan. Ik nam
op en beval: „Doe de deur open, Ja-
nies."
'k ben iemand van een kalm tenipe-
\v !""ot, en mijn plattelandspractijk levert
afwisselends op. Ik herinnerde
dan ook niet, dat er sinds jaren
srooter gebeurtenis in mijn huis was
voorgevallen dan de aankomst van mijn
nieuwen auto. De feiten van dezen nacht
zouden echter niet minder interessant
blijken.
Henry James luisterde een oogenblik
aan het sleutelgatdaarna draaide hij snel
den sleutel in het slot om, wierp de deur
open en sprong toen haastig achteruit.
De stralen der lantaarn vielen op het
schitterend groen en goud van den auto
en op het fraai gepolijste koper. Naast
het voertuig stond een man die er aller
minst uitzag als een landlooper of in
breker. Toen het licht op hem viel, stapte
hij vooruit en sprak half verontschuldi
gend: „Ik heb alles weer in orde ge
bracht zooals ik het gevonden had!"
„Komaan, dat is al heel oplettend van
u," sprak ik niet weinig ironisch.
De vorige opmerking van den vreem
de was blijkbaar aan het adres van mijn
chauffeur gericht geweest. Nu wendde
hij zich tot mij en sprak op kalmen toon:
„Goeden avond."
Ik moet bekennen dat ik een oogen
blik verstomd stond. Die man was zoo
heel verschillend van wat ik verwacht
had. Zijn kleeren deden zien, dat hij er
in geslapen had, zijn linnen was niet on
berispelijk wit, maar zijn handen waren
schoon en goed verzorgd, en ik kreeg
geheel den indruk van iemand voor mij
te hebben, die maatschappelijk minstens
mijn gelijke was.
„Goeden avond," antwoordde ik einde
lijk en sprak toen tot James: „Neemden
auto en haal een paar politie-agenten!"
Mijn gevangene keek mij vlak in het
gelaat. „Als ge mij eerst even wilt aan-
hooren, meneer, zult ge uw voornemen
om de politie te ontbieden, wel laten
varen 1"
En op geheel veranderden toon giug
hij voort: „Maar geef mij voor alles wat
ie eten, als ge will!"
Ik wenkte Henry James zijn toebereid
selen te staken en nam den vreemde
mee naar mijn woning. Er was geen ge
vaar voor ontsnapping. De uitdrukking
zijner oogen en de uitroep van zooeven
zeide mij duidelijk genoeg, dat do man
inderdaad bijna stierf van den honger.
Ik was vroeger genee.hoer geweest in
een zeer armoedige streek, en kende die
uitdrukking der oogen, die van gebrek
aan voedsel sprak, maar al te goed. Me
delijden bewoog mij dan ook mijn bevel
in te trekken, met de ve klaring die hij
beloofd had.
„Zal ik meegaan, meneer?" vroeg Henry
James. Er klonk verbazing en waarschu
wing in zijn toon, en hij keek den vreem
de tamelijk vijandig aan.
„Neen James. Zeg alleen maar aan
juffrouw Harrison dat ze wat eten brengt."
„Best meneer," antwoordde hij, maar
zonder zich moeite geven om de verach
ting te verbergen, die mijn zwakheid hem
inboezemde. „Als u me soms noodig
mocht hebben, ben ik in de keuken."
De knecht ging heen en ik sprak tot
den ongelukkige:
„Ga zitten. Het souper zal dadelijk op
gediend worden. Als ge gegeten hebt,
kunnen we wel eens praten."
De vreemde dankte mij en bleef met
het hoofd voorovergebogen en de elle
bogen op zijn knieën voor zich uit zitten
staren. Wij spraken niet verder, en juf
frouw Harrison, in wier verwijtenden blik
ik den invloed van mijn chauffeur be
merkte, verscheen en op afgemeten toon
deelde mede dat het souper in de eetkamer
gereed stond.
Terwijl no vreemde zjn honger stilde,
hekeek ik hem eens zeer opmerkzaam.
Hij was klein en tenger gebouwd, maar
zag er zeer verstandig en welopgevoed
uit. Ik schatte hem op acht en twintig
it dertig jaar. Gouden manchetknoopen
en een fraaie daspeld verrieden onmis
kenbaar, dat hij tot den gegoeden sfcand
behoorde.
Hij bleek zoo uitgehongerd, dat ik, niet
uit gebrek aan gastvrijheid, maar in mijn
hoedanigheid van geneesheer hem moest
aanraden, niet meer te eten.
„Ik heb in geen twee dagen wat ge
had," sprak hij.
„Juist daarom moet ge nu voorzichtig
zijn," zeide ik. „Wacht liever tot straks
en ga nu mee naar mijn studeerkamer.
Een sigaar?"
„Gaarne," sprak hij. „Waaraan heb ik
die goedheid verdiend Ik heb u toch
mijn aanwezigheid in uw auto-stal nog
met verklaard!"
„Nu, om u de waarheid te zeggen, be
grijp ik ook niet best, hoe g« u van de
verdenking, mijn automobiel te willen
stelen, zult kunnen zuiveren," zeide ik
koeltjes.
„Dat kan ik ook niet," antwoordde hij
rondweg. „Als uw chauffeur mij niet be
trapt had, zou ik nu dertig kilometer
hier vandaan zijn op weg naar Lon
den. Maar laat ik u alles geregeld ver
tellen. Mijn naam is Marshall Barton, en
ik ben lid van het accountants-kantoor
Gorrens Barton, die ge misschien wel
eens hebt hooren noemen.
Ik ben een wees en heb niet anders
dan verre verwanten. Een maand geleden
werden wij uitgenoodigd de boeken eener
maatschappij na te zien. De aandeelen
dezer maatschappij zouden worden ge-
kocht door een onzer beste cliënten. Het
opmaken van een juiste balans, en het
nagaan van de zaken der maatschappij
gedurende de laatste jaren dat alles
vormde samen een arbeid van verschei
dene dagen.
Het is vandaag geloof ik derde Augus
tus. Nu, vier dagen geleden zat ik in een
dèr vertrekken van de maatschappij eenige
boeken te controleeren. Niet lang was ik
nog bezig of ik ontdekte een reusachtige
vervalsching, die echter zoo handig ge
maakt was, dat ik ze slechts door een
tceval betrekkelijk spoedig vond. Schijn
baar was alles volkomen in orde, maar
toch durf ik beweren dat zonder mij het
bedrog nooit ontdekt zou zijn. Morgen
ochtend om tien uur zouden wij de
verklaring teekenen dat de boeken dei-
maatschappij volkomen in orde zijn, en
er bleef voor mij maar één middel over
om vóór dien tijd Londen te bereiken."
Mijn zonderlinge bezoeker hield even
op om een versche sigaar op te steken.
„En dat was mijn auto, nietwaar?" kon
ik niet nalaten te vragen. „Maar toch
begrijp ik niet recht waarom ge morgen
ochtend niet kunt telegrafeeren, en heele-
maal niet waarom ge u hier eigenlijk op
tachtig kilometer afstands van Londen
bevindt.
„Dat is ook allerzonderlingst", stemde
hij toe. „Als ik echter naar een spoorweg
station of een telegraafkantoor ging, liep
ik groot gevaar als een ontsnapten krank
zinnige te worden opgesloten. Waarom
dat zal straks blijken. En daar hier
sprake is van „een kleine vergissing"
van dertig duizend gulden, begrijpt ge
dat de zaak van belang is.
Juist toen ik de „fout" ontdekt had,
bemerkte ik dat er iemand de kamer
binnentrad. Voor ik echter kon zien, wie
het was, voelde ik een hevige slag op
het hoofd. Ge kunt boven mijn rechter
oor de sporen er nog van zien.
Verder herinner ik mij niets meer dan
dat ik mij later in een gesloten rijtuig
bevond, dat met groote snelheid voort
reed op een donkeren weg. Er waren
twee andere mannen in het rij tuig maar
hun gelaatstrekken kon ik in de duister
nis niet onderscheiden. Het schijnt dat
ik in mijn verdooving gesproken had,
want een der twee zei lachend: «Nu, als
hij zoo morgen ochtend spreekt, zal de
oude Westerton zeker niet weigeren het
attest te geven". Ze hadden mij blijk
baar met chloroform bedwelmd, toen ik
mij van den slag begon te hervatten".
Weer hield de vreemde op om zijn
sigaar aan te steken, die onder het drukke
praten uitgegaan was.
„Er woont een dokter Westerton op
Wichham, vijf kilometer van hier," sprak
ik. „Maar de man is oud en bijna blind,
en doet ongeveer niets meer aan de
practijk."
„Dat weet ik," antwoordde Barton,
„want den volgenden morgen brachten
ze mij bij hem.
Dien nacht hielden ze mij opgesloten
in een huis in de nabijheid, waar ik zeer
zwaar sliep en pas laat ontwaakte.
(Wordt vervolgd.)