Voor Huis en Keuken. 94 Een keukenpraatje. Het komt mij voor, dat het voor u allen wel zijn nut kan hebben, wanneer we zoo van tijd tot tijd eens praten over de werktuigen, die er in de keuken gebruikt worden. Vandaag zou ik wel eens het een en ander willen bepraten van de pannen. Er zijn steenen, koperen, ijzeren en nikkelen pannen. De koperen gebruikte men vroeger heel veel, maar deze vereischen een zeer goed onderhoud. Voor het koken van groenten en vruchten deugen ze in het geheel niet, want het zuur, dat in die groenten en vruchten is, tast het koper aan. Dan ontstaat kopergroen en dat is een van de ergste vergiften. Vet kan men er ook al niet zoo heel best in klaar maken, want dat tast eveneens het koper aan. Er schiet dus al niet veel over, dat men zonder gevaar in koper kan klaarmaken. Een koperen pan moet altijd blinkend geschuurd wor den, alle dagen weer, geen doffe plek mag er aan te vinden zijn. Nooit mag er eenige spijs in blijven staan, nooit iets in koud worden. Eigenlijk zou men ze alleen nog kunnen gebruiken voor het maken van caramel en wijnchandeau en dan nog alleen maar, als ze mooi blinkend gehouden worden en kurkdroog worden weggezet. Het best naar mijn inzien is in het geheel geen koper te gebruiken. Men kan het vertinnen, dat is waar, maar het ver- tinsel op zich zelf levert ook al gevaar op, want dit kan lood bevatten. Het moet een fraaien zilver glans hebben. Daarbij komt nog, dat het vertinsel af kan slijten en dan is het nog erger dan een on- vertinde pan. Een tulbandspan kan nog wel eens van vertind koper zijn. Dit moet dan met kokend water en een weinig zeep worden schoongemaakt en zeer goed droog gemaakt worden. Ook steenen pannen kunnen looddeelen bevatten, daarom moet men, als men steen gebruikt, zeer goed aardewerk nemen, zooals vuurvast porselein of Engelsch aarde werk. Met steenen pannen moet men zeer voor zichtig omgaan. Nooit moet men ze op een heet vuur zetten, er nooit in krabben, ze niet stooten of hard neerzetten. Ook de geëmailleerde pannen moeten goed ver zorgd worden. Ze zijn teer. Het laagje email is glas en als men er in krabt of er hard met een lepel op stoot, als men ze laat vallen of ruw be handelt, springt het email er af en dan is de pan bedorven. Knappe meisjes zorgen voor het goed van mevrouw, alsof het haar eigen goed was! Dus meisjes, onthoudtdeze regelen; zet 'n aangedroogde pan in heet water te weeken. Zet een aangebrande pan met soda en water op het fornuis en laat ze uit koken. Zet de pannen zonder deksels weg en zet ze niet in elkander. Een ongeëmailleerde ijzeren pot of pan is heel stevig en zeer goed om vleesch in te koken of te braden, om frituur in te maken of vet in te smel ten. Aan groenten en vruchten geven ze een leelijke blauwe kleur, ook aan gort of rijst. Die spijzen worden dan onoogelijk. Een nieuwe ijzeren pot of koekepan maakt men geschikt voor het gebruik, door die met een weinig zout en slaolie uit te koken. Het beste en meest solide vaatwerk is van nikkel. Nikkel is heel duur, maar het behoudt altijd zijn waarde en men krijgt voor oud nikkel nog altijd f3 per K.G. Men kan er alles in koken. Het geeft nooit kleur of smaak aan het eten en is gemakke lijk mooi en rei* te houden. Men mag het nooit schuren, maar behandelt het met kokend water en zeep. Ook over keukenlepels en vorken een woordje Nooit mag men met tinnen of compositielepels aan het eten komen. Hiertoe neemt men geëmailleerde, houten of vertind ijzeren lepels, doch de laatste al leen bij alles, wat niet heet of zuur is. De houten moeten van mooi, hard hout zijn. Ze mogen niet anders dan met water en zeep worden schoonge maakt en flink in koud water worden nagespoeld. Geëmailleerde lepels behandelt men heel zacht, anders springen ze af. Onze kleeding in huis. Een groote fout, waarin gehuwde vrouwen dikwijls vervallen is, dat zij in huis zeer achteloos worden in haar kleeding en voorkomen, wanneer er geen bezoek te wachten is. De vrouwen van mannen met een beperkt inkomen zondigen het meest in dit opzicht, door het dwaze idee, dat slecht-gekleedheid zuinigheid beteekent, terwijl niets meer noodlottig werkt op het geluk van een gezin, dan de gevaarlijke theorie„Dat kan er nog wel mee door als we onder ons zijn, onze goede kleeren moeten we sparen voor visite!" Daar om wordt menig man verleid het huis uit te loopen, door telkens een slonsige, onfrissche vrouw te ont moeten en zoekt hij afleiding en vroolijkheid elders. Van hun zaken thuiskomend, zien echtgenooten en broeders gaarne, dat hun vrouwen en zusters er frisch, netjes en zelfs een weinig „gekleed" uitzien. Dat behoeft niet veel te kosten, maar kan met be scheiden middelen worden bereikt: een blouse van vroolijke kleur, een schoon kraagje met aardig gestrikt dasje, een mooi lintje, net gekapte haren, dragen er werkelijk veel toe bij, om ons thuis meer aantrekkelijk en aangenaam te maken. Een kind moest eigenlijk van zijn vioegstejeugd af aan geleerd worden, dat het nooit anders dan netjes en zindelijk zijn vader mag ontmoeten, en zij, die al den leeftijd hebben, om tegelijk met de ouders mee te eten, moesten nooit aan tafel mogen ver schijnen, zonder gezicht en handen gewasschen, en het haar geborsteld te hebben jongens zoowel als meisjes. Het moest hun ook geleerd worden, dat netheid en beleefdheid in den familiekring van even groot, ja zelfs van meer belang is dan in gezelschap van bezoekers of ten huize van anderen. Nuttige wenken. Een raad om te onthouden Kookt alle visch en vleesch in kokend water. Nooit opzetten met koud water, want dan gaat de geur er uit en wordt uw gerecht waterig. Door kokend water wordt het vleesch malsch en de visch hard en vast. Wortelen. Wortelen krijgt men lekker, geurig en gaar, wanneer ze worden opgezet in hard kokend water met wat zout en een lepeltje gesmolten vet erin. Oude wortelen dienen twee uur te koken, steeds op een flink vuur. BRIEFWISSELING. Voor het beantwoorden vair vragen en het geven van inlichtingen stel ik mij gaarne beschikbaar. Men schrijve daartoe op het adres der enveloppen: Aan Mejuffrouw Marie, p/a Drukkerij „De Spaamestad"r Kinderhuisvest, Haarlem.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1907 | | pagina 24