DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
Gelouterd.
Hillegomsche
Alledagjes.
BUITENLAND.
Telegrammen.
Kinderhuisvesf 31-33, HaaHem
^AANDAC 18 NOVEMBER 1907.
No. 6740, 32sto Jaargang.
Bureaux van Redactie e. Administratie:
Interc. Telefoonnummer 142$.
ii
Een nieuwe instelling.
Naar openbaring van het Katho-
,'eke leven in onze gemeente be-
"'«ven we niet te zoeken. Op
Clerici wijze springt ze ons in 't
0()R.
2oo zal binnenkort naast ver
hullende andere Roomsche ge
euwen v.'eer een nieuw verrijzen,
ptuigenis alieggênd van weldadig-
'Ddszorg en weldadigheidszin.
Voor de ouden van dagen, voor
jj® arme zieken, voor de ongeluk
je verweesden wordt zeer veel
•org gedragen.
Hun buis beantwoordt niet aan
e eischen en daarom zal er op
terrein aan de Mariastraat een
}leuw gebouw opgetrokken wor
den.
Geheel voor de juistheid durf ik
''et instaan, want men schijnt er
'l()g niet definitief over gedelibe-
®erd en besloten te hebben, maar
j^ar verluidt, zal de nieuwe instel-
"'g „St. Josefstichting" heeten.
'11 Zeer mooie naam. Toch schoot
p6 dezer dagen een misschien meer
°epasselijke in de gedachte.
Onze parochie-patroon is de H.
prtinus, wiens feestdag we Maan-
8g gevierd hebben.
2ou St.-Martinus-stichting niet
eb uitstekende naam zijn?
Behalve dat deze Heilige onze
ptroon is, heeft hij ook op bij-
l'J1dere wijze getoond een warm
'"rt voor de armen. Zelfs zijn
>'!°uUel sneed hij in tweeën, om
met een arme te deelen.
r Bij die gelegenheid wist de Heilige
t'eh opvallend goed zonder tornmes
j.6 behelpen. Zijn Romeinsche sabel
j^Qgeerde ervoor. Een meer vrede-
hVend gebruik vau zoo'n oorlogs-
,,'üg kan men zich toch moeilijk
"üken.
He dunkt een afbeelding van
6z® episode uit Sint-Maartens leven
in de GravenzaalophetHaagsche
,J"inenhof tijdens de vredesconfe
6btie van gunstigen invloed zijn
heetst.
moet echter op Hillegom blijven
wil maar zeggen, of het geen ern-
je overweging verdient, den
van dezen Romeinschen
e'"ge aan de nieuwe stichting in
6 Mariastraat te verbinden.
'k zeg nieuwe stichting. Met
^cht meen ik. Immers er wordt
(|°°Veel meer goeds aan verbonden
ons tegenwoordige „Armhuis"
j Ht, dat we van een geheele
^organisatie mogen spreken,
j .Be nieuwe stichting zal onder
jding staan van eerw. Zusters,
zich tegelijk met wijkverpleging
b®n belasten.
Bovendien zal er een operatieka-
per aan verbonden worden, zoodat
^ongelukken en anderzins dege
lijke voorziening kan worden ge
troffen.
Sint Maarten heeft den arme
langs den weg niet gevraagd, of
hij wel Christen was, toen hij zich
half voor hem uitkleedde. Net zoo
zul!en de Zusters doen: ze vragen
niet, is de ongelukkige, wien een
ongeval overkwam, wel Katholiek?
Patronaat.
In de Mariastraat ontstaat zoo
doende een prachtig complex van
Roomsche actie.
De paar Katholieke scholen, die
er mogen zijn, spreken van zorg
voor de jeugd.
Wie deze heeft, bezit de toekomst:
houden we ze op Hillegom lang
genoeg vast?
Als onze jongens en meisjes de
scholen doorloopen hebben, dan, ja
dan werden ze niet geheel losgela
ten dat doet de Katholieke Kerk
nooitmaar toch,'t kon nog anders.
'tis of de jongens 'truikenkun
nen, waar de politie niet is.
Ze laten een mensch tegenwoor
dig half doodschrikken.
De argelooze voetganger springt
zoo nu en dan eens heel verbouwe
reerd op zij, tot uitbundig pleizier
dor lieve straatjeugd natuurlijk,
door den knal van een voetzoeker.
Zevenklappers doen den wielrijders
haast van schrik omtuimelen. Maar
wat hindert het, of iemand een
ongeluk krijgt, de jeugd heeft ver
maak, en daarvoor moet alles eer
biedig en gewillig buigen.
Hillegom ligt in beschaafd Hol
land. Toch is het niet moeilijk zich
in de wildernissen uit Cooper's
boeken te wanen, als men onze
dorpsavondstilte gaat beluisteren.
Een akelig gegil uit jongenskelen
klinkt aan de hoeken der straten
als Indiaansche waarschuwingstee-
kens.
't Is zelfs fantastisch. Als hier
een kreet gegild wordt, klinkt het
een eind verder met een variatie als
antwoord, 't Echoot het heele dorp
door. Een oud moedertje beweerde
verleden week tegen me, dat de
jongens tegenwoordig zoo naar
schreeuwen. En wat hebben ze
d'er aan, voegde ze er bij. 't Mensch
heeft gelijk.
Wat hebben ze d' er aan zoo'n
hcelen avond langs de straat te
slenteren? Goeds leeren ze er niet
en 't kwade schijnt er van zelf in
te kruipen.
't Kan anders. Juist, we moeten
een patronaat hebben. Niet om de
bengels van de straat te houden
alléén, maar om ze te vormen.
Voor de oprichting an zoo'n pa
tronaat is vroeger reeds iets gedaan,
maar je merkt er niets meer van.
Het heel vele, dat er al over ge
praat is, klonk zoo ver weg, dat
we er niet eens een galmpje meer
van hooreu.
Al de muziek is echter nog niet
dien hoorn uitgehaald!
Bij esn volgende gelegenheid zal
ik hem eens wer warm blazen, in
de hoop, dat liefhebbers zijn goeden
klank opnieuw willen laten hooien.
Een dankbaar gehoor vinden ze
zeker! Een enkel bewijsje, een spoor
van goeden wil kunnen we wel vin
den, en 't lijkt me toe, dat er ver
schillenden zich verheugen zullen,
als ze van dat spoor verlost zOfllen
zijn. Ik bedoel de Kru'sverbonders.
Heel blij zijn ze, dat spreekt als
een boek, dat bij het Kruisverbond
ook jongens zich komen aansluiten.
Maar wat moeten ze er mee uitvoe
ren? Een [knapenbond oprichten?
Een heel best ding, doch een patro
naat zullen die Kruisverbonders
voorloopig nog pructischer inden,
want dan is er kans, dat er leiders
gevonden worden. Nu zijn de Hil
legomsclie Katholieke leiders van
de schooljongens nog niet in het
Kruisverbond.
Dat komt echter wel, vooral als
ze door de werkzaamheden van ze
kere drankbestrijderscoinmissie uni
ca zullen worden....
't|Is te hopen!
Vak Duur.
Algemeen Overzicht.
F r a n k r ij k heeft weer een ding,
om zich mee bezig te houden!
Van den eersten den besten huur
koetsier in Parijs, van de bloemen-
juffrouw en de madame die 't
krantenstalletje houdt in den een
of anderen hoek naast een café, van
den habitué bij den „marchand
de vin" en van den sjouwerman
in de Hallen zult ge nu in Parijs
hetzelfde chapitre hoorènde spion-
nage zaak. Uil mo, le trait re!...
En werkelijk, het schijnt zoo
te zijn.
Bij Dreyfus -was er de onzeker
heid Dreyfus had nooit bekend.
Maar deze Ullmo is nu werkelijk
een verrader: hij heeft zélf alles
volmondig toegegeven 1
De „Matin" verhaalt, dat de aan
dacht van den Franschen veiligheids
dienst op Ullmo's plannen tot land
verraad is gevestigd doorden
chef van den Duitsche spionnedienst
te Brussel, die vertoornd was omdat
Ullmo te veel geld vroeg voor zijn
stukken!
Deze Duitscher, Theisen beet hij,
had een advertentie geplaatst, waar
bij hij oud-officieren en oud-onder
officieren van het Fransche leger
opriep om hem behulpzaam te zijn
voor een „besogne intelligente" en
om topografische opnemingen te
doen.
Ullmo schreef op die advertentie
en hoorde dat het doel was, stukken
in handen te krijgen over de mobili
satie van het Fransche leger.
Hij schreef daarop aan de mili
taire attachés der Duitsche legatie
te Parijs, die hem weer naar Theisen
verwezen. Toon is Ullrn© naar
Brussel gegaan. De onderhandelin-
van den Franschen zeeofficier en
den Duitschen handlanger duurden
twee dagen.
Ullmo vroeg naar Theisen meende
veel te veel geld, en de Duitscher
heeft toen den Fransehen veiligheids
dienst gewaarschuwd, die daarop
de gangen van Ullmo bespiedde.
De „Echo de Paris" deelt nog
mede, dat Ullmo inderdaad belang
rijke stukken verkocht heeft.
Het blad verhaalt, dat aan het
ministerie van Marine tal van voor
schriften en verordeningen geheel
gewijzigd worden, daar er reden
bestaat te vreezen, dat Ullmo die
voorschriften heeft verraden. Ook
kregen alle oorlogschepen nieuwe
signaalboeken, omdat men het oude
door Ullmo verraden acht!
Eu met dit verraad houdt het
niet op.
Uit Toulon komt het bericht dat
er nog een nieuwe verrader is gepakt.
Dicht bij het fort van de Colle-
noire liep een man die er verdacht
uitzag. De schildwacht gaf hem
bevel, zich te verwijderen, maar
de verdacht uitziende persoon ver
wijderde zich niet. De schildwacht
vond den persoon toen zoo verdacht,
dat hij den wachtpost waarschuwde.
De verdacht uitziende persoon werd
in hechtenis genomen, en naar
Toulon overgebracht. De gevangene
heet Max Schumann en had een
kaart bij zich van Oostenrijk en
een kaart van Beieren.
Het is best mogelijk, dat deze
Schumann werkelijk is, waarvoor
hij wordt gehouden.
Maar men moet er toch bij be
denken, dat na alle ongerechtig
heid die er in de laatste weken is
ontdekt, ieder vreemdeling, en
bovenal ieder Duitscher, groote kans
loopt in Frankrijk voor een spion
te worden aangezien
De rechter van instructie Leydet
die deze spionnagezaken behandelt,
heeft het drukZaterdag heeft
hij zich weer bezig moeten houden
met Berton, den ieserve-officier
die beschuldigd wordt van heulen
met Duitsche handlangers.
O.m. heeft er iemand getuigd,
dat Berton hem, toen hij onder
dienst was, te Bourges, verzocht
had om een bepaald soort kogel.
Om nu nog eens op Ullmo terug,
te komen, het schijnt het nu wel
vast te staan, dat bij in betrekking
stond tot André en MérindolAndrc
en Mérindol zijn leden van de
groep die onlangs in en nabij Toulon
gevangen is genomen. Ullmo moet
zich gericht hebben tot André om
geld van hem los te krijgen. Het
was in een tijd, dat Ullmo grof
speelde en bezig was zijn erfenisje
op te maken.
André schijnt Ullmo al eerder
zijn diensten aangeboden te hebben.
Onder de stukken, dio Ullmo had
ontvreemd, behoorde ook een ge
heime opgave van signalen ter zee.
Die lijst van signalen heeft Ullmo
langen tijd onder zich ge ad.
De marine heeft nu zooals we al
zeiden, nieuwe signalen zijn aange
geven zijn Zaterdag aan boord ge
bracht van de Fransche oorlogs
schepen die te Toulon liggen.
Men is zoowaar nu al ontevreden
op den nieuwen Doemapresi-
dent in Rusland, den heer Chom-
jakof
De redevoering waarmede deze
zijn ambt aanvaard heeft, is voor
velen, die wat anders hadden ver
wacht, een teleurstelling geweest.
De president dankte, zooals we
gemeld hebben, voor de eer, die
men hem bewees door zijne benoe
ming, on hoopte, dat het vertrou
wen in de Russische eenheid hem
kracht en moed zal geven om zijn
ambt waar te nemen.
Geen woord sprak hij over de
constitutie.
Dat hadden de Kadetten niet
verwacht, die in Chomjakof een der
Octrobristen zagen, welke voor de
constitutioneele instellingen zeggen
op te komenHunne teleurstelling
spreekt zich ook uit in de artikelen
in de pers.
De „Rjetsj" wijdt er een hoofd
artikel aan, waarin het blad die
toespraak „een onvergeeflijke fout"
noemt; het is nu gebleken, dat
Chomjakof's politiek standpunt dat
der rechterzijde is; dat zijn consti-
tutionneele begrippen gelijkluidend
zijn met die van Poerisjkewitsj en
den Bond der Russische Maunen.
Als gevolg van den indruk, dien
de redevoering van Chomjakof op
de Kadetten maakte, trok Maklakof,
een der voornaamste leiders der
Kadetten, zijn candidatuur voor het
vice presidentschap terug.
Uit het werkprogram van Chom
jakof kan nog worden medegedeeld
dat hij zoo min mogelijk openbare
vergaderingen wil houden, en de
zaken zooveel mogelijk in commis
sievergaderingen wil doen behande
len.
De Doema zal maar tweemaal
per week in openbare zitting bijeen
komen, teneinde het aantal rede
voeringen te beperken. Want Chom
jakof meent, dat het eindeloos ge
praat in de beide vorige Doema's
de hoofdoorzaak van de spoedige
ontbinding is geweest.
En daar Chomjakof meent, dat
de Doema niet mag vergaderen,
voordat de president aan den Czaar
is voorgesteld, schorste hij de zit
tingen, totdat deze voorstelling zal
hebben plaats gehad.
Wat evenwel, naar we lezen, nu al
gebeurd is
Over het bezoek van Keizer
Wilhelm aan Engeland nog de
volgende bijzonderheden:
Vrijdag werd door een uit 16
leden bestaande deputatie van de
universiteit te Oxford, onder leiding
van den kanselier Lord Curzon, op
het kasteel Windsor het diploma
van eeredoctor in het burgerlijk
recht aan den Keizer overhandigd.
De Keizer, die de uniform droeg
van Britscli maarschalk, had daar
over de roode toga aangetrokken.
Toespraken van wederzijden volg
de natuurlijk, maar belangrijks
kwam er niet bij.
Zaterdag is de Keizer weer even
geweest in Londen, tot liet brengen
van een bezoek aan de Duitsche
ambassadede Keizer kwam te Pad-
diugton-station aan, en begaf zich
vandaar in een gesloten automobiel
naar het gebouw der ambassade.
Hij was in burgerkleeding.
In het ambassade-hotel ontving
de Keizer verschillende deputaties
uit de Duitsche kolonie.
Na de lunch begaf hij zich naar
de openinsplechtigheid van de nieu
we Duitsche Club op Strafford-
place.
Wij hebben onlangs 't een en anderge-
meldvanE ng e 1 a 11 d's verdere wape-
uingsplannen, nu de poging om docr
de vredesconferentie een stilstand
van wapening te krijgen, mislukt is.
Die nieuwe wapeningen schijnen
echter niet zoo makkelijk te lukken
als in Duitschlandniet minder dan
honderd zes en dertig liberale leden
van het Lagerhuis hebben een nota
gezonden aan den premier, waarin
aangedrongen wordt op bezuiniging
in de uitgaven voor de defensie, daar
de omstandigheden, naar zij meenen,
niet rechtvaardigen dat jaarlijks
zoo groote bedragen voor legerdoel-
einden worden uitgegeven.
Nieuwtjes in drie regels.
CONSTANT!NE, 17 Nov. Twee
soldaten, aangetast door* de pest,
zijn naar het hospitaal gebracht.
Alle maatregelen tot tegengaan van
verspreiding van de pest zijn go-
nomen.
TOULON, 17 Nov. Een nieuw
onderzoek zal in de zaal Ullmo
worden ingesteld. Ullmo heeft voor
30.000 francs het vertrouwelijke
dossier betreffende de tactiek der
marine verkocht.
FEUILLETON.
HWE HURLEMSCHE COURAHT
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem f 1.35
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1.84
Afzonderlijke nummers„0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf0.60 (contant) {0.50 j
Elke regel meer0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentio sl contant.
1
Campbell Bannennan is weer
beter. Zaterdag is hij te Londen in
zijn eigen huis teruggekeerd.
De koning van Rumenië 111 oet
ernstig ongesteld zijn. Hij is al hoog
bejaard, hoewel nog kras.
De Oostenrijksche Katholieken
houden van 16—16 Nov. te Weenen
den Gen algemeenen katholiekendag.
Het leger van Moelai Hafid is, seint
Reuter, volkomen verslagen. Verdere
bizonderheden ontbreken.
Het huwelijk van prinses Louise van
Orleans en prins Karei van Bourbon is
Zaterdag te Wood-Norton voltrokken.
Hftr het Duitsch van Karl. Ed. Klopper.
14.
t,L"j lep naar de deur en riep, zonder
tjfy11 te doen, dat zij niet erg wel was en
s aan papa liet verzoeken, haar dit-
i1( 0 te verontschuldigen, want dat zij
een weinig wilde slapen. O, voor geen
H„ 4 ter wereld zou zij met iemand in
Jl.n''aking zijn gekomen, alvorens de
'li.00'0 gebeurtenis bekend was gewor-
:|j Zij zou de kracht niet gehad heb-
\v 11 den verterenden angst, te verbergen,
zomede zij de eerste lijding verwachtte,
irii geen getuige zijn van den eersten
Ljh'Uk. dien het vreeselyke nieuws in
ti,ls zou teweeg brengen. Langzaam
tüivk ZÜ toilet, Bij het geringste ge-
i- ht buiten hare kamer kromp haar hart
teeen en scheen bloed in zijnen loop stil
y staan. Maar niemand kwam met de
V., aan. Maar niemand kwam met ue
ach te vreeselijke boodschap. Zij hoor-
h hoe papa de tiap afliep, om zich naar
V,."Ureau te begeven,
w,. "'."delijk, het was bijna reeds middag,
«W zij eene beweging gewaar, die iets
k\i,ewoons te kennen gaf. Zware stappen
'ik.1011 do trap op, verscheidene man-
A.bstemmen lieten zich hooien, waaruit
(j 1 ten slotte die haars vaders herken-
i," Het duffe gedruiscli vermeerderde;
"h scheen eene verdieping hooger te
gaan naar Oscars kamer. Elli kon de onze
kerheid nu niet langer ves dragen. Allen
moed bijeenrapend ging zij naar het voor
gevallene vragen. In de voorkamers kwam
haar reeds het kamermeisje tegemoet
met een bleek gelaat, 0111 haar het on
gehoorde nieuws mede te deelen, dat er
een inspecteur en twee agenten van po
litie waren, die naar Oscar Gawirlowitsch
vroegen, die nog altijd niet thuis geko
men was.
„Om 's Hemels wil!" riep het entroer-
de meisje, „er zal den jongen heer toch
niets overkomen zijn Elli wenkte haar
slechts te zwijgenzij kon geen geluid
voortbrengen en ging met een kloppend
hart haren papa opzoeken. Die zou nu
toch wel de geheele waarheid weten.
Daar beneden in de vestibule stonden
de bedienden in gezelschap van eeniye
arbeiders en klerken, en onderhielden
zich met elkander over de gebeurtenis,
waarvan niemand nog het ware scheen
te weten.
„Oscar Gawirlowitsch is omgekomen,
hij moet zich zeiven gedood hebben,"
riep men de dochter des huizes van alle
kanten toe. Het bittere lachje, waarmede
Elli dit nieuws hoorde, moest men voor
eene uitdrukking van ongeloof houden.
Einigen beijverden zich echter haar te
verzekeren, dat de inspecteur met deze
tijding verschenen was. Nu deed men in
de kamer van den jongen heer daarbo
ven een nauwkeurig onderzoek. Terwijl
Elli nog aarzelde of zij het werkelijk wa
gen zoude, eveneens naar boven te gaan,
om zich tot papa te wenden, kwam deze
juist de tra]> af, met onzekere ichreden
en niet een verstoord gezicht. Toen hij
zyne dochter gewaard werd, bleef hij een
oogenblik staaa en hief den aria op met
een troosteloos gebaar, terwijl zijn gelaat
door krampachtige trekkingen ontsierd
werd.
„Wat is er gebeurd?" klonk het bijna
toonloos van Elli's lippen. Strömholt
haalde diep adem, wilde spreken, maar
wendde het grijze hoofd af mét liet oog
op de nieuwsgierige toehoorders. Hij
wenkte haar hem in de voorkamer te
volgen. „Vat moed, mijn kind, houd u
goed!" stamelde hij met bevende stem,
toen hij met zijne dochter in de eetzaal
stond en hare handen greep. Hij klap
perde met de tandeD, alsof eenige koorts
hem aan al zijne leden deed sidderen,
Elli had haren vader nog nimmer in zulk
eenen toestand gezien. II y moedigde haar
aan zich goed te houden, doch scheen
zelf den meesten steun noodig te hebben.
„Dij gij hebt misschien reeds van
de menschen daarbuiten iets vernomen,
dat u eenigszins kon voorbereiden."
„Zij zeiden, dat Oscar e in ongeluk
overkomen is dat hij dood is."
„Gij gelooft het niet? En toch is hot
zoo of ten minste zeer waarschijn
lijk."
Elli toonde geen bijzondere verbazing
zij geloofde nog altijd aan ene vergis
sing, aan eene dwaling, door de ondui
delijke aanwijzingen van den inspecteur
van politie ontstaan.
„Hee! Zou het mogelyk zijn?" zeide
zij eenvoudig. „Wie beweert dat?"
Men heoft zijn hoed uit het water op-
gevischt heden vroeg daar ginder
aan den mond der kleine Newmen
Helt tot de gedachte over, dat de onge
lukkige zich dezen nacht verdronken
heeft. Waarom kijkt ge mij zoo verwon
derd aan? Kunt ge liet niet gelooven?
Dan zal ik u nog iets vertellen, een ont
zettende gebeurtenis, die het begrijpelijk
maakt
„Nu?"
„Graaf Eedor Davidowitscli werd door
hem vermoord."
„Wie zegt dat?" vroeg zij weder als
het verpersoonlijkte wantrouwen.
„O, het is duidelijk bewezen! De politie
heeft den stand van zaken reeds opge
nomen. De verklaringen van zijne club-
genooten, die van den concierge van Lu
deskoy en vau nog andere lieden laten
geen twijfel over omtrent de geheele toe
dracht der zaak."
En nu berichtte Strömholt met duide
lijke woorden, wat het gerechtelijk onder
zoek reeds aan 't licht gebracht had. Het
luide tamelijk gelijk aan datgene, wat
Elli uit Oscars eigen mond vernomen had.
Aan een moord met voorbedachten rade
geloofde men nog niet. Men was de mee
ning toegedaan, dat Oscar in zijn zinne-
looze woede met den uit het bed gespron
gen graaf in gevecht was geraakt en
onwillekeurig op hem geschoten had.
Elli luisterde met ingehouden adem.
Zij hechtte zich met inwendige vreugde
vast aan de overtuiging, die uit haars
vaders woorden bleek, dat men in elk
geval aan den dood van Oscar geloofde.
„Weet men dan zeker, dat de gevonden
hoed aan hem behoorde?" vroeg zij
alleen.
„Een der agenten bracht den hoed
mede ik heb hem zelf gezien het
is die van Oscar de menschen in 't
huis herkenden hem dadelijk; hij droeg
hem gisteren, toen hij zich verwijderde
het i* een stijve, grijze zomerhoed en
draagt van binnen zijn monogram."
Elli herinnerde zich, dat zij Olfers 't
laatst iet eenen doekeren, slappen hoed
met broeden rand gezien had en kon zich
nu licht voorstellen, dat hij dien ande
ren hoed op weg naar huis verloren had.
Zij zond in den geest een dankbaar ge
bed ten hemel. Nu mocht men immers
hopen, dat men zich zou tevreden stel
len met te gelooven aan den dood van
den ongelukkige, de verdere nasporingen
zou achterwege laten, en zoodoende den
vluchteling gelegenheid geven, zich te
redden.
Het had er allen schijn van. De avond
bladen brachten een nauwkeurig bericht
over den moord op het Apothers-eiland
en den daarop gevolgden dood van den
jongen Olfers, waaraan niet meer getwij
feld werd. Men had zijn hoed aan het
Schediinirowsk eiland opgeviseht; het lijk
was door den sterken stroom waarschijn
lijk dadelijk in de bocht gedreven, waar
door het gemakkelijk te verklaren was,
dat men het niet had kunnen vinden.
Dat de dader ontvlucht was, kon men
bovendien niet veronderstellen, omdat
deze zonder geldmiddelen was, zooals dui
delijk bewezen kon worden. Vervolgens
liét men zich in de bladen uit over den
roep en cfc leefwijze van graaf Ludeskoy
en diens gezelschap, om eindelijk een
paar hatelijke aanmerkingen aan het
adres van de club cn de jonge burger
zonen uit te -doelen, die zich daar aan
gevaarlijke genoegens overgaven. Volgen
de courantenberichten waren steeds meer
en meer ongunstig ten opzichte van den
vermoorde, en droegen er toe bij om den
jongen Olfers oen openlijk medelijden te
verzekeren. Het gerechtelijk onderzoek
betreffende de nalatenschap van den graaf
bracht bovenal aan den dag, dat deze
Ludeskoy in geen geval de zoo onberis
pelijke aristocraat, was geweest, waarvoor
men hem in zijns omgeving gehouden
had. De zoo geroemde betrekkingen tot
de hoogste klingen, die hem in de oogen
zijner burgerlijke vrienden een interes
santen roep verleend haddenwaren alles
behalve groot geweest. Hij scheen een
tamelijk duister leven achter zich te heb
ben, dat men niet verder wenschte op te
helderen. Zeker was 't slechts, dat de
man lang in de Krim en in den Kauka-
sus had rondgezworven, totdat het hem
gelukte zich in den laatsten Turkschen
veldtocht als vrijwilliger door een ver
metele daad te onderscheiden, die hem
de gunst zijner supérieuren en zijne be
vordering tot officier opleverde. Het lukte
hem toen zelfs, zich bij den comman
deerenden grootvorst in te dringen en
wist zich deze omstandigheid ten nutte
te maken. Maar hot was altijd een zacht,
verachtelijk lachje van welwillendheid
geweest, waarmede deze hooge bescher
mer hem behandeld had. Van de goede
ren, waarom Ludeskoy volgens zeggen
procedeerde, was geen spoor aanwezig:
hij had slechts kunnen leven van zijn
tractement als kapitein, als hij zich ten
minste niet door het spel de middelen
had verschaft, om zoo kostbaar te leven.
Wol wetende, dat hij in den kring zijner
adelyke vrienden weinig kans op good
succes zou gehad hebben, had hij zich
in St. Petersburg bij den rijken burger
stand aangesloten, wiens -ijdolheid dooi
den graventitel en zijn aristocratische
vormen op eene door hem gewenschte
wijze gestreeld werd.
(Wordt vervolgd.)