DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
Gelouterd.
Haagsche Brieuen.
Kanderhuisvest 3fl»33, Haarlem
BUITENLAND.
BINNENLAND.
WOENSDAG 27 NOVEMBER 1907.
No. 6748, 32sto Jaargang
Bureaux van Redactie en Administratie:^^
Inferc. Telefoonnummer f426.
Men is er tegenwoordig geen dag
zeker van, dat er op 't Binnenhof
geen ruzie komt!
Om een paar staaltjes te noemen
van den laatsten tijdmr. Kolkman
krijgt (piaestie met minister de
Meester over een miu-gelukkige
uitdrukking, welke laatstgenoemde
moest terugnemenminister Veegens
geeft een uitbrander aan mr. Troel
stra, omdat deze hem het behartigen
van particuliere belangen had ver
weten de heer van Karnebeek
schreeuwt burger van Kol booze
woorden toe om eenzelfde verwijt; mr.
Lobman neemt het minister Veegeus
constitutioneel kwalijk, dat deze de
mijn-motie van Kol niet eenvoudig
naast zich neerlegt; de heer Tydeman
wrijft minister van Rappard fijntjes
ouder den neus, dat deze zich in
zake het blijvend gedeelte aaneen
„bévue" heeft schuldig gemaaktde
lieeren Duymaer van Twist en van
1 oorn krijgen het bijna aan den
stok over de beteekeuis van art.
109 der Militiewetde hoeren Tyde
man en Reyne winden zich
vruchteloos op over de subsidiëe-
riug van Christelijke Boerenleen
banken en dito Middenstandsbanken,
welke h.i. „seete-instelliugen" zijn,
die geen Staatssteun verdienen
mr. Troelstra neemt puus Rius X
de uitvaardiging der Encycliek
„Taseendi" kwalijk, maai wordt door
dr. Nolens waardig op zijn nummer
gezetAl deze diugen maken de
discussies der Tweede Kamer wel
interessant, maar practisch werk is
toch anders.
Dat komt er intusschen van als
er electiiciteit inden parlementairen
dampkring zit, zonder dat deze
tegenover èen krachtig ministerie
zich kan ontladen. Indien men het
van rechts de moeite waard vond
het kabinet-de Moester krachtig aan
te vallen en men zich luiks van
harte warm kon maken voor dit
Borgesiaansche samenstel, zouden
de heeren aan ^onderlinge veeten
niet denken, maar nu hebben we
ieder oogenblik een „persoonlijk
feit", waaraan, buiten de geregelde
debatten om, allerlei aanvallen
worden vastgehaakt.
Denk intusschen niet, dat men
het ministerie voor spek en boonen
laat zitten. Het blijft wel bestaan
uit gebrek aan kracht, maar men laat
liet zijn zwakheid geducht gevoelen.
Vraag maareensaandenstamelenden
minister van Tets, hoe hem de aan
vallen op zijn beleid zijn bevallen!
Zeker, de heer Pierson verdedigde
hen, maar (voegde er aan toe, dat
hij nu niet alle critiek voor onjuist
moest gaau houden, terwijl de heele
kamer hem in zijn gezicht uitlachte
toen hij zijn antwoord met horten en
stooten uitbracht.
En vraag eens aan minister Rink
waarom deze zoo talmt met zijn
memorie van antwoord, zoodat de
Kamer hem voorloopig nog met
rust moet laten. Vraag ook eens
aan alle Excellenties tegelijk hoe
't hen beviel, toen mr. Kolkman
getuigde, dat hij de heeren gelaten
„onderging", 't öclieeu wel krachtig,
toen minister De Meester de goede
raad van mr. Heemskerk om
voortaan eenvoudig „zaken- minis
terie" te zijn in den wind sloeg
met de verzekering, dat hij aan
zijn beginselen getrouw zou blijven,
maar indruk maakte dat niet, want
toen had nog pa3 de beer Tydeman
namens alle oud-liberalen aan het
mministerie zijn medewerking op
gezegd voor zooveel betreft het
voornaamste punt van zijn program:
de Grondwetsherziening. Een mooie
toekomst om met zoo'n beginsel-
ruiterij voor den dag te komen
Mr. Troelstra begon dan ook bang
te worden voor het lot van het
blanco artikel, want met een eveu-
tueele verwerping daarvan trachtte
hij nu al „de rechtsche d' mooraten"
bang te maken. Hoe komt, zoo'n
man daarbij 1 Laat hij zijn aandacht
maar betalen bij de zoogenaamde
„meerderheid" links. Rechts zal
zonder hem den weg wel vinden.
Er is al een baken op de kiesrecht
zee in aantocht: het rapport der
commissie uit den Bond van R.K.
Kiesvervenigingen, dat een om
vangrijk stuk werk schijnt te wezen.
Die Bond heeft wel gelijk, dat ze
't gewoon in druk geeft; wie er
belang in stélt kan het zich aan
schaffen, terwijl er op die manier
ook geen gezanik kan komen over
de rondzending. Eu T is zóo wel de
goedkoopste manier van publieeeren
ook. Ieder kooper draagt er nu het
zijne toe bij, terwijl anders de Bond
voor de kosten zat. Ik ben verba
zend nieuwsgierig naar den inhoud
van dat rapport, waaraan de kies-
vereenigingen heel wat te kluiven
zullen hebben, want 't zal natuurlijk
zaak wez.n, dat de afgevaardigden
ter Bondsvergadering terdege weten
waaraan zich te houden. We moe
ten die kiesrechtzaak nu eens
flink aanvatten en even vierkant
als solide positie nemen
Politicus.
Algemeen Overzicht.
Portugal daar kijkt tegen
woordig iedereen 't eerst naar.
Van oen zegsman, „die met de
tegenwoordige politieke toestnden
uitstekend vertrouwd is" verneemt
het „Berliner Tageblatl" het vol
gende
De toestand is zeer, zeer ernstig
en Franco staat tegenover een ge
vaarlijken tegenstand. Hij steunt
alleen op de grootkapitalisten, doch
de partij van Villena zijn ver
bitlerdsteu vijand Gastro, Al-
voim en Maetodos neemt van dag
tot dag toe. De conservatieven, waar
toe Franco zelf oorspronkelijk be
hoorde, voor hij het „bloc*metde
liberalen vormde, de progressisten,
dissidenten en republikeinen weten
door behendig gebruik te maken
van de pers, het verzet steeds ver
der uit te breiden en ontevreden
heid van Franco's bestuur, dat een
eind moet maken aan het oude
wanbestuur der conservatieven, ook
te wekken bij hen die bij een radi
cale hervorming der gehecle Por
tugeesche politiek het grootste be
lang hebbende boeren en arbei
ders.
Franco, de dictator, is de meest
gehate man in Portugal en Villena
die nu het hardst schreeuwt, maar
vroeger de dictatuur aanbeval als
eenig redmiddel uit den politieken
chaos, weet de verbittering uitne
mend aan te vuren.
Behalve twee bladen, staan alle
politieke bladen aan de zijde der
oppositie
Ebd door Villena bijeengeroepen
conferentie van alle politici toont
dat de oppositie zich consolideert.
Den waren grond voor deze crisis
zoekt de ^egsman vuu het „Tage-
blatt" zeer diep.
Hij acht Portugaal nog niet rijp
voor het van Engeland nageboot.
sle grondwettige stelsel. Het is te
zeer in strijd met de ingewortelde
en nog steeds behouden absolutis
tische politiek.
„Men heeft den modernen regee-
ringsvorm aangenomen zonder voor
af het volk voor te bereiden, dit
nieuwe kleed te dragen en door
uitbreiding van liet onderwijs, Por
tugal rijp te maken voor het par
lementarisme. Zoo zijn de verkie
zingen een klucht, het parlemen
tarisme een schim. Uit dit mis
verstand ontwikkelt zich in schrik
wekkende nabijheid het spook der
revolutie".
Er komen nu zoo langzamerhand
verschillende bijzonderheden los
over Marokko en de nederlaag
van Moelay Iiafids troepen bij
Melkala.
Daaruit blijkt, dat men goed zal
doen met vooralsnog aan de over
winning van kaï 1 Anlioue niet al
te veel waarde te hechten!
Vast staat alvast reeds, dat niet
de hoofdmacht van Moely Hatid's
troepen slaags is geweest
Dezp, staande onder h t bevel
van Muelay Rachid bevond zich
altijd nog te Sidi Aïssa.
Generaal Drude seinde Zondag,
dat het grootste deel met den be
velhebber op weg was gegaan naar
Marakesj en de weinige achterge
bleven troepen gesteld zijn onder
het bevel van Moelay Abbes.
Het wordt nu ook aan twijfel
onderhevig of de sterkte der ver
slagen afdeeliug in bet bericht uit
Rabat niet veel te hoog is opge
geven.
Daarin wordt gesproken van een
mehalla van 1600 man, terwijl een
bericht uit Mogador meldt, dat
kaïd Antlous met 250 man de
troepen van Moely Hafid overviel
en ze na korten strijd op de vlucht
joeg met achterlating van hun
kamp, hun lastdieren en veel wa
penen. Het lijkt in elk geval niet
heel waarschijnlijk dat een troep
van 250 man een afdeeling v«n
1600 man zoo maar op de vlucht
jaagt, zelfs al wordt ze verrast!
Waarschijnlijk is het getal dei-
verslagenen wel wat overdreven,
zoodat te sterker wordt de moge
lijkheid dat de beteekenis der over
winning heel wat lager aangeslagen
moet worden dan de eerste berichten
deden vermoeden.
Zooals we ook trouwens gisteren
al vertelden 1
De gezondheid van den D u i t-
scheu Keizer wordt een onder
werp van algemeena bespreking 1
Een officieus telegram aan de
„Koln. Ztg." meldt:
„In Berlijusche goed geïnformeer
de kringen die voortdurend met
Highcliffe in verbinding staan wor
den de van verschillende zijden
verspreide berichten over een keel
en oorlyden van den Keizer met
bevreemding vernomen.
„Men verzekert mij", zegt de
correspondent, „met de meeste be
slistheid dat nog van het een nog
van het ander sprake is."
De geruchten worden intusschen
weer gevoed door het bericht, dat
de Sanitiitgrat Schmidt, de keelspe
cialiteit die den Keizer reeds 2'/z
jaar behandelt, dezer dagen naar
Highcliffe zou vertrokken zijn.
'n Echt leuk bericht komt uit
Engeland!
Koning Eduard heeft te Londen,
in 't Buekinghampaleis, een paar
Sawzie-opperhoofden ontvangen, die
komen klagen over landverdeeling
of zoo iets.
De nikkers waren in gekleede
jas en hoogen hoed!
De koning daarentegen pakte
danig uit in praalhij had de
uniform aan van veldmaarschalk
van het leger en droeg vele rid
derorden, hij was omringd door
hovelingen en adjsdauten, ryk
uitgedost, en Lord Elgin, den
minister van koloniën, met ambte
naren van zijn departement, allen
in hofdracht. Zoo verscheen voor
de Swazies de vorst van het mach
tige Britsche Rijk
Prins Malimge, broeder van de
koningin-regentes der Swazie, riep,
diep buigende, Bajete de Swa-
zie-groet en begon een toespraak
in het Swazie die tien minuten
duurde. Wat van die toespraak
aan de pers is meegedeeld, is niet
veel.
Uit naam van heel het volk der
Swazies betuigde de prins hulde en
hij zei, dat het gezantschap den
koning een verzoekschrift wil aan-
bieden.
De koning antwoordde kort.
Het verheugde hem de hulde
van de Swazies in ontvangst te
nemen hij had zijn vertegenwoor
diger in Zuid-Afrika gelast, te luis
teren naar hetgeen de Swazies te
zeggen hebben, maar verwachtte
ook dat de Swazies zich zouden
gedragen naar de aanwijzingen van
zijn ambtenaren. Het verzoekschrift
moesten zij langs den gewonen weg,
door tusschenkomst van den minis
ter van koloniën, aanbieden. Ver
der wenschte hij de heeren veel
genoegen in Engeland.
Daarmede konden zij gaan
Wat hun grieven eigenlijk zijn
weten we echter nog niet 1
't Hoort eigenlijk onder de rubriek
der gemengde berichtjes, of liever...
onder vertelseltjes, maar omdat
verschillende buitenlandsche kran
ten ermee komen, maken we dan
ook maar melding van het zonder
linge verhaal
Dit verhaal meldt dan de volgende
allercurieuze historieDe koning
en de koningin van Spanje zouden
niet met hun zoon naar Engeland
zijn gereisd, maar met.... een vreemd
kind!
De Spaansche kroonprins zou
vooruit zyn gezonden, daar men het
te gewaagd achtte den koning en
den troonsopvolger tegelijkertijd
bloot te stellen aan de mogelijkheid
van.... een spoorwegongeluk (een
„voorbereid" ongeluk misschien?)
Ten einde te verhoeden, dat na
een mogelyk ongeluk de aanspraken
van den werkelijken troonopvolger
niet betwist zouden kunnen worden,
is voor het vertrek uit Madrid vau
de verwisseling een protocol opge
maakt, dat door alle ministers
mede-ouderteekend is.
De terugkeer uit Engeland zal
onder dezelfde voorzorgsmaatregelen
plaats vinden, verzekert men....
Waarom liever geen pop, vra
gen we
Wat de menschen toch al niet
uitdenken 1
Inde derde Doerna in Rusland
is men altijd nog aan de „voorbe
reidende maatregelen".
De commissie voor het adres aan
den C/.aar schijnt thans een redactie
te hebben ge* onden die wellicht
het stuk voor alle groepen van het
centrum aannemelijk zal maken.
Het gevaar van een breuk tus-
scben de Octobristen en de gema
tigden van rechts schijnt te zijn
bezworen.
Intusschen heeft de nieuwe voor
zitter Chomjakof al zijn voornemen
te kennen gegeven het voorzitter
schap neer te leggen, daar hij zich
niet berekend gevoelt voor zijn taak.
Gaat hij heen dun zal de Octobrist
Rodsjanko hem waarschijnlijk op
volgen.
Nieuwtjes in drie regels.
De Koninginnen in Den Haag.
H. M. de Koningin en H. M. de
Koningin Moeder zyn gisteren te
12,7 met de Staatsspoor in de re
sidentie aangekomen. Aan het per
ron, voorai ook in de Rijnstraat
waren, trots den zwaren, koudea
regen, een groot aantal personen
bijeengekomen, om de Vorstinnen
hartelijk te begroeten. Geen auto*
riteiten waren aan het station.
Koninginnen reden in een geal
hofry tuig rechtstreeks naar het P
aan het Noordeinde.
Het Vredespaleis.
Men meldt uit 's Graveuhage
Met den bouw van het Vredes
paleis zal thans binnen niet al te
langen tijd een aanvang kunnen
worden gemaakt. Het eerste bestek,
voor het groudwerk, is nl. gereed.
Om de plek, waar het gebouw zal
verrjjzen, komt een schutting, van
ongeveer 600 M. lengte, terwijl ook
het ijzeren hek aan den kant v
den Uckeveningschen weg door e
schutting zal worden vervang
Het grondwerk moet 1 Maart a.
voltooid zyn. Over eenige maanden
zal ook het bestek voor den boven-
bouw gereed kunnen zijn.
Afschaffing nachtarbeid.
Men schrijft aan de „N. R. Ct
De bootwerkers te Delfzyl hebben
besloten het nachtwerk af te schaffen.
De weekboot uit Goole, die vroeper
met een vasten ploeg werkers
in 20 a 30 uur na aankomst kon
worden gelost, heeft Donderdag,
Vrijdag en Zaterdag in lossing
legen.
Pogingen om des nachts met de
lossing door te gaan, zijn afgestuit
op het genomen besluit der boot
werkers.
Uit de Staats Courant
Bij Kon. Besl. is benoemd tot
directrice van het post en telegraaf
kantoor te Breukelen mej. A. C. W.
van Riel, thans commies-titulair.
Benoemd tot notaris te Appinge-
dam A, Stuiveling, candidaat te
Hoogkarspeltot onderwijzer bij de
Rijkskweekschool voor onderwijzer!
te Groningen T. Z. L. Dijksterhuis
aldaar. Bestemd tot hoofd vnu de
ond. afd. van het Departemenl van
Oorlog de luit. kol. P. C. J. Noor-
duyn, toegevoegd aan den genie-
inspecteur.
FEUILLETON.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem fl.35
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post
Afzonderlij ke nummers
1.84
0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regelsf0.60 (contant) fO.üö
Elke regel meer0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie 4 contant
De heer Nathan, Israëliet en vrij met
selaara-dignitaris, is benoemd tot bur
gerneester van RomeUitdaging of niet'
In Cristiania is een politiecorps v
vrouwen.opgericht, belast met vrou
wen- en kinderbescherming.
De Berlijn is bij Russische revolu
tionnairen eengeheime bommenfabrie
en een geheel wapen-arsenaal ontdekt.
.Raar het Duitsch van Kaar.. Bo Ei.opff.r
22.
Men doorzocht zijne sakkenmen rukte
|h«iu de das af, zelfs de laarzen werden
rfgenomen, want er mochten zich tus-
'V'heu de zolen eens verborgen papieren,
[hstructies van een nihilistisch centraal
fomilé of andere geheime dingen be
binden.
M ;t verbazende vlugheid cn een ver
lucht zwijgen deden de gendarmen hun
berk. De aehrjjvi-r, die aan het tafeltje
h'oces-ver baal opmaakte, noteerde elk
Nor werp, dat hem de wachtmeester voor-
bgd en oonde daarbij eone groote on-
^ïs-hilligh ;ul, d.e duidMyk genoeg ver
gilde dat hem dat alles ze r gewoon
jHs. Olfers begreep, dat hij op geen en-
fe vraag Antw iord te wachten had, en
"Mi zou hij zoo gaarne willen weten,
,*t men met hem voirha.il. en waarvan
„Mi hem bes hu dig Ie. Doen hij had
k *n goed tot machine'* of automaten
spreken E ndeüjk w erp men
,0 een oude a so datenmantel omen
verlie'en d> suhrijv r en digendar
j het vertrek, tot op één na, die met
In geweer over schouder du wacht bleef
als'rf n- M«n Het hem niet eens een stoel,
vla a "lf*n h ing was, dat hij in eene dolle
R daarmede op den gendarme zoude
"itvaliBn etJ j,y moeat op den versleten
vloer gaan liggen, als hij moede weid.
Hij hoorde aan gene zijde van het beschot
af en toe de fluisterende stemmen der
politiebeambten, die met elkander spra
ken en de voorwerpen, die men hem
ontnomen had, aan een nauwkeurig on
derzoek onderwierpen. Het reizend pu
bliek moest de zaal reeds lang verlaten
hebben. Ja, nu verkondigde het schrille
fluiten der locomotief, dat de trein weder
vertrok. Natuurlijk, men wachtte niet op
hem. Olfers zonk steunend tegen den
wand en heet wanhopig op de nagels.
Hij overwoog de mogelijkheid, dat men
hem, op een bavel tot aanhouding van
uit St. Petersburg, als den moordenaar
van graaf Ludeskoy herkend had, hoewel
hij zich met een valscheu pas had willen
doen doorgaan voor een zekeren Nol off.
Bovendien bestond de mogelijkheid,
dat in de herberg te S wens jan ij de een
of andere toevallige luisteraar degeheele
alspraak tusschen beide jonge mannen
gehoord had de wand van het dak
kamertje was immers zoo dun als papier
en dat deze verrader alles aan de po
litie had aangebracht. Dan dacht hij er
aan, wat men wel het eerst met hem zoude
a invangen en hij verdiepte zich in de
meest kwellende gissingen. Hij luisterde
naar het minste gedruisch dat hij hoorde,
maar niets was te vernemen, wat hem
op de hoogte had kunnen brengen van
zijn lot. De gendarme naast hem stond,
als uit hout gesneden daar, geleund met
de handen op het geweer, waar de lauge
bajonet dreigend boven uit stak; in de
andere kamer scharrelde hier en daar een
beambte of verzette de stoelen onder de
schrijftafel: van tijd too tijd klepperde
het telegraaftoestel, maar uit niets kon
men nierken dat men aan den gevangene
dacht. Hoor! daar klonk buiten de elee-
trische signaalklok: bimbang, bimbang,
bimbang. Dal kondigde de aankomst van
een trein aan.
Toen bemerkte hij eenige bewegingen
hoopte hij, dat men zicli zijner zou her
inneren. Waarlijk daar werd de deur ge-
op 'ml; de wachtmeester trad binnen, ge
volgd door een gendarme, die Olfers zijne
bovenkleederen toewiep. Deze waren ech
ter in eén vreeselijken toestand; overal
was de voering gescheurd en men scheen
zelfs de naden losgestornd te hebben om
te zien of daartusschen niets verdachts
te vinden was. Olfers begreep niets van
dat alles en keek den wachtmeester ver
baasd aan, als wist hij niet, wat hij met
dat vernielde gewaad zou beginnen.
„Nu, vooruit, aankleeden!" snauwde
men hem toe. „Denk je soms dat we hier
tijd tot wachten hebben, totdat het jou
belieft?" De onbeschofte toon van dien
man liet Olfers raden, wat hem te wach
ten stond. Hij trok zijn kleeren aan. Toen
wachtte hij, dat men hem zijn schoeisel
gaf, maar hij ontving slechts zijnen hoed
of liever enkel vilt daarvan, want de voe
ring en het leder ontbraken, ja de rand
was er zelfs afgetrokken.
„Eu de laarzen?" waagde hij te vra
gen.
„Wat laarzen Die zijn natuurlijk stuk
gesneden en wij kunnen je geen andere
verschaffen. Je zult barrevoets loopen,
jij schoft, en wat komt er dat ook op
aan
„Waarheen?" riep Olfers, ontsteld en
getroffen door zulk een onteerende be
handeling.
„Dat zal je wel zien. Maak nu maar
voort, daar is reeds de trein.
Inderdaad reed op hetzelfde oogenblik
een trein voor het station. Olfers had
echter geen rijd om uit 't raam te kijken,
want zijn aandacht werd door een ander
gedruisch, dan het sissen van de locomo
tief gewekt; het was het gerinkel van
een bos sleuteD in zijne nabijhiil. Hij
keek om, en zag den wachtmeester, die
nu in den zak van zijn uniformjas greep.
In het volgend oogenblik stootte Olfers
een korten gil uit. Mijn God, dat waren
handboeien. Instinktmatig bief hij de
armen omhoog om zich tegen het aan
doen van die smadelijke boeien te ver
zetten. Maar wat gaf li tm die beweging
tegenover zes krachtige handen? Eerst
kreeg hij een stoot tegen de borst, die
hem deed terug tuimelen; toen rukte
men hem de banden naar beneden en
hield ze vast, tot de wachtmeester de
coude ijzers -om zijn polsgewrichten ge
sloten had.
„VooruitI"
Een stoot met den kolf van het geweer
in zijn rug ondersteunde het barsch be
vel, en Olfers stapte door de zaal naar
buiten op bet. perron, barrevoets, in lom
pen en ketenen, geëskorteerd door drie
gendarmen als een voorwerp van schuwe
nieuwsgierigheid voor het publiek. Men
besteeg met hem een ledigen goederen
wagen. Olfers a lenide reeds een weinig
ruimer, toen bij zag, dat hij de eenige
gevangene was; bij had reeds gevreesd
ia deze geïmproviseerde rollende gevan
geniscel een gezelschap van do ergste
boeven en landloopers te zullen vinden
Hij was zelfs in dit oogenblik nog, de
hoog beschaafde man, wiens zenuwen
voor elke ruwe aanraking gevoelig zijn.
Spoedig hem. hij, dat hij weder den zelfden
weg aflegde, dien hij des voormidd. geko
men was. Toen begon de honger hem te
plagen, maar zijne bewakers stoorden zich
niet aan zijn verlangen. In Wilna stapt,
man uit. Olfers was in koortsachtige span
ning. Zou men verder gaan. naar Swens-
jany om St.. Petersburg te bereiken of
had hij reeds de plaats zijner vourloopige
bestemming bereikt. Men bracht hem
weder in een wachtlokaal, tot de gevan
genwagen kivaui, die hem naar liet poli
tiebureau moest brengen. Olfeis had dus
tijd genoeg om de afwisselende indruk
ken in zich op te nemen en daarover na
te denken. Het was voor liem een uit
gemaakte zaak, dat men hem als den
moordenaar van graaf Ludeskoy gearre
steerd had en hij had nu slechts nog één
enkelen wensch, in dit oogenblik nog het
schavot te mogen beklimmen om zyne
misdaad te boeten, ten einde zoodoende te
ontkomen aan een langdurig proces voor
het gerecht te St. Petersburg. aan de ge
tuigenissen der clubleden, en aan het
wederzien van Strömholt en diens dochter
EdiJa, ElliDoged ichte aan h tar greep
hem plotseling zoo hevig am, dat hij
heete tranen in zijne oogen voelde op-
komeri. Arm meisje! Wat zou zij iyden,
als zij voor het gerecht tegenover hem
zou mo ten staan. Zy had zoo edel en
liefdevol jegens hem gehandeld, dat alleen
de gedachte daaraan hem iri het diepst
van zijne ellende steunde en troostte. En
nu z">u zij moeten vernemen, dat hy ge
arresteerd was. Nu zou zij de onverdiende
schande moeten dragen, zich in het pu
bliek voor de rechtbank als zijn bruid te
verklaren, te moeten bekennen, dat zij
hem geholpen had in zyne vlucht. En
toen nam hij een heldhaftig besluit. Niet
langer mier rnocht hij aan zich zei ven
en zijne vernedering denken.
Het gold nu niet de schande van zijn
hoofd af te wonden voor hem zou
alles slechts straf en vergelding zyn
maar haar, de reine jonkvrouw van de
dreigende schande te bevrijden, dat had
hij in zijne hand, al waren zyne handen
nu ook in zware boeien geslagen.
Da gedachte aan haar versterkte hem
wonderbaar. Zoo even had hy nog over
honger geklaagd, over de onvriendelijke
behandeling van den kant zijner bewakers
en zichzelven bij eiken stap als 't ware
met medelijden beschouwt. En nu was
het, alsof hem op eens den af te leggen
weg in vollen klaarheid was aangewezen.
Hij kwam tot het inzicht, dat hy tot op
dit oogenblik enkel om eigen wolzyn was
bezorgd geweest, dat hij slechts voor zyn
eigen ik gevreesd had. Nu was hy ver
loren, vernietigd, maar hy had toch nog
jegens een ander een plicht te vervullen.
En dat was het, wat hem staande hield
en he n een trots inboezemde, die geheel
verschillend was van dien, waarmede hij
tot nu toe de vermeende voorrechten van
den beschaafden en goed gezeten man
had beschouwd.
Het overige vau den dag en den gau-
«ehen nacht moest hij iu eena nauwe cel
bijna zinder lucht en licht doorbrengen,
zonder voedsel, met geboeide handen,
zonder eené andere ligplaats dan den
voehtigen grond. Had men geen tyd om
hem te verhooren of wilde men hem
kwellen? Hy wist inderdaad nog niet,
dat dit een welberekend systeem was om
hem gedwee te maken. Eindelijk ging de
deur van zyn kerker open en eon tot
aan de tanden toe gewapend soldaat
haalde hem er uit en dreef hem met ruwe
vuist voor zich uit.
(Wordt vervolgd