153 lets ouer onze Europeesche uorstinnen. We hebben in een van de vorige nummers van ons Geïllustreerd Zondagsblad een en ander mede gedeeld over 't doen en laten van verschillende Europeesche vorstinnen. Over het algemeen hoort men niet veel van de bijzondere werkzaamheden, liefhebberijen en levens eigenaardigheden van koninginnen en prinsessenj zij timmeren niet zoo aan den dijk als de mannelijke vertegenwoordigers van vorstengeslachten, en het is maar goed ook dat er althans van den intiemen kring der vorsten wit bewaard blijft voor de vorsten- gezinnen zelf, al wordt dat intieme leven vaak door kranten en illustraties zoo onbarmhartig mogelijk aan de groote klok van 't publiek gehangen. Een der vorstinnen van Europa van wie men bijna nimmer iets in 't publiek hoort, die zich zeer zicht baar voor de publiciteit terugtrekt maar door hare positie toch zeer vaak in het openbare leven treedt en dan altijd toont een edele vrouw te zijn, een ware „vrouw" in den echten huiselijken zin des woords, is de keizerin van Duitschland. Aan de zijde van haren nogal eens opspraak wek- kenden gemaal, wiens levendig temperament, opbrui send gemoed en sterke persoonlijkheid hem immer brengen onder de personen die het publiek het al lermeest bezighouden, aan de zijde van Wilhelm II doet deze huiselijke, deugdzame, zorgvolle moeder en echtgenoote zien, dat het glanzende schitterende hof leven toch nog lang niet behoeft te leiden tot fri voliteit, mondain op den voorgrond treden en van zich laten spreken. En men mag zeggen dat over het algemeen de Europeesche vorstinnen dit voorbeeld door een der grootsten gegeven, navolgen. Figuren als de ongeluk kige vrouw, die nu koningin van Saksen kon zijn, zijn gelukkig een overgroote uitzondering. Koninklijke vrouwen, die billard spelen: Weet men, dat 't biljardspel een zeer geliefde sport is voor vele vorsten envoor vorstinnen van Europa f WerkeHjk kranige speelsters zijn onder deze de koningin van Engeland en de keizerin-weduwe van Rusland, hare zuster, die zich met vele kampioenen onder de mannen kunnen meten! Onder de talrijke vorstinnen, die eenvoud aan goedhartigheid, groote begaafdheden aan stille hui selijkheid paren, is ook zeker de koningin van En geland. Koningin Alexandra, een van de dochters van wijlen den ouden Christiaan IX van Denemarken, is buitengemeen geliefd bij het Engelsche volk, en wel 't meest door de voortreffelijke eigenschappen die zij steeds in den huiselijken kring van het hof heeft getoond en de belangstelling die zij immer heeft voor zieken, ongelukkigen, kinderen en ouderen van dagen. Ontelbaar zijn de weldadige en liefdadige inrichtingen, die door koningin Alexandra zijn opgericht »f worden gesteund. Behalve dat zij een begaafde schilderes is waarvan het publiek echter nimmer iets bespeurt weet men van haar huiselijk leven zoo goed als niets, wat juist het bewijs is van hare goede hoeda nigheden; „de onbekendheid der vorsten in hun huiselijk leven is juist hun geluk", zegt een Turksch spreekwoord heel terecht! Hoogst zelden zien of hooren we iets van koningin Alexandra's particuliere liefhebberijen, en daarom is het aardige fototje, dat op deze pagina wordt opge nomen, des te belangwekkender. Het toont koningin Alexandra in de biljardzaal van 't Buckingham-paleis in Londen, waar ze na tafel gaarne een uurtje toeft, terwijl koning Edward intusschen zijn politieke gas ten bezighoudt, want de koningin is een zeer erva ren biljardspeelster, evenals trouwens haar zuster, de keizerin-weduwe van Rusland; met hun beiden kun nen ze tegen een ervaren kampioen op! ALLERLEI. Leuende antiquiteiten. Reiziger (voor een oud kasteel tot den portier)„Ik zou zoo gaarne de oud heden van dit kasteel eens willen zien!" Portier: „Dan hadt u wat vroeger moeteD ko men; de beide eigenaressen zijn daar juist uit rijden gegaan." Lieuer dood. Een ernstig zieke professor in de geneeskunde maakte tegenover de collega's die hem bezochten, de diagnose, dat hij niet langer dan drie dagen leven kon. Toen na het verstrijken van dien termijn eenige beterschap intrad, en zijn vrouw hem moed poogde in te spreken, weerde de geleerde haar af met de woorden: „Laat me!... neen, ik moet sierven Ik kan me toch zoo niet blameeren." Practisch. Gast (in een logement): „Breng me vier gekookte eieren,.... of drie, dat is ook voldoende." Logementhoudster: „Och, neemt er maar vier, ik kan immers heel kleine voor u uitzoeken." Boeuentrots. Politiebeambte (met een misda- digersalbum in zijn hand tot een boef): „Me dunkt, dat er al wel ettelijke van je verwanten in zullen staan Boef: „O, ja, mijn heele galerij van voorvaderen, allemaal even beroemd Consciëntieus. Heer (tot zijn knecht): „Zeg aan dien meneer, dat ik niet thuis ben." Knecht: Dat gaat niet meer, ik heb al 'n kwartje fooi van 'm aangenomen." Vaderlijke uermaning. Vagebond (tot zijn zoon) „Zeg 'reis, jongen, als je zoo lui bij het bedelen blijft, dan zal je nog 'res moeten werken voor den kost." De lof der zotheid. „Neem mij niet kwalijk, mijn heer Pluigers, dat ik altijd lachen moet als ik de een of andere dwaasheid gezegd heb „O, volstrekt niet, mevrouw, dat is juist de reden, dat u den heelen dag in het vroolijkste humeur zijt".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1907 | | pagina 19