KERSTMIS.
"■rla Am4m
Mipygyi
Geboortegroepen, Beelden voor Kerststal tot 60 cffl hoogte, Stallen, Mos,
Kaarsen, Kandelaais, Engelen enz., in groote sorteering in het bekende
Artikelen van HERMAN VAN ELST, Zijlstraat 36.
Onze Schaakrubriek.
Probleem No. 7.
W\H
wm.
i ÜH
De uerkeerde hoed.
168
De oplossing van probleem No. 5 is: 1. P e 1 enz.
Comcte oplossingen ontvangen van A. Aker te
Andijk, Corn. Bijman te Wognum, A. van Woezik
en Jac. Koedijk te Heemskerk, P. Slijkerman en C,
Klaver te Spierdijk, J. Braakman, S. Braakman, S.
Kok en J. de Boer te Bovenkarspel, W. van Delden,
J. van Velzen en J. Hoogeveen te Haarlem.
Oplossing van probleem No. 4 nog ontvangen van
A. van Woezik en Jac. Koedijk te Heemskerk.
Heden een door wit mooi gespeelde partij van het
dezen zomer te Ostende gehouden grootmeester-
tournooi.
Geweigerd Dame-Gambiet.
wit F. J. Marshall.
zwart C. Slechter.
d 4
c 4
P c 3
c d 5
P f 3
L g 5
L e 7
8 e 3
9 d cö:
10 L d 3
11
12
13
14
15
0—0
Tel
P a 4
h 3
a 3
d 5
e 6
cö
e d 5
P c 6
L e 7
P e 7
0—0
D a 5
D c 5
L e 6
D b 6
D b 4
h 6
D d 6
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
P c 5
D e 2
L f 5
Tfd 1
e 4
e 51
P e 4
P f 6 f 11
e f 6
D d 2!
D h 61
T c 6:1
T d 4 1
K h 2
T g 4 f
Tab 8
L f 5
P f 5
P f e 7
b 6
D d 8
D c 8
gf6
P g 6
D f 5
D f 6:
D b 2:
Db 1 f
D f5
geeft op.
Vandaag weder eens een eenvoudig probleem, dat
echter een heel aardigen sleutelzet heeft.
K. Erlen te Weenen.
8
7
6
5
4
3
2
1
aücdelgh
Wit geeft in twee zetten mat.
Oplossingen worden ingewacht tot Zaterdagochtend
21 December en bekend gemaakt in ons nummer
van 29 December.
Oplossingen en verdere correspondentie, deze ru
briek betreffende, te adresseeren „Schaakrubriek
Geill. Zondagsblad", Kinderhuisvest 3133. Haarlem.
Het was op een stormachtige avond, dat eenjong-
mensch, bijzonder netjes gekleed, door de straten
der groote stad wandelde. Hij had een splinternieu-
wen hoed op, en zijn schoenen blonken dat het een
lust was. Hij scheen het zelf ook wel te weten.dat
hij er goed uitzag, want hij bekeek zichzelf in haast
iedere spiegelruit en trok voortdurend zijn man
chetten naar omlaag. Op den hoek eener straat
vloog plotseling door een hevigen rukwind de hoed
hem van het hoofd.
Hij wendde zich om en zag een hoed voortrollen
door slijk en modder. Natuurlijk snelde hij het
hoofddeksel r.a, maar hij kreeg het niet zoo gemak
kelijk te pakken. Op een oogenblik stiet de hoed te
gen een omhoogstekenden steen en bleef liggen.
Maar juist toen hij hem grijpen wilde, kwam er
weer een rukwind, die den hoed lustig voor hem
uit deed huppelen.
Eindelijk toch haalde hij hem in. Ademloos leunde
hij tegen een lantaarnpaal om even uit te blazen.
Daar trad een andere man, eveneens buiten adem,
op hem toe en nam hem den hoed uit de hand.
„Dank u wel voor uw moeite", sprak hij.
„Wat belieft u?" vroeg de jongeman verbaasd.
„Wel, dat is mijn hoed", zei de vreemde.
„Uw hoed? En waar is de mijne dan sprak onze
vriend nog verbaasder.
„Uw hoed, wel, die hangt daar aan het koordje
op uw rug."
En nu herinnerde de jonge man zich eerst dat
hij veiligheidshalve zijn stormband aan den boven
sten knoop van zijn jas had vastgemaakt.
Hun insfructie. Burgemeester op een dorp (tot
de menschen die langs den weg staan). Zeg eens,
Zijn Hoogheid zal niet per spoor, doch per auto
mobiel komen. Maar laat nu niemand bij vergissing
zijn neus dichthouden, hoor!-
Een geschikt aanknoopingspunt. Oom (in gesprek
mot zijn neef, die student is). Ja, ja, jongen, al het
aardsche is toch maar vergankelijk.
Neef. Daar hebt u wel gelijk in, oom! Zoo zijn
bijvoorbeeld de vierhonderd pop die u mij eeni-
ge weken geleden geleend hebt, alweer totdenlaat-
sten cent verdwenen.
Gauiu afgehandeld Boekhouder. Meneer de
redacteur, zooeven ontving ik de rekening van uw
kleermaker.
Redacteur. Wat I de rekening van mijn kleer
maker Is de vent gek? Och, schrijf eventjes op
als je wilt: Wegens overvloed van copie kunnen
we van het door u gezonden manuscript tot ons
leedwezen geen gebruik maken. We zenden het u
dus hierbij onder dankbetuiging terug I