Voor onze jeugd.
Onze Raadselwedstrijd.
191
Oplossingen uit het uorig nummer.
1. Vlaanderen.
2.
3
4
5
1
2
2
3
4
5
1
1
2
3
4
5
5
1
2
3
4
4
5
1
2
3
3. Karei.
Delft,
merel,
borst,
krant,
klomp,
brief',
aster.
Nieuwe opgauen.
1. Wie kan het 'randschrift lezen in het mooie
plaatje, dat hieronder staat? Als je het niet vinden
kunt, let dan maar eens goed op de figuurtjes, die
'ungs het randschrift staan I
2. Ik ben een heel groot dier.
Mijn eerste lettergreep is de naam van een lichaams
deel, waar men zuinig op moet zijn.
Van mijn tweede maakt men knoopen.
Wie ben ik?
3. Ik ben op 'teind van mijn bestaan,
Mijn opvolger komt ginds al aan;
Nu zult gijTallen zeker weten
Hoe of wij beiden toch wel heeten.
4. Hier heb ik nog een mooi versje, dat tevens
^en heel gemakkelijk raadsel is, zóó eenvoudig dat
kaast iedereen het terstond begrijpt.
5. Ik ben geen lelie of narcis
Geen crocus, dahlia of lisch,
Roep uw geheugen eens te hulp,
Dan kent ge mijmijn naam is
Wie kan ook zulke versjes maken?
6. Ik ben een dier, dat ge niet graag alleen in
een bosch zoudt ontmoeten. Zet ge echter een I
voor mijn naam, dan word ik een lekkere spijs;
met een b voor mijn naam ben ik een dier, dat
hier te lande sinds lang niet meer te vinden is;
met een k vooraan daarentegen ben ik een dier
soort, waarvan slooten en bosschen des zomers kri
oelen. Met u» vooraan eindelijk ben ik een heel
nuttig mensch.
Wie raadt mijn naam?
7. Schrijf tweemaal p en tweemaal a
En r en I en u daarna,
Schud nu die letters flink dooreen,
Dan krijgt ge 't ding, dat ik hier meen.
8. Ik ben een winkel, waar van alles en nog wat
verkocht wordt. Voeg één letter in mijn naam, en
ik word op eens een grote stad in Oost-Azië.
Wie ben ik?
Wel, wat zeggen onze jongens en meisjes wel van
den grooten raadselwedstrijd, die in het volgende
nummer begint?
Er liggen al verscheidene mooie boeken en andere
dingen klaar voor die twintig beste oplossers.
En als ik een karrevracht oplossingen krijg, kunt
ge er op rekenen, dat we dit jaar verscheidene van
zulke wedstrijden zullen houden.
Wie dan de eerste keer niet onder de gelukkigen
hoort, kan later eens een prijs winnen.
Maar nu moet ge eens goed opletten.
Op de eerste plaats mogen alleen de kinderen
van abonné's meedoen, maar slechts één uit een gezin
of allemaal te zamen. Hoe ge het dan met den
prijs maakt, moet ge zelf maar eens uitmaken, ah
het zoover is.
De oplossingen moeten netjes geschreven zijn en
er mag maar één kant van het papier beschreven zijn.
Dat zijn allemaal dingen, waar goed om gedacht
moet worden. De volgende week zullen we nog wat
er van vertellen en dan komen daarna de eerste
vijf opgaven. Maar denk nu niet, dat ze zoo heel
gemakkelijk zullen zijn, hoorl
Dan was er ook geen aardigheid aan, hel
Nu, de volgende week verder hoor.
Te laat om ze nog in het vorig nummer op te
nemen, ontvingen wij goede oplossingen van Cecilia
Puts, Aaltje Vlaming en van de kinderen Mense.
Deze laatsten zonden zelfs een andere oplossing
van No. 5 uit het vorig nummer, nl. deze:
Franeker.
Rotterdam.
Amsterdam.
Nijmegen.
Kampen.
Rozendaal.
IJselstein.
Kralingen.
Van de opgaven uit het vorig nummer hebben
wij al goede oplossingen ontvangen van W. Smit»
te Haarlem.