Ali DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. Telegrammen. BINNENLAND. )e Bergmolen. Hfïx;1.- Cs>r*H°d n t Kinderhuisvesi 31-33, Haarlem BUITENLAND. V*|JDAC 17 JANUARI 1908. 32**® Jaargang. No» 6788. Bureaux van Redactie en Administratie: Interc» Telefoonnummer 1426. G. W. Algemeen Overzicht. Er is weer een nieuw8 streek in den beruchten Franschen linister Briand, den kerkvervolger zijn hatelijkste gedaante, te mel- to. 't Wordt daar in Frankrijk, dat >g altijd het land van .de vrijheid" ket in de liberale en neutrale anten, dan toch wel aller-orgst ngzamerhand! Waar moet bet heen? Briand dan heeft dat is zqn euwste vervolginggmaatregeleen fief gericht aan den prefect der tine de Selves, waarin de minister Igt, dat de stad Parjjs zonder Vijfel door de edelmoedigheid der .atholieken den zwaren last zal zien Brlicht, die op haar gelegd is om 'i Parijsche kerken te onderhou- 2n, waarvan de scheidingswet haar e stsd) den eigendom heeft over dragen, onder voorwaarde, dat die >rken ten allen tijde ter beschik- ng worden gesteld van den katho- jken eeredienst. Iedereen heeft begrepen, dat de ief van minister Briand aan de dves de prefect der Seine ver rit de functies van burgemeester van Parijs in werkelijkheid ge richt is aan alle burgemeesters van Frankryk. En men beoordeele nu de perfidi teit van dezen brief: De wet zegt, dat de gemeenten de kerken moeten onderhouden. Maar de regeering heeft nu daar van de moeielijkheden ingezien; het was echter te laat, daar de wet aangenomen was. Met zijn gewone brutaliteit wijzigt nu Briand die wet met een briefje! Briand zegt tot den burgemeester van Parijs: „De geloovigen zijn te goede menschen, om de gemeenten niet een handje te helpen bij het onderhoud der kerken, waarvan zij zich bedienen." En de insinuatie van den min1'ster gaat haar weg, en de gemeenten zeggen tot de katholieken ea de geestelijkheid De kerk? Daar hebt je zei Maar degenen, die er zich van bedienen, motten ze onderhouden." Door dit .foefje* heeft de minis ter een conflict vermeden tusschen de regeering en de gemeenten, die niet met dankbaarheid de over dracht der kerken hebben aanvaard daar dit „geschenk" de gemeenten niets dan zware lasten oplegt. Het conflict tusschen de regeering en de gemeenten is nu vermeden en overgebracht tusschen de ge meenten en de geloovigen der ge meente. De Fransche bisschoppen zullen nu vergaderen, om voornamelijk deze ernstige kwestie op te lossen, omdat daardoor de zware finan cieels last, die reeds op de Fransche Kerk drukt, nog aanzienlijker ver zwaard wordt. Alleen voor Parijs zou dit voor de Kerk of voor de geloovigen een jaarlijksche uitgave van twee mil- lioen zijn Eu de geloovigen zijn bang voor deze nieuwe offers, daai minister Briand iederen dag met iets derge- lyks kan komen..,. Is de vrijheid van geloof in Frankrijk meer dan een spot woord?.... 't Groote politiek blijft er, helaas, vrij koud onder: de katholiciteit van de Franschen verschijnt nu in de ware verhouding! Dat is alweer met duidelijkheid getoond bij de uitdrijving der eerw. zusters Augustinessen, die eergister- middag uit het groote gasthuis van Parijs zijn uitgezet. De doctoren zelf protesteeren de meesten zijn met die „laiciseering" allesbehalve ingenomen, daar wat plichtsbetrachting, nauwgezetheid en opofferingsgezindheid betreft, het nieuwe personeel heel wat te wen schen over laten! We hebben dat hier al eens met staaltjes uit de praktijk verteld! Maartóch zetten de Fransche overheidspersonen hun verfoeielijk werk voort: de religieuzen moeten eruit! 6 Zooals we zeiden: Woensdagmid dag zyn ze werkelijk uitgedreven met het groote Gasthuis. En het is ten merkwaardige, mooie betooging geworden: een paar duizend katho lieken wachten de zusters op, en zongen bij dejverd rij ving het. Credo", en andere godsdienstige gezangen De Parijsche politie kwam hard handig tusschen beide, maar kon toch niet verhinderen dat tot twee maal toe door de betoogers de paar den van de rij tuigen werden afge spannen. In de kerk van O. L Vrouw van Bijstand, waarheen de uitgedrevenen zich begaven, had daarna een plec- tig lof plaats, gecelebreerd door kardinaal Richard zelf, den stok ouden aardsbisschop van Parijs. Zoo is de uitdrijving een indruk wekkende plechtigheid geworden, maar terecht schrijft de Katholieke „Univers" erover: „Deze nieuwe aanslag waartegen heel het volk van Parijs had moeten protesteeren, en masse en met kracht, is evenals zooveel anderen gebeurd midden op den dag en met medeweten van het voik I En behalve een imposante miderheid van een duizend twee duizend Katholieken schynt het dat de groote menigte niet begrepen heeft de reusachtigheid van de ramp, die ons allen trof, en van de mis daad, die bedreven werd".... Arm Frankrijk In tegenstelling met Frankrijk mag Oostenrijk genoemd. De besprekingen, die daar gevoerd werden over den in dit jaar te houden Katholiekendag, zijn nu ten einde gebracht. De Katholiekendag zal 27 en 28 September (Zondag en Maandag) te St. Polten gehouden worden, en op de dagorde staan drie puntenorganisatiehet steunen der katholieken pershet jubileum der keizers. Marokko is voor de politieke tinnegieters het land van belofte. Geen onderstelling zoo mal, dunkt ons, of zeker nog wel uitkomen in deze dagen. Moelai Hafid zal het winnen na zijn uitroeping te Fez, zoo denkt men algemeen, en het lijkt wel zoo. Maar gemakkelijk zal dat in ieder geval toch niet wezen, als men nagaat wat nu weer in datzelfde Fez gebeurd is. Daar heeft zoowaar staaltje van de rare dingen die daar kunnen voorvallen I de door Moelai Hafid zelf aangestelde onderkoning van zijnentwege, een poging gedaan om zich bij verrassing meester te maken van de oppermacht, om daarnaAbd-ul-Azis weer te herstellen I Na in het geheim het eens ge worden te zyn met den Pacha van Fez, die het bevel voert over de poorten der stad en de arsenalen en de kazernes, liet hij de wapens reuiLLETON. en voorraden hieruit weghalen en ze uitdeelen aan de troepen, die onder zijn bevelen staan. De Kaïd der Charerdas, die in het geheim was, heeft het heele plan verraden; hij maakte het overal bekend en zond boden uit om het volk te hoop te doen loopen. Op den Koran heeft de onder koning toen moeten zweren van zijn plan af te zien. Aldus seinen de corresponden ten. 't Lijkt haast te dol om het te gelooven, maar het moet waar zijn 1 Neen: Moelai-Hafid is er nog nietl Als hij er echter komt, en Europa's wil eerbiedigt (doch dat is juist voor hem 't moeilijkste ding, daar het de oorzeak en reden van zijn optreden precies in het hart raakt) dan zou Moelai-Hafid nog wel eens op erkenning kunnen rekenen. Althans, in een interview met een redacteur van de Matin verklaarde minister Pichon, dat de proclamatie van Moelai Hafid in geen enkel op zicht verandering kan brengen in de houding van Frankrijk tegenover Marokko. Frankrijk heeft de Acte van Al geciras onderteekend, waarin de souvereiniteit van den Sultan en de integriteit van het grondgebied van Marokko wordt gewaarborgd. Wie ook de Sultan moge zijn die in Marokko regeert de acte behoudt volkomen haar uitwerking, zoolang Marokko de verplichtingen nakomt tegenover Europa. Een verandering in den binnen- laudschen toestand van Marokko kan geen invloed hebben op de houding van Frakrijk, zeide Pichon. Nog al stout gezegd. Of Duitschland het er mee eens is? Onder het grootste voorbehoud maken wij nog melding van een te Berlijn loopend gerucht, als zou een Duitsch eskader in de komende maand in de Spaansche wateren gaan kruisen, welk feit min of meer in verband heet te staan met de Marokkaansche crisis. Over de positie der twee Sultans hooren we nog het volgende: In een te Madrid gehouden Ka binetsraad is een telegram voorge lezen van den Spaanschen gezant te Tanger, waarin deze verklaarde, dat de zaak van Sultan Abdul Azis terrein verliest en dat Moelai Hafid's populariteit in heel Marokko toe neemt. Het schijnt dat deze opvatting wordt gedeeld door Marokkaansche notabelen en rijksgrooten in de omgeving van Abdul Azis te Rabat. Deze vreezen alles te zullen ver liezen, indien zij er nog lang mee talmen, zich openlijk te verklaren vóór Moelai Hafid. De Sultan i elf hoopt echter dat Frankrijk of Euro pa te zijnen gunste zullen ingrijpen. Blijkens een bericht uit Rabat, aan de Heraldo (Madrid) zal Sultan Abdul Azis per Spaanschen kruiser Princesa Asturias van Rabat worden overgebracht naar Tanger. En vandaar naar Europadat is maar een wipje. En dan is hij eruit!.... PARIJS, 16 Januari. Generaal Amade seint, dat hij den 14en dezer met 4 bataljons, 3 escadrons en 1 batterij is opgerukt naar Settrat, waar hij voeling kreeg met de mehallah, onder bevel van Moelei Resjid. De mehallah had verster king ontvangen van de stammen der Sjaoeia's, die aan de laatste moordpartij hebben deelgenomen. D* n daaropvolgenden morgen ging generaal Amade in de engte van Settat het gevecht aan. De vijand bood krachtigen tegenstand, maar werd teruggedreven. Na een tot middernacht voortgezetten strijd, werd Settat bezet en het kamp van Moelei Resjid vernield. Te midder nacht had de colonne Ber Resjid hernomen. Aan de Fransche zijde worden 20 man gc-wond, onder wie 1 officier en 1 onderofficier. De vijand leed zeer zware verliezen. Onder de stammen heeft hetgebeurde diepen indruk gemaakt. BRUSSEL, 16 Januari. Cooreman (rechterzijde) is met 74 tegen 45 stemmen tot voorzitter der Kamer gekozen. Eerste Kamer. De Eerste Kamer zal vermoede lijk 27 Januari bijeenkomen tot behandeling van de Staatsbegroo ting, voor zoover de afdeelingsver- slagen deze week verwacht wor den. Uit de Staatscourant. Bij Kon. Besl. is benoemd tot notaris binnen het arrondissement Breda, ter standplaats de gemeente Breda, C. L. A. M. van Gils, can- didaat-notaris te Teteringen. Bij Kon. Besl. is benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau, de civiel-ingenieurA.Suethlage,inge nieur by de Nederlandsch-Indische Spoorwegmaatschappij, te 's Gr iven- hage. Bij Kon. Besl. is met ingang van 15 dezer benoemd tot huismeester bij het Koninklijk koloniaal mili tair invalujenhuis op Bronbeek, de gegageerde onder-luitenant-tituiair van het leger in Nederlandsch- Indië J. Moolenbeek. Bij Kon. Besl. is, met ingang van 25 dezer, aan mr. W. N. J. M. Smit, op zijn verzoek, eervol ont slag verleend uit zijne betrekking van plaatsvervangend griffier bij den raad van beroep (ongeval lenverzekering) te Haarlem en zijn benoemd tot plaatsvervangend griffier bij den raad van beroep (ong< vallenverzekering), te Haar lem: mr. L. J. van Toulon van der Koog en mr. C. W. Thöue, beiden advocaat en procureur te Haarlem. Museum gemeente-admiirislratie. Men meldt ons Na afloop van de zoo goed ge slaagde tentoonstelling op gemeen tel jk administratief gebied is over wegen in een gunstig gelegen plaats een inrichting in het leven te roepen welke voor de gemeente-administra tie zou kunnen zijn wat het Neder- laudsch schoolmuseum is op onder wijsgebied. Het bestuur van den Nederland- schen boud van gemeente-ambte naren heeft thans een commissie benoemd tot onderzoek en rapport te dezer zake, bestaande uit de heeren J. O. F. Bletz, burgemeester van Weesperkarspel, E. de Groot, secretaris van Noorwijk, J. W. Repelius, controleur-gemeentebelas tingen te Amsterdam, C. W. Wage naar, commieschef ter gemeente secretarie te Utrecht, W. J. van Wagtendonk, hoofdcommies ter secretarie van Amsterdam, en J. A. Zaalberg, secretaris van Zaandam. Gemengde Berichten. De Ruy ter-portzegels. In de „Ned. Philatelist wordt uit drukkelijk betoogd, datde Regeering een nieuwen voorraad van üe Ruy terzegels deed vervaardigen, toen bleek dat de toeloop zoo groot wai. Het blad komt tot ziju meening door het volgende: Alle zegels met breuken, zooal» b-v. Va. IV2, 2«/2, 672, 71/2, 12V* vertoonen in het breukcijler een afwijking, die niet te miskennen is, en waaraan men onmiddellijk een nieuwen druk herkent. „Dit schijnen èu de Regeering en de drukkers niet te weten, zoodat fei telijk de eerste druk de zeldzame wordt, en zal er in deze zei els ODgetijfeld veel gespeculeerd worden. Bij de andere waarden kan ik nog niets ontdekken, doch geloof mij, ook hierin zal verschil bestaan, hetzij in de inkt of iets anders". De schrijver geeft het Rijk eenige wenken om er nog meer geld .uit te halen. „Zou het niet goed zijn indien men (nu men toch bezig is een nieuwen druk te doen verschijnen) b.v. eenige vellen onderste boven liet drukken, eenige cijfers of letters verkeerd laat plaatsen, eenige cijfer» of letters laat ontbreken, eenige foutdrukken. enfin er zijn een legio manieren om prachtige zaken te doen! Want de Regeering zal wel weten, dat deze curiositeiten massa's geld opbrengen, en nu zij toch eenmaal bezig is zich te meten met de kleine Zuidamerikaansche Staten, hindert het volstrekt nieis, dat men er wat meer geld uitmaakt. Boven- maV weftrfeedDg De dronken kerel.w1ildemetziin 1 ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Haarlem fl.85 Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.86 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1.8C Afzonderlijke nummers.0.05 PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 16 regelsf0.60 (contant)f 0.50 Elke regel meer0.10 Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie i contant. De Vereeniging voor G. W. is dat is het besluit van den heer sen avond van gisteren. Onder de talrijke aanwezigen zal er geen zijn geweest, die niet is me esleept door het machtig betoog atl den scherpzinnigen, puntigen Preker, en die niet het hart, heeft ,?elen meêtrillen voor wetenschappe- 'Jke geloofsverdediging en geloovige Genschap, zoo noodig in Haarlem '«iden. Het pleidooi van pater Hendrichs *as slaand, en overtuigend. En hij won zijn zaak. De geestdrift is er nu in, en naar hopen zal ze blijven. Men heeft bij deze rede kunnen °elen wat er nog ontbreekt in onsHaar- ,6tu aan het Roomsche leven, en wat "eze vereeniging kan geven. L Het voorloopig bestuur, dat de ^atuten enz. heeft op te maken, zal '^bben te zorgen, dat de vereeniging r°or G. en W. die opgericht is, ook ^rkelijk geven zal wat noodig is. Waartoe het ongetwijfeld zijn best doen. En dan zal Haarlem een Katholieke ',-reeniging rijker zijn, die in dezen lid van ongeloof en valsche weten- 'hap wel een van de nuttigste en oodigste mag heeten van al. Wij wenschen onzen Katholieken ge- 'k met den avond van gisteren, en bet hetgeen daar is tot stand gebracht. De geboorte van een vereeniging, ie geloof en wetenschap beiden in haar Handel schrijft, en die beiden wil 'enen is voor het Katholieke Haar- tn een gebeurtenis van bet hoogste 'wicht die tot blijde voldoening moet 'e*nmen en tot vertrouwen in de 'oeiende actie van het Roomsche le- !n te dezer stede! (Naar het Duitsch.) ™°rgenhij met een doffe [w* 9. n 8ln8 bij den haard zitten. M JL n uw dienst?" ri/ondp^ eriocht hem oven in de lQgrCi.-pren t» "l®1 'e willen komen. et 1 verv,.5/"nzin voldeed de mulder <n terp verho en toen werd Hana in n |C?fIPte ppr .««nomen. Hij wj. ,a"es liegen, maar toen 'oll'e' j unnen een geloofwaar- ve kl aard a 7-gal hlJ den strgd handeld, "aar ve klaarde 7^"^ aen, «"f ^andeld. noodweer te heb- rva*r bebben jullie riOT, Wis» „ml an ruzie over -egin met hem?' V Leefdet gij tir heb hem van tevoren tinhn, maar wat is de aanleiding tot tcd 7 twist geweest kleinen jongen mishandelen, die knots hals'had vastgegrepen? 411611 hö Den zoon van den metselaar VissAr?" ,0a, j,ulst] Ik en nnjn kamerRadi w-- den de» knaap helpen en hem uit de d«n ..van dien kerel bevrijden. Toen lg hg, omdat ik hem vastgegrep - °P kPu lo«- Kijk maar eens hier, I Hier op mijn iehender» en opmyn rechterbovenarm moeten ook nog blauwe plekken znn." Hij trok zijn borstrok uit. Bloedige, blauwroode striemen op arm en schou der werden zichtbaar. „En in je vreeseijken toorn heb je den man zeker doodgestoken?" „Een paar maal heb ik met mijn mes naar hem gestoken, doch hem zeker niet al te ernstig getroffen." „Heb je niet gezien, dat het brak?" „Hij was dronken. Helaas, ik was het ook en had ik heeleinaal mijn mes maar niet getrokken. Met een Hinken vuistslag zou je hem reeds tegen den grond geslagen hebben." „Wat is toen verder gebeurd?" „Verder? Wel, toen ben ik naar huis gegaan." „En je kameraad?" „Die? Dien ken ik heelemaal niet. Hjj is een anderen weg ingeslagen. Ik bekommerde mij heelemaal niet meer om hem." „Waar is dan 't lijk van den vermoor de gebleven „Lijk?Maar, hjj is toohniet dood?" „Geen praaljesl Jaweldood, volgens verklaring van een zeer geloofwaardigen getuige, die van 't geval aangifte heeft gedaan. Toen wij vannacht met hem naar de plaats des onheils gegaan zijn, hebben we alleen nog bloedsporen gevonden, maar van den vermoorde wat geen spoor meer te bekennen. Hjj is natuurlijk in dien tusschentijd gauw ergens verborgen of in een spelonk geworpen. Zeg nou de volle waarheid, jongen I Door te degen maakt je je zaak heusch niet b»ter." „En al zou het mjjn leven of mijn •ewwige zaligheid kestea, dan kan ik aeg niets anders zeggen! Wat jeme daar ten laste legt, heb ik niet gedaan." „Myn God, mijn God, Hans, heb je werkelijk een mensch om 't leven ge bracht gilde de oude vrouw, die nu op sprong en tot nu toe sprakeloos in een hoek was blijven zitten. „Neen, honderdmaal neenl Hij was niet dood, en zou hg het geweest zgn, verstopt heb ik hem niet, zoo waar er een God in den Hemel is. Voor mgu part mag men het heele bosch afzoeken 1 En als men hem dan toch vindt, dan blijf ik er toch bij, dat ik van de jheele zaak hoegef.a md niets meer weet, dan ik al gezegd heb." „Met zulke praatjes sohieten we niet veel op", zei Steenman. „Maar, het is beter, als je niet geraden wilt zijn, maar niet met zulke uitvluch ten bjj ons aan le komen, 't Komt immers toch uit." „Niets zal me liever zijn, als dat ge beurt." „Met trotsche antwoorden kun je ons toch niet overtuigen en daa-mee bewijst je ook niets." „En wat moet ik dan bewijzen?" „Dat zul je wel hooren. Maak je nu maar klaar om met ons mee te gaan." „Naar de justitie? Ik zal toch zeker niet i.u de gevangenis gezet worden?" „Misschien zul je weer heel spoedig op vrije voeten gesteld worden. Tegenstand zou slechts opzien baren." „Gewillig ga ik niet mee I" „Ja, dan noodzaakt je ons maatregelen van geweld te gebruiken. Even fluiten en we krijgen dadelijk hulp. Laat het liever zoover niet komen." „En ik ga niat mee! Ik doe het niet." «waar beukte 4* vw»t v»# dw mulder op de oude tafel neer, zoodat het wormstekige meubelstuk onder zgn hand kraakte. „Vader, wat is er toch gebeurd?" riep Eva nu ook, die haastig toe kwam ge- loopen. Ze had de heftige woordenwisse ling gehoord. Haar anders zoo blozend gezichtje was nu bleek en blauw gewor den. En uit haar blauwe oogen keek ze uu star en wezenloos voor zich uit. En huilend drukte zjj ook de kleine Margriet in een hoek Vol angst omklemde Eva haar vader. Maar, daar klonk de bel, die men in een prieelje in den tuin aangebracht had. „Hou je stil, stil! Er is volk boven. Die mogen niets van dit schandaal mer ken," fluisterde grootmoeder. „Ga er nu naar toe, kind! Zoo verliezen we nog onze laatste klanten. Heere God, ga nu toch weg. Jullie hangt allemaal als klissen aan mijn lijf! Richt den molen toch heele maal niet ten grondel Hans, wees nu kalm! Wat heb je aan dat huilen? Als je wat gedaan hebt, dan moet je er de gevolgen van dragen. Dan helpt er geenIk doe het niet en ik mag niet Ik heb voor jullie steeds de nagels van mijn handen gewerkt, maar wat hielp het? Het was water pompen in een mand. vVat men er boven in pompt, loopt er onderlanga weer uit. Nu zal dat boeme len dau eens uitgeraken hier! En onze laatste centen zal ik vast houden! "Veel genoegen heb ik nooit van je gehad, Hans, doe mij nu ten minste de schande nog niet aan, dat men je met geweld van hier zal wegvoeren. Ga kalm meeEn gjj, Eva, sta ons daar toch zoo niet aan te kyken alsof je het in Keulen hebt hooren donderen. Loop gauw buiten naar de gaste»Vooruit! Toornt! Ik kek »m va» al die plagerijen meer dan genoeg en als jul.ie mij 't leven nu nog'zuurder maken dan het al is, dan zal ik den mo len laten verkoope zooals Dohme dat al reeds lang heeft gewild en Renata zal mij wel een plaatsje in haar voorhuis inruimen." Grootmoeder mopperde en z°urde wel altijd, maar werkelijk boos werd ze maar zelden, maar als ze het oc-k was, zonula nu, dan moest men haar gehoorzamen, want als men haar dan maar even durfde tegen te spreken, dan word ze zeer drif tig en zou de gekste dingen gedaan hebben. Hans ging nu gewillig met de veld wachters mee. Eva liep vlug naar boven, lachte de drie fietser», twee heeren en een dame, vroolijk toe, nam de bestelling vlug op, bediende hun zeer gauw en vroeg de gasten weer eens gauw terug te komen. Zij plukte een donkerroode roos van ee struik af, die dicht bij het prieel stond en gaf zo aan de dame, die haar daarvoor een blinkend zilverstuk in de hand drukte. H. Steenman werd in verhoor genomen en bleef er by, wat hij gezegd had. De zestienjarige jongen was ook op», geroepen, doch die was niet verschenen. Zijn vader, de metselaar Visser, verklaar de niet te weten, waar Frans gebleven was. Hg wachtte reeds verscheidene da gen tevergeefs op den knaap en deed overal navraag, zonder iets van hsm te vernemen. Op den zeer schoonen morgen, waarop Hans gearresteerd was, volgd„ eenen windei' weeie vterwiddag. Dou^, wfj. ken kwamen van achter de bergen aan drijven. En weldra brak een verschrikke lijk onweer los, vergezeld van een orkaan en van een hagelbui, die donderend op 't dak van den ouden molen neerkleiter- de. En de beek zwol verbazend en dreigde buiten hare oevers te zullen treden. Het was 100 donker geword n, dat grootmoe der de lamp aan moest steken. In 't tuintje hadden de hagelsteenen alle bloemen af geslagen en zij waren neergesmakt op de wegen <n op den breeden rijweg. Ein delijk bedaarde dan 't noodweer, duoh toen begon het »n bleef het doorregenen. En heele waterstroomen stortten neer uit den grauwen hemel en veranderden den grond in een rivier, in een zeevlakt». Overal lag 't werk stil. Wie er niet uit moest, bleef thuis. Alleen de vrouw van den metselaar Visser liep rus eloo» heen en weer en zocht in fabrieken ea café's naar Fran». En niemand wist wat van den jongen af, niemand had hem rinds den dag, toen de dagvaarding kwam gezien. Van dat oogenhlik af, who tien zgn vader en moeder telkens tevergeefs op hem, als ze gingen eten. „Onderhand gaat men nogdenke*-, dat wij d-n jongen ergens verborgen hebben," zei Visser met toornige stem, toen ze 'savonds aan den boterham zaten „Ze hebben toch het heele huis al door zocht om hem te zoeken," antwoordde Marjan. „Toch gelooft de politie, dat wij wete», waar h(j is." „Was het maar waarl Mijn goede God, wat is er toch van den jongen gewor den Hij moet er van door zjjn w» zonder een es at op zak." Wnr>H vervolf4.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 1