DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND
N
De Bergmolen.
m m wmmm mm m
KJnderhlBisyest 31-33, HaaHem
St. Josef.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
WOENSDAG 18 MAART 1908
32sto Jaargang, No. 6840.
Bureaux van Redactie en Administratie:
Intens. Telefoonnummer 1426.
ftan hen, die zich met in
gang uan 1 ftpril per 3 maan
den op ons blad abonneeren,
Luordt de „NIEUWE HFlftR-
LEMSCHECOURfiNTMotdien
datum kosteloos toegezonden.
Nieuwtjes in drie regels.
Gemengde Berichten.
FtUlLLETON,
w- n
A B0NNKMENTSPRJJ8:
V -i 8 maanden voor Haarlem f3.85
Voor de plaatsen, waar een «gent is gevestigd (kom der gemeente) 1.85
Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1.81
AiïoDfierüjkc nummers0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf0.60 (eontant)f 0.50
Elke regel reenr,0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie a contant.
Jm
-4 li'
In den lijd van boete, rouw en
versterving, wanneer de Heilige
Kerk zich voorbereidt tot een waar
dige en goedgestemde herdenking
van het Lijden des Heeren en Zij u
smartelijken dood, in dien tijd
van ernst en stilte komt telken jare
ten miDste één dag, waarop de
feestgalm weerklinkt en liet altaar
wordt getooid inet groen en bloe
men en een zee van lichtde feest
dag van den Patroon der gelieele
Katholieke Kerk, den H. Josef.
Zoo houdt de Kerk, bij alle boet
vaardigheid en rouw, immer den
blij moedigen echt-Roomschon geest
levendig bij hare kinderen, wieu
zij er op wijst dat het Lijden des
Heeren een bron van droefheid is
en leed, tnaar ook een oorzaak van
groote vreugde omdat het geleid
heeft tot de heiliging van de groot
ste figuren uit de geschiedenis der-
Kerk, waarvan de Pleegvader van
den mensehgeworden God zeker een
der eerbiedwaardigste en verlie-
venste is
Morgen vieren wij, met alle Ka
tholieken over geheel de wereld, dat
feest van St. Josef, den Bruidegom
van Maria, den Verzorger van het
Goddelijk Kind.
Op last van Paus Pius IX werd
het feest van St. Josef tot een der
grootste feesten van het kerkelijk
jaar verheven, en de geheele maand
Maart is door Paus Leo XIII aan
de devotie tot den Heiligen Patroon
der Kerk toegewijd.
Zoo zijn de Pausen altijd en im
mer voorgegaan in de vereering
van St. Jozef, en <le algemeene de
votie tot dien grooten Heiligen
neemt dan ook van jaar tot jaar
toe.
A
Geen wonder.
In onzen tijd vau sociaal werken
voor den arbeider, van arbeidscon
flicten en arbeidswetgeving, moet
de eenvoudige figuur van den "tim
merman van Nazareth, die zon
der eenigen ophef, zonder eenigen
luister, in het kleine huishouden
waarin de Godsmensch leefde, zijn
plicht deed er. werkte en het brood
verdiende voor de zijnen aan de
schaafbank, met den hamer en den
beitel als vanzelf indruk maken
op ieders verstand en gemoed.
Hier is een man, die met volle
recht onder de nederigen en een-
voudigeu zijn plaats heeft.
Wel is zijn afkomst van liooger-
op, uit den koninklijken stam van
David maar dat had toen ter tijde
geen openbare beteekenis meer: de
luister van het vorstengeslacht uit
Juda' was voorbij, de afstammelin
gen vau den grooten koning leei'den
in vergetelheid, en vreemden heersch-
ten over bet volk der Joden.
Zoo was St. Josef, de rechtvaar
dige bij uitstek, de kuische brui
degom van Maria, de bewaarder
van den mensehgeworden God in
zijn huis, toch een arm en eenvou
dig man, een werkman van den
geriDgsten stand.
Geen wonder, dat die werkman,
die zijn plicht deed zonder morren
en zonder aarzelen, maar die den
Heer-Zelf bij zieh mocht hebben
in zijn huis en nu door de kinderen
van dien Godmensoh als de Pa
troon van de Heilige Kerk en een
der grootste Heiligen wordt vereerd,
in onze dagen vooral ten voorbeeld
wordt gesteld en als voorbeeld wordt
geëerd
Evenals St. Jozef zijn ook wij
door het Heilig Doopsel van
hoogere afkomst, vau Christelijken
stam, voor liooger bestemd hierna
maals.
Evenals hij moeten we op aarde
zonder morren of ontevredenheid,
onvervaard onzen plicht doen, ar
beiden in ons huis en werken aan
de taak die ons door geboorte of
omstandigheden is opgelegd.
Evenais St. Josef hebben wij den
plicht, en de eere óók, den Heiland
in on?e eigen woning te bewaren
en te houden, Hem te ontvangen
in ons hart, en Zijn heiligenden
invloed ongerept te houden in ons
huisgezin en onzen werkkring.
Evenals bij den Heiligen Josef
wil Christus wonen bij ons, verre
van wereldsch gedoe of het weten
der menschen, en hebben wij te
zorgen voor het geestelijk voedsel,
dat den Godmensch nu niet meer
in werkelijkheid, maar figuurlijk,
levend houdt in ons hart.
Maar evenals Sint Josef ook wacht
ons na trouwen eenvoudigen, ge
hoorzamen en plichtmatigeu arbeid
het loon der rechtvaardigen.
Pe devotie tot den Heiligen
Josef is er eene, zoo oud als de
Kerk van zijn Goddelijk Pleegkind-
zelf.
De Kerk heeft den pleegvader
van Jesus Christus geëerd, als Heilig
man hooggeschat en als machtig
beschermer vol invloed in den hemel
aangeroepenzool au g zij het Goddel ij k
kind aanbidt als God-zelf en haren
stichter, dat is van den beginne af.
In de eerste dagen der Kerk, toen
men vooral Gods martelaren als
heiligen vereerde, en de heugenis
aan de nederige positie van den
Pleegvader van het Goddelijk kind
nog zoo levendig bleef, was de
devotie tot St. Josef nog niet zoo
grootsch als ze geworden is door de
voorschriften der Pausen in latere
dagen.
Maar toch weet men, dat ook in
de oude Christelijke Kerk in het
Oosten, de feestdag van St. Josef
reeds algemeen werd gevierd,
De geestelijke Orden zijn in de
Westersche kerk de verspreiders
geweest van zijn vereering, en Paus
Sixtus IV heeft in 1481 voor het
eerst het feest van St. Jozef tot een
p echtig feest voor geheel de Kerk
verklaard, te vieren op een en den
zelfden dag, den 19en Maart, die
reeds in de oudste Martelaarsboe
ken als de datum van St. Josefa
feestdag wordt aangegeven.
Dat Paus Pius IX met het de
creet van den 8en December 1870
geheel de Katholieke Kerk onder
het Patronaat van den Heiligen
Josef plaatste en later nog vaststelde
dat op het feest van St. Josef de
Pausen een pontificale H. Mis zul
len opdragen, omgeven van den
pauselijken hofstoet, zooals alleen
op de hoogste feesten der Kerk
plaats heeft, mag als bekend worden
verondersteld.
En al die aansporingen der Pau
sen om den Heiligen Josef te eeren
en zijn voorbede en bescherming
in te roepen, zijn geen maatregelen
die van boven-af werden opgelegd,
maar ze werden voor een goed doei
geboren uit den drang der geloo-
vigen-zelf, uit de steeds-groeiende
on door heel het Christenvolk steeds
méér geliefde devotie tot den Pleeg
vader des Heeren, wiens bescher
ming en voorspraak door heel de
Kerk steeds méér wordt ingeroepen
„om door Zijne verdiensten en Zij'ne
lusschenkomst van God den Heer
datgene te verkrijgen, wat w(j door
onszelven niet vermogen!"
In dezen geest viert morgen heel
de Katholieks kerk het feest van
St. Josef.
Zoo eenvoudig en bescheiden de
handwerksman van Nazareth was.
toen hij door nederigen arbeid voor
zichzelf en de zijnen het brood ver
diende, zoo verheven en glorievol
en machtig troont St. Josef nu in
den hemel, aan de zijde van God
die eens als mensch zijn pleegkind
was.
Dus vindt de Katholieke kerk
in St. Josef, den eersten Heilige
van Gods kerk naast de H. Maagd,
een machtigen beschermer in den
hemel, de hoop voor de eeuwigheid,
den Patroon die haar in alle om-
Handigheden met zijn machtige
voorbede en tusschenkomst ter hulpe
komt.
Gaan wij tot Josef!
Met die aansporing komt de H.
Kerk heden in het bizonder tot
ons. Aan die roepstem hebben we
vooral op St. Josef's feest gehoor
te geven: ter eere van den machtigen
patroonheilige der H. Kerk en ten
voordeele van ons-zelf, die door
St. Josef's maekige voorbede zooveel
kunnen verkrijgen voor ons geeste
lijk heil, ten eeuwigen leven!
BELGIE.
De liberalen en de Congokwestie.
De Belgische liberalen zoeken nog
altijd politieke munt te slaan uit
de Congokwestie.
Huu tactiek is nu, om de zaak
slepende te houden tot de algemeene
verkiezingen, ten einde er in den
verkiezingstijd een wapen tegen de
Katholieke regeering van ta maken.
De regeering en de Katholieke
partij doet nu natuurlijk alles om
de behandeling te bespoedigenin
drie of vier weken kan het vraag
stuk, dat nu al zooveel jaren is
besproken en bekeken, in bei
Parlement wel worden afgehandeld,
te meer, daar de voorgestelde op
lossing de eenig-mogelijke is
Maar- de liberale pers is al aan
't stemming maken En het zal
ons niet verwonderen of we zullen
heel gauw in de liberale en anti-
clericale bladen, ook ten onzent,
artikeljes en entrefilets zien om te
betoogen, dat de Katholieke partij
het Congo-ontwerp wil „afhameren"
en „er door jagen"Let eens op
ITALIË.
Geruchten over Z. H. den Paus.
Het beruchte anti-clericale Parij-
sche boulevardblad de Matin" ver
telt, dat de Paus ziek is. Z. H. ziet
er slecht uit, eet niet, voelt zich
gedrukt. Eu de oorzaak van dit
alles ishet modernisme 1 Dat knaagt
aan 's Pausen ziel, zóó erg, dat hij
or ziek van wordt.
We gelooven, dat het 't beste zal
zijn, eerst maar eens de bevestiging
van beter betrouwbare zijde af te
wachten.
SPANJE.
In Barcelona.
Het blijkt nu, waarom de bur
gemeester van Barcelona zoo opeens
z'n ontslag heeft genomen (dat hjj
nu weer, op aandrang van de re
geering, heeft ingetrokken.)
In den raad van Barcelona is n.l.
een motie aangenomen, waarin de
burgemeester werd gekapitteld omdat
hijzoo vriendelijk was geweest
tegenover den Koning!!
Dat teekent den toestand in Bar
celona nog meer dan dé herbaalde
bommenontploffiugen 1
De anti-koningsgezinden bestaan
daar uit de republikeinen, Carlisten,
en z.g. Separatisten (die van Catelo-
nië een apart rijkje of republiek je
willen makeD).
AMERIKA.
Revolutie in Haïti.
Haïti, de befaamde republiek van
negers, waar het overloopt van ge
neraals zooals men weet, en waar
men één generaal telt op elke drie
soldaten, Haïti heeft weer eens
revolutie.
Dat gebeurt zoo om het andere
jaar.
Want die „generaals" zjjn behalve
erg trotscb op hun gouden epau
letten en stiksels, nog eerzuchtig
bovendien. En er is maar één pre
sident van de republiek! 't Gevolg
is natuurlqk, dat ze allemaal hun
keren om dat eeue vette postje, en
dat de strijd om het presidentschap
niet van de lucht is.
Sinds eenigen tijd is nu een ze
kere generaal Alexis president.
En de groote pretendent van het
oogenblik is generaal Firrnin ze
zijn allebei roetzwart, deze heeren.
Behalve Firmin reikhalzen nog
een paar dozijn generaals naar den
presidentsrang, doch die hebben nog
heel geen kans.
Firmin echter had troepen een
paar honderd man en met dat
„lezer" begon hij de revolutie. In
een bloedigen veldslag, waarbij drie
man gedood en drie gewond werden,
werd het „leger" van Firmin ver
slagen en deze vluchtte. Zijn aan
hangers vluchtten ook en wel in de
consulaten der vreemde mogendhe
den. Want de repressie van zoo'u
opstand gaat in dit negerland niet
zachtzinnig: d&Oproerlingen worden
eenvoudig doodgeschoten
Generaal Alexis, die nu eeuseen
voorbeeld wilde stellen, heeft dan
ook al een dertigtal mannen laten
fusilleeren en hij eischt nu zelfs de
vluchtelingen in de consulaten op,
om ze datzelfde lot te doen onder
gaan. Voeg daarbij dat er op Haiti
nog een groot aantal vreemdelingen
wonen, die het nu ook benauwd
krijgen, en men begrijpt, dat de
regeeringen der mogendheden be
zorgd worden: Amerikaansche, Fran-
sche, Duitsche en Engelsche oor
logschepen zijn er heen of al aan
gekomen.
De eerste minister van Engeland,
Campbell Bannerman, gaat hard achter
uit. Men vreest het ergste.
De samenzweringen in Perzië
nemen toe. Honderden zijn al gearres
teerd. De Sjah omringt zich met troepen.
De geëxcommuniceerde priester
Loisy is van regeeringswege gepolst, om
een eigen „Fransche kerk" te stichten I
De militaire samenzwering in Lis
sabon, waarvan we melding maakten,
zou door Don Miguel zijn aangestookt.
De Czaar heeft het doodvonnis van
Stössel veranderd in 10jaar vestingstraf
en uitsluiting uit het leger.
Uit de Staats-Courant.
Bij Kon, Besl. zijn, met iDgang
van den tweeden Dinsdag van Mei,
benoemd tot leden van den Kolo
nialen Raad der kolonie Curajao,
Mordy S. L. Maduro, A. W. Sta-
t'us Muller en Ed. S. Lansberg.
't Blijvend gedeelte al compleet t
Naar het „Centr." vernam, is bij
eveDtueele aanneming door de Sta
ten Generaal van het betrekkelijk
wetsontwerp, het vereischte aantal
der 2200 man vermoedelijk reeds
nu verzekerd door vrijwillige aan
melding tegen de voorgestelde pre
mie.
Gemeentefinanciën.
Men meldt ons uit 's Gravenhage
Naar wij vernemen is door den
Minister van Binuenlandsche Zaken
het ontwerp van wet der Staats
commissie voor de Gemeentefinan
ciën, strekkende tot verruiming vau
het gemeentelijk belastinggebied,
niet alleen reeds in handen van
Gedeputeerde Staten der onderschei
dene provincieën gesteld, maar heeft
het officieel ook reeds door hunne
bemiddeling verschillende gemeente
besturen bereikt, op wier advies
mede door den Minister wordt prij9
gesteld. De tijd voor advies aan
laatstgenoemden toegestaan. i3 zoo
beperkt dat blijkbaar de b9doeling
bestaat, als de rapporten daartoe
althans aanleiding geven, het ont
werp al dan niet gewijzigd bij de
wetgevende vergadering in te dio-
nen. Het zij t dus ten slotte de
voornaamste gemeentebesturen zeif,
die op het al dau niet wet worden
van het ontwerp een belangrijken
invloed zullen kuunen oefenen. Al
leen ligt het door deze werkwijze
voor de hand, dat de te verwach
ten adviezen in hooge mate beïn
vloed zullen worden door de vraag,
of de adviseerende gemeentebestu
ren zichzelf al dan niet geholpen
zullen achten door een maatregel,
die hen alleen in staat stelt om,
zij het ook naar andere grondsla
gen, nieuwe belastingen te heffen.
De kermis. Het dagelijksch be
stuur van Rotterdam heeft in zake
het ook daar aanhangig kermis vraag
stuk een praeadvies uitgebracht dat
strekt tot behoud van de kermis.
De 10U.000 ter echt 1 Onze Zater
dagavondman praatte er jl. Zaterdag
nog over, dat de boofdprija der Ned.
Staatsloterij in de afgeloopen trekking-
ad flOO.OOÜ, waarvan de gelukkige
wir.ner onbekend was nog niet was
afgehaald. Het is nu gebleken, dat
de 100.000 is ten deel gevallen aan
10 personen, behoorende tot bet
machinepersoneel van het stoomschip
„Ardjoeno" dat Zaterdag uit Indië
is teruggekeerd te Rotterdam.
Een aangename verrassing bij zoo'n
thuiskomst.
(Naar hot Duitsch.)
29).
De Riviera prijkte in een bekoor
lijken bloementooi Op 't ter
ras van een klein, elegant
hotel zaten de beide meisjes, Susan-
ne's doorzichtige magere handen
hielden een praehtigen ruiker van
viooltjes vast, wier geuren zij vol
verlangen inademde, op haar wan
gen bloeiden de gevreesde kerk
hofrozen. Toch scheen zij zich naar
omstandigheden wel te bevinden en
in betere stemming te. zijn.
Zij wist, wat zich tusschen Mar
griet, Walter en Eva had afgespeeld
want de eerste verzweeg haar niets.
De zieke poogde ook geenszins t be
sluit harer vriendin te bestrijden,
toen zij destijds zeideNoch W alter,
noch zijn zuster mogen vernemen
waar en bij wie ik ben. Je ouders
heloofden mij te zwijgen en dezelfde
belofte ontving ik in den molen en
in de houtvesterij.
.Weken waren vei'loopen en Susan-
ne lie go n er heel anders uit te zien,
er kwam weer geest in, zij kleurde
geheel op. Zelfs haar kein, mismaak
te gestalte wekte geen medelijden
en spottend beklagen meer op. Ieder
kon toch begrijpen, dat dit jonge
schepsel slechts nog als een schim,
hier bensden vsrtosfds, dat haar
reeds de onzichtbare vleugels aan
gloeiden, die een vermoeide ziel ein
delijk in 't rijk der eeuwigheid over
dragen. Margriet verliet haar
vriendin slechts, wanneer deze het,
zooals het meermalen geschied was,
beslist eischte. Sinds eenige dagen
had Suzanna's magere, smalle ge
zichtje een zeldzaam innerlijke uit
drukking. Soms lachte zij in zich-
zelve, zooals iemand, die zich in 't
bezit van een kostbaar geheim be
vindt en wie het zwaar valt dezen
schat te bewaren.
Wat hebt ge toch vroeg hare,
getrouwe verpleegster.
O, niets ik ben zeer we.1, ant
woordde Suusje, aan den bouquet
viooltjes ruikend. Hoort ge? De
klokken roepen.
We hebben vandaag Zondag. Gij
moet nu naar de kerk.
Ik kan toch ook thuis blijven en
daar' bidden. Neen, neen, gij moet
naar ile kerk gaan. Gezonden mo
gen de kerk niet verzuimen.
Maar
Je zult toch wel doen, wat ik
wil.
Goed, goed, mijn lieveling, wees
niet boos. Ik verlaat je altijd slechts
ongaarne, maar ben weer gauw te
rug en zal God vurig.bidden, dat
Hij u heel spoedig gezond make.
Zij bracht haar eenvoudig toilet
zoo goed als mogelijk was in orde
en ijlde weg.
Roerende gebeden, evenwel niet
voor 'haarzelf' zond Margriet ten He
mel, al.les slechts voor haar zieke
vrisndin »n voor de geliefden af-
smeekend. Wonderbaar getroost
keerde zij terug en knielde, weer in
de kamer gekomen, naast Suzanne
neder met de woorden:
Nu is het mij weer zoo licht en vrij
in 't hart.
Zie je wel zei de zieke lachend
Ik heb intusschen een kleine ver
rassing voor je bereid. Geef me jc
handje en doe de oogen dicht. Of,
beter ik doe er een doek voor.
Wat hebt gij -daar nu mee voor
vioeg Margriet, zich tot nieuwsgie
righeid dwingend en voegde haar
daarop toe:
Neen, liefste, geschenken zult ge
me niet geven.
Ik schenk je niets
Maar, gij deedt toch juist een ring
aan mijn vinger. Ik verzoek je, neem
hem terug.
Ivijk toch eerst eens naar den ring
De kleine, liclit tocgeknoopte zak
doek werd verwijderd.
Margriet blikte zalig en toch twij-
lend op liet, matgouden ringetje neer,
dat zij geweigerd liad van haar ge
liefde aan te nemen.
Maar, dat is toch dat kan niet
zijn. Liefste, verklaar mij,
stamelde zij, getroffen en over haar
gelieele lichaam bevend.
Een ander zal beter en overtuigen
der kunnen spreken, antwoordde Su-
zanna, pakte het kopje harer vrien
din met beide handen vast en draaide
het zachtjes naar rechts. Een
schreeuw van zalige verrassing
toen lag Margriet weenend en la
chend in Walter's armen.
Zi# je, nu heb ik je tooh weer
gevonden, kleine dwaze vluchteling!
jubelde hij.
Ik zou de heele wereld hebben
doorkruist om mijn lieveling te ont
dekken, maar onze goede vriendin
kwam mij te hulp en zoo kan de
rondreis om de aarde achterwege
blijven. Hoe heb je toch een oo
genblik kunnen gelooven, dat ik je
los zou willen laten
Mijn zuster bemint ge haar niet
meer
Steeds nog klonk die vraag twij
felend en aarzelend.
Neen! En ronduit gezegd: Gij
leerdet mij inzien, dat ik haar nooit
oprecht beminde.
Tranen van een zalige verrukking
weende Margriet aan 't hart van den
geliefden man, en zonk daarna voor
haar geliefde vriendin neder, woor
den van dank stamelend en steeds
weer fluisterend
Gij hebt hem geschreven Daarom
moest ik dus zoo dikwijls weg? Och,
als ik je maar danken, beloonen kon.
Waarvoor dan
Ik heb steeds pleizier in die kleine
koppelarijtjes gehad. Hoor toch eens
Ik laat mij niet gaarne aangedaan
maken. Gij weet toch, dat mij ie
mand con boosaardig, venijnig schep
sel noemde en dat ik voel daarom
lclC'lltö
Nu jiebt gij een hooge, heilige zen
ding vervuld en twee zielen vrede
en geluk gegeven.
De oogenblikkelijk opspattende
vonk van den vroegeren overmoed
verdween snel in Suusje's oogen,
wiens blik mo# sn vwdoovend werd.
Zoo heb ik toch nog iets goeds
in mijn doelloos leven bereikt, zei
zij zachtjes, en nu zou ik naar huis
willen. Mijn ouders, mijn lieve den
nen en. eiken weer zien.
Het verblijf hier afbrekenDat
moogt ge nietriep Margriet, en ook
Walter ried haar ten zeerste aan,
van dit plan af te stappen.
Geloof maar, dat ik zelf het beste
weet, wat goed en nuttig voor mij
Ls, antwoordde de zieke rustig en
beslist. Spreek mij niet tegenHet
is mooi hier, maar het ruwere tehuis
trek ik nog voor deze mooie natuur
voor.
Men moest haar toegeven.
In dezelfde week vergezelde Wal
ter de meisjes naar F.en vroeg
Margriet's hand.
Hans Steenman en grootmoeder
stonden het met vreugde toe.
Ook de houtvester Dohme gaf
gaarne zijn toestemming en lachte
om Elsje, die van blijdschap zoo
te keer ging.
Suzanna beleefde het nog, dat 't
jonge paar in 't huwelijk trad.
Weinige dagen later ontvlood het
korte leven zacht en pijnloos.
De ouders brachten'hun lieveling,
waarheen haar andere zusjes en
broertjes in de kinderjaren reeds
voorgegaan waren, vol berusting en
voorbereid naar de laatste rust
plaats. Ook den oudjes zelf gloorde
immers reeds 't morg-enrood der ver
lossing tegemoet.
Eva keerde naar Parijs terug en
leefde daar zeer groot, dikwijls om
haar smart t» vardoovan. Mw1 3#tft-
dat men h aar in den laatsten tijd
veel met Wladimir van Grindsky
uitrijden zag en het is heelemaal
niet onmogelijk, dat Orloff's achter
gelaten vermogen toch nog in de
handen komt van zijn gehaten neef.
Steenman, van den vreeselijken
druk der zorgen en der minachting-
bevrijd, werd een arbeidzaam man,
die pleizier in zijn huis en erf had
en hoopte, voor den uitzet van de Ba
rones van Rustelli-Slechter spoedig
de rente te kunnen betalen en met
tertijd geheel en al terugbetalen.
Grootmoeder was zeer sukkelend
geworden en kon zich om niets meer
bekommeren. De Dohmes drongen
herhaaldelijk bij haar aan. dat zij
in de houtvesterij zou komen wo
nen. maar haax antwoord luidde
steeds
Neen, neen, ik ben nu eenmaal aan
dezen molen gewoon en ik wil ook
sterven, waar ik geleefd heb.
Zij zat nu als vroeger in den zwar
ten leunstoel, 't spinnewiel voor
zich. neuriede oude liedjes, en meen
de, daar de grauwe sluier voor haar
oogen steeds duisterder werd, de zon
scheen niet moer zoo helder als vroe
ger. en de bosschen zijn zoolang in
nevelen gehuld.
SLOT
l 1
I
I