DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND
Het spook van Elsetwysid-Park.
ICifid@i*iitiisw©sf 3I-33V Haai*Eevn
Aan onze abonnés.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
DiNSDAC 24 MAART !908.
3Znto JaargangNo. CH4B.
Bureaux van Redactie en Administratie:
Inierc. Telefoonnummer I4S6.
Wegens den feestdag uan
MARIA BOODSCHAP zal de
„Nieuiue Haarlemsche Cou
rant" Woensdagauond niet
uerschijnen.
Aan hen, die zich met in
gang uan 1 April per 3 maan
den op ons blad abonneeren,
wordt de „NIEUWE HAAR-
LEMSCHE COURANT" tot dien
datum kosteloos toegezonden.
De Directeur der Nieuwe Haar
lemsche Courant noodigt allen, die
daartoe kunnen medewerken, drin
gend uit, ons te willen helpen, opdat
advertentiën van veilingen, verkoo-
pingen, boelhuizen, grasverpachtingen
enz. ook in de Roomsche Courant
van Haarlem en Omstreken worden
opgenomen.
Wanneer H.H. Notarissen en Make
laars door degenen, die bij deze
verkoopingen enz. betrokken zijn,
tijdig op ons blad opmerkzaam wor
den gemaakt, zullen deze heeren niet
weigeren ook in de Nieuwe Haar
lemsche Courant, die toch door een
zeer aanzienlijk deel der bewoners
van Haarlem en Omstreken gelezon
wordt, dia advertentiën te plaatsen
Wij beyeien deze belangrijke zaak
in de aandacht van al onze lezers.
DE DIRECTEUR.
Katholiek Sanatorium.
De Congokwesiie.
DENEMARKEN.
Nieuwtjes in drie regels.
FEUILLETON,
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Haarlem fl.85
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.85
Voor de overige plaatsan in Nederland franco per post 1.81
A-ikondsrlijke nummersÜ.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 1—6 regelsf0.60 (eontant)f 0.50
Elke regel meer0.10
Groote letters naar plaateruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie A contant.
alleen dan met vrucht kunnen wer
ken en goed kunnen doen, wanneer
de meergegoeden dubbel er voor
betalen, tie Katholieke liefdadigheid
is nu eenmaal niet goedkoop, en ze
vraagt veel en voortdurend.
Daarom kan men er niet af, met
de verontschuldiging dat Katho-
ieke stichtingen altijd te duur zijn
voor den mingegoede.
Integendeel: dat ligt eenvoudig
aan te weinig steun van mannen
als onze geachte briefschrijver er
een is
Onze warme aanbeveling blijft
dan ook voor algemeenen steun aan
de Vereenig'ing die zich de stichting
van een Katholiek Sanatorium heeft
voorgenomen.
De grootste geesel van onzen tijd:
de tuberculose, knaagt aan het le
ven der maatschappij, en wie met
het volk in al zijn schakeeringen in
aanraking komt, wéét dat.
Is dus een Sanatorium op zich
zelf al een instelling die gesteund
verdient te worden, nog veel meer
toejuiching en daadwerkelijke bij
stand moet gebracht worden, nu men
voor Katholieke tuberculoselijders
een instelling wénscht te vestigen,
waar naast het zieke lichaam ook
de ziel wordt verzorgd.
De neutraliteit om van het on
geloof niet eens te spreken is
toch de groote kanker van het volks
leven naar de ziel, zooals de tuber
culose het is van het lichamelijk
leven.
Beiden in één instelling te bestrij
den, dat is de actie waartoe de
Koomsche Dames worden opgeroe
pen, en waarvoor we allen steun zul
len moeten geven.
Hoe meer steun, des te uitgebrei
der zal de werkkring- zijn en des
te spoediger zullen alle Katholieke
lijders kruinen worden bereikt, voor
wie het Koomsche Sanatorium noo-
dig is!
die rede
kranten
„Katholieke stichtingen zijn wel
goed. maar ze zijn altijd te duur en
de mindere man heeft er niet aan
Die opmerking- kregen we gisteren
ons toegezonden in een niet voor
publicatie vatbaar schrijven van een
geacht Katholiek stadgenoot.
Dat was naar aanleiding van den
oproep in ons blad van Zaterdag
j.l., gedaan door verschillende Ka
tholieke Dames, en van wat we gis
teren ter ondersteuning van dien op
roep, schreven.
Het zij met bescheidenheid gezegd,
doch deze uitlating teekent o.i. zeer
scherp een helaas maar al te vaak
voorkomende oppositie tegen allerlei
goede werken.
De eerste vraag isis het voor den
minderen man
En is het antwoord: ,,ja", dan
gaat men heen enlaat anderen
zorgen.
Is het antwoord: „niet uitslu.it-
tend" dan gaat men óók heen, en
schettert ertegen!
Dat is gemakkelijke oppositie,
maar ze is goedkoop en oppervlak-
kig.
Vergeten wordt, dat stichtingen
als deze voor den „mindex'en man
DUITSCHLAND.
De Pers en de Rijksdag.
De journalisten van alle landen
zijii „lekker".
Goedgekeurd wordt de houding
van de Duitscbe persmenschen die
in een booze bui voor een goed
deel aan het „staken" gegaan zijn,
wel nergens, dunkt ons!
Want men moet toch niet ver
geten, dat een verslaggever in een
lichaam als de Rijksdag is, geen
goed- of afkeuringen heeft te geven,
en zeker niet op zoo grove wijze
over confessioneele dingen zich mag
uiten, als gebeurd is.
Dat de afgevaardigden zich daar
over beleedigd gevoelen, is wel te
begrijpen en dat er ouder elkaar
(niet publiek, men vergete dat niet!)
een grofheid wordt gezegd, is even
zeer begrijpelijk.
Maar intusschenafgescheiden
van de zaak zelve eii hare recht
vaardigheid, bewijst deze geschiede
nis spontaan, hoe groot de macht
is van de Pers.
Von Bülow moest vandaag een
groote rede houden»over de buiten
landsehe betrekkingen.
is verdaagd, want: de
geven geen verslagen.
Ziedaar wat de krant, en wat de
journalist is in de tegenwoordige
maatschappij! Nijver werkt hij dag
aan dag, ennacht aan nacht dikwijls,
en als alles goed loopt, merkt men
niets van hem. Maar toch houdt hij
eigenlijk de wereld in beweging,
hangen van hem de buitenlandsche
en binnenlandscho politieke zaken
af, is hij een onmisbare schakel in
het moderne leven. Houdt hij op
dan staat alles stil!
Dat wordt nu even zonneklaar
lewezen in Duitschland
En dies zijn alle journalisten op
aarde „lekker". Ze voehn zich,, en
al geven ze ook, zooals wij, den
collega's van den Rijksdag onge-
ijk, en al meenen ze ook, zooals
wij, dat de spotter van de perstri
bune het eerst 't hoofd moet buigen
en zich excuseeren, dat neemt
niet weg, dat we met een glimlachje
van zelfbewustzijn constateeren, dat
zelfs de grootsten der aarde zonder
de pers machteloos staan
'tKon toch geen kwaad, dat dit
nog eens vierkant aan den dag
kwam
En 't kan ook geen kwaad, dat
wij dit eens met nadruk aanstip
pen
BELGIË.
Het is en blijft een „kwestie",
en de verwikkelingen houden niet
op.
Nu heeft weer de Brusselsche
„Patriote" een oogenschijnüjk geïn
spireerde vecklariug van Prinses
Clementine openbaar gemaakt waar
in gezegd wordt 'dat de Prinses
voor de zakeu vau baar vader
uiterst onverschillig is en dat ook
Prins Albert zich niets geestdriftig
toont voor de hem toegedachte toe
lage
De voorstelling van de zaak door
de „Patriote" is volstrekt niet on
waarschijnlijk, omdat Prins Albert
reeds een rente van 200 000 fr. van
België geniet en zijn overleden
vader, de graaf van Vlaanderen
buitengewoon rijk was.
Bovendien is het een bekend
feit, dat de Kroonprins, in het
Congo-vraagstuk absoluut niet
dezelkle meeningen en opvattingen
is toegedaan als de Koning
Dat kan dus óók weer wat.
worden
Overigens is er nog een soort
van officieuze mededeeling voor de
„Soir" gedaan, die behelst
De mogendheden hebben intertijd
reeds de toekomstige inlijving van
den Congostaat bij België voorzien
en goedgekeurd. Sindsdien is er in
haar welwillende houding niets ver
anderdmen beschouwt de over
neming als de natuurlijkste en
beste oplossing en in beginsel is er
geenerlei bedenking daartegen in
gebracht.
Is dit een soort pressie
ITALIË
Een officieeie verklaring van den
H. Stoel.
De „Osservatore Romana" bevat
de volgende mededeeling: „Daar
verscheidene Fransche bkden heb
ben beweerd, dat de H. Vader dezer
dagen zijn toestemming er toe had
verleend, dat de hulpkassen vooj
geestelijken in Frankrijk zich ves
tigen als wettelijk aangegeven \er-
eenigingen, zijn wij gemachtigd te
verklaren, dat dit bericht volkomen
onjuist („del tutto erronea") is
Het is dus bezijden de waarheid,
dat door den Paus zulk een verlof
is verleend voor het plan van een
geestelijke hulpkas in Normandië
of voor eenig ander."
De vooruitgang van
het Katholicisme.
In de „Bien Public" staan
naar „de Tijd" meldt treffende
bijzonderheden omtrent den voor
uitgang van het Katholicisme in
Denemarken.
Honderden Protestanten gaar
jaarlijks tot de Katholieke Kerk
over, die steeds liooger in aan den
komt bij de Kegeeriig en de be
volking.
De talrijke bekeeringen zijn vooral
toe te schrijven aan de charitatieve
werkzaamheden der religieuze Or
den en de schittering van den
kerkdijken eeredienst, welke tal
van Protestanten naar de katholieke
kerken trekt.
De uit Frankrijk verbaunen reli
gieuzen worden in Denemarken
gastvrij opgenomen niet alleen,
maar ze zijn uiterst welkom. Ten
bewijzd hiervan kan dienen, dat hel
Parlement verleden jaar een wets
voorstel heeft aangenomen, waar
door aan de Liefdezusters kosteloos
reizen 2de klas spoorwegen en lste
klas op stoombooten en schepen
verzekerd wordt. In Kopenhagen
hebben de Liefdezusters vrij reizen
op de stedelijke vervoermiddelen,
JAPAN.
De Jap's lu Korea.
De Jap's hebben het in Korea,
dat ze pogen ia bun macht te
krijgen, toch niet zoo gemakkelijk i
Over heel het land wordt de klei
ne oorlog gevoerd. Het schijnt wel
dat de macht der „opstandelingen"
toeneemt. Zij beschikken over een
goede organisatie en over aanzien
lijke geldmiddelen.
De hoofdmacht der rebellen is
saamgetrokken in liet Wang-pang-
gebergte. Verder zijn vele provin
cies, in handen van de opstande
lingGD,
Overal worden de Japansche troe
pen door een overmacht van Ko-
reanen bestookt. In de gevechten
van den laatsten tijd hebben de
Japanners aanzienlijke verliezen ge
leden.
Japan zendt nu in allerijl ver
stel kingen, teneinde het verzet te
breken en de „muiters" zoo moge
lijk uit te roeien.
De nieuwe commandant derMaca-
donische gendarmerie is benoemd do
Italiaan generaal graaf di Robilant.
De historie van den arm van
koning Manuel van Portugal wordt uit
Lissabon absoluut tegengesproken.
De hertog der Abruzzen is plotse
ling naar Europa teruggekeerd. Is het
huwelijk afgesprongen?
Ook China heeft nu de vloot der
Vereenigde Staten uitgenoodigd, een
Chineesche haven te bezoeken.
De Katholieken hebben bij de ge
meenteraadsverkiezingen in Weenen
een schitterende overwinning behaald.
Prins Hendrik naar Terschelling.
Behoudens mogelijke nadere wij
zigingen zal het programma bij de
aankomst van Z. K. IJ. op Terschel
ling als volgt luiden
25 Maart. Aankomst van den
Prins nut- de leden van de rijks
commissie, belast met het onderzoek
der reddingsmiddelen en het hoofd
bestuur der N.- en Z.-Ho)landsche
ReddiDgsmaatsehappij, in den na
middag tusscben 4 en 5 uur. Nadat
de commissie van plaatselijk bestuui
der Maatschappij en de burgemees
ter zullen zijn voorgesteld, wordt
overgegaan tot inspectie van bet
reddingsboothuis te Westterschel
ling en een proeftocht met de red
dingboot. Daarna bestaat het plan
het raadhuis, de zeevaartschool en
den lichttoren te bezoeken, waarna
de Prins met zijn gezelschap hun
hotel zullen betrekken.
26 Maart. L'es morgens half acht
zal het liooge gezelschap op gewone
boerenwagens naar het station Oos
terend rijden, om daar het boothuis
te inspecteeren. Daar zal dan ge
oefend worden met de reddingboot,
bet vuurpijitoestel en den wipper.
Hierna terug naar Oosterend, waar
geluncht zal worden. Daarvandaan
do r Midsland naar het reddingsta
tion, paal 7, waar men met de boot
zal oefenen, na eerst boothuis en
reddingsmiddelen te hebben nage
zien. Daarna keert men van praal
7 naar Westterselielling terug, waar
's avonds Z. K. H. met zijn gezel
schap en eenige genoodigden door
het hoofdbestuur der N.- en Z.-
Hollandsche Reddingmaatschappij
een diner wordt aangeboden in het
hotel van den heer A. Swart.
27 Maart vertrekt Z. K. II. naar
Den Helder per torpedoboot.
Uit de Staatscourant.
Bij Kon. Besl. is, met ingaDg
van 1 April, benoemd tot notaris
binnen bet arrondissement Amster
dam, ter standplaats Amsterdam,
L J. de Kup, candidaat-notaris al
daar.
Bij Kon. Besl. is benoemd tot
raadsheer in den Hoogen Raad der
Nederlanden, mr. A. J. A. Nijpels,
tbans raadsheer in het gerechtshof
te Arnhem.
Bij Kon. Besl. is jhr. M. Quintus
benoemd tot burgemeester der ge
meente Marum.
Bij Kon. Besl. is aan mr. A. F.
baron van Lynden, burgemeester
van Utrecht, op zijn verzoek, eervol
ontslag verleend als lid van de
Centrale Commissie voor de Statis
tiek.
Bij Kon. Besl. is aan den Com
missaris der Koningin in de pro
vincie Friesland machtiging verleend
om in de buitengewone zitting van
de Staten van dat gewest, voor
welker bijeenroeping bij is gemach
tigd bij Kon Besl. van 18 Maart
1908 no. 18, alsnog aan de orde te
stellen wijziging van de provinciale
begrooting voor het jaar 1907.
Meer dan 2200 man beschikbaar.
Men meldt uit den Haag:
Het aantal van hen die zich hebben
aangeboden om van April tot Juli
onder de wapenen te komen ter aan
vulling van het blijvend gedeelte had
heden het vereischte cijfer van 2200
manschappen met 100 overschreden.
Het gulden boek voor de tuberculeuss
kinderen.
Het Bestuur van de Vereeniging)
ter Bestrijding der Tuberculose, te
Rotterdam, deelt ons mede,
dat zijn plan om een Gulden
Boek uit te geven ten bate van het
zeehospitium voor tuberculeuse kin
deren in Katwijk aan Zee, alom in
tien lande met verrassende sympa
thie is ontvangen. De bijdragen uit
alle kringen van het maatschappe
lijk leven, van de kunstenaars en
de dragers der wetenschap, stroom
den reeds na de eerste aanvraag aan
de redactie-commissie uit zijn mid
den toe.
„Voorop" schrijft het bestuur
„mogen wij de betuigingen van deel
neming in de bestrijding der tuber
culose opnemen, die ons mochten ge
worden in het eigen handschrift van
Hare Majesteiten de Koningin en de
Koningin-Moeder, en van Zijne Ko
ninklijke Hoogheid den Prins der
Nederlanden. Dan volgen de uit
spraken van de leden der hooge re
geering, van ministers, staatsraden,
en leden der Staten-Generaal, behoo-
rende tot alle politieke partijen, wier
vaak zeer kernachtige motto's mede
in facsimile zijn gereproduceerd. In
een aanzienlijke rij sluiten zich bij
hen aan de mannen der wetenschap,
met hun deviezen voor den strijd,
en den glorieusen stoet onzer kunste
naars. De schilders, de etsers, me-
dailleurs. heraldici, beeldhouwers,
bouwmeesters, die ons teekenjngen.
etsen, ontwerpen, schetsen, ja zelfs
schilderijen ter reproduccering toe
zonden uit hun oeuvre, om het Gul
den Boek daarmee genegen op te
luisteren. De voornaamste schrijvers
zoowel dichters als prozaisten
stonden ons daarvoor fragmenten uit
hun handschriften af. Componisten
en musici verblijdden ons met hun
bewijzen van sympathie in zelfge
schreven muziek. En van de aller
grootsten zal men er de bijdragen
vinden naast het beste uit het beste
uit het werk der jongeren, in iedere
richting.
Boeiende roman, uit het Enf/ehch.
5)
„Gij kent Chetwynd nog niet, Syl
via. Hij zou zeker geen onwetend
meisje trouwen; doch de lord is nog
al romantisch en hij zou ook 't een
voudigste meisje kunnen huwen, in
dien hij haar bemint, al was t een
visscherskindTrotsch is hij
maar hij ziet niet- naar geld of rang
daarover heeft hij heel eigenaardige
begrippen."
„Ofschoon ik hem zijn woord te
ruggaf f moet hij zich toch aan mij
verbonden achten," zei Sylvia. „Hij
zoii, het ook niet wagen te trouwen,
indien hij dat durfde dan zou ik...-'
Hare oogen, die vuur schoten, zei
den de rest.
„Als Max naar huis komt," begon
Sylvia weer, „zal ik hem zeggen,
dat ik onze vroegere verloving door
den twist niet afgebroken acht, en
op 't huwelijk aandringen.
„Het huwelijk moet ge maar l>e-
sx>oedigen," hervatte kaar broeder
ernstig. „Ik heb geld noodig en ben
naar u gekomen om wat te leen en.'
„Ilt ben zelf zonder geld. Indien
ik lady Chetwynd word zal ik u
jaarlijks eene flinke som toezetten.
Gij hebt nu driehonderd pond, met 't
dubbele zult ge wel tevreden zijn."
„Ei. daar komt men zoo heel ver
niet mee. Somtijds komt 't mij voor,
Sylvia, alsof ik een bedelaar was:
veel beter ben ik waarlijk niet."
„Waarom gaat ge geen dienst ne
men in 't leger; Max heeft u zijn
hulp toegezegd."
„Bah, werken doe. ik niet. Ik wil
eene rijke partij maken, net als onze
vader, toen hij lady Chetwynd
trouwde, en mij een even goed leven
aandoen als hij. Ik wil zijn voor
beeld volgen, en indien ge mij helpt,
zal ik een dankbare broer voor u
zijn. Help mij en ik zal u ook hel
pen, als Max maar een beetje gewil
lig is."
„Gij kunt zooveel geld hebben, als
ik missen kan, een twintig pond,"
zei miss Monk, „maar dit zal u toch
niet helpen. Als Max naar huis
komt, zal ik hem geld ter leen vra
gen. Ja, ik zal mij zélfs voor hem
vernederen, want ge weet niet, hoe
lief ik lord Chetwynd heb!"
Hare stem beefde en de zwarte
oogen schitterden, toen zij ver
volgde
„Ik zeg u, indien een meisje zich
tusschen mij en kern wilde dringen,
dan zou ik haar dooden. Ja, hij zal
de mijne worden; ik heb al zijne
brieven en geschenken bewaard. O,
kwam hij toch terugMax, wat ben
ik zwaar gestraft voor mijne koppig
heid!" Zij leunde over het ijzeren
hek en zuchtte diep.
Gilbert Monk's opmerkzaamheid
was onder dit gesprek gewekt door
een ruiter, die door de laan kwam
afrijden.
„Daar komt de postbode," riep hij.
„Zie hoe hij met den hoed wuift!
Hij heeft zeker den lang verbeiden
brief van Chetwynd. Goede tijdin
gen, Sylvia. Ik zal u den brief bren
gen."
Hij liep het terras af en den bode
te gemoet. Deze overhandigde hem
een pakje, waarmee Monk naar zijne
zuster terugsnelde.
Sylvia was op een marmeren
bankje tusschen twee oranjeboomen
gaan zitten en verwachtte hem met
ongeduld. Haastig opende zij het
pak en zocht met beide handen naar
len verwachten brief. Verschillende
couranten en een half dozijn brieven
voor Gilbert wierp ze op den grond;
eindelijk kwam de brief te .voor
schijn, dien lord Chetwynd te Edin
burgh geschreven had om zijn huwe
lijk bekend te maken.
Toen Sylvia het schrift herkende,
drukte zij den brief aan hare. lip
pen.
„Hij is aan mij gericht," fluister
de zij„poststempel Edinburg
hij komt dus naar huis! O Max!
lieve Max
„Zotii t hiel verstandiger zijn eerst
te zien, wat hij schrijft vroeg Gil
bert spottend. „Ik ben nieuwsgierig
te weten, of ik de zwager van den
markies word."
Het meisje scheurde den brief open
en verslond den inhoud met fonke
lende blikken.
„Lieve zuster en broeder," las zij.
„Broeder en zuster? "Wat beteekent
dat
,,"We zullen zien; geef mij den
brief, hij is voor ons beiden; zoo
komen we niet verder."
Gilbert greep het papier en las
luide en haastig:
„Ge zult u wel over mijne lange
afwezigheid en mijn stilzwijgen ver
wonderd hebben, doch ik bevond mij
meestal buiten 't bereik van de brief
post. Mijne laatste berichten waren
uit Noorwegen. Toen ik dit land
verliet, stak ik over naar de He-
briden en maakte kennis met een
geestelijke, die mij aanried 't roman
tische eiland St. Kilda te bezoeken.
„De priester, die mijn vader ge
kend had, gaf mij een brief mee
voor zijn broeder David' Gwellan.
die daar op een klein kasteel woon
de. Ik kwam er in 't begin van Au
gustus aan en vertoefde er tot voor
eene week. Op 't eiland wonen
slechts eenvoudige en onwetende
mensehen en nu zult ge verbaasd
staan, als ik u zeg, welke mag
neet mij daar deed blijven. Ik zal
het u verklaren. Daar Sylvia mij
mijn woord zoo grootmoedig terug
gaf en zelf verklaarde, dat wij niet
bij elkaar pasten, behoef ik de waar
heid niet te verhelen. De heer Da
vid Gwellan had een aangenomen
dochter
Gilbert wierp een vorschenden
blik op 't bleeke gelaat zijner zus
ter en ging toen voort, zonder eene
bemerking te maken:
„Een aangenomen dochter van ze
ventien jaar, bekoorlijk en wel opge
voed. een dame, die onzen kring tot
eer zal strekken. Jk moet bekennen,
dat Sylvia gelijk had, toen ze ver
klaarde, dat wij geene passende par
tij warentoch zal ik haar altijd be
minnen als mijne zuster. Kortom,
ik kon 't eiland niet verlaten zonder
de dochter van den heer Gwellan en
verleden Donderdag werden Bernice
in ik getrouwd. ,We bevinden ons
nu te Edinburg
„Die ellendeling!" riep Sylvia.
„Hij heeft aan eene zeventienjarige
vreemde meid de voorkeur boven mij
gegeven. Vervloekt zij hij en met
nem 't schepsel, dat hij in dit huis
brengen wil. Die jonge lady Chet
wynd kan zich voor mij in acht ne
men. Ik zal haar levensgeluk weten
te ondermijnen, ik zal de slang in
ïaar paradijs zijn en binnen een jaar
zal ze in den grafkelder van Chet-
vynd liggen!"
Zij stond op en wankelde naar 't
rek op 't terras; haar gelaat had
een vale kleur gekregen en de fonke
lende oogen verrieden den storm, die
in haar binnenste woedde.
Zij beminde lord Chetwynd van
ganscher harte, met de volle kracht
barer sterke natuur. Hare eerzucht
was zichtbaar getroffenmet een
enkelen slag was alles vernietigd.
De man, voor wien zij alles zou ge
daan hebben, had zijne hand aan
eene andere geschonken."
„Ik meende zoo zeker van hem te
zijn!" zei ze met doffe stem. „Ik
was zoo trotsch op mijne macht. Dat
hij mij bij mijn woord zou houden,
kon ik niet vermoeden. Zegt hij an
ders niet, Gilbert? Lees verder 1"
„Niet veel," antwoordde Monk.
„Hij blijft eenige dagen te Edin
burg, om zijn vrouw de stad te la
ten zien en inkoopen te doen. Bin
nen eene week komt hij naar huis
en 't ware hem aangenaam, indien ik
hem tegemoet kwam. Hier volgt iets
heel speciaal voor u. Hij denkt, dat
ge zeker zijn brieven vernietigd hebt
en verzoekt u 't ver lede ne te verge
ten van zijn verloving met u heeft
hij zijne vrouw niets gezegd. Ber
nice zoo is haar naam zal u
liefhebben en hij hoopt dat gij voor
haai' eene goede zuster zult zijn.
Ten slotte verlangt hij, dat wij hem
eene feestelijke ontvangst bereiden.
En dan nog groeten van Bernice.
Dat is alles!"
Gilbert Monk verfrommelde den,
brief en bromde een vloek.
Wordt vervolgd.)