DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
fin
IH spook van Chstwynd-Park.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
Kinderhuis vest 31-33, Haarlem
VRIJDAG 10 APRIL 1908.
33at* Jaargang No. 6859.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Haarlem fl.35
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35
Voor de overige plaatsen in Nederlaud franco per post 1,81
Afzonderlijke nummers0.05
Bureaux van Redactie en Administratie:
Interc. Telefoonnummer 1426.
PRIJS DER ADVERTENTIÊN:
Van 1—6 regelsf 0.60 (contant)f 0.60
Elke regel meer0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie contant
J
In liet nummer van heden vin-
('en onze lezers op de vierde blad-
Zljde een formulier, dat nauwkeurig
611 duidelijk moet worden ingevuld
ül®t inkt.
Daarna kan het uitgeknipt en aan
courantenbezorgers meegegeven,
°I rechtstreeks aan ons adres Kin-
herhuisvest 29-31-33 te Haarlem
bezorgd worden.
Dnze abonné's builen Haarlem
kunnen het ingevulde formulier aan
he agenten ter hand stellen of het
°ns franco per post toezenden.
Wij verzoeken H.H. Agenten, be
'eefd, voor de toezending der formu
lieren aan ons adres zorg te willen
hffgeii en de geabonneerden zoo-
Veel mogelijk van dienst te willen
Z1J1 bij de invulling der formu
lieren.
De toezending der polissen volgt
binnen eeuige dagen.
Wij noodigen alle abonné's uit,
hit meuwe voordeel, aan het abon
nement op ons Katholieke blad ver-
bonden, onder al hun vrienden en
familieleden bekend te willen maken.
DE DIRECTEUR.
BELGIE.
De Congo-kwestie.
H°g altijd het voorspel.
H u weer in den Senaat een voor
ste] van 8enat0r Hanrez, om
over den Congo een referendum
ie houden
Het idéé lijkt niet vreemd, maar...
(|e Belgische Grondwet laat het
niet toe.
Dn de minister zoowel als de
^oordvoerder der Katholieken, oud-
nunister Van den Peereboom,
'uoesten op dien grond het voor-
I fcl bestrijden. Ook de meerderheid
her liberalen was er tegen.
Du zoo werd hel verworpen.
Dat het referendum niet mogelijk
s> 'ijkt echter velen jammer.
Want de Congo-kne»tie heeft niet
mleen de partijen, maar ook de
'eele bevolking warm gemaakt
™n het is zeer de vraag of de
minister wel gelijk had, die zeide
at verreweg de grootste meerder-
jeid der Belgen de annexatie van
eti Congostaat als Belgische kolonie
vurig wenscht 1
De valsche bankbiljetten.
De Belgische staatsbank zit er
mee 1
We hebben (onlangs al verteld,
hoe men meent dat er wel duizend
biljetten van 1000 francs in omloop
waren die nagemaakt zijn, men
twijfelt nu zelfs of er niet méér
zijn. En hoe nagemaaktDe hoo-
gere ambtenaren zelf der Nationale
Bank weten nauwelijks echte uit
valsche briefjes te herkennen
Het gaat zoover, dat men bij den
technischen dienst der Bank van
oordeel is, dat deze valsche biljet
ten naar een beter procédé ver
vaardigd zijn, dan dat, door den
dienst gebruikt en van een Duitsck
geleerde tegen duur geld aange
kocht I Slechts het papier en de wa
termerken ervan konden niet ge
heel al zijn ze 't meesterlijk
worden nagemaakt.
Zulke nauwkeurige namaak, die
groote uitgaven moet hebben mee
gebracht, laat een groote verbrei
ding onderstellen.
't Is een industrie in optima
forma.
Men, zit in België met de handen
in het haar; er valt niets anders
aan te doen dan maar spoedig
nieuwe biljetten uit te geven en....
de valsche te betalen 1
FRANKRIJK.
De roofwet van Briand.
Onder onze telegrammen meld
den we gisteren, dat ook de Senaat
Briand's nieuwe roofwet, die de
kerkelijke fundaties voor zoover
die niet meer aan de directe nako
melingen van de erflaters kunnen
worden teruggegeven, eenvoudig
inpalmt, heeft aangenomen.
Daar hoort echter nog wat an
ders bij vermeld te worden.
't Heeft toch wel wat geholpen
n.L, dat overal in Frankrijk de al-
gemeene verontwaardiging is uitge
sproken tegen dit wetsvoorstel, voor
al tegen de schennis van den uiter
sten wil der overledenen, die er
door voltrokken wordt.
Er is namelijk aangenomen een
amendement-Berger, dat een wij
ziging aanbracht van beteekenis.
Het wetsontwerp zelf bepaalde
dat de fundaties en andere kerke
lijke goederen, met voorwaarden
belast, overgedragen zouden worden
aan liefdadige instellingen, zonder
dat de voorwaarden, aan die stich
tingen en schenkingen verbonden,
in het vervolg zouden worden uit
gevoerd.
Door het amendement wordt daar
op, bepaaldelijk voor fundaties voor
H.H. Missen gesticht, een uitzonde
ring gemaakt.
Die fundaties i uilen n.l., wan
neer erfgenamen in rechte lijn ze
niet hebben opgeëischt, overgaan
aan de onderlinge vereenigingen
van hulpbetoon voor oude priesters,
ingesteld bij de wet van 1905. Deze
zouden dan voor de uitvoering van
de gestelde voorwaarden, het op
dragen der H. Missen kunnen zor
gen.
't Is iets.
Maer niet veel.
Want men moet weten, dat die
„onderlinge vereenigingen" nog
niet bestaanhet eigenlijke doel
der fundaties wordt zoodoende
daarenboven toch eigenmachtig ver
anderd. 't Eenige is dat de socialis
tische en magonnieke instellingen
althans weer een deel van den roof
moeten loslaten.... maar voor het
overige schijnt het amendement-
Berger goed geschikt om in de toe
komt weer een reden voor meer
dere vervolging en bemoeizucht te
worden.
De vooruitgang van het anti-
militairisme.
De desertie in het Fransche leger
en de rebellie tegen de officieren
neemt steeds grootere verhoudingen
aan.
De officieele statistieken, in de
senatoriale legercom missie openbaar
gemaakt, wijzen in vier jaar tijds
eene verdubbeling aan van het aan
tal deserties en gevallen van rebellie.
In 1904 hadden ëfr zoo plaats
7.016 gevallen, in 1905: 10.181, in
1906: 13.501, en in 1907 14.067!
Hervé en zijne kornuiten schij
nen dus wel succes te hebben.
RUSLAND.
De vorst van Montenegro op bezoek.
Prins Nicolaas, de vorst van Mon
tenegro, is op bezoek bij den Ozaar,
en daar met uiterst veel luister en
welwillendheid ontvangen.
Wat hij er doen komt, is niet
duidelijk: de kranten hebben al
allerlei politieke beweegredenen
geopperd, doch geen van deze
alle sahijnt voldoende reden te
geven voor een zoo hartelijk en
ietwat ostentatief bezoek als dit.
Als men zich herinnert dat prins
Nicolaas onlangs te vergeefs gepoogd
heeft heeft Keizer Wilhelm in Ve
netië te spreken te krijgen, dan
wordt de beteekenis van de visite
te Tsarskoje Selo nog raadselachti
ger.
Wel zal natuurlijk de Balkan
kwestie erbij betrokken zijn. Maar
hoe, en in welke verhouding, dat
wordt vooralsnog niet duidelijk
CHINA.
China en Japan.
De verhouding tusschen China
en Japan is na hetïatsoe-Maroe-inci-
dent steeds scherper en rninder-
vriendelijk geworden, althans de
verhouding tusschen de twee natiën-
zelf.
Dat openbaart zich vooral in den
koopmanstand.
In verschillende plaatsen van
China worden tegenwoordig de Ja-
pansche koopwaren geboycot, de
Japansche schepen bemoeilijkt.
En daar de handel van en op
China heel wat beteekent, heeft de
Japanner daarvan overlast en schade
genoeg
Zal het er werkelijk nog eens
op uitdraaien, zooals pas zeer
waarschijnlijk leek, dat de twee
groote Mongoolsche natiën elkaar
zullen bevechten Kenners van Oos-
tersche toestanden noemen dat slag
niet onmogelijk!
MAROKKO.
Settat.
't Stuivertje-wisselen om Settat,
de Marokkaansche stad om welker
muren de pretendent Moelai Hafid
een deel van zijn „mehalla" heeft
bijeengetrokken, gaat nog immer
door.
Meldden we gisteren, dat de Ma
rokkanen ten derde male, na af
trekken der Franschen, Settat heb
ben bezet, nu vertelt een Havas-
telegram weer, dat de Marokkanen
in allerijl de stad hebben verlaten,
en de Franschen er weer zijn bin
nengetrokken, die er nu maar een
garnizoenplaats van zullen maken.
Over de krijgsverrichtiugen der
Franschen seint Reuter heden het
volgende uit Parijs:
Een telegram van generaal
d'Amade, gedagteekena Bivak Settat
6 April, meldtHet bivak is heden
morgen door de mehalla's van Moelai
Hafid, daaronder met name begre
pen de mehalla van Boe Azzaoei
en afdeelingen Sjiedmas, aangeval
len. Onze troepen wachtte* in de
alarmstelling in alle stilte den
aanval, welke werd afgeslagen, af.
De vijand leed daarbij zware ver
liezen. Om den vijand uit den
omtrek van het bivak te verdrijven,
ging de generaal des morgens tot
een algemeen aanvallend optreden
over. De vijand werd krachtig
teruggedreven. Een officier werd
doodelijk gewond; verder verden
nog zeven onderofficieren of minde
ren gewond.
De pacificatie, waarover de kran
ten al schreven, is er dus nog op
lange na niet!
Nieuwtjes in drie regels.
President Fallières gaat met zijn
minister Pichon op 25 Mei naar En
geland. 'tls nu vast.
De Pruisische Landdag is giste
renmiddag met een Keizerlijke bood
schap door von Bülow gesloten.
Een nieuw ministerie, een de
partement van openbare werken, is in
Oostenrijk door de Kamer aangenomen,
In Britsch-Indië staken de tele
grafisten: ontevreden over diensttijd
en loon. Lastig voor den handel!
Graaf Tornielli, de Italiaansche
gezant te Parijs, is gisteren o\ erleden.
Hij was zeer gezien te Parijs.
De verjaardag van den Prins.
Naar wij vernemen, rzal de ver
jaardag van Prins Hendrik, die op
19 April (eersten Paaschdag) valt,
door parades gevierd worden op
Dinsdag d. a. v., dus 21 April.
Zooaïs men weet is het gebrui
kelijk, wanneer een verjaardag van
een lid der Koninklijke Familie op
Zondag valt, de parades den daarop
volgenden dag te doen plaats vinden.
Nu wordt de tweede Paaschdag
ook als Zondag beschouwd en moest,
ook met het oog op de vele verlo
ven die gedurende de feestdagen
verleend worden, de Dinsdag er
voor bestemd worden.
Koning Leopold van België.
Men meldt uit 's-Gravenhage
Gisteren, de 73e verjaardag van
koning Leopold van Belgie, wap
perde te dezer gelegenheid de Bel
gische driekleur uit de woning van
baron Guillaume, gezant van Belgie.
De Sultan van Siakf
Uit Indië is te 's-Gravenhage
bericht ontvangen van het (over
lijden van Jang di Pertoewan besar
Sjarif Hassim Abdoel Djalil Sai-
foeddin, sedert 7 Januari 1891
Sultan van Siak Sri Indrapoera en
Onderhoorigheden
De overledene was ridder in de
orde van den Nederlandschen
Leeuw.
De richting van de a.r. Rot
terdammer.
De vergadering der centrale an
tirevolutionaire kiesvereeniging in
het district Ridderkerk heeft in een
met algemeene stemmen aangeno
men motie haar leedwezen uitge
sproken „over de richting, die sinds
geruimen tijd het dagblad de Rot
terdammer is ingeslagen", en haar
hoop uitgedrukt, „dat spoedig ver
andering ten goede worde gezien,
waardoor het blad behouden blij ve
als het moet, onder andere leiding."
Gemengde Berichten.
Te diep in 't glaasje geke
ken. Een verhaal uit JVehl aan
de Post d.d 1 April:
'n Geit moest het wezen; maar
geen 'gewone! Neen, dat niet: 't
moest er een zijn van zuiver Zwit-
sersch ras; en die kon je in JVehl
lcr ij gen. Zoo had z'n vrouw 't hem
besteld en de noodige centjes mee
gegeven. Hij, Keesje Pimpel, trok
dus op 'n goeien middag naar ons
dorp. Spoedig was hij bij iemand
aangeland, die 'n mooi geitje had.
Op Keesjes vraag, of 't een van zui
ver ras was, kreeg hij ten antwoord,
dat de vader een „Zwitser"' was en
dat er op 't oogenblik geen echte
waren te krijgen. ^Vel waren deze
al lang onder weg maar tot heden
nog niet aangekomen. Kees kocht
dus 't, geitje; 'n spierwitte, met
mooie horens, en hield nog 'n paar
gulden drinkgeld over.
Onderweg legde hij eens aan en
zette 't sikje op stal. Hij liet 't
glaasje nog al eens vullen en ver
telde z'n heele wedervaren. De zoon
van den kastelein wilde eens een
grap hebben en zette een hokje, ook
een witje en even groot, in de plaats
van de geit. Keesje' die nog al diep
in 't glaasje had gekeken, merkte
niets van die verwisseling en toog
welgemoed naar huis. Onderweg
kreeg hij nog 'n troep schooljongens
achter zich, die „van bokkie, bok-
kie bè" zongenmaar hij haalde z'n
schouders op en schold ze voor
stommerikken.
Eindelijk kwam hij bij moeder de
vrouw. Deze was zeer in haar schik
met de „Zwitsersche"maar bij na
dere inspectie brak de bui los. „Wel,
leelijke zatlap, breng je me nou 'n
bok thuis?" ,,'nGeit is het," zei
Kees. ,,'tls 'n bok, zeg ik je
Heb je dan geen oogen in je kop
„Dan heeft die vent me bedro
gen; morgen ga ik hem ruilen en
zal hem de kast eens uitvegen."
Keesje ging den anderen dag al
vroeg op weg. met. z'n bok na
tuurlijk.
Hij moest halfweg eerst nog eens
'n „slokkie" drinken en den jtVehl-
schen bedrieger aan de kaak stel
len. Intusschen werd de bok ver
ruild voor 't geitje.
Keesje Pimpel ging weer op pad.
de geit achter zich aantrekkend.
Driftig opende hij de deur van den
„bedrieg-er". „Mot je me nou 'n bok
inplaats van 'n geit verkoopen
Gauw mijn geld terug, of ik haal
de politie". „Maar kerel ben je
zestig of mankeert het je in je bo
venkamer? Als dat 'n bok is, dan
weet ik het niet!" Daar stond
nu Kees met beschaamde kaken en
nam z'n geitje maar weer terug.
„Je nemt 't mien toch niet kwao-
lijk?"
„Nee, dat nou niet, maar ie most
ou 'n goeien bril aanschaffen."
,,'tls toch 'n geit, vrouw," zei hij
bij z'n thuiskomst. ,,'nGeit, das
onmogelijk," hernam moeder.
„Sapperloot," dacht Kees, „dan
heeft 't wijf gister toch 'n brom in
gehad".
Maai- hoe nu eigenlijk de vork
in den steel zat zie, dat weten
ze tot heden nog niet,
O. o. die leerplichtwet De
heer Den Hhoofd der school te
Nieuwaal, moest een knaap latvd-
bouwverlof weigeren, daar hij te
veel willekeurige verzuimen had:
De vader, den heerH op een wei
land aantreffende, terwijl deze be
zig was planten te verzamelen, be
gon op te spelen, vervolgens te drei
gen en viel ten slotte voornoemden
heer Den H. aan. Ernstige mishan
deld. met een blauw oog, ging de
heer Den H. huiswaarts. Waar ge
tuigen aanwezig waren, is van dit,
geval proces-verbaal opgemaakt.
De picolo van de studen
tensociëteit. Men herinnert
zich, dat er indertijd zware vermoe
dens bestonden, dat de picolo van
de Studentensociëteit, door gasont
ploffing het gebouw in de lucht had
willen laten vliegen.
Naar wij vernemen, zal indien
er zich ten minste later geen be
zwarende omstandigheden voordoen
geen rechtsingang tegen den pi
colo worden verleend.
Geen helm, maar een hoed!
Door den burgemeester van Rotter
dam was gelast dat een aantal po-
litie-agenten in burgerkleeding in
voor hen vreemde wijken zouden toe
zien dat de verordening op het
straatboenen en matjeskloppen niet
zoo klakkeloos overtreden werd. Het
gevolg daarvan is dat in de eerste
FEUILLETON.
Bt)f>i nde roman, uit het Engehch.
19)
Monk steeg af en opende het por
tier. Rernice sliep nog altijd; Monk
11 am haar uit den wagen, gaf Flack
eenige bevelen en ging met zijn last
^aar de hut. Deze bezat slechts één
deur en één venster. Monk klopte
driemaal achter elkaar. Dit was een
daeken. De deur werd ontgrendeld,
de bovendeur ging open en een vrou
wenhoofd kwam te voorschijn.
„Ik ben Monk, laat mij binnen.
De deur gii% open en Monk droeg
"ernice in de hut, waarna de deur
Weer gesloten werd.
4 XVI.
MEDEHELPERS.
Het inwendige der hut, waarin
I °nk de bewustelooze Bemiee ge
dacht had, zag er armzalig uit,
daar ze slechts in den zomer door
herders gebruikt werd. De kale wan
den bestonden uit zwarte, berookte
blanken en balken. Stoelen op drie
booten waren de eenige meubelen.
In een hoek was een groote open
haard, waarboven een ketel damp
te. In een anderen hoek van 't ver
trek lag stroo uitgespreid, waarover
een linnen doek.
Monk legde Rernice op 't eenvou
dige bed, met 't gezicht naar den
wand gekeerd. Daarna trad hij bij
't, vuur en zich de handen warmend,
zei hij
„Het is een koude morgen, vrouw
Grol. Ik ben blij al deze toebereid
selen voor 't ontbijt te zien. Zijt
gisterenavond hier aangeko
men
'.Ja, mijnheer," hernam de vrouw,
ben den heelen nacht hier ge
weest..
„Ze is zoo zwak als een klein
kind, zeide Monk, „en 't zal nog
maanden duren, eer .ze weer gezond
zal zijn. Daarom moet ze met de
meeste- ^zorgvuldigheid behandeld
worden.
Hij nam een houten stoel en ging
zitten. De vrouw legde een plank
over twee stoelen en zette daarop ee
nige spijzen, die ze uit een mand te
voorschijn haalde.
Het verleden van vrouw Grol was
van dien aard, dat Monk een onbe
paald vertrouwen in haar kon stel
len. Hij had dadelijk opgemerkt, dat
ze zeer geldzuchtig was en ze voor
geld hare ziel verkocht. Gilbert
Monk had haar een fortuintje be
loofd en ze zoodoende met hechte
banden aan zich verbonden. Dit wijf
was dus zijne medehelpster in de
uitvoering zijner plannen, en werke
lijk. voor zijn doel bad hij geene
betere kunnen vinden. Toch had Gil
bert Moiik haar niet alles vertrouwd
Ze wist niets van de ontdekking,
die hij onlangs omtrent de afkomst
van Bernice gedaan had. Daarvoor
was Monk te sluw; zoolang hij al-
leenbezitter zijner geheimen was,
wist hij ze verzekerd.
Vrouw Crol zette koffie. Onder-
tusschen werd driemaal aan de deur
geklopt; 't was Elack, die door de
vrouw binnengelaten werd. Hij had
een mand uit 't rijtuig meegebracht;
vrouw Crol pakte hem dadelijk uit,
hij bevatte vleesch, boter, brood en
eenige flesschen wijn. Gilbert Monk
en zijne beide handlangers aten gre
tig, waarna Flack weer uitging om
voor de paarden te zorgen. Toen
hij een half uur later binnenkwam,
deed Gilbert een dutje voor 't vuur.
Het eten was weggeruimd en vrouw
Crol keek door 't venster over de
kale heide. Flack ging zonder een
woord te zeggen in een hoek lig
gen, waar hij weldra sliep.
Het was een buitengewoon koude
dag. De ijzige wind drong door de
honderd reten en spleten in de el
lendige hut; vrouw Crol wierp aan
houdend hout in den haard. Sneeuw
vlokken dwarrelden door de lucht,
zoodat t niet te vreezen stond, dat
men bezoek zou krijgen in de hut.
Het middaguur was reeds lang
voorbij, toen Monk plotseling ont
waakte en bijna terzelfder tijd be
woog zich ook Bernice.
Gilbert ging naar haar toe; zij
sloeg de oogen op en herkende hem.
„O, Gilbert,' 'lispelde zij nauwe
lijks hoorbaaf, „ik had zoo'n vree-
selijken droom. Ik droomde, dat ik
in eene zerk lag
„Stil, Bernice," zei Monk zacht
jes. „Het was geen droom, dat is
alles waar: Doch nu zijt ge veilig en
kan u geen leed geschieden."
„Dit is de grafkelder niet," zei
ze, naar de berookte zoldering zien
de. „ook niet de kerk. (Wij waren
in de kerk, {Gilbert waar zijn we
nu Is dit een hut op den weg naar
Chetwynd-P.ark.
„Ja," antwoordde Monk koel. „Ik
heb u een eind gedragen en toen ik
moe werd, ben ik hier binnengegaan.
Deze goede menschen hebben ons op
genomen."
„Ge ziet er afgemat uit, juf
frouw," zei vrouw Crol. de mar
kiezin naderend, na eerst een doek
voor 't venster gehangen te hebben.
Wilt ge niet wat gebruiken, eer ge
verder gaat?"
„Hoe laat is het?" vroeg Bernice.
Vrouw Crol wierp een blik op 't
venster om zich te overtuigen of er
geen daglicht binnen drong. Het
roode licht van 't vuur scheen door
't vertrek.
iMIet is even middernacht voorbij,
jünrouw," zei de vrouw lachende..
Ge zult weldra vertrekken; wilt ge
niet een kop koffie
De reuk van de dampende koffie
deed Bernice goed en wekte haar
eetlust op. Ze stond op van het har
de leger en wankelde naar een stoel
ze was eag zwak.
\„Ja. ik zal er een gebruiken,
vrmnW
De vrouw haastte zich een kop
koffie in te schenken en deed er vol
gens Gilbert's bevel een sterke dosis
van den slaapdrank in. Bernice
dronk de koffie gretig uit, doch at
weinig van de voorgezette spijzen.
„Gij zult u weldra beter gevoelen,
juffrouw," zei de vrouw, het eten
wegnemend. „De koffie was zeer
sterk en zal u nieuwe krachten ge
ven."
„Ja. .ik voel, dat hij mij weldoet,"
zei Bernice. „Hebt ge nog niet uitge
rust, Gilbert Ik verlang zoo naar
huisik kan nu gaan, zullen we ver
trekken
Ongeduldig stond Bernice op om
te toonen, hoe sterk ze was. Doch ze
zeeg weer uitgeput op den stoel neer.
„Ik kan niet gaan, Gilbert"
klaagde zij. „Ik ben onbeschrijfelijk
zwak, de koorts heeft mij van mijn
krachten beroofd. O, Gilbert, breng
mij toch naar huis
Zij zuchtte en strekte smeekend
de armen naar hem uit.
„Dadelijk, Bernice," zei Monk, „lk
ben meteen klaar en dan gaan we.
„O, was ik toch bij Max, die mij
dood en begraven waant. Elk oo
genblik schijnt mij een jaar te duren.
Hebt- ge geen wagen, vrouw, opdat
we naar huis kunnen rijden?"
„Neen, juffrouw, we zijn arme lie
den," hernam vrouw Crol.
Bernice zuchtte en liet hare smee-
kende oogen op Monk rusten. Deze
verwachtte met ongeduld de, wer
king van den slaapdrank, die dan
ook weldra intrad. Bernice begon
weer te slapenhij wachtte nog een
oogenblik en zei teen:
„Deze slaapdrank zal onze hulp
zijn op de reis. Ze zal tot morgen
vroeg slapen."
Hij stond op, en ging toen naar
buiten om de paarden te voederen.
Na een uur kwam hij half bevroren
terug, sneeuwvlokken hingen op zijn
kleeren, haar en baard. Hij had zijn
reiszak in de hand.
Flack sliep nog altijd. Monk open
de de reiszak, waarin zich eenige.
flesschen bevonden. Hij nam er een
uit en maakte zich met een penseel
donkere strepen onder de oogen, om
de neus, op den wangen en 't voor
hoofd. Hij verfde zijn vollen baard
en was toen zoo veranderd, dat Syl
via Monk hem op het eerste gezicht
niet zou herkend hebben. Hij scheen
wel dertig jaar ouder, dan tien mi
nuten te voren.
Wordt vervolgd.)
CHE COU
1I,