DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. AMI HIS lOi 100 ™u en-— Hst spook ïsb Etówïnd-M. Katholiekendagen. BOnsSer&uiswesi 29-31-33* Haarlem BUITENLAND. WOENSDAG S3 MEI *908. 33ste jaargang Mo. €386. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Haarlem (1.35 Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.85 Voor de overige plaatsen in Nederland franoo per post 1,81 Ationderlijke nummers 0.05 Bureaux van Redactie en Administratie: luiere. Telefoennummer 8426. PRIJS DER ADVERTENTIES V«.n iregels(0.60 (contant'. 0.50 Bik* rag*1 ®eer(U0 Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie contant. Alle betalende abonnés op dit blad zijn, volgens de bepalingen en onder de beperkingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor bedragen van: GULDEN bij m tm om /mum dWaa M A GULDEN bij ^8 ES 01"S ShIIII hand of voet. t||?i éen oog. 1 lill den duim. schiktheid tot werKen. éen wijsvinger. De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuw» Gracht 11. GULDEN bij erkes van tsn anderen vinger. (Ingezonden.) Woensdag 20 Mei zal te Haarlem de tweede Katholiekendag in ons ■diocees worden gehouden en buiten twijfel zullen er dan honderden op trekken om getuigen te zijn en te protiteeren van het belangrijke, wat wij daar zullen hooren. Ze zijn bij de meesten onzer lezers wel bekend, die Katholiekendagen. In de zuidelijke provinciën wor den zij sedert «enige jaren, 'sjaar lijks gehouden. In het Noorden word in 1903 de eerste Noord-Hollandsche Katho liekendag te Alkmaar en in 1906 de eerste diocesane Katholieken dag te Delft gehouden. Duitschland bezit ze reeds vijftig jaar. Het zijn bijeenkomsten, ge woonlijk jaarlijk3ehe, van de Ka tholieken of afgevaardigden der Katholieke vereenigingen uit een bisdom of een geheel land, ter be- sprekiog van onderlinge belangen en vraagstukken van den dag. Het zijn dus geen bijeenkomsten, waar theologische of godsdienstige onderwerpen behandeld worden. Maar wel moet al, wat op Katho- liekedagen besproken wordt, in Ka tholieken geest zijn. De oplossing van alle voorkomen de moeilijkheden in het sociale leven onzer dagen geschiedt volgens de leer en den geest der H. Kerk. Sociale en oeco ïomische vragen zijn er dan ook schering en inslag. Daar wordt gehandeld over onderwijs, arbeiders-organisatie, patroonsbon den, drankbestrijding, armoede en liefdadigheid, boerenbonden met den aankleve van dien, alsboerenleen banken, pachteontraeten, boeren arbeiders, de belangen van den mid denstand, coöperatie, de pers, kortom alles, wat het maatschappelijk leven aaDgaat, of eruit voortvloeit. En alle vraagstukken, die met genoemde en niet-genoemde onder werpen in verband staan, worden er in katholieken geest opgelost. Er worden conclusies aangeno men: wenken of wenschen, die den Katholiek verlichten, omtrent de wijze van handelen in bepaalde gevallen. Daar wordt den katho liek het woord des Pausen over bet sociale vraagstuk voorgehouden, de toepassing ervan in de praktijk. Daar worden besluiten genomen, die in een bepaalden tyd moeten zijn uit gevoerd. Een Katholiekendag is een revue, een heerschouw over het Katholieke leger in zekere streek. Wat ons land aangaat, wij hebben slechts diocesane Katholiekendagen. Daar ontmoeten elsander de Katholieken van een geheel Bisdom, ook de kleinste plaats blijft niet achter. Men is er onder bekenden van bekenden. Er heerscht een onge dwongen toon. Alle vraagstukken die aan de orde zijn worden be sproken, er wordt discussie over gevoerd, waarbij ieder katholiek uit het diocees zijn meaning zeg gen mag. Over de te nemen be sluiten wordt gestemd. De loden kennen hun streek en kunnen beter dan wie ook oordeelen over het al of niet nuttige en doelmatige van voorgestelde besluiten. Men ontmoet daar niet altijd de eerste redenaars van het land, de mannen die altijd over alles wat kunnen zeggen. Er komen sprekers voor, die bewijzen, geen sprekers van beroep te zijn; zij spreken niet om te spreken, maar omdat zij iets te zeggen hebben. Het gesprokene is dus za kelijk. Er wordt gedacht, gewerkt. Komt in min of meer onbeholpen vorm een heldere gedachte de ver gadering opklaren, ze zal in ge- kuisebten vorm worden vastgelegd, daarvoor zorgen de besturen. Als de ideeën, de gedachten maar ko men. Hier niet de vrees, die anders een spreker wel eens bekruipt, als hij voor een groot, hem vreemd auditorium komt te staan. De intimiteit van een diocesanen Katholiekendag lokt uit tot spreken, wie iets te zeggen heeft. Sprekers en debaters, die men anders nooit te hooren zou krijgen, komen hier uit den hoek, ze leeren spreken. Op de diocesane-Katho- iiekendagen worden dus om zoo 1 e zeggen de sprekers der toekomst ontdekt, of wil men, ze ontpoppen zich. Maar de werking en invloed van de Katholiekendagen gaat nog veel dieper. Van heinde en ver, uit alle plaat sen komt men samen. De idéé, door een Katholiekendag voorgestaan, zijn werking, zijn arbeid zijn stuw kracht, zijn geestdrift dringendoor tot allen. De bezoekers komen enthousiast thuis eh enten geheel de Katholiciteit en den invloed der vergadering om zoo te zeggen weer in op hun omgeving. Men moet hen hooren, als zij in 't hoekje van den haard zijn weer gekeerd Dat is iets anders dan een algemeen verslag Hieruit spreekt toch niet de onder linge waardeering en tegemoet ko - rning, de vriendschappelijkheid, en kracht, die van de vergadering uit gaan. Neen, deze dingen worden beter door het levende woord voort geplant. En daar uit alle plaatsen en kringen bezoekers opgaan, leeft ieder met den Katholiekendag mee. Wie dan ook maar eenigszins kan, trekt mee op, en wie er eens ge weest is blijft bezoeker en wekt an deren op. Dit verklaart het toenemend be zoek vau alle Katholiekendagen. Duitschland vooral mag zich be roepen op zijn Katholiekendagen. Grootscher schouwspel is bijna niet denkbaar, dan duizenden en tien duizenden, allen vol geestdrift voor een en dezelfde zaak opkomend, zelfs uit de meest verwijderde ge deelten des rijks. Er is een geestdrift die verstomd doet staan, er gaat een kracht van uit, die doorwerkt tot in de bin nenste geledingen van het Katho lieke volk. Ook dat mag van onze Katholiekendagen gezegd wordeD, doch hun invloed is slechts gewes telijk. En bij het zien van het grootsche voorbeeld van onze bu ren, kunnen wij ons voorstellen dat een gedeelte der Katholieke pers den wensch uitte, in dezen onze naburen te volgen en «en algemeenen Nederlaudschen Katholiekendag te houden. Ook mij lokt dat denkbeeld toe, Noord en Zuid en Oost en West de handen ineenslaande, eendrachtig werkend aan de oplossing der talrijke vragen, die nog open zijn en drin gend oplossing eischen Maar. Wat in Duitschland kaD, is dat ook hier mogelijk Ik ga mede met de bezwaren,van verschillende zijden in de Katholieke pers geopperd. De theorie is mooi, de praktijk zou echter anders leeren. Vergelijk de Katholieke partij in Duitschland, haar organisatie, haar arbeid en hu pmiddelen eens met die in ons land. Wat staan wij dan nog ver achter! Waar is ons Katholiek Centrum in de Tweede Kamer? De Katholieke partij in Duitschland heeft na '70 een crisis te doorstaan gehad, die baar heeft gestaald, haar heeft vereenigd en ten slo.te mach tig gemaakt. Daar is uit verdruk king groei, uit versmading glom gesproten. Is dat bij ons ook zoo? En nu de toestanden zoozeer ver schillen moeten wij dan niet vreezen, dat wij onze krachten overschatten, met na te volgen, wat daar in 't groot mogelijk is? Wie zaait tarwe op heidegrond, of plant dennen in de klei Maar als wij het grootsche voorbeeld ooit zouden willen navol gen, dan vsn nu af de handen aan den ploeg geslagen en zorgen, dat de toestanden en omstandigheden ten onzent de verwachtingen van succes rechtvaardige» Wij zijn nog niet krachtig genoeg georganiseerd. De vakvereenigin- gen zoeken nog en zijn nog onvol maakt. Velen ervan verkeeren nog in een stadium van wordiDg. Nood zakelijker dan een algemeene heer schouw is versterking van krachten. Versterken en bevestigen van plaat selijke en gewestelijke vereenigingen vraagt nog al onze krachten. En om dit met goed gevolg te kunnen doen bestaat er een mach tig middel in de diocesane Katholiekendagen. De practijk bewijst het. Onder de omstandigheden waar in wij nu leven zouden op een al gemeenen Katholiekendag voor stellen kunnen inkomen, die niet voor het geheele land geschikt zijn Men denken o. a. aan de organisa tie der boerenarbeiders. De behan deling, de aanneming of verwer ping van dergelijke voorstellen brengt de eendracht op «n het be staan van een Katholiekendag in gevaar. Nu zegge men niet, daar voor zal het Comité van voorbe reiding waken. Dit is noch almach tig, noch alwetend en zou voor onverwachte verrassingen kunnen komen te staan. Want, al zou men op een algemeenen Katholiekendag de eigenaardige toestanden van ieder diocees niet te breed mogen uit meten, wie verzekert ons, dat zij zich niet op den voorgrond zullen dringen? Wordt de proef met een algemeene Katholiekendag geno men, dan moeten wij er van ver zekerd zijn, dat hij siagen zal. On ze krachten zijn ©p dit oogenblik nog niet genoeg geoefend. Dit kan en moet echter geschieden op de Di ocesane Katholiekendagen. Daar kunnen we tevens onder vinding opdoen, die later te pas komt. En dan nog: laat ons niet te veel hooi op de vork nemen. De Ka tholieke Actie in ade plaatsan van ons land eischt zoo veel van onze krachten, dat die eerst nog wel wat getraind mogen worden, eer wij ons aan een algemeenenKatholieken- dag wagen. Ons volk is er nog niet genoeg rijp voor. Het neemt nog niet genoeg deel aan de Katholieke actie. Wel gaan wij Goddank voor uit en de ten vorige jare tot stand gekomen federatie der vijf dio cesane bonden, zal, alhoewel nu nog jong, een machtige factor zijn ter bereiking van het doel. Hierdoor zijn wij gelukkig op een goeden weg. Er komt meer ver trouwen, meer waardeering, getuige het grootsche succes van het Sociale Congres het vorig jaar te 's Her togenbosch gehouden. Want daar juist hebben Noord en Zuid elkan der leeren kennen, beminnen «n waardeeren. Wat wij kuDnen is al het moge lijke doen, om plaatselijke, diocesane en algemeene organisaties te ver sterken, al onze krachten inspannen om eenheid te brengen in aller werkwat wij kunnen iswasr- deering van en vertrouwen in elkanders streven en werken aan- kweeken, het besef onder het Katholieke volk opwekken, dat ieder moet medewerken, dat ieder zijn plaats heeft in de rangen van het Katholieke volk. Wanneer onze organisaties krach tig op den voorgrond zuilen treden, wanneer eenheid, waardeering, ver trouwen heerschen zullen onder allen, wanneer ieder Katholiek zijn plaats beseft in het groote Katho lieke leger, dan eerst acht ik den tijd gekomen, om met ernst het tot stand komen van een algemeenen Katholiekendag te beproeven. En dan zal hij slagen ookMaar laat ons niet te eenzijdig het groote voorbeeld van Duitschland trachten na tevolgen. Ons volk is het Duitsche volk niet. En uit het welslagen van diocesaan-Katholiekendagen te be sluiten tot het welslagen van een algemeenen Ned. Katholiekendag verraadt, dunkt mij, een weinig optimisme in deze zaak. En schaadt dit op zich zelve niet, het mag toch niet voeren tot lichtvaardige proef nemingen. De zaak is van te groot belang om niet van alle zijden en herhaaldelijk te worden bekeken. En over één nacht ijs gaan zon in dit geval onverantwoordelijk zijn. Laat ons echter den moed niet opgeven. Wij leven snel. En wat wij nu nog in de verre toekomst zien, wie weet, hoe zeer het in betrekkelijk korten tijd na deren kan. Laat ons in ieder ge val de mogelijkheid van een alge meenen Katholiekendag niet geheel uit de toekomst verbannen. En laat ons allen, vóór en tegenstanders er toe medewerken, de voorwaar den te helpen vervullen, die zijn totstandkoming eischt. Ik eindig, maar met een wensch en een bede Moge de tweede Diocesane Ka tholiekendag, te houden op 20 Mei a. s. te Haarlem, naar wensch slagen en hieruit geboren worden dat de Katholieke pers, het beste strijdmiddel onzer dagen, in een m - nimum tijds ket toppunt van blo». bereiken moge tot heil van het Katholieke Volk in Nederland Gr. FRANKRIJK. Slechts zelden bereiken ons uit he-t ongelukkige Frankrijk berichten, die het Katholieke hart verblijden en weldadig aandoen. De berichten uit Frankrijk dra gen. helaasover het algemeen een. anti-clericaal karakter. Met genoegen ontleenen we even wel thans aan de Fransehe bladen van heden het een en ander over de Jeanne d'Ar-feesten te Orleans. Deze feesten zijn dit jaar weder om met grooten luister gevoerd. Daar de vrijmetselaarsvereeniging „Etienne Dolet" van deelneming aan de plechtigheid was uitgesloten, kon ook de geestelijkheid met den bisschop der stad en den aartsbis schop van Parijs aan het hoofd van den historischen tocht weer deel uit maken. De burgerlijke en militaire auto riteiten woonden de kerkelijke plech tigheden bij niet „en corps", doch als particuliere personen. De eerw. heer Coubé de bekende' welsprekende Jezuïet hield een schitterende rede, waarin elke toe speling op den hnidigen kerke lijk- politieken toestand zorgvuldig wérd vermeden. De eerw. redenaar werd door den bisschop benoemd tot ka nunnik. Zulke berichten uit Frankrijk te vernemen doet goed en levert, te midden van zoovele beroeringen, die het Katholiek hart doen bloeden een lx:wijs. dat in Frankrijk de Katho lieke geest nog in verre niet is uit gedoofd. ENGELAND. Marocco, sedert jaren reeds do twistappel tusschen Frankrijk, Duitschland en Spanje, heeft nu ook Engeland diep gegriefd en John Buil op felle wijze tegen zich in het harnas gejaagd. Hoe zoo zullen onze lezers vra gen. Ziehier de geschiedenis. Wij hebben indertijd medegedeeld, dat de Britsche regeering door haar consuls in Marokko aan haar onder danen heeft doen mededeelen, dat zij voortaan geen losgeld meer betalen zal voor Engelschen, die in de han den van roovers vallen. De Britten in Marokko zijn over dit besluit weinig gesticht en heb ben tot den gezant te Tanger do vraag gericht,.of de Britsche regee ring wenscht, dat zij het land zul len verlaten en hun zaken in Ma rokko aan kant zullen doen en zoo ja welke maatregelen zij dan zullen aanraden aan de Britsche handels- eeUILLETON. Boeiende roman, uit het Engelseh. 46) Op eene plaats in 't pad stond wa ter. zoodat men genoodzaakt was een versch omgespit bed te betre den. wilde men niet in 't water stap pen. Hier zag de heer Bisset diepe indrukken van een kleinen dames- voet. Ze waren tamelijk ver van elkaar verwijderd, waaruit hij be sloot, dat hier met groote schreden Qieer gesprongen dan gegaan was. De indrukken der voeten waren slechts ©en paar dagen oud, dit zag lyj duidelijk. 7,Laat ik dit spoor volgen," dacht bisset. Hij ging 't park in en bevond wel dra. dat de persoon met den kleinen Voet dwars over 't grasperk geloopen ^as. Wie kon dat gedaan hebben Aiemand anders dan de,persoon, die in Chetwynd-Park spookte, ze was uuidelijk in die [richting ontvlucht. Dij ging terug naar 't slot, liet een Paard, zadelen en reed toen in de Dchting der voetstappen door 't Park. .Na een uur gereden te hebben zag Uj 111 de verte een dorp liggen, waar 't spoor voorbijkwam. Nog een kor ten rit en hij stond voor 't kleine station. Hij sprong van 't paard, dat hij vastbond en ging naar den chef van 't station. „Waarheen. mijnheer?" vroeg deze, „Eigenlijk nergens," hernam Bis set vriendelijk „Ik wilde de vrij heid nemen u iets te vragen. Giste renmorgen is een dame met den snel trein alleen naar Londen gereisd, ik ben een beetje ongerust over haar; om u de waarheid" te. zeggen, is ze in 't geheim weggeloopen. Vertrok zij van hier Het was een jonge schoon© dame van ongeveer achttien jaar, met groote, mooie oogen." De chef dacht een oogenblik na en antwoordde „Gisteren was zulk ©en jonge dame hier; ze was de ©enige, die aan dit station instapte. Haar ge zicht kon ik niet zien, want 't was achter een sluier verborgenze droeg een grijzen reismantel. Ze scheen erg vermoeid en reisde in een damescoupé eerste klasse naar Londen. Is zij ontvlucht, mijn heer?" „Zoo iets van dien aard,'' zei Bis set. „Ik dank u vriendelijk." Hij besteeg zijn paard en reed naar Chetwynd-Park terug. „Mijn zaken vlotten beter dan ik meende," dacht hij. „Voor 't eten ben ik weer terugmijn uitstapje is niet vruchteloos geweest. Het „spook" ging dus naar Londen in een coupé eerste klasse. Blijkbaar dus •eene fijne dame. In een damescoupé dus ook zeer bescheiden. Het „spook" heeft dus zijn schuilhoek in Londen en waant zich nu daar volkomen veilig. Het moet echter ook in Chetwynd-Park goed bekend zijn om zoo maar overal tot zelfs in de kamers van den markies te verschijnen." Omstreeks vier uur kwam hij weer te Chetwynd-Park. Toen hij vau 't paard gestegen was en een knecht de teugels toegeworpen had, ging hij door de breede beukenlaan naar 't slot. Aan 't einde gekomen, bemerk te hij miss Monk, die volgens hare dagelijksche gewoonte over 't mar meren terras wandelde. Bisset be greep dadelijk, wie zij washij week terug in de schaduw van ©en boom en bleef staan om baar gade te slaan. XL'. EEN VERHOOR. Niet vermoedend, dat de scherp ziende oogen van den detective op haar rustten, ging miss Monk voort met wandelen. Ze wist, dat Bernice leefde en kon niet vatten, waarom ze zich niet kenbaar maakte aan haar manze dacht ..dat Bernio© een gepasten tijd afwachtte om den da der te ontmaskeren. Maar waarom hield zij haar leven verborgen? „Ik begrijp 't niet," lispelde Syl via, „daar zit een geheim achter. Gilbert beheerscht Bernioe en werkt mfj tegen; maar wat is zijn doel?" Nadat de detective de dame goed had nagegaan, kwam hij achter den boom te voorschijn. Langzaam wan delde hij naar 't terras, in de eene hand 't fijne wandelstokje zwaaiend, terwijl de andere de puntjes van zijn kleinen knevel krulde. Hij had weder de houding en manieren aan genomen van een zeer ingebeeld per soon. Toen miss Monk hem gewaar werd, vermoedde zij dadelijk wie hij was en om hare lippen speelde een verachtelijk lachje. „Dat zou een detective zijn," dacht ze in zichzelf, „hij is een mode pop een kind kan hem te slim af zijn." De heer Bisset ging op haar toe en bleef met ©ene buiging staan. „Ik geloof, dat ik 't genoegen en de ©er heb miss Monk te spreken zei hij op beleefden en zeer ^maak ten toon. Miss Slonk zag hem met trotsche blikken aan. „Ik ben miss Monk," zcide ze koel. „Ik weet echter niet, wie gij zijt." De heer Bisset liet zicli door 't minder beleefd antwoord niet af schrikken en antwoordde. „Ik ben Bisset, de gast van lord Chetwynd. miss Monk." „De defective," zei miss Slonk. „Niemand zou u daar voor houden, mijnheer Bisset," voegde ze een wei nig vriendelijker er bij. „Gij ziet er uit gelijk ©en gentleman." „Die ben ik ook door geboorte en opvoeding, maar rijkdom gaat niet altijd- gepaard aan ©ene goede af komst! Ik moest voor mijn onder houd zorgen en koos dit beroep uit liefde, want 't nasporen van men- schelijke daden en karakters heeft voor mij eene zekere aantrekkelijk heid. Ik vind mij gelukkig in mijn staat." „Toch zal u niet alles gelukken." zei Sylvia vriendelijk, ofschoon de agent haar zeer verwaand scheen. „Ik geloof, mijnheer Bisset, dat gij nog nooit een geval gehad hebt ge lijk dit Tot eergisterenavond be schouwden wij lord Chetwynd als 't slachtoffer van gezichtsbegooche ling. Doch nu weten we, dat er een vrouw in 't spel is; dit bewijst 't stukje kant," „Zeker," zei de heer Bisset. „Maar dat .alles is zoo geheimnis- vol." zuchtte miss Monk, ,,en 't is akelig te midden van zulk eeu ge heim te moeten leven. Ontraadsel ons die zaak, mijnheer Bisset, en ik zal u een© dubbel zoo groote beloo ning geven, als lord Chetwynd. Bisset boog en drukte zijnen dank uit. „Ik sta tot lord Chetwynd m eene bijzondere verhouding, begon miss Monk schijnbaar openhartig. „Daar gij 't toch van anderen ver nemen zult, kan ik u wel zeggen, dat de lord mijne verloofde is. En daarom ergert mij die verschijning des te meer, omdat di© met de over leden lady -eeïfe wonderbare gelijke nis heeft." „Kunt gij u niet denken, wie of die vrouwspersoon zijn kan „Ik denk, dat 't ©en der dienst meisjes is, welke zich vermomt. Lord Chetwynd was bijzonder ver wonderd over de oogen; z© waren groot en bruin. Groote bruine oogen zijn echter niets buitengewoons. Ik houd 't er voor. dat ©en© vrouws persoon, door hare opvallende gelij kenis met Chetwynd's eerste gema lin. zijn tweed© hoopt te worden ze begint met zijne opmerkzaamheid op haar te vestigen. In elk geval heeft ze zich opzettelijk bij haar mouw laten vatten. De men- schen hebben soms zonderlinge plan nen. En Chetwynd-Park is een heer lijke prijs om er voor te strijden." Bij deze woorden dwaalden hare blikken over 't prachtige slot en 't park, dat voor haar lag. „Inderdaad ©en kostbare prijs." herhaalde Bisset, maar zijn oog rust te op miss Monk; liij sch©-a haar gelaat te bestudeeren, doch ze be-j merkte er niets van. Wordt vervol cd.) HIK HMflLEMSCHE COURHT 1000 60 15

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 1