DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
AMI HIS lOi 100 ™u en-—
Hst spook ïsb Etówïnd-M.
Katholiekendagen.
BOnsSer&uiswesi 29-31-33* Haarlem
BUITENLAND.
WOENSDAG S3 MEI *908.
33ste jaargang Mo. €386.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Haarlem (1.35
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.85
Voor de overige plaatsen in Nederland franoo per post 1,81
Ationderlijke nummers 0.05
Bureaux van Redactie en Administratie:
luiere. Telefoennummer 8426.
PRIJS DER ADVERTENTIES
V«.n iregels(0.60 (contant'. 0.50
Bik* rag*1 ®eer(U0
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie contant.
Alle betalende abonnés op dit blad zijn, volgens de bepalingen en onder de beperkingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor bedragen van:
GULDEN bij m tm om /mum dWaa M A GULDEN bij
^8 ES 01"S ShIIII hand of voet. t||?i éen oog. 1 lill den duim.
schiktheid tot
werKen.
éen
wijsvinger.
De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuw» Gracht 11.
GULDEN bij
erkes van
tsn anderen
vinger.
(Ingezonden.)
Woensdag 20 Mei zal te Haarlem
de tweede Katholiekendag in ons
■diocees worden gehouden en buiten
twijfel zullen er dan honderden op
trekken om getuigen te zijn en te
protiteeren van het belangrijke, wat
wij daar zullen hooren. Ze zijn bij
de meesten onzer lezers wel bekend,
die Katholiekendagen.
In de zuidelijke provinciën wor
den zij sedert «enige jaren, 'sjaar
lijks gehouden.
In het Noorden word in 1903
de eerste Noord-Hollandsche Katho
liekendag te Alkmaar en in 1906
de eerste diocesane Katholieken
dag te Delft gehouden.
Duitschland bezit ze reeds vijftig
jaar. Het zijn bijeenkomsten, ge
woonlijk jaarlijk3ehe, van de Ka
tholieken of afgevaardigden der
Katholieke vereenigingen uit een
bisdom of een geheel land, ter be-
sprekiog van onderlinge belangen
en vraagstukken van den dag.
Het zijn dus geen bijeenkomsten,
waar theologische of godsdienstige
onderwerpen behandeld worden.
Maar wel moet al, wat op Katho-
liekedagen besproken wordt, in Ka
tholieken geest zijn.
De oplossing van alle voorkomen
de moeilijkheden in het sociale
leven onzer dagen geschiedt volgens
de leer en den geest der H. Kerk.
Sociale en oeco ïomische vragen zijn
er dan ook schering en inslag. Daar
wordt gehandeld over onderwijs,
arbeiders-organisatie, patroonsbon
den, drankbestrijding, armoede en
liefdadigheid, boerenbonden met den
aankleve van dien, alsboerenleen
banken, pachteontraeten, boeren
arbeiders, de belangen van den mid
denstand, coöperatie, de pers, kortom
alles, wat het maatschappelijk leven
aaDgaat, of eruit voortvloeit.
En alle vraagstukken, die met
genoemde en niet-genoemde onder
werpen in verband staan, worden
er in katholieken geest opgelost.
Er worden conclusies aangeno
men: wenken of wenschen, die den
Katholiek verlichten, omtrent de
wijze van handelen in bepaalde
gevallen. Daar wordt den katho
liek het woord des Pausen over bet
sociale vraagstuk voorgehouden, de
toepassing ervan in de praktijk. Daar
worden besluiten genomen, die in
een bepaalden tyd moeten zijn uit
gevoerd.
Een Katholiekendag is een revue,
een heerschouw over het Katholieke
leger in zekere streek. Wat ons
land aangaat, wij hebben slechts
diocesane Katholiekendagen. Daar
ontmoeten elsander de Katholieken
van een geheel Bisdom, ook de
kleinste plaats blijft niet achter.
Men is er onder bekenden van
bekenden. Er heerscht een onge
dwongen toon. Alle vraagstukken
die aan de orde zijn worden be
sproken, er wordt discussie over
gevoerd, waarbij ieder katholiek
uit het diocees zijn meaning zeg
gen mag. Over de te nemen be
sluiten wordt gestemd. De loden
kennen hun streek en kunnen
beter dan wie ook oordeelen over
het al of niet nuttige en doelmatige
van voorgestelde besluiten.
Men ontmoet daar niet altijd de
eerste redenaars van het land, de
mannen die altijd over alles wat
kunnen zeggen. Er komen sprekers
voor, die bewijzen, geen sprekers
van beroep te zijn; zij spreken
niet om te spreken, maar omdat
zij iets te zeggen hebben.
Het gesprokene is dus za
kelijk. Er wordt gedacht, gewerkt.
Komt in min of meer onbeholpen
vorm een heldere gedachte de ver
gadering opklaren, ze zal in ge-
kuisebten vorm worden vastgelegd,
daarvoor zorgen de besturen. Als
de ideeën, de gedachten maar ko
men. Hier niet de vrees, die anders
een spreker wel eens bekruipt, als
hij voor een groot, hem vreemd
auditorium komt te staan.
De intimiteit van een diocesanen
Katholiekendag lokt uit tot
spreken, wie iets te zeggen heeft.
Sprekers en debaters, die men
anders nooit te hooren zou krijgen,
komen hier uit den hoek, ze leeren
spreken. Op de diocesane-Katho-
iiekendagen worden dus om zoo 1 e
zeggen de sprekers der toekomst
ontdekt, of wil men, ze ontpoppen
zich. Maar de werking en invloed
van de Katholiekendagen gaat nog
veel dieper.
Van heinde en ver, uit alle plaat
sen komt men samen. De idéé, door
een Katholiekendag voorgestaan,
zijn werking, zijn arbeid zijn stuw
kracht, zijn geestdrift dringendoor
tot allen. De bezoekers komen
enthousiast thuis eh enten geheel
de Katholiciteit en den invloed der
vergadering om zoo te zeggen weer
in op hun omgeving.
Men moet hen hooren, als zij in
't hoekje van den haard zijn weer
gekeerd Dat is iets anders dan een
algemeen verslag
Hieruit spreekt toch niet de onder
linge waardeering en tegemoet ko -
rning, de vriendschappelijkheid, en
kracht, die van de vergadering uit
gaan. Neen, deze dingen worden
beter door het levende woord voort
geplant. En daar uit alle plaatsen
en kringen bezoekers opgaan, leeft
ieder met den Katholiekendag mee.
Wie dan ook maar eenigszins kan,
trekt mee op, en wie er eens ge
weest is blijft bezoeker en wekt an
deren op.
Dit verklaart het toenemend be
zoek vau alle Katholiekendagen.
Duitschland vooral mag zich be
roepen op zijn Katholiekendagen.
Grootscher schouwspel is bijna niet
denkbaar, dan duizenden en tien
duizenden, allen vol geestdrift voor
een en dezelfde zaak opkomend,
zelfs uit de meest verwijderde ge
deelten des rijks.
Er is een geestdrift die verstomd
doet staan, er gaat een kracht van
uit, die doorwerkt tot in de bin
nenste geledingen van het Katho
lieke volk. Ook dat mag van onze
Katholiekendagen gezegd wordeD,
doch hun invloed is slechts gewes
telijk. En bij het zien van het
grootsche voorbeeld van onze bu
ren, kunnen wij ons voorstellen dat
een gedeelte der Katholieke pers
den wensch uitte, in dezen onze
naburen te volgen en «en algemeenen
Nederlaudschen Katholiekendag te
houden.
Ook mij lokt dat denkbeeld toe,
Noord en Zuid en Oost en West de
handen ineenslaande, eendrachtig
werkend aan de oplossing der talrijke
vragen, die nog open zijn en drin
gend oplossing eischen
Maar.
Wat in Duitschland kaD, is dat ook
hier mogelijk Ik ga mede met de
bezwaren,van verschillende zijden in
de Katholieke pers geopperd.
De theorie is mooi, de praktijk zou
echter anders leeren. Vergelijk de
Katholieke partij in Duitschland,
haar organisatie, haar arbeid en
hu pmiddelen eens met die in ons
land. Wat staan wij dan nog ver
achter! Waar is ons Katholiek
Centrum in de Tweede Kamer?
De Katholieke partij in Duitschland
heeft na '70 een crisis te doorstaan
gehad, die baar heeft gestaald, haar
heeft vereenigd en ten slo.te mach
tig gemaakt. Daar is uit verdruk
king groei, uit versmading glom
gesproten. Is dat bij ons ook zoo?
En nu de toestanden zoozeer ver
schillen moeten wij dan niet vreezen,
dat wij onze krachten overschatten,
met na te volgen, wat daar in 't
groot mogelijk is? Wie zaait tarwe
op heidegrond, of plant dennen in
de klei Maar als wij het grootsche
voorbeeld ooit zouden willen navol
gen, dan vsn nu af de handen aan
den ploeg geslagen en zorgen, dat
de toestanden en omstandigheden
ten onzent de verwachtingen van
succes rechtvaardige»
Wij zijn nog niet krachtig genoeg
georganiseerd. De vakvereenigin-
gen zoeken nog en zijn nog onvol
maakt. Velen ervan verkeeren nog
in een stadium van wordiDg. Nood
zakelijker dan een algemeene heer
schouw is versterking van krachten.
Versterken en bevestigen van plaat
selijke en gewestelijke vereenigingen
vraagt nog al onze krachten.
En om dit met goed gevolg te
kunnen doen bestaat er een mach
tig middel in de diocesane
Katholiekendagen.
De practijk bewijst het.
Onder de omstandigheden waar
in wij nu leven zouden op een al
gemeenen Katholiekendag voor
stellen kunnen inkomen, die niet
voor het geheele land geschikt zijn
Men denken o. a. aan de organisa
tie der boerenarbeiders. De behan
deling, de aanneming of verwer
ping van dergelijke voorstellen
brengt de eendracht op «n het be
staan van een Katholiekendag in
gevaar. Nu zegge men niet, daar
voor zal het Comité van voorbe
reiding waken. Dit is noch almach
tig, noch alwetend en zou voor
onverwachte verrassingen kunnen
komen te staan. Want, al zou men
op een algemeenen Katholiekendag
de eigenaardige toestanden van ieder
diocees niet te breed mogen uit
meten, wie verzekert ons, dat zij
zich niet op den voorgrond zullen
dringen? Wordt de proef met een
algemeene Katholiekendag geno
men, dan moeten wij er van ver
zekerd zijn, dat hij siagen zal. On
ze krachten zijn ©p dit oogenblik
nog niet genoeg geoefend. Dit kan
en moet echter geschieden op de Di
ocesane Katholiekendagen.
Daar kunnen we tevens onder
vinding opdoen, die later te pas
komt.
En dan nog: laat ons niet te veel
hooi op de vork nemen. De Ka
tholieke Actie in ade plaatsan van
ons land eischt zoo veel van onze
krachten, dat die eerst nog wel wat
getraind mogen worden, eer wij
ons aan een algemeenenKatholieken-
dag wagen. Ons volk is er nog niet
genoeg rijp voor. Het neemt nog
niet genoeg deel aan de Katholieke
actie. Wel gaan wij Goddank voor
uit en de ten vorige jare tot stand
gekomen federatie der vijf dio
cesane bonden, zal, alhoewel nu
nog jong, een machtige factor zijn
ter bereiking van het doel.
Hierdoor zijn wij gelukkig op een
goeden weg. Er komt meer ver
trouwen, meer waardeering, getuige
het grootsche succes van het Sociale
Congres het vorig jaar te 's Her
togenbosch gehouden. Want daar
juist hebben Noord en Zuid elkan
der leeren kennen, beminnen «n
waardeeren.
Wat wij kuDnen is al het moge
lijke doen, om plaatselijke, diocesane
en algemeene organisaties te ver
sterken, al onze krachten inspannen
om eenheid te brengen in aller
werkwat wij kunnen iswasr-
deering van en vertrouwen in
elkanders streven en werken aan-
kweeken, het besef onder het
Katholieke volk opwekken, dat
ieder moet medewerken, dat ieder
zijn plaats heeft in de rangen van
het Katholieke volk.
Wanneer onze organisaties krach
tig op den voorgrond zuilen treden,
wanneer eenheid, waardeering, ver
trouwen heerschen zullen onder
allen, wanneer ieder Katholiek zijn
plaats beseft in het groote Katho
lieke leger, dan eerst acht ik den
tijd gekomen, om met ernst het
tot stand komen van een algemeenen
Katholiekendag te beproeven. En
dan zal hij slagen ookMaar laat
ons niet te eenzijdig het groote
voorbeeld van Duitschland trachten
na tevolgen.
Ons volk is het Duitsche volk
niet. En uit het welslagen van
diocesaan-Katholiekendagen te be
sluiten tot het welslagen van een
algemeenen Ned. Katholiekendag
verraadt, dunkt mij, een weinig
optimisme in deze zaak. En schaadt
dit op zich zelve niet, het mag toch
niet voeren tot lichtvaardige proef
nemingen. De zaak is van te groot
belang om niet van alle zijden en
herhaaldelijk te worden bekeken.
En over één nacht ijs gaan zon in
dit geval onverantwoordelijk zijn.
Laat ons echter den moed niet
opgeven. Wij leven snel.
En wat wij nu nog in de verre
toekomst zien, wie weet, hoe zeer
het in betrekkelijk korten tijd na
deren kan. Laat ons in ieder ge
val de mogelijkheid van een alge
meenen Katholiekendag niet geheel
uit de toekomst verbannen. En
laat ons allen, vóór en tegenstanders
er toe medewerken, de voorwaar
den te helpen vervullen, die zijn
totstandkoming eischt.
Ik eindig, maar met een wensch
en een bede
Moge de tweede Diocesane Ka
tholiekendag, te houden op 20
Mei a. s. te Haarlem, naar wensch
slagen en hieruit geboren worden
dat de Katholieke pers, het beste
strijdmiddel onzer dagen, in een m -
nimum tijds ket toppunt van blo».
bereiken moge tot heil van het
Katholieke Volk in Nederland
Gr.
FRANKRIJK.
Slechts zelden bereiken ons uit he-t
ongelukkige Frankrijk berichten,
die het Katholieke hart verblijden en
weldadig aandoen.
De berichten uit Frankrijk dra
gen. helaasover het algemeen een.
anti-clericaal karakter.
Met genoegen ontleenen we even
wel thans aan de Fransehe bladen
van heden het een en ander over de
Jeanne d'Ar-feesten te Orleans.
Deze feesten zijn dit jaar weder
om met grooten luister gevoerd.
Daar de vrijmetselaarsvereeniging
„Etienne Dolet" van deelneming
aan de plechtigheid was uitgesloten,
kon ook de geestelijkheid met den
bisschop der stad en den aartsbis
schop van Parijs aan het hoofd van
den historischen tocht weer deel uit
maken.
De burgerlijke en militaire auto
riteiten woonden de kerkelijke plech
tigheden bij niet „en corps", doch
als particuliere personen.
De eerw. heer Coubé de bekende'
welsprekende Jezuïet hield een
schitterende rede, waarin elke toe
speling op den hnidigen kerke lijk-
politieken toestand zorgvuldig wérd
vermeden. De eerw. redenaar werd
door den bisschop benoemd tot ka
nunnik.
Zulke berichten uit Frankrijk te
vernemen doet goed en levert, te
midden van zoovele beroeringen, die
het Katholiek hart doen bloeden een
lx:wijs. dat in Frankrijk de Katho
lieke geest nog in verre niet is uit
gedoofd.
ENGELAND.
Marocco, sedert jaren reeds do
twistappel tusschen Frankrijk,
Duitschland en Spanje, heeft nu
ook Engeland diep gegriefd en John
Buil op felle wijze tegen zich in het
harnas gejaagd.
Hoe zoo zullen onze lezers vra
gen.
Ziehier de geschiedenis.
Wij hebben indertijd medegedeeld,
dat de Britsche regeering door haar
consuls in Marokko aan haar onder
danen heeft doen mededeelen, dat zij
voortaan geen losgeld meer betalen
zal voor Engelschen, die in de han
den van roovers vallen.
De Britten in Marokko zijn over
dit besluit weinig gesticht en heb
ben tot den gezant te Tanger do
vraag gericht,.of de Britsche regee
ring wenscht, dat zij het land zul
len verlaten en hun zaken in Ma
rokko aan kant zullen doen en zoo
ja welke maatregelen zij dan zullen
aanraden aan de Britsche handels-
eeUILLETON.
Boeiende roman, uit het Engelseh.
46)
Op eene plaats in 't pad stond wa
ter. zoodat men genoodzaakt was
een versch omgespit bed te betre
den. wilde men niet in 't water stap
pen. Hier zag de heer Bisset diepe
indrukken van een kleinen dames-
voet. Ze waren tamelijk ver van
elkaar verwijderd, waaruit hij be
sloot, dat hier met groote schreden
Qieer gesprongen dan gegaan was.
De indrukken der voeten waren
slechts ©en paar dagen oud, dit zag
lyj duidelijk.
7,Laat ik dit spoor volgen," dacht
bisset.
Hij ging 't park in en bevond wel
dra. dat de persoon met den kleinen
Voet dwars over 't grasperk geloopen
^as. Wie kon dat gedaan hebben
Aiemand anders dan de,persoon, die
in Chetwynd-Park spookte, ze was
uuidelijk in die [richting ontvlucht.
Dij ging terug naar 't slot, liet een
Paard, zadelen en reed toen in de
Dchting der voetstappen door 't
Park.
.Na een uur gereden te hebben zag
Uj 111 de verte een dorp liggen, waar
't spoor voorbijkwam. Nog een kor
ten rit en hij stond voor 't kleine
station. Hij sprong van 't paard,
dat hij vastbond en ging naar den
chef van 't station.
„Waarheen. mijnheer?" vroeg
deze,
„Eigenlijk nergens," hernam Bis
set vriendelijk „Ik wilde de vrij
heid nemen u iets te vragen. Giste
renmorgen is een dame met den snel
trein alleen naar Londen gereisd, ik
ben een beetje ongerust over haar;
om u de waarheid" te. zeggen, is ze
in 't geheim weggeloopen. Vertrok
zij van hier Het was een jonge
schoon© dame van ongeveer achttien
jaar, met groote, mooie oogen."
De chef dacht een oogenblik na en
antwoordde
„Gisteren was zulk ©en jonge
dame hier; ze was de ©enige, die
aan dit station instapte. Haar ge
zicht kon ik niet zien, want 't was
achter een sluier verborgenze
droeg een grijzen reismantel. Ze
scheen erg vermoeid en reisde in
een damescoupé eerste klasse naar
Londen. Is zij ontvlucht, mijn
heer?"
„Zoo iets van dien aard,'' zei Bis
set. „Ik dank u vriendelijk."
Hij besteeg zijn paard en reed naar
Chetwynd-Park terug.
„Mijn zaken vlotten beter dan
ik meende," dacht hij. „Voor 't eten
ben ik weer terugmijn uitstapje is
niet vruchteloos geweest. Het
„spook" ging dus naar Londen in een
coupé eerste klasse. Blijkbaar dus
•eene fijne dame. In een damescoupé
dus ook zeer bescheiden. Het
„spook" heeft dus zijn schuilhoek
in Londen en waant zich nu daar
volkomen veilig. Het moet echter
ook in Chetwynd-Park goed bekend
zijn om zoo maar overal tot zelfs
in de kamers van den markies te
verschijnen."
Omstreeks vier uur kwam hij weer
te Chetwynd-Park. Toen hij vau 't
paard gestegen was en een knecht de
teugels toegeworpen had, ging hij
door de breede beukenlaan naar 't
slot. Aan 't einde gekomen, bemerk
te hij miss Monk, die volgens hare
dagelijksche gewoonte over 't mar
meren terras wandelde. Bisset be
greep dadelijk, wie zij washij week
terug in de schaduw van ©en boom
en bleef staan om baar gade te slaan.
XL'.
EEN VERHOOR.
Niet vermoedend, dat de scherp
ziende oogen van den detective op
haar rustten, ging miss Monk voort
met wandelen. Ze wist, dat Bernice
leefde en kon niet vatten, waarom
ze zich niet kenbaar maakte aan
haar manze dacht ..dat Bernio© een
gepasten tijd afwachtte om den da
der te ontmaskeren. Maar waarom
hield zij haar leven verborgen?
„Ik begrijp 't niet," lispelde Syl
via, „daar zit een geheim achter.
Gilbert beheerscht Bernioe en werkt
mfj tegen; maar wat is zijn doel?"
Nadat de detective de dame goed
had nagegaan, kwam hij achter den
boom te voorschijn. Langzaam wan
delde hij naar 't terras, in de eene
hand 't fijne wandelstokje zwaaiend,
terwijl de andere de puntjes van
zijn kleinen knevel krulde. Hij had
weder de houding en manieren aan
genomen van een zeer ingebeeld per
soon.
Toen miss Monk hem gewaar
werd, vermoedde zij dadelijk wie
hij was en om hare lippen speelde
een verachtelijk lachje.
„Dat zou een detective zijn," dacht
ze in zichzelf, „hij is een mode
pop een kind kan hem te slim af
zijn."
De heer Bisset ging op haar toe
en bleef met ©ene buiging staan.
„Ik geloof, dat ik 't genoegen en
de ©er heb miss Monk te spreken
zei hij op beleefden en zeer ^maak
ten toon.
Miss Slonk zag hem met trotsche
blikken aan.
„Ik ben miss Monk," zcide ze koel.
„Ik weet echter niet, wie gij zijt."
De heer Bisset liet zicli door 't
minder beleefd antwoord niet af
schrikken en antwoordde.
„Ik ben Bisset, de gast van lord
Chetwynd. miss Monk."
„De defective," zei miss Slonk.
„Niemand zou u daar voor houden,
mijnheer Bisset," voegde ze een wei
nig vriendelijker er bij. „Gij ziet er
uit gelijk ©en gentleman."
„Die ben ik ook door geboorte en
opvoeding, maar rijkdom gaat niet
altijd- gepaard aan ©ene goede af
komst! Ik moest voor mijn onder
houd zorgen en koos dit beroep uit
liefde, want 't nasporen van men-
schelijke daden en karakters heeft
voor mij eene zekere aantrekkelijk
heid. Ik vind mij gelukkig in mijn
staat."
„Toch zal u niet alles gelukken."
zei Sylvia vriendelijk, ofschoon de
agent haar zeer verwaand scheen.
„Ik geloof, mijnheer Bisset, dat gij
nog nooit een geval gehad hebt ge
lijk dit Tot eergisterenavond be
schouwden wij lord Chetwynd als
't slachtoffer van gezichtsbegooche
ling. Doch nu weten we, dat er een
vrouw in 't spel is; dit bewijst 't
stukje kant,"
„Zeker," zei de heer Bisset.
„Maar dat .alles is zoo geheimnis-
vol." zuchtte miss Monk, ,,en 't is
akelig te midden van zulk eeu ge
heim te moeten leven. Ontraadsel
ons die zaak, mijnheer Bisset, en ik
zal u een© dubbel zoo groote beloo
ning geven, als lord Chetwynd.
Bisset boog en drukte zijnen dank
uit.
„Ik sta tot lord Chetwynd m
eene bijzondere verhouding, begon
miss Monk schijnbaar openhartig.
„Daar gij 't toch van anderen ver
nemen zult, kan ik u wel zeggen,
dat de lord mijne verloofde is. En
daarom ergert mij die verschijning
des te meer, omdat di© met de over
leden lady -eeïfe wonderbare gelijke
nis heeft."
„Kunt gij u niet denken, wie of
die vrouwspersoon zijn kan
„Ik denk, dat 't ©en der dienst
meisjes is, welke zich vermomt.
Lord Chetwynd was bijzonder ver
wonderd over de oogen; z© waren
groot en bruin. Groote bruine oogen
zijn echter niets buitengewoons. Ik
houd 't er voor. dat ©en© vrouws
persoon, door hare opvallende gelij
kenis met Chetwynd's eerste gema
lin. zijn tweed© hoopt te worden
ze begint met zijne opmerkzaamheid
op haar te vestigen. In elk geval
heeft ze zich opzettelijk bij
haar mouw laten vatten. De men-
schen hebben soms zonderlinge plan
nen. En Chetwynd-Park is een heer
lijke prijs om er voor te strijden."
Bij deze woorden dwaalden hare
blikken over 't prachtige slot en 't
park, dat voor haar lag.
„Inderdaad ©en kostbare prijs."
herhaalde Bisset, maar zijn oog rust
te op miss Monk; liij sch©-a haar
gelaat te bestudeeren, doch ze be-j
merkte er niets van.
Wordt vervol cd.)
HIK HMflLEMSCHE COURHT
1000
60
15