TWEEDE BLAD
ZATERDAG 30 MEI 1908
BRIEVEN
UIT KENNEMERLAND
zelf afgebroken door den tweeden
kassier, die de trap kwam afloopen
en haar toeriepvlug, mevrouw Pfeil-
schmidt, vlug. Uwe moeder wenscht
u nog te spreken, er is een bode bo
ven. Haast u, als u haar nog levend
wilt zien 1
Met den uitroep: o, mijn hemel!
vloog zij de trap op en door de lo
kalen der bank naar de straat.
Nadat de tweede kassier nog in het
tweede gewelf had geroepen
Laat het maar, Denison! Zoek
maar niet langer naar de cassette, de
dame is weg, ging hij in een langzaam
tempo de trap weer op.
Boven in de kantoren ging het werk
weer zijn geregelden gang. Om vier
uur wierp de eerste kassier zijn pa
pieren met een zucht van verlichting
weg. Daarop keek hij rond. Waar is
Denison? Hij heeft het sorteeren der
orderbriefjes niet klaar gekregen.
Niemand scheen het te weten. Tracy,
de tweede kassier merkte op, dat hij
misschien ten gevolge van zijn hart
kwaal onpasselijk was geworden, zoo
als in den laatsten tijd vaker gebeurde,
en dat hij naar huis was gegaan.
Gek, dat hij geen van ons er
iets van gezegd heeft, zei Dillingham,
de eerste kassier. Ik haal-nu de sleu
tels, we brengen het geld in het gewelf
en gaan heen. Hij en Tracy droegen
de langwerpige, lompe geldkist de trap