DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. n Uit de Statenzaal. BUITENLAND. BINNENLAND. Ue Dochter van den Millionair. ntiën re ls)i SCieider&iuisvest 2I-3I-33, Haarlem 3 rat ere. Telefoonnummer 1426. Onze Verzekering. Donderdag 23 juli 1908. 33sta Jaargang No. 6942. Bureaux van Redactie en Administratie: F£UïlltfcTON. BIK HUtRLEHSCflE COURMIT ABONNEMENTSPRIJS: Par 8 maanden voor Haarlem 1.85 voor de plaatsen, waar een agent is geveBtigd (kom der gemeente) „1.85 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post 1,81. Afzonderlijke nummers0.06 PRUS DER ADVERTENTIÈN: Van 1—6 regelsf0.60 (contant)f 0.58 Elke regel meer0.10 Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie d contant. 1000 Alle betalende abonnés op dit blad zijn, volgens de bepalingen en onder de beperkingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor bedragen van: GULDEN bij levenslange onge schiktheid tot werken. 400 GULDEN bij overlijden 300 GULDEN bij verlies van éen hand of voet. 151 GULDEN bij verlies van éen oog. 100 GULDEN bij verlies van éen duim. 60 GULDEN bij verlies van éen wijsvinger. De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11. 15 GULDEN bij verlies van éen anderen vinger. Wij maken er .onze abonnés fhet nadruk op opmerkzaam, dat ingeval van ongelukken, waaruit krachtens onze gratis-verzekering recht voortvloeit op een grootere °f kleine uitkeering, alle bijzon derheden omtrent hetongeluk "innen zeven dagen nadat het Rebeurd is, aan de Directie der Nieuwe Haarlemsche Courant schriftelij k moeten worden mee gedeeld Ingeval van ongelukken met doodelijken afloop moet oumiddel- Sjfc aan de Directie der Nieuwe Haarlemsche Courant kennis *orden gegeven. DE DIRECTEUR. G== ^lezing van de Raadsvergadering. De toestand van onze befaamde Valwaterbron dat was wel het iHèce de resistance van de Vergadering, door den Raad gister middag gehouden. Eu het is o. i. gebleken uit de ^iscussiëndie Staalwaterbron is doodgeboren kindjeaan de Vvensvatbaarkeid van een exploi- Vtie gelooft zoo goed als niemand Veer: en nu moge de keer Snel tj es zeggen, dat er toch nogal omzet J van staal waterhet gelach in den Raad uitbarstte toen de Vads-nestor daar zoo optimistisch fjv®r sprak, is het beste bewijs ervan jVt men in de toekomst van „de •"on" als geneeskundige badplaats §9en vertrouwen meer heeft. Het rapport der commissie heeft p&rtoe bijgedragende burgemees- ör zeide terecht, dat dit rapport ge sn lumineuze toekomst opende, Vaar dat het de verdienste had van Jaar en oprecht te zijn! En toen heer Thijssen in een puntig en Vherp speech je nog een boekje indeed over de hypotheken die in volle zwaarte de Maat- Schappij tot exploitatie van Staal- Jaterbronnen drukken, toen moest jvt toch wel voor iedereen duide- Hlk zijn, dat de Staalwaterbron ^eU mislukking is. En niet anders. Die f2260 verkapte subsidie, dat ^deautje van ruim twee mille, dat J6 heer Rinkema voorstelde aan Maatschappij van gemeentewege te geven, zou dan ook en dat is o.i. de groote beteekenis van het debat van gisteren als een drup pel in den brouwketel geweest zijn. Nu ja't tekort zou met dat bedrag zijn verminderd, maar de Maat schappij zou er niet bovenop ge holpen wezen; de lijdensgeschiede nis zou voortduren en wat het einde zou zijnwe durven het niet voorspellen. De heer Snel tj es zeide: als ge helpt, helpt dan goed. Dat zeide hij zeer terecht. Maar wij vreezen dat goed-helpen de krachten van de gemeente (e boven zou gaan: men zal toch niet wenschen, dat de ge meente de groote lasten, die de Staal water bron drukken, alle over neemt Zóó zal dan als ten minste de heer Rinkema c.s. gisteren niet al te pessimistisch was de Maat schappij tot exploitatie van Staal- waterbroDnen moeten liquideeren. Althans, dat liet de heer Rinke ma, die het weten kan, doorsche meren. Wij meener, dat dit, in het tegen woordige stadium der zaak, dan ook maar ie beste oplossing is. Dan kan er noodzakelijke schei- ding gemaakt worden tusschen de geneeskrachtige bron, dio niet met succes te exploiteeren schijnt, en het mooie park en concertgebouw, dat nu mede-lijdt onder de lasten van het geheel. Want aan een bloei van de on derneming, die nn als „Het Bron gebouw" wordt betiteld, staat de staal water-historie ongetwijfeld in den weg. En dat kan ook veranderd wor den: het „gebouw voor publieke vermakelijkheden ",het Brongebouw- zelf met zijn park en omgeving, is bij goede exploitatie ongetwijfeld in stand te houden. Maar dan moet het Brongebouw ook geheel zijn gescheiden van alle Staal water - exploitatie, die voortreffelijk water kan hebben, maar.geen afnemers. Wat het Brongebouw dan later worden zou, blijft een open vraag. Die zou later te beantwoorden zjjn de heer Rinkema opende een voor uitzicht van gemeentelijke exploi tatie, en we zouden ons daarmede beter kunnen vereenigen dan met het denkbeeld, dat door den Voor zitter terloops werd geopperd, om het Staalbad gemeentelijk te exploi teeren. Dat zou dan op de wijze van de Duitsche badplaatsen, Neuenahr b.v., moeten zijn. Reeds nu zouden we ernstig tegen zulke plannen willen waarschuwen we hopen dat het er nooit toe zal komen, dat Haarlem z'n gemeente lijke kapitalen gaat steken in een onderneming, die zóó twijfelachtig en onzeker is als de exploitatie van een badplaats! Evenwel: dat is toekomstmuziek en op het oogenblik van geen prac- tisclie waarde. Het blijft nu af wachten, wat commissarissen van de Staalwaterbron i uilen voorstellen: weeklagen erover dat het water niet gedronken wordt, en ach en wee roepen over onze Hollandsche on verschilligheid voor Hollandsche ondernemingen, dat maakt de zaak niet beter, al is de klacht ge rechtvaardigd. De Staalwaterbron is een fiasco gebleken, ziedaar de conclusie. En men redde nu van de on derneming datgene, wat nog goed te redden is! Onder de ingekomen stukken was een briefje van een ontevreden in gezetene, die in heftige bewoordin gen te keer gaat over al dat feest vieren in onze gemeente, terwijl er nog zooveel ellende heerscht. Jammer maar, dat deze man die een zeer duchtig lesje in eco nomie verdiend had z'n naam er niet bij genoemd heeft: 't ongetee- kende schrijven ging nu de prulle- mand in, en er werd niets over gezegd. 't Beste ware geweest, dat óók maar zóó was gehandeld over het voorstel van B. en W. in zake de H. B. S. met drie-jarigen cursus. Want of 't op een andere plaats wel mogelijk zou wezen, dat een Commissie van toezicht op het M. O. een raadsbesluit zoo vierkant in den wind slaat als hier is ge beurd, wagen we te betwijfelen. De zaak is intusschen nu geschikt en gesust, er viel wel niet anders aan te doen. En nu dit maar geidt voor den cursus die staat te beginnen, en daarna het raadsbe sluit van 1904 zal worden geëer biedigd tenzij er andere besluiten worden genomen nu vinden we geen reden tot napleiten. TURKIJE. De Jong-Turksche beweging. De menschien, die er zicht op kun nen hebben, houden vol dat de Jong- Turksche beweging, hoewel ernstig, toch geen gevaar oplevert voor den Turksohen troon. En, het groote argument daarvoor is: de Jong-Turken hebben geen lei- dar. Wel is majoor Miazi in een deel van Macedonië de aanvoerder, maar een politieke leider van het geheel, is er niet. En ook zijn de Jo'ng-Turken in het leger in de minderheid: al zijn de officieren, vooral de jongeren, meest van de revolutionaire richting, de Turksche soldaat zelf beeft een die pe vereering voor den Khalief-Sul- tan en zijn gehechtheid aan den Meester is groot. Dus zijn er in het leger heel wat ontevredenen, vooral door het hatelijk spionnageestelsel, maar het gevaar voor een algemeen militair oproer schijnt buitengeslo ten. Daarbij komt dat de Ports wel spoedig sommige ontevreden elemen ten voor een tijd hun zin zal geven (den ontevreden officieren b.v. door tijdelijke opheffing van het spionna- ge-stelsel), om al haar krachten te kunnen samentrekken op bestrijding van het jong-Turksche gevaar. En de Sultan is al bezig om op de genoemde wijze de ontevredenheid te bezweren, want we lezen, daf hij plotseling alle suba, 1 terne-officieren in het eerste en tweede legerkorps, die trouw bleven, in rang heeft ver hoogd. Zelfs in Turksche kringen vraagt men zich af, vanwaar het geld moet komen voor die bevordering, want de meerdere uitgaven, die dit besluit medebrengt worden op minstens een kwart millioen Turksche ponden ge schat Doch.-.- Abdul Ha mid's particu liere kas is rijk genoeg! Voorloopig zal dus, naar de hoven- aangeduide meening, dit gevaar nu wel weer bezworen worden, om na verloop van tijd opnieuw het hoofd op te steken. Zoolang het echter bij tijdelijke hervormingsmaatregelen blijft en zoolang 'er met kunst- en vliegmidde- len wordt gewerkt, zal het in Turkije blijven gisten tot er mogelijk, na verloop van jaren, eindelijk een groo te olgemeene uitbarsting komt, waarbij een blijvende algemeen© her vorming van het huidige regeerstel- sel zal worden afgedwongen. Voor zulk een actie schijnen de tijden echter op 't oogenblik nog niet rijp-, VENEZUELA. De Nederlandsche gezant uitgewezen. Castro heeft nu de laatste en hoogite brutaliteit gehad die hij tegenover ons land bedrijven kon: hij heeft den Nederlandschen gezant, de heer J. H. de Reus, uitgewezen en hem zijn pas poort thuis gestuurd. Als er wat geregelder toestanden heerschten in de nu door een dictator als deze Castro uitgezogen republiek, zou dat een oorlogsdaad zijn. Maar nu is het een groote beleediging, die de rij van andere beleedigingen volgt, welke deze beruchte schavuit ons vaderland al heeft aangedaan. Onder Binnenland" spreken we nader over de gevolgen, welke dit optreden voor ons land hebben zal enheb ben moet. Bier ter plaatse zij volstaan met den bloote vermelding, van deze ge beurtenis, die eigenlijk na alles wat Castro ondernomen heeft tegen de Vereenigde Staten, tegen Frankrijk en Engeland en Duitschland, geen won der mag heeten! SKANDINAVIË. De President der Fransche Republiek op reis. Het bezoek aan Kopenhagen isjin alle kalmte, precies naar den vorm, afgeleopen en Fallières is gisteren middag naar Stockholm vertrokken om Noorwegen aan de beurt te nemen. Naar aanleiding van het bezoek heeft de Deensche minister-president Christensen een correspondent ge machtigd, het volgende te publiceeren: „Denemarken heeft met Frankrijk betrekkingen, waarvan de grondslag een historische vriendschap is. Het bezoek van den president en de op recht hartelijke ontvangst, hem door de bevolking van Kopenhagen bereid, bevestigen deze vriendschap. Ik hoop, dat de president uit Denemarken ver trekkende, de overtuiging zal mee dragen, dat we allen de vele banden, die ons vereenigen, nog hechter willen aaneen doen sluiten. Het is de een stemmige wensch van mijne lands lieden, tusschen het groote Frankrijk en het kleine Denemarken een hechte vriendschap te doen heerschen. Daarom heeft ons volk den president met le vendige voldoening ontvangen." 50ste verjaardag der Koningin- Moeder. Het comité saamgesteld uit Oranje gezinde vereenigingen, te 's-Gravenhage welke het plan gevormd hadden eene huldebetoogiDg te doen plaats hebben, ter gelegenheid van den 50en verjaar dag van H.M. de Koningin-Moeder, heeft op eerbiedig verlangen van H.M. de Koningin-Moeder, besloten, geen verder gevolg daaraan te geven, en alleen zich te bepalen tot het zenden van een hulde-adres. "Van het Loo. Behalve de auto, thans in bezit van Z. K. H. Prins Hendrik, zal de Konin klijke familie zich blijkbaar metter tijd nog drie van deze moderne vehikels aanschaffen. Althans aan de heeren Gebr. Ooyman te Leeuwarden, aanne mers van de Koninklijke stallen, is den bouw opgedragen van een garage voor vier auto's op een terrein nabij de Koninklijke stallen. Een bezoek aan H M. Koningin- Moeder. Z. K. H. Prins Hendrik en zijne tante Prinses Thekla van Schwarzburg Rudolstadt brachten gisteren per automobiel een bezoek aan H. M. de Koningin-Moeder ten Paleize te Soest- dijk. Dr. Kuyper. De schrijver der „Haagsche Kiekjes" in het „N. v. h. N." weet te vertellen, dat dr. Kuyper zich met zijn partij- genooten in het Kabinet „verzoend" heeft, welke „verzoening* den volke reeds werd verkondigd door de volgens hem opzienbarende wijze, waarop [dr. Kuyper door de ministers Heemskerk Talma en Idenburg aan het station werd uitgeleide gedaan, toen hij naar het buitenland vertrok. Naar schr. van betrouwbare zijde vernam, heeft de heer Idenburg tot dit vredesherstel niet weinig bijgedra gen. Tusschen de beide partijen was hij de „trait d'union". Vóór het ver trek is er een intiem diner ten huize van dr. Kuyper geweest. Naar ook van welingelichte zijde verluidt zal 31 Augustus, bij gelegenheid das van den jaarlijkschen lintjesregen, dr. Kuyper tot minister van Staat benoemd worden." Een Pauselijke onderscheiding. Z. H. de Paus schonk het kruis „Pro Ecclesia et Pontifice" aan mej. Jenny Van der Kun, te Maastricht, gedurende bijna 25-jaren vice-preci- dente der „Vereeniging tot versiering der arme kerken". De man met de roode pet. De manufacturiers-vereeniging „Eensgezindheid" te Krommenie en Omstreken, heeft dezer dagen een vaste dode aangesteld voor het innen van gelden dij onwillige betalers. Hij is kenbaar aan een pet met roode band, waarop gedrukt is: „Voor on willige betalers." Malaise. Uit de Haagsche Correspondentie der N. Gr. Ct. „Arm Scheveningen, waar de zaken toch al zoo slecht marcheeren. De berichten van de badplaats luiden steeds ongunstiger; het is nu half Juli en de groote hotels zijn nog altijd dun bezet. En in het dorp zelf zijn slechts enkele kamers verhuurd. Alles gevolg van de slschte tijden, die maar niet willen eindigen. Er is ook in onze stad een geweldige malaise op elk gebied, maar vooral en bij voortduring in de bouwvakken, waar de werkloos heid voor dezen tijd van het jaar bijzonder groot is. In de richting van het veel geprezen „Duinoord" wordt nog eenigszins gebouwd, maar in andere stadsgedeelten staat de bouwery totaal stil. Daarbij komt dan nog dat de huurprijzen in de laatste jaren zeer gedrukt zijn en het aantal leegstaande woningen legio is. De gevolgen blijven niet uit, noch voor de arbeiders, noch voor de patroons, van wie verschil lende een donkere toekomst tegemoet gaan. Er staan men kan er zeker van zijn tegen het einde van het jaar wee.' een reeks faillissementen voor de deur." (Naar het Fransch) 37) j „Ja," herhaald© een der edellie- zijne vraag, „weet niemand, wat sedert acht dagen van den burg graf de la Rocbeferney geworden Is v.Van hem?" riep de hertog de yóalmont uit; „maar weet u dan jhet, dat hij zich te Clichy heeft Hteu opsluiten, voor ©ene ellendig© V>ia van vijftig duizend franken „Ah!" hernam degene, die het J^st gesproken had, „het is scihan- ydijk, zoodanig door woekeraars in nauw gebracht te worden: had T het geld beschikbaar, dan zond het den burggraaf nog dezemj kvond." „Het zou beter zijn het aan zijne ëhuldeischers te zenden," zeide een 1 opstandig jonkman. „Het zon van belang zijn, heeren, Jr. "Weten, welken jood de burggraaf jjlhe gevangenschap te danken Jeeft," merkte een sportman aan, lft zelf diep in schulden stak. •>W"eet u, wat men vertelt vroeg de hertog. „Het praatje gaat, dat het geen jood, maar een schoon© dame is." „Kom! kom!" riepen verscheidene gasten ongeloovig. Nu wordt het interessant, zeide gravin de Tully. „En hoe heet die schoon© „Dat is niet bekend," antwoord de de hertog. „Hoe nu zeide de buurman der gravin, „di© snaak van eien Leopold leent vijftig duizend franken en laat zich, bij gebrek aan betaling op sluiten „Neen, heeren," hernam d© her tog; „die snaak van een Leopold leeent geen geld van vrouwen en weet, vooral tegenover haar, zij;n verplichtingen na, te komen wanneer hij ©r jegens haar heeft. Men hoeft mij verzekerd, dat d© wissel, door den schuldenaar1 geteehend, doch niet voldaan, opgekocht is door een© zeer bekoorlijke dame, die het land aan den burggraaf had en hem te Clichy heeft laten opsluiten. In den tegen- woordigen tijd staat een wissel ge lijk met een hevel tot aanhouding." „Ah! die is goed," zeide de gra vin. .[Waarschijnlijk had deze vrouw zich over 'den burggraaf te bekla gen „Maar," riep eien der gastein uit, gehoor gevend© aan d© inspraak: van zijn goed hart, het zou, dunkt me, niet kwaad zijh, wanneer wij zijn© gevangenisstraf wat bekortten!" „Hebt n vijftig duizend franken' bij u, mijn waarde?" vroeg de her tog. „W© zouden dan om mijnbeer de la, Rocheferny kunnen zenden, om dezen avond met ons een glas wijn in dei Pré-Catelan te komen drinken." „Neen, mijnheer," antwoordde de goedhartige' edelman, „doch het komt mij voor, dat wij, bijvoorbeeld morgen in .de club dat geld wel bij elkander konden brengen, zonder ons zelve al te zeer te plunderen." Tot nn toe had Rosalind© geen woord in het midden gebracht, doch slechts aandachtig toegeluisterd, zon der het te doen blijken. Toen er ech ter sprak© van was den gevangene t© bevrijden, maakte zij ©en onmerk baar gebaar van ongeduld en be schouwd© den jeugdigen ©delman; di© zoo©'ven zulk 'een wel nemend voorstel gedaan had, met ©ene zon derling© uitdrukking in baar blik. „Welwelriepen eenige jonge lieden uit„©en inteebenlijst ten behoeve van den burggraaf! Dat zou origineel zijn!" „Wat mij betreft," zeide de her tog, terwijl hij zijn g-las ledigde, „ik kan op het oogenblik over geen duizend franken beschikken." „Noch ik, noch ik," herhaalden! verschillend© stemmen. „Dat is jammer!" zeide Rosalind© kalm, .werkelijk jammerHet denk beeld was toch zoo ©del Ik stel voor onzen menschenvriend hulde te brengen, wijl hij zijn leven wijden wil aan het ondersteunen van burg graven, di© in geldverlegenheid zit ten." „Ja, ja! hulde' aan dien menschen vriend!" riep het koor. „En ik," hernam de menschen vriend, ©enigszins geraakt, „weiger deze hulde te aanvaarden ©n ver zoek u zelfs tei gelooven, dat mijn voorstel volstrekt niet misplaatst was.... het is meer gezien, dat vrien den zich onder elkander verstonden, ten ©inde een vriend uit d© gevange nis te bevrijden." „Is zoo' iets meer gezien? Waar dan In welk land hebt u dat bijge woond, mijn waaide vroegen ver schillend© gasten. „Stellig is dat meer voorgeko men," herhaalde- de annder, verle gen. „Maar waar? Waar dan?".... „Ik heb laatst nog in een krant gelezen...." Allen barstten in een luid lachen uit. „O, die kranten!" „Mijnheer houdt van sprookjes!" „Welk ©en ©del jongeling!" zei de hertog, „ik gaf er wat voor, wan neer ik zoo goedhartig kon zijnT „Mjet u allen zijt gij niets waard riep d© schoon© gravin uit. „O! mevrouw! O! gravin!" „Neen," hernam zij, „gij hiebt pre cies zooveel medelijden als ©en steen, het is schande!" „Maak u niet boos, lieve vrien din zeide Rosalinde. „Men zou bij na zeggen, dat wij hier in ernst spreken. Zie, ik heb eveneens mede gedaan aan de grap. Wees nu ook boos op mij." „Ik moest het eigenlijk wel zijn, beste Rosalinde," antwoordde Je gravin, „maar ik houd te veel van u! G© zijt zoo goed! zoo gevoelig van aard!" „Ja, ja!" riep eensklaps de Duit sche vorst, die tot nog toe niets gezegd, doch in gezelschap van ba rones Plock vijf of zes porties ijs naar binnen gewerkt had. „Hoezoo, ja, ja?" zeide de gravin. „Ik wilde zeggen, mevrouw," gaf vorst Ludolph ten antwoord, „dat ik van ganseher harte instem, met hetgeen u van juffrouw De Ville- fort's goedheid en teergevoeligheid gezegd hebt." „Wat zou hij een uitstekend echt genoot voor u zijn, lieve!" zeide me vrouw De Tully zacht tot Rosalinde. „Niet waar?" antwoordde deze- „Welnu, ik wil hem niet. Zij, die vóór 'het huwelijk doorgaan voor uit muntende toekomstige echtgenooten, zijn juist dezulken, die later hunne vrouw boven een klein vuur zouden roosteren of op een buitengoed in een toren opsluiten." „Wat een idéé!" „Ik houd er dienaangaande mijn© eigen inzichten op na." „Ik zóu wel eens willen weten. wat die dames tot elkander te ver tellen hebben," zeide de vorsttot zijn buurman. „Bent u daar werkelijk op ge steld?" vroeg deze, „Ja, ik zou het gaarne vernemen" „Welnu, zij zeggen, dat het zeer vriendelijk van u zijn zou, wanneer u de punch deed komen, daar het koel begint te worden." De vorst sprong van den bank op en riep zijn secretaris Deze brave man zat echter ergens bier te drin ken, waar wist men niet. Een der bedienden van den vorst kwam Zijne Hoogheid mededeelen, dat hij onmo gelijk te vinden was. Deze ging nu zelf het verlangde bestellen. Toen hij terug kwam wilde het gesprek niet meer vlotten. De kalmte was voor de luidruchtigheid in ie plaats getreden; het was een heer lijk oogenblik om zich jaan mijmerin gen over te geven. Nog slechts enkele wandelaars kwamen nog voorbij het prieel. De menigte stroomde op dit oogenblik naar den Bloemenschouwbuxg, waar een nieuw; stuk opgevoerd werd. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 1