DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND.
SCmderihuisvest 2S«5§I«@3s Maariem
Onze gratis-ongelukken
verzekering.
BUITENLAND.
BINNENLAND.
De Dochter van
den Millionair.
VRIJDAG 31 JULI 1908.
33ste jaargang No. 6949.
Bureaux van Redactie en Administratie:
Ontere. Telefoonnummer 1426.
Wij maken onze lezers met na
druk opmerkzaam, dat bij alle
Ongelukken, dus ook bij onge
lukken die te huis, op straat, op
iram of spoor of waar ook gebeu
ren, volgens de bepalingen der polis
recht op uitkeering bestaat.
Zij die nog niet in bet bezit van
eon polis zijn, gelieven deze spoedig
door inzending van een ingevuld
formulier aan te vragen.
DE DIRECTEUR.
Onderwijzers.
Verspreide Berichten.
FEUILLETON,
BWE MLEMSCHE COURAIT
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Haarlem fl.85
Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.25
Voor de overige plaateen in Nederland franco per post 1.8C
Afaonderlijke nummers 0.05
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 16 regelsf0.80 (oontant)f 0.60
Elke regel meer,0.10
Groote letters naar plaatsruimte.
Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie A contant.
1000
Alle betalende abonnés op dit blad zijn, volgens de bepalingen en onder de beperkingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor bedragen van:
GULDEN bij Hl»» «es» 4B P» im M ffth 0* 0% «ft GULDEN bij
levenslange onge- fjj jgggfj GULDEN bij
scbiktheid tot
werken.
400
overlijden
300
GULDEN bij
verlies van éen
hand of voet.
150
GULDEN bij
verlies van
éen oog.
100
GULDEN bij
verlies van
éen duim.
60
verlies van
éen
wijsvinger.
15
GULDEN bij
verlies van
éen anderen
vinger.
De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11.
Het Nederlands ch Onderwijzerg-
Gemootschap vergadert hier in deze
dagen.
Al merkt het publiek daar weinig
Tan behalve bij 'n officieel© out-
ontvangst als die van gisteren-
Avond toch zijn daar ook voor
de krantehmejnschen belangrijke din
gen aan te stippen, die buiten de
onderwijzerskringen aandacht ver
dienen.
En nu denken we hier allereerst
san de in vele opzichten belang
rijke openingsrede, door den voor
zitter van het Genootschap gisteren
gehouden.
In die réde sprak deze voorzitter
%on leste en natuurlijk ook ten
belangrijkste over den strijd die
het N- O. G. voert met den (roo-
den) Bond van Eed. Onderwijzers.
Men weet dat deze (socialistische)
Bond in den laatsten tijd de partij
van de z.g. „republikeinsche school",
de school, waarbij het Hoofd onder
geschikt zou zijn aan de beslissin
gen der onderwijzers, ten ernstigste
propageert. Indertijd is door een
hoofdartikel in dit blad, met be
trekking op toestanden in ons Bij-
Jronder .Onderwijs, uiteengezet hoe
verderfelijk wij dat stelsel der „re
publikeinsche school" voor het on
derwijs in het algemeen vinden.
Welnu, voor zoover iemand het
Inog niet wist is uit deze voorzitters-
speech gebleken, dat het Ned. Ond.
Gen. vierkant tegenover dien roo-
den Bond staat.
Den nadruk legde de heer Lancée
er op, dat de kwestie van „hoofd" of
„republikeinsche school" niet moest
iWezen een onderwijzerszaak,
inaar hoogstens ko;n zijn een onder-
W ij s zaak
En terecht zeide deze voorzitter:
„Wetenschappelijke vragen lost men
„niet op door oimoodig vertoon van
„hartstochtzij eischt een koel
„hoofd en kalm overleg".
Dat ten opzichte van dit laatste
door de heftige socialistisch-ge-
zinde onderwijzers niet weinig wordt
gezondigd, is voor ieder mensch!
duidelijk.
Doch waardeering en toejuiching
verdient het, dat deze vereeniging
van openbare onderwijzers het per
soonlijk© belang van den klassei-on-
derwijzer zoo nadrukkelijk onderge
schikt wii achten aan het .belang
van het kind.
Wij voor ons, die de openbar©
school voor onze jeugd principiëel
afkeuren en de bijzondere Katho
lieke school voor alle Roomsch-Ka-
tholieke kinderen tot regel, neen:
tot plicht! stellen, wij voor ons
hebben geen aanleiding om ons diep
in het geschil tusschen den Bond
van Ned. Onderwijzers en bet Ned.
Ond. Genootschap te mengen.
Doch wèl mag het met een gevoel
van ingenomenheid worden gecon
stateerd, dat er althans [nog velen
onder onze openbare onderwijzers
worden gevonden, die het onderwijs,
of beter: de zaak van het kind.
willen stellen boven eigen belang en
eigen voordeal
Dit is althans voor ons openhaar
onderwijs, waaraan zoovele kinderen
(helaas ook zooveel Katholieke!)
deelnemen, nog een verschijnsel, dat
voor de toekomst hoop geeft op
beter!
FRANKRIJK
Oproer.
In het stadje Villeneuve St. Geor
ges, nabij Parijs, zijn gisteren ernstige
botsingen tusschen werkstakers uit
Parijs, die daar aan 't betoogen waren,
•n de troepen voorgevallen.
Door de stakers werden barricades
opgeworpen, die later door de kuras-
siers en dragonders met den sabel in
de vuist, en de karabijn aan den
schouder, moesten genomen worden.
De stakers-zelf schoten ook dapper
meer dan -400 revolverschoten werden
gelost, en naar de verschillende Reuter-
telegrammen melden zijn generaal
Vervaire en vele officieren en man
schappen gewond. Ook de onder-pre
fect werd gewond. Zes dooden zijn
gevallen en 20 doodelijk gekwetsten.
De minister-president maakte giste
renavond kwart over elven de vol
gende nota openbaar:
Tengevolge van de gebeurtenissen
te Draveil heeft de minister-president
met spoed den procureur-generaal van
het Hof te Parijs opgeroepen en hem
uitgenoodigd zich naar Draveil en
Villeneuve te begeven, om daar onver
wijld een onderzoek in te stellen. Hij
zal vergezeld worden door den direc
teur van den algemeenen veiligheids
dienst. Een gerechtelijke instructie
wordt geopend tegen de bedrijvers
van den opstand tegen de openbare
macht.
Een aaneengeschakeld verhaal van
het gebeurde heeft ons op dit oogen-
blik nog niet bereikt.
De uitvoerige berichten zijn echter,
zooals men ziet, ernstig genoeg!
ENGELAND.
Hoogerhuis en Lagerhuis.
De stille veete tusschen Hooger- en
Lagerhuis is in Engeland weer eens
losgebarsten tot een openlijk conflict.
Het Hoogerhuis nl. behandelt thans
het wetsontwerp op de ouderdoms
pensioenen.
Natuurlijk was onder de lords de
oppositie tegen dit ontwerp groot.
Dat is nu minder, want dat waste
verwachten.
Maar ernstiger is, dat tot dusver als
een soort constitutionele regel gold,
dat het Hoogerhuis geen amendemen
ten kan aanbrengen in financieele
wetten. Over de uitgaven beslist uit
sluitend het Lagerhuis, de eigenlijke
Volksvertegenwoordiging, en wat de
financien betreft hebben dus de lords
niets in te brengen.
Drie eeuwen lang is het aldus ge
weest, nadat in Juli 1678 in het La
gerhuis de vermaarde verklaring werd
aangenomen, waarbij de aanwijzing
en verschaffing van de benoodigde
staatsgelden uitsluitend aan dit Huis
werden voorbehouden en uitdrukkelijk
werd vastgesteld, dat het Hoogerhuis
geen recht had wijzigingen aan te
brengen in de door het Lagerhuis
vastgestelde financieele wetten.
Nu echter hebben de lords dezen
regel omvergeworpen
Lord Lansdowne ontkende, dat het
Lagerhuis te dezen aanzien eenig voor
recht zou bezitten en door deze ver
klaring aangemoedigd stelde lord Cro
mer daarop voor, om de wet op de
ouderdomspensioenen slechts van
kracht te verklaren tot 1915, met dien
verstande echter, dat zij die op dat
tijdstip pensioen genoten, dit zouden
behouden.
Tevens echter besloot het Hooger
huis, op voorstel van lord St. Aldwyn,
om na het jaar 1910 ook de bedeel
den pensioen te doen genieten. Te
vergeefs werd namens de regeering dit
voorstel, dat aan de schatkist drie
millioen p. st. zal kosten, bestreden,
Het is te verwachten, dat nu het
in meerderheid liberale Lagerhuis met
kracht zal optreden om zijn privile
ges te handhaven.
3et conflict is dus weer acuut
TURKIJE.
Interviews.
Alles wordt mogelijk in Turkije!
De Islam (is nu op eenmaal zoo radi
caal mogelijk geworden, welnu:
de ministers laten zich interviewen,
wat voor 't allereerst is in dit land,
en zelfs de „Sjeik ul Islam" de
opperpriester en allereerste geestelijke
waardigheidsbekleder, gewaardigt
zich te spreken.
't Is natuurlijk weer de „Matin"
die deze interviews heeft gehad, éen
met den minister van Binnenlandsche
Zaken en een met den Sjeik ul Islam.
Eerstgenoemde bevestigde, dat de
Sultan Maandag bezworen heeft op
den Koran, de grondwet geheel te
handhaven. De persvrijheid zal ge
ëerbiedigd worden, zoolang de bladen
de bevolking niet openlijk tot oproer
aansporen. Een onderdrukking van
de opstandelingen met wapengeweld
zou. zeide de minister, wel niet noodig
zijn, daar 't meerendeel, ook van de
buitenlanders zich onderworpen heeft.
De verkiezingen zullen zoo spoedig
mogelijk plaats hebben, zoodat het
parlement in October bijeen kan
komen.
De Sjeik Ul Islam bevestigde te
genover den „Matin"-correspondent de
verzeKeriDgen van den minister en
voegde er aan toe, dat voortaan ook
de gewetensvrijheid zou geërbiedigd
worden. Het gelijk recht van alle ge
loofsbelijdenissen wordt door de grond
wet voorgeschreven en is niet in Btrijd
met den geest van den Koran.
Op deze laatste verzekering deed de
„Matin"-correspondent een vraag vol
gen nl. dezeHet eenige verschil,
dat dan nog tusschen Christenen en
Muzelmannen bestaat, is de verplichte
dienst in het leger. Wordt misschien
ook deze verplichting afgeschaff?
De Sjeik antwoordde: Ja zeker,
Muzelmannen en Christenen hooren
een vaderland toe.
Verder vroeg de journalist nog: De
priesters van verschillende kerken,
Grieken, Armeniërs en Muzelmannen,
hebben elkander onder het gejuich
van het publiek omarmd. Wat hebt
u daarvan gezegd
„Ik heb het feit vol geestdrift be
groet
Als dat nu nog niet genoeg is om
te laten zien, hoe alles op z'n kop
staat in Turkije op het oogenblik, dan
weten we het niet meer!
Engelsche rechtspraak. Deze
week werd er voor een Londensch poli
tierechter een jongen v»m 15 jaar ge
bracht, William Taylor bij naam en kïein
van stuk. Hij had iets onbehoorlijks ge
daan, wat vinden wij niet vermeld.
De rechter liet den vader roepen en
zei hem, dat de wet den rechter niet toe
liet de eenig geschikte straf op teleggen,
nl. een goed pak slaag. En zonder pak
slaag zou de rechter den jongen voor
ettelijke maanden naar de gevangenis
moeten zenden. Hij zou achter uit de
moeilijkheid komen, als de vader zelf
den jongen het pak slaag wou geven.
De vader: Goed, ik zal het vanavond
doen.
De rechterO neen, dat geeft «iet. Hij
moet het pak slaag hier hebben.
De vader brengt zijn hand aan zijn
oogen en het huilen schijnt hem nabij.
De rechterKom, Taylor, wees een
man. Wil je hem afranselen?
De vader: Goed.
De rechter: Je moet hem twTaalf slagen
met de berkenroe geven, flinke, rake,
volle slagen. Maar je moet even wachten,
want do cipier zal de zoe vast in het wa
ter zetten om ze flink en buigzaam te
magen. Wanneer de cipier mij meldt, dat
de jongen zijn hehoorlijk pak slaag heeft
gehad, dan mag ik hem laten gaan!
Niet deftiggeno eg. Alle dagblad-
correapondenten, die te Reval de ontmoe
ting tusschen den Czaar en den president
bij woonden, verhalen aan hun bladen het
volgende komische incidentje hetwelk de
kleine troonopvolger veroorzaakte. Toen
de Fransche heeren aan boord kwamen
van het keizerlijk jacht, vroeg de jeug
dige Alexis aan zijn gouvernante, waar
nu de president was. De gouvernante
wees Zijne Excellentie aan. Toen riep het
jongske, hetwelk koning Edward en an
dere souvereinen in zooveel meer schit
terende uniformen had gezien: „En hij
draagt maar een jas!
Minister Heemskerk.
De Minister van Binnenlandsche
Zaken is gisteren voor eenigen tijd
met verlof vertrokken.
Het Postwetje.
Naar „De Resmeldt zou het
voornemen bestaan het postwetje met
1 September of 1 October in te voe
ren.
Betrekkelijke of volstrekte
Neutraliteit?
Na het reces zal, volgens „De Tijd"
het Kamerlid Bogaardt Minister
Heemskerk in de Tweede Kamef een
vraag stellen betreffende de neutrali
teit op de openbare school.
Men herinnert zich de uitspraak
van Minister Rink in deze zaak.
De heer Rink had de neutraliteit,
in de Onderwijswet verlangd, geduid
als betrekkelijke neutraliteit: in een
school met uitsluitend Katholieke be
volking mag gerust het kruisteeken
gemaakt en een kruisbeeld opgehan
gen worden; in eeD school enkel be
zocht door kinderen van geloovig
Protestantsche ouders mag de Bijbel
als leesboek worden gebezigd.
De vraag, die de heer Bogaardt het
voornemen heeft te stellen, bedoelt
van Minister Heemskerk te vernemen,
of hij dezelfde opvatting is toegedaan,
als zijn voorganger.
Volgens „Het Huisgezin" is de heer
B. tot het stellen zijner vraag genoopt
door een bespreking der neutraiiteits-
quaestie door den R. K. Onderwijzers
bond in het bisdom Breda.
De Katholieke onderwijzers aan
openbare scholen met uitsluitend Ka
tholieke bevolking wenschen het on
derwijs zoo katholiek mogelijk te
maken, doch ze zijn beschroomd dit
te doen zoo lang ze niet zeker weten,
dat zulks door de Regeeriug ia over
eenstemming wordt geacht met de
wet.
Om nu deze zekerheid te verkrijgen
zal de heer Bogaardt, die met, het
streven van den R. K. Onderwijzers
bond instemt, tot den Minister van
Binnenlandsche Zaken een vraag rich
ten.
Een weldadigheidsvlucht.
De houders van postduiven in Noord-
Holland hebben een plan op touw
gezet, stormenderhand veler, zoo niet
aller sympathie zal verwerven.
Zij willen n.l. door hun vogels een
flinke som gelds „bijeen laten vliegen,"
om daarvan tientallen van kindteren,
die lijdende zijn aan tuberculose, in
de gelegenheid te stellen langer of
korter tijd in een gezonde streek door
te brengen.
Tot op heden bestaat in geheel ons
land geen sanatoriuimvoor kinderen die
aan tuberculose lijden. De bestaande
inrichtingen en herstellingsoorden te
Scheveningen, Katwijk, Egmond etc.
kunnen slechts gedeeltelijk in de
voortdurende behoefte aan kinderver
pleging voorzien, zoodat de noodza
kelij kheidj voor etne soortgelijke stich
ting werd gevoeld.
De Noord-Hollandsche Postduiven-
bond nam daarom het initiatief tot
het grondvesten van een fonds waar
door het stichten van eene dergelijke
inrichting binnen niet al te langen
tyd mogelijk zou kunnen worden.
Het plan komt in 't kort hierop
neer: door de vereeniging en door
de leden persoonlijk worden ©ere
prijzen beschikbaar gesteld. Hun ken
nissen en vrienden worden uitgenoo
digd hieraan iets toe te voegen. De
geheele burgerij wordt opgeroepen,
door daden te getuigen van haar
belangstelling.
Zoo zal op Rochefoit in België den
16den Aug. met jonge duiven een
prachtige wedvlucht gehouden kunnen
worden, waaraan alle leden van den
Noord-Hollandschen Postduivenbond
kunnen en zeker ook zullen deel
nemen.
De secretaris van hun bond is de
heer J. H. Sjoerd de Vries, Van der
Helststraat 82, te Amsterdam.
Nederland en Venezuela.
Bij het Departement van Koloniën
is heden ontvangen het volgende tele
gram van den gouverneur van Curasao
van 29 dezer„Een door den zwager
van president Castro met stroo en
suiker voorCuragao bevrachte schoener
zou Willemstad binnengevallen zijn,
maar kon bij de president Castro's den
Curagaoschen handel trffende maat
regelen verbitterde kooplieden geen
verkoop van de lading vinden en
vertrok. Gedurende korten tijd was
veel publiek in den omtrek van de
haven. De orde werd door de politie
gemakkelijk gehandhaafd.
De correspondent van de „New York
Eferald" te Willemstad seinde gisteren
nog aan zijn blad
Inwoners van Willemstad brachten
gisterenavond eene groote ovatie aan
de pers, omdat deze er zoo krachtig
bij net gouvernement op had aange
drongen, genoegdoeming te vragen
van het Venezolaansche gouvernement
voor zijn slechte behandeling van
Nederlandsche onderdanen.
De quarantaine-ambtenaar heeft niet
willen toestaan, dat dagbladcorrespon
denten den heer De Reus gingen inter
viewen, maar deze liet weten, dat hij
in Venezuela tot den dag van zijn
vertrek to 3 goed behandeld was.
Alleen het diplomatieke corps deed
(Naar het Fransch.)
44)
„Hebt u dan' tijding van hem?"
„Ja. uit de derde hand; hij houdt
er niet van zijn tijd te verliezen met
mij te schrijven; hij correspondeert
met mannen van zaken, die hem uit
den brand kunnen helpen. Bij een
hunner heb ik vernomen, dat die
drommelsche Leopold in een valstrik
geloopen was."
„Welnu," zeide Falamon, „dan
Word ik méér begunstigd dan u,
mijnheer. Dezen morgen nog heb ik
een allerliefst briefje uit Clichy ont
vangen."
„Dat wil ik wel gelooven!" her
nam de graaf, „en hij heeft duiztend-
inaal gelijk met u te schrijven. Bent
U niet bankier, een rijke bankier en
bovendien voogd over die weerga-
looze Indische prinses, die diamanten
bezitten moet, zoo groot als duiven
eieren Die domkopdat hij nog niet
ïnet haar gehuwd is
„Ja, het lot is somtijds grillig.
In zijn brief spreekt uw zoon nochj
Van geld, noch van de Indische prin
ses
„Hoe?" riep de graaf uit. „Heeft
hij dan zijn verstand verloren?"
„Neenzijn brief getuigt van veel
vernuft, vriendschap en hart."
„En waar mag hij dan wel over
gesproken hebben Zoudt u mij zijn
brief toonen willen
„Dan zon ik eene onbéscheidenlreid
begaan, mijnheer"
„Nu, laten wij er dan niet meer
van spreken. Maar wat kan hij u
dan wel te zeggen hebben
„Wat zegt hij mij niet?" hernam
Falamon. „Een verliefd hart is wel
sprekend. Uw zoon doet mij de eer
aan, mij deelgenoot van zijne innig
ste en meest geestdriftige gevoelens
te maken."
„Voor het boerinnetje?" riep de
graaf uit. „Om dat plompe meisje
uit de boerderij van Bernard? Ach,
hemelsche goedheid! dan is hij be
paald krankzinnig geworden. Schep
geen vermaak in mijn leed, mijnheer
Falamon (want zooals u ziet, benik
diep bedroefd) ©n wees zoo goed dien
vlegel tot rede te brengen, wanneer
het daartoe nog tijd is."
„Matig uw wanhoop, mijnheer,"
antwoordde Falamon, die met groote
moeite een glimlach onderdrukte,
„uw zoon zal genezen. Ik ken een
middel tegen de ziekte, waar-door hij
op het oogenblik aangetast is."
„Ja, niet waar?" zeide de oude
man. „Daarom kom ik ook eens met
u spreken. Komaan, waarde heer,
laat ons den gevangene bevrijden en
hopen wij, dat hij ten spoedigste
de Indische prinses ten huwelijk
vraagt. Daartoe is slechts eene klei
nigheid noodig, ongeveer vijftigdui
zend franken en ik kom ze u vra-
g'en-"
„Daar is slechts één' ding tegen,''
gaf de bankier ten antwoord.
„Wat dan Hebt u misschien geen
geld Dat zou een' mooie grap zijn
In tegendeelik kan op het oo
genblik over groote sommen beschik
ken."
„Ziet u wel? Ik houd van zulke
oprechte antwoorden!" riep de be
jaarde edelman, terwijl hij zich met
voldoening in de handen wreef. „Wij
beschikken over groote sommen
Welk eene schoon© beteekenis van
een bankier, bij wien men geld ter
leen komt vragen! Ja, op mijn
woord, u behoort tot de bloem van
den financiëelen adel! Geef mij de
hand, vriend."
Dit zeggende, reikte de graaf Fa
lamon de hand, welke deze eerbiedig!
drukte. Tot nog toe gingen de zaken
als van een leien dakje.
De oude heer maakte reeds bij zich-
zelven het volgende plannetje:
Terwijl ik vijftig duizend franken
van hem leen, ten einde dien door
draaier van een Leopold uit de ge
vangenis te verlossen, vraag ik hem
bovendien nog een vijftien duizend
frank voor mijne particuliere behoef
ten. Dat maakt dus samen vijf en
zestig duizend frank ten mijnen las
te. Wanneer mijn jicht mij nn maar
met rust laten wil, gaat alles naar
wensch, want als men goed bij kas
is, telt men nimmer méér dan vijf'
en twintig .jaren.
De graaf was met zijne alleen
spraak tot hiertoe gekomen, toen hij
Falamon eein brief uit een lade zag
halen, welken deze openvouwde.
^,Ha!" zeide' de la Rocheferney,
„daar is het hartroerend© epistel 1
Lees 'er mij maar niets uit voor,
waard© heer. Ik zou mijn geduld
verliezen en jdat zou mij misschien
niet goed bekomen, ik had wel drie
kwartier last van mijne zenuwen!"
„U vroeg mij eene som va:n vijftig
duizend franken, ten einde de schuld
van uw zoon te betalen vroeg de
bankier.
„Ja," antwoordde de graaf. „En
daar- u toch zooveel geld in kas
hebti.
„Geloof maar vrij, mijnheer, dat
er geen dag in het jaar is, waarop ik
niet over vijftigduizend franken be
schikken kan."
„Sapperloot!" riep de oude edel
man uit. „Ik wilde wel, dat ik het
zelfde kon zeggen!"
„Doch," vervolgde Falamon, ,,©r
is één omstandigheid, waarmede u
onbekend zijt, heer graafdeze brief,
hoe hartroerend hij ook zijn moge,
bevat aan het slot eene 'zeer zaak
rijke zinsnede, wijl ze over geld han
delt."'
„AhDe knaap komt ©erst aan het
eind© met zijn vraag voor den dag P"
„Neen. Aan het einde verklaart
d© edele, fiere jongeling mij, dat
hij volstrekt geen diensten van zijne
vrienden wil aannemen en ©en make
laar den bepaalden last gegeven
heeft meubels, paarden, rijtuigen,
schilderijen en wat hij verder bezit te
vexkoopen, en mij de opbrengst ter
hand te stellen, zoodat zijn schuld-
eischer aan mijn kas betaald worden
kan en ten mijnen huize de gijze
ling kan doen eindigen. Dus, heer
graaf, de weigering om geld te lee-
nen is even bepaald als het bevel
tot verkoop zijner goederen. Lees
het zelf maar."
„Ikriep de la Rocheferney„ik
zulke ezelstreken lezen? .Weet u
wel, dat ik dien knaap onder cura-
teele kan laten stellen Weet n wel,
dat ik veel zin heb hem wegens
zijn buitensporig gedrag te doen op
sluiten. Hoe hij steekt tot over de
ooren in schulden, ik eveneens,hij
wordt gegijzeld, kan tien, vijftien
millioen trouwen en aarzeltHij
vindt er .vermaak in een melkmeid
te aanbidden! Een aanbiddenswaar
dig© vrouw heeft hem innig lief en
hij deinst voor haar terug! Maar.
bij den hemel! ik, zijn vader, zal
toch wel het recht hebben, hem aan
den rand van den afgrond terug te
houden, en verklaar u, dat ik regel
recht de justitie in kennis stellen
zal, met hetgeen hier voorvalt!"
Onder deze welsprekende rede had
l alamon gescheld en was een bedien
de binnengekomen.
„Verzoek mijnheer Guillaume hier
te komen," zeide de bankier.
„Wie. is die mijnheer Guillaume?"
vroeg de graaf.
„Mijn makelaar. Een zeer fatsoen
lijk man," antwoordde Falamon.
Guillaume trad binnen. De graaf
keerde hem den rug toe en begon de
schilderijen te bekijken, welke in het
kabinet van den bankier hingen.
„Mijnheer Guillaume," zeide Fa
lamon, „op hoeveel schat u de op
brengst van het meubilair, de schil
derijen en den stal van burggraaf de
la Rocheferney?"
„Op ongeveer zestig duizend fran
ken," antwoordde Guillaume.
„Het is alles te zamen dus hon
derd twintig duizend frank waard;
mijn zoon wordt bestolen!" zeide de
graaf, zich plotseling omwendende.
„Wanneer ik mij met eene zaak in
laat, wordt niemand bestolen, mijn
heer," antwoordde Guillaume ern
stig, terwijl hij den graaf fier in
de oogen blikte*.
„Komaan! de eerlijkheid in per
soon!" hernam deze. „U, zijt make^
laar
„Jawel, mijnheer."
Wordt vervolgd.)