DAGBLAD voor NOORD- en ZUID-HOLLAND. sin 1 I MISLEID. 7l 1 Van den Bredasdien Katholiekendag. el SmI Kindephuêsvest tfaiaspfese V*IJD&C SEPT. 1998. en* oof Bureaux van Redactie en Administratie: luf Tfêi©f«J©!rasl588BS8BB0©r 84.HS. 86 vmksn Wm t I. Afslag van de Staten-Generaal. (2e yöl' lflC° FEUILLETON, SUSTEN LAND. DENEMARKEN, jg&tfï® j&tkrg&ng No» €684 -tri' tt IDIK HMRLEMSCHE COURANT P6r» ABONN - 8 Biaandea Toor Haarlem JMBNT8PBIJ8: V0«"'«now toot juaariem tl.85 VrwJ j waar eeu agent i» gevestigd (kom der gemeente) 1.89 if"r BTarige plaatsen in Nederland franco per post l.M «ondsrïgke nomas era O.Oö PRIJS DSR AJDVÏRTRirnlN: Va» 1—6 regelsfO.SO (oontantjf ü.óO Hike regel sneer „S.j# ©roote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie contant. IOOO Alle betalende abonnéa op dit blad zijn, volgens de bepalingen en onder de beperkingen op de polissen vermeid «NLDBN bg levenslange ongs- gf |j gVLDEN Wr «WLDÏN bij verlies van i%n hand of voet. ucpciningc; 150 •VLDEN bij verlies van den eeg. »ks 100 tegen ongelukken verzekerd voor bedragen van: verhés van pn| g m den daim. |J wijsvinger. •H»BN bij verlies van den anderen vinger. De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11. i^hte Administratie maakt be- Vk' ^at ^sgenen bet ?Analy- Verslag" van de zittingen ij; Staten-Generaal door onze J*R<ideling willen ontvangen, dat ?*uaan kunnen krijgen, reeds met Sang Tan 15 September ü*8te ver^aderinc in bet Sang Tan 15 September de vergadering in het nieuwe fj^ajaar voor den prijs van JJ.50 voor een geheel jaar, bij ^uitbetaling. *en zende ons dus per postwissel Ui postzegels de som van vijftig den prijs dien het verslag ook ons kosten zal. ■Het zal zooals reeds onder '®2e binnenlandsche berichten is Shield in den avond van eiken dat er Kamerzitting geweest 'Verschijnen. bestellingen te richten aan onze "uiinistratie. „N. Haarl. Courant". )Vij hebben helaas, onze plaats vin te liet het niet toe geen 'Woerig verslag kunnen geven j>4ri alles wat er op den Bredaschen katholiekendag deze week te Hulst b j^Uwsch-Ylaanderen) is verhan- Met een paar korte vermeldingen, j* verwijzingen naar de vroeger U extenso opgenomen conclu- leQ, moesten we volstaan. Maar toch willen we daarmee *let toe. Onze confrater, de heer Albert der Kallen, uit Breda, heeft n de slotrede gehouden, over j °Otosche actie en Roomsche op ging, en al sprak hij voor Breda y1 Zeeuwsch-Vlaanderen veel an wat hij zeide kon ook tot ons U de onzen gezegd zijn. Wij meenen daarom goed te doen le rede hier een plaats te gunnen; Goreerst als een herinneringODzer- ijlds aan den zoo goed geslaagden ^edaschen Katholiekendag van eeze week en ten andere als en dankbaar vermelden van het streden van een onzer Roomsche jj Urnalisten, die er den naam en jj6 reputatie der Roomsche pers :eeft hooggehouden hoogerdan i Vloedrijkeren dan hij het door ei»zielig gekrakeel hebben meenen e doen I .Nu, zoo begon spreker, inu moet Zeeuwsch-Vlaanderen er a anVan dezen dag af moet er in alle steden en dorpen van Zeeuwsch-Vlaabderen waar het Katholieke openbare leven nog niet of slechts kwijnend, leeft, herstel komen, .opbloei, levensvol heid. [Want een Katholiekendag is meer dan een parade, het is een daad, die haar waarde ontleent aan de vol gende daden, gelijk de eerste schalm van een keten pas waarde krijgt, zoo daaraan andere schalmen worden vastgeschakeld. Daden zijn hoodig, vervolgt spr., want wij leven in een bij zonderen tijd, waarin meer dan ge wone krachtsinspanning wordt ver- eischt. De Paus zelf wekt herhaalde lijk tot zulk een krachtsinspanning op. Overigens hebben wij allen in ons eerste vragenboekje geleerd, dat het doel van ons leven niet ligt in een dal, doch daarboven op een berg, en dat wij te klimmen hebben om er te komen. Ja, ja, zegt gij, dat weten wij allen. Dat weet gij inderdaad. En ik wil U wel meer zeggen, de Kerk verstrekt ons allerlei gemak ken op onzen tocht naar boven. Toch gaat het niet per stoomfiets, maar hebben wij zelf te trappen. Én tus- schen het begin en bet ©inde van onze reis staat het volle leven der groote menschenmaatschappij, waar wij doorheen moeten, wie wij ook zijn. Nfh is dit de groote kwestie: dat wij hebben te reizen met God naar God door een maatschappij, die van God niet weten wil. Die God stelselmatig op zij zet en de aarde voor Hem in de plaats. En nu kan men wel zeggen, |da.t de Kerk genade middelen genoeg .bezit om ons in den Hemel te brengen, als wij in het gewriemel der maatschappij-zonder - God verdwijnen, dan kan de Kerk ons niet bereiken. (Wjj moeten God terug hebben in de maatschappij, want zoo min als wij het lichaam kunnen scheiden van de ziel, zoo min kunnen wij van elkander los scheuren onziein gang door dit leven en onze eeuwige bestemming. Het is eerder mogelijk door de Sahara- woestijn te trekken naar de groene boorden van dein Nijl, dan door een maatschappij-zonder-God naar het beloofde land in den Hemel. Intusschen vraagt gij, of dit [nu het hijzonder karakter van onzen tijd is. Maar er komt bij, dat de maat schappij bezig .is te vergroeien. Als reactie op het individualisme dei- vorige eeuw is ontwaakt het sociale instinkt van den mensch, en nu is dit het bijzondere van onzen tijd, dat de alom opkomende verenigingen een groot gewicht in de schaal zul len leggen ter beslissing van de vraag, of het openbaar maatschappe lijk leven al dan niet God en gods dienst zal buitensluiten. Spr. zet dan uiteen, dat de verecnigingen er moeten zijn ter behartiging van de stoffelijke belangen der leden, maar hjj vestigt er voorts de aandacht op, dat de vereenigingen voor ©en groot Ideel het openbare leven in del toe komst zullen beheerschen en dat door haar in het openbare leven den Christus kan worden teruggebracht plaatse, waar hij behoort als Koning en als Heer. Hier hoopt spr. dat twee zaken duidelijk zijn gewordenle. dat alle vereenigingen naast de behartiging der stoffelijke belangen e<en groot ze delijk goed hebben na te streven, en 2e. dat het bevoi-deren van het ver- eenigingsleven een wezenlijk Katho liek belang is. [Wij, Katholieken', wandelen altijd in het licht van ons Geloofen waar wij ons ook bewegen, dat licht van ons Geloof werpt van al onze daden een schaduwbeeld op den achter grond der eeuwigheid. Dat is waar voor ons ieder afzonderlijk, dat is zeker waar zoo wij gezamenlijk op treden in: vereenigingen. Gok daar staan wij in het licht des Geloofs en de schaduwbeelden van onze open bare daden slaan piet meer op de aarde, maar op dienzelfden achter grond der eeuwigheid. Socialisten als Viviani beweren wel, dat zij de lichten des Hemels hebben uitge doofd, onze Katholieke vereenigin gen zullen getuigen, dat de lichten aan den Hemel voor de geheele open bare menschenmaatschappij nog niet zijn gebluscht, als de socialisten de oogen houden toegeknepen. Of het vereenigingsleven dan ook een algemeen Katholiek belang is Of het een Katholiek belang is, de sluiers weg te rukken, welke onze tegenstanders pogen te spannen tus schen het licht aan den Hemel e[n de openbare maatschappijeen Ka tholiek belang, dat licht in bieuweln luister te doen stralen en daarin te huldigen den herstelden Christus, hersteld als Heer en Koning der openbare maatschappij. Maar als dat dan is een' Katho liek belang, dan moeten ook alle Katholieken eraan meewerken. Heel Zeeuwsch-Vlaanderen moet dan wor den gewonnen voor allerlei vorm van katholieke organisatie door de samenwerking van allen, van oud en van jong, van rijk en van arm, van hem, die in zich voelt de goed© werklust voor de katholieke open bare zaak en van dengebe ook, die tot heden deze werklust he©ft ge mist, hetzij dat hij koud is noch warm, hetzij dat hij de katholieke daad in het openbare leven niet aan durft, of dat hij, als de vogelen] des hemels, die teren op den boer, van de Roomsche Kerk vrijelijk meent te kunnen vergen zonder ©eni ge verplichting tot wederdienst. Dit laatste soort is noodlottig talrijk. De Roomsche boot, denken ze, glijdt vanzelf wel stroomafwaarts, laten wij ons een rustig hoekje uitzoeken het ons gemakkelijk maliën en.... meevaren. Of de kapitein roept „man over boord", de stuurman waar schuwt voor een klip, of er stormen opkomen en tegenstoomen de boot overdwars dringen, zij trekken zich van niets wat aajn. Zij vagen mee, uit. Niemand onzer is optimist genoeg om te veronderstellen, dat dit soort menschen, de te-goeder-trouw-suk- kels met d© lauwen en tragen, na dezen Katholiekendag zoo maar in eens zullen verdwijnen. Maar hun voortbestaan zal dan toch minder eervol zijn. De goede trouw is eraf. Zooveel is hier vandaag dan toch mei gezegd, dat niemand, zonder dat zijn geweten zich verzet, kan blijven meenen, dat alles in orde is, indien hij zelf maar een beetje goed voor eigen ziel en zaligheid zorgt. De katholieke gemeenschap vordert, dat er voor haar worde gearbeid. Het maatschappelijk leven vergroeit, moet vergroeien ter eer© Gods en tot bloei onzer dierbare R. K. Moe derkerk. Daaraan mee te werken i3 uw plicht en de mijne. De Roomsche kachel het is een alledaagsch© beeld, maar een begrijpelijk de Roomsche kachel brandt niet goed, als daarin het oude kooltje slechts wordt aangehouden, dat er al zoo vele jaren zachtkens in te smeulen ligtde kou valt in het Roomsche vertrek door de scheuren in de mu ren, de kieren in de deuren, den geweldigen wind die er van buiten op staatwij bevriezen hij dat kooltje. Neen, de kachel moet fel rood gloeien, de kieren dienen ge stopt en de reten gedichten dan moeten wij allen met warm gemoed en heete overtuiging den stormwind in, om warmte te geven aan wat daarbuiten verijst. Laten [wjj ons toch hiervan goed doordringen, dat het niet voldoende is het oude gan getje erin te houden, er moet ver jongd en vernieuwd worden. Zien wij: naar Rome, wij die ops gebrek aan werklust soms bedek ken door onze tevredenheid mot het bestaande, zien wij paar dien zeven tigjarigen Paus, naar diens rusteloo- zen arbeid, diens onvermoeid zoeken om te verbeteren, te vernieuwen, te herstellen,af te breken desnoods wat noodig heeft opnieuw te worden opgebouwdzien wij om ons heen in heel de Roomsche Kerk het nieu we leven ontwaken door zijn aposto- lischen ijver, hij, hij weet het, dat de wijngaard weliswaar op nieuw groen wordt, ook als men er niet ,in werkt, maar dat hij aan, vruchtbaarheid verliest en het on kruid er opschiet, als men er niet eiken dag .zijn zorgen pan wijdt. Pius X ziet spr. als een machtigen bouwheer, en van het beeld, waarin de Paus als zoodanig ons verschijnt, heeft Hij, Pius X, zelf de lijnen' getrokken. Al dadelijk sloeg hij in het marmer de grove trekken, toen hij, van onbekenden Kardinaal Sar- to als Pius X naar voren trad met zijn eerste groote Encycliek, zijn pro gramrede: alles herstellen in Chris tus. Daar stond hij dadelijk voor onze verbeelding als een hoog© fi- (Uit het Dmtsch). ^''Ha'zöo", lachte Cyrill sluw. Ja, ic, kind, dat geval heb ik in wijsheid nu eens voorzien. Ik mij daarom nog eens aap "'.Jdomatie, stak mijn [neus nog- in eens andermans zaken en op Gerhard's tafel: oHelaas moet ik morgen weder ♦j. Heidelberg, zonder je te zien mijn Geibel. Het hoek is leerrijk, ik zou het gaarne weder Sj^^jEebben. Breng het daarom zoo mogelijk voor mij hij mijn© bp r> zij' weet er van en wacht er Itai zal wel uitwierking heb- Molly" ;-£enk je %ph - maa*r zeker van'. Dia co- ^rie heeft Gerhard niet begre- trjj. boodschap begrijpt hij ech- wees daar zeker van. En hjj bij dan komt dan lezen je- rtalK ^aanen in' Geibel het gedicht „iWae 's geht". Neemt ''"riwj'0* i*3" harte en hebt geenl met elkander." ►W, 1 fl»isteïd© Molly, diep ge- «agirt "J® bent werkelijk een goede engelachtige Cyrill"* Dus toch niet zulk een bijzonder slechte raadsheer, spotte de broeder, waarop zijn zusje hem een aller liefst gratieuzen oorveeg toedeelde en vervolgens de kamer uitwipte. Den anderen' dag vertrok de le venslustige student weder welge- moed naar Heidelberg, ten volle overtuigd, dat het zaad des vredïes gezaaid was, ien er binnen enkele dagen tusschen Gerhard en Molly de vroegere verstandhouding zou te ruggekeerd zijndoch hij vergat daarbij dat soms Tusschen lip ©n. bekerrand Nog 'zweven kan des poodlots band. III. HET, SPEL. lWjORDT ERNST, Een twee jdagen verstreken, zon der dat Gerhard terugkeerde. De derde brak aan en nog was hij er niet Met wassend Ongeduld wachtte Molly van dag tot dag op hem, maar hij kwam niet ©n zij hoorde ook niets van hem. 1 Dit deed haar hart wie©.- En' het troostte haar ook geenszins, dat lui tenant Sabern haar pu pp wanho;- pige wijze het hof maakte. Zij ontweek hem, waar zij slechts kon, doch hij bleef volhouden; e|nj wist het zoo slim aan te leggen, dat hij haar zeker ontmoette, wan neer zij1 uitging. Geheel inspinnen kon zij zich toch immers niet en te guur met de strenge trekken van een denkerskopom den mond zagen wij vastberadenheid en kracht en in heel de houding een dadelijk-aan- den-axbeid-willen. Vijf jaren zijn er sindsdien ver- loopen. En de vage figuur is steeds verder naar voren gekomen, het beeld wordt met den dag scherper, elke nieuwen daad van den ruste- loozen werker doet juister spreken trek voor trek, maar vooral het oog, van heerlijke toewijding aan 't schit teren, een toewijding en liefde zoo groot, dat wij ons geen stedehouder kunnen denken, in wien de Christus door zijn beginstelen heerlijker zou herleven dan in hem. Toen hij den pauselijken troon be stegen had, deze Pius, vroeg men alom, of hij het werk van zijn voor ganger zou voortzetten en afmaken. Hij zou ons leeren, da.t al onze maat schappelijke arbeid vruchteloos is, dat de hernieuwing der Maatschap pij in Christus niet kan worden door gezet, zonder dat wij ons zelve her stellen. En van den anderen kant heeft hij ons onderwezen, dat de Ka tholieke aktie in de openbare maat schappij niet slagen zal, tenzij er een nieuwe geest van vurig gelooven de Katholieke wereld levendiger besef doet krijgen van wat ik de harmonie zou Willen noemen tusschen het eeu wige doel en het aardsche bestaan. Zonder een levendig geloof, met een friseh kloppendeu hartslag, komt men niet in den grooten strijd, maar blijft men er verre van, zonder levendig besef van de harmonie tus schen het nu en het hiernamaals glijdt men op z'n minst naar de neu tralen af, naa(r een socialen arbeid, waarvan de schaduwbeelden niet verder vallen dan deze aarde. Het is een teer bezit, dat besef van de noodzakelijke harmonie tus schen ons aandsch en ons eeuwig le ven een besef, dat geen gering ge vaar loopt in de „struggle for life" in den strijd om het bestaan, bijzon derlijk als deze wordt gevoerd in vereenigingen. Pius X heeft ons ge leerd, lioe het evenwicht te bewar ren door het verlevendigen van ons Geloof, het verdiepen van ons gods dienstig bewustzijn, het versterken onzer overtuigingdaartoe strek ken de talrijke maatregelen, waarme de bij de Katholieke wereld onop houdelijk verrast, het keeren der dwaling, het uitroeien van misstan den, het verstevigen of aanmoedigen van het goede,of hij de moder nisten ontmaskert, die de Kerk wil len verplaatsen van de oude steen rots te Rome naar het stuifzand van Koeningsberg, of hij de priesters aanspoort tot heiligen ijver, de lee- ken tot de (veelvuldig© Heilige Communie,altijd zit bij hem voor het brandende verlangen om in ons, zijne kinderen, het Geloof te verlevendigen, dat in ons Chris tus doet herstellen, door ons Chris tus herstelt in de maatschappij, en daardoor de maatschappij herstelt in Christus 1 ENGELAND, Hat Xuchariktiach Congres. Er ia in de Engelsche bladen no* altijd veel te doen over 't el o4 niet doorgaan van de processie op Zondag a.s. De malle bepaling in de wet, daè de Katholieken buiten hun kerk geen enkel „©eredienst-voorwerp" (zon staat het er) mogen brengen, en dat zij zelfs hun priesterkleed niet in het openhaar mogen aan hebben, be staat werkelijk. Maar het is de kwestie, of din wetsbepaling nog rechtskracht heeft. Daar zijn in Engeland het land der processenzoovéél ■wetsbepa lingen die allen elkaar opheffen of in onbruik zijn, maar bij gelegen heid door den een of anderen advo caat voor den rechter toch weer eenn worden opgehaald. Intusschen heeft de regeering aajn de rumoermakende Protestantschn vereenigingen al gemeld dat de po litie en de minister van Binnenland sche Zaken de processie zullen tot- laten [Waarom ook niet? De processie gaat door straten, dia geheel buiten het drukke gewoel der wereldstad liggen, straten die en' vooral op Zondagmiddag ander» zoo goed als verlaten zijn Het Congres gaat intusschen i» alle plechtigheid zijn gang. Na de gisteren door ons vermelde aankomst van kardinaal Vanutelli, heeft de openingsplechtigheid op buitengewoon schitterende en plech tige wijze in de Kathedraal plaat» gehad. De zittingen zijn ook begonnenop die van gisteren hebben de lord» Norfolk en Llandoff ernstig gepro testeerd tegen de stuitende en voor een groot deel van 's Konings onder danen beleedigende zinsnede in den Engelschen kronings-eed, waarin d» Katholieke godsdienst op de meest hatelijke wijze wordt beschimpt, Zulk een zinsnede moet eruit ge licht worden, betoogden de lords te recht. Onder de aanwezigen bij kardinaal Vanutelli's aankomst was ook lord Ripon, de (Katholieke) minister grootzegelbewaarder. De ontrouwe Minister. Tragisch werkelijk, maar niet min der zeldzaam in hun soort zijn de bijzonderheden die bekend worden over de eigen aangifte van den tot voor enkele weken nog haast almach- tigen Deenschen minister van finan ciën ten politiebureele De naaste aanleiding tot die zelf beschuldiging was, dat hij geen uit huis maakte d© innerlijke onzeker heid haar als 't ware nerveus. Nu eens was zij kwaad op zich zelve, dan weer op Gerhard Zeker, zij deed zich zelve verwijten, zij had ver keerd gehandeld en in dwazen over moed den eieirsten aanstoot tot de oneenigheid gegeven, doch dat be lette niet, dat het Gerhard ook alles behalve mooi stond om zoo raw, en zoo trotsch te zijn. Hij moest toch kunnen vermoeden, hoezeer zij naar hem verlangde, hoeveel belang zij stelde in zijne goede vooruitzichten, aangenomen, dat deze zich voor hem openden. En hij bleef zwijgen, gaf niet het geringste' tee ken .van teven, 'tls waar, toen hij onlangs een half jaar in Berlijn vertoefde, hadden zij ook maar bitter weinig yan elkander gehoord, want briefwisseling te hou den achter papa's rug om, dit wilden zij geen van heiden, maar hij schreef dan aan Cyrill en tweemalen zelfs waren er briefjes via Heidelberg tot haar gekomen, benevens de- uitvoe rigste berichten, die Cyrill uit Ber lijn ontving. De student maakte er zijne glossen bij en bespaarde zich zoodoende de moeite om een geheel uitgebreid schrijven van stapel te laten, hoogstens, dat hij er een paar regeltjes aan papa bij insloot, die Molly dan nauwgezet op diejns schrijftafel neerlegde. A IsJao spra ken vader en dochter over defn lieven jongen en de justitieraad vond het [niet meptr, dap natuurlijk, iiat broer en zuster, die elkander innig lief hadden, nog hunne particuliere za ken met elkander te yerhapcteten hadden. Sprak Malclien hierbij dan zoo terloops over Gerhard en hoe deze bet maakte, dan betoonde hij hier voor steeds een© vriendelijke, wel willende belangstelling. [Weliswaar kwam dit maar zelden voor, soms waren er weken' verstreken zonder berichten uit of over Berlijn', maar dit had haar nog .nooit zóó beang stigd als thans. Destijds waren Molly en Gerhard zeker van elkander geweest, terwijl nu de tweedracht tusschen hen stond, veroorzaakt door eene dwaasheid ha rerzijds. En ach, deze dwaasheid deed tot haar groot misnoegen nog een ander resultaat rijpen, zij maak te luitenant Sabern tot haren hard- nekkigen vereerder. Geen terughou ding van haren kant baatte hierte gen, gelukte het hem met haar te spreken of te ontmoeten, dan zond hij1 bloemen op bloemen. Er bleef haar ten slotte dan ook biets anders over, dan hem op een goeden dag, dat hij den stormaanval waagde, een blauwtje te laten loopen. Malchen zou het hem gaarne bespaard heb ben, maar hij wilde haar nu eenmaal niet begrijpen. (Wellicht dacht hij, dat zij voor de afwisseling alleen maar een wei- nigje coquetteerde; in elk geval was hij als dapper krijgsman van de mee ning, dat men zelfs bij een© oogen- schijnlijk onneembare vesting de ba- legering zoo spoedig biet op moet geven. Hij vatte Molly's afwijzing doodkalm op en ging voort met zijn uitverkorene te huldigen en dat met zulk ©en edele driestheid, dat nie mand zijn échec vermoedde en hij algemeen als juffrouw [Wellner's vu rige vereerder werd beschouwd. Malchen bleef hier onverschillig voor. Iedere nieuwe dag deed haar slechts te meer aan Gerhard denken en langzamerhand paarden zich aan berouw en verlangen, ergernis en spijt over Gerhard's trots en kop pigheid. Haar eigen trots ontwaakte en weerhield er haar van om Cyrill klagend haar leed te schrijven. Zij wilde maar liefst niet meer over die zaak spreken. De opheldering kon haar immers iedere dag brengen. Op den troost dezer gedachte moest zij echter week aan week teren, tot dat er eindelijk eene vriendelijke ster voor haar opflikkerde. Het dienstmeisje meldde haar het bezoek van Isidore von Blanken. Nooit had. Malchen zóó spoedig en zóó verheugd hare schoolvriendin ontvangen. De beide meisjes vlogen elkander als 't ware in de armen. Isidore was een mooi, vlug meisje, (daarbij ietwat trotsch, maar, zoo- dra zij vulde, van een betooverende beminnelijkheid. Zij kon dan aller liefst en veel praten. Hierop nu bouwide Malchen har© hoop. Over het algemeen sympathiseerde zij niet bijzonder met Isidore, en toch had zij haar in de laatste weken zoer ge mist. Isidore was uit logeeren ge weest bij familie, waardoor Mal chen de gelegenheid had, om nu en dan eens »elf bij de Cronau's aap te loopen, want de ontvangersvrouw: ©en bezoek te brengen, dit durfde zij niet uit maagdelijke schaamte; de slimme dame mocht de ware reden van haar komst, hare belangstelling, voor Gerhard eens radenEn dit wilde zij, vooral zooals thans de za ken stonden, volstrekt niet laten ver moeden. Zij sprak daarom dan ook aanvankelijk over allerlei andere za ken, iedere verdere vraag werd haar echter bespaard, daar de jong© dame terstond en met volle zeilen het ge sprek bracht op het thema, dat Mal chen zoo zielsgraag wenschte te be spreken. {Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 1