MISLEID. Aan onze abonnés. Uit den Omtrek, De Directeur der Nieuwe Haar- iemsche Courant noodigt allen, die daartoe kunnen medewerken, drin gend uit, ons te willen helpen, opdat advertentiën van veilingen, verkoo- phtgen, boelhuizen, grasverpachtingen enz. ook in de Roomsche Courant van Haarlem en Omstreken worden opgenomen. Wanneer H.H. Notarissen en Make laars door degenen, die bij deze verkoopingen enz. betrokken zijn, tijdig op ons blad opmerkzaam wor den gemaakt, zullen deze heeren niet weigeren ook in de Nieuwe Kaar- lemsche Courant, die toch door een zeer aanzienlijk deel der bewoners van Haarlem en Omstreken gelezen wordt, die advertentiën te plaatsen. Wij bevelen deze belangrijke zaak in de aandacht van ai onze lezers. De loterij der Sint Elisabeths- vereeniging. Lezers van de Haarlemsche Room- sche Courant: de Sint Elisabeths- vereeniging behoeven wij u toch zeker niet voor te stellen? Eik katholiek van Haarlem, en tal van niet-katholieken even zeer, kent deze vereeniging, die al van 1855 dateert, en die gedurende al die jaren met zooveel zelfopoffe ring en christelijke, echt-Room- sche liefde de arme zieken bezoek en even van het noodige voorziet. Wat al arme zieken zijn er niet geholpen in onze mindergegoede buurten: hoe ontzaglijk veel klee- ding3tukken, hoe enorme hoeveel heden versterkende middelen zijn er niet weggeschonken, hoeveel leed is [er niet verzacht door deze vereeniging 1 He leden van St. Vincentius weten het en ondervinden het voort durend, en ook de Eerw. Geeste lijkheid is er van op de hoogte, hoe de St, Elisabeths-vereeni^ing waarlijk nuttig werk verricht in onze stad, en hoevelen ot er door haar werden en nog immer worden bijgestaan. Helaas: in dit jaar is niet zooveel gedaan als in vorige jaren. Het kon nietl He kas liet het niet toe, en dezen zomer, zooals we ook vroeger al hebben moeten melden, konden slechts de ernstigste zieken worden ondersteund 1 En nu naakt de winter, nu neemt het aantal- zieken nog toe, en er zijn er toch reeds zooveel, die de dames der St. Elisabethsvereeniging met bloedend harte onverhoord moeten voorbijgaan. Het katholieke Haarlem dient hier een handje te helpen Endaartoe opent zich nu weer een ongezochte, prettige, beste gelegenheid. Want zooals in andere jaren organiseert ook dit jaar de Sint Elisabethsvereeniging wederom een weldadigheidsloterij, waarvan de opbrengst den armen zieken ten goede komt. Hat is wel de voornaamste bron van inkomsten, die deze vereeniging heeft, en het is dan ook niet te verwonderen, dat wij, die zoo van nabij het werk der Roomsche Chari- tas dat deze verdienstelijke ver eeniging levert, kennen, onze lezers met veel warmte willen opwekken, deze loterij op alle wijzen te steunen. Vooreerst kan men dat door het inzenden van prijzen. De dames zijn wat blij met hand werken, fraaie en nuttige bijdragen die spreken van een nijvere, kunst lievende, smaakvolle dameshand. Maar nog meer en algemeener kan men deze loterij steuneu, door het nemen van loten. De dames presenteeren die loten aan de ingezetenenwij zeggen met nadruk: zendt hen niet weg, doch bedenk dat het den armen zieken ter hulp komt, en dat ge met dat voor uw persoon zoo klein bedrag, waaraan nog de aantrekkelijkheid van een kans op een prijs is ver bonden, zooveel goed doet! Mocht een onzer lezers of leze ressen soms de loten geweigerd hebben, of de aanbieding bij afwe zigheid vergeefsch zijn geweest, welnu, wij willen ons gaarne belas ten met orders, en een klein bericht aan ons Redactie bureau is voldoende om ons daarvoor te doen zorgen. Voor het overige is het adres, waar de gelegenheid bestaat tot inzenden van giften en prijzenme juffrouw S. Proot, Jansstraat 64 alhier. Wij hopen dat deze korte, doch warme aanbeveling bij onze Room- schen van Haarlem haar werk mag doen I In het belang der arme zieken zij der St. Elisabeth vereeni ging een uitnemend te slagen loterij toegewenscht, waarover wij spoedig in dit blad nog wel een en ander zullen hebben te berichten. De toestand op Curasao. Aan een, aan „Het C en t r um" ter inzage gezonden schrijven van een eerw. Neder) andsche religieuss tePie- termaai ontleenen {wij het volgende, dat weer eens een denkbeeld geeft van de ellende, die op Curagao is geleden en de vreugde, welke de finantieele hulp uit het moederland er bracht Dankbaarheid,innige dankbaarheid echter spoort mij aan, eenige oogen blikjes in den geest de zee over te stenen, om u allen te vertellen, hoe bui tengewoon welkom de ruime gelden zijn, die de Nederlandsche Katholieken voor de Curagaosche bevolking gestort hebben. Ongetwijfeld hebt u ook, een kleine bijdrage gegeven en zoodoende mede geholpen om velen, velen kin deren iederen dag eenig voedsel te verschaffen. Ik zeg eenig voedsel, want ofschoon we de mildheid van de Hollanders hoog roemen, kan daardoor de nood van allen nog volstrekt niet gelenigd wordeD, Ach, Beste Marie en Nico, er heerscht, hier toch zooveel ellende en gebrek Een massa onzer kinderen komen 's morgens school zonder iets gegeten te hebben. Ik kan u niet zeggen, hoe pijn het ons doet, welk eene smart het voor ons is te zien, dat die schaapjes kwij nen, zonder in hun behoefte te kunnen voorzien. Wel stoppen .wij dezen en genen zoo stilletjes iets toe, maar de armoede is zoo algemeen en tevens zoo groot, dat onze middelen volstrekt ontoereikend zijn om in aller behoef ten te voorzien. Sommige menschen zijn van louter gebrek gestorvenzoo was er o. a. eene vrouw, die een half uur van de kerk woondezij gevoel de hare krachten afnemen en wilde, alvorens te sterven, eerst O. L. Heer nog eens in Zijn Paleis bezoeken, daarom begaf zij zich op weg en kwam na 4 uur loopens eindelijk bij de kerk aan, doch zoo uitgeput van krachten, dat zij in bezwijming viel. Door de goede zorg van de meid van den ZeerEerw. heer pastoor kwam zij na een poosje bij en werd naar haar stulpje gebracht. Toen de pastoor den dag daarop de zieke ging bezoe ken, was het goede mensch reeds overleden. Zeker zal de goede God haar in den Hemel beloond hebben voer de moeite en inspanning, die zij zich getroost heeft, om den lieven Je zus nog eene laatste maal in Zijn H. APaar Sacrament te bezoeken. Nog meer zulke staaltjes zou ik u kunnen mededeelen, doch voor dezen keer genoeg, anders wordt mijn schrij ven te lang en mijn tijd is erg beperkt. Nu zijn wij, zooals ik u in 't begin van dezen brief zeide, dank zij de mildheid van de Ned. Katholieken, een weinig uit den nood gered Ik kan u niet zeggen, hoe innig blij wij waren, toen onze ZeerEerw. heer pas toor ons kwam vertellen, dat Z.Eerw. antwoord had op Z.Eerw. schrijven en over eenige honderden kon beschik ken. Nu aan 't overleggen, wat het beste zou zijn; en, o heerlijker werd besloten, dat al de schoolkinderen, jongens en meisjes, ieder een broodje en een kop koffie met suiker zouden krijgen, (natuurlijk zonder melk, want die is bij de aanhoudende droogte bijna niet te krijgen en kost hier altijd 80 cent de kan.) Ik wilde wel, dat u eens om eens om een hoekje kondet zien, als de Zusters met de mand met brood binnen komenaller oogen schitteren dan van blijdschap en de kleintjes bekijken het broodje van alle kanten en lachen er o, zoo vriendelijk tegen, terwijl ze dan die mooie witte tanden laten zien. Vandaag, Zaterdag, was het geen school, toch had de gewone uitdeeling plaats en daar het, Gode zij dank dui zendmaal een flinke regendag was, kwamen de kinderen tusschen de buien door en dus zeer ongeregeld. Sommi gen woonden wel i/2 en s/4 uur ver en toch waren ze present, om één broodje te halen, wel een bewijs, dat de nood hoog is!! Ik moetje zeggen, dat wij allen dezen morgen erg geno ten hebben, vooral met de jongens, die schoorvoetend en verlegen aan kwamen, (omdat zij niet wisten, of het lukken zou, daar de fraters bij hen de uitdeeling houden) doch springend en in galop met het broodje, onder hun jasje verborgen, weggingen. Een klein kereltje, van 6 5 7 jaar ging deze week dansend naar huis, terwijl hij het broodje stevig tusschen zijn armen drukte en zeideHa, ha, nu kan ik met mijn lief Mamaatje brood eten 1 Vele briefjes van dankbetuiging zijn ons reeds gestuurd en verschei dene moeders zijn zelf geweest om de Zusters en vooral den zeereerw. pastoor te bedanken. Zij zullen de goede weldoeners in Holland niet ver geten en daarom bidden zij dagelijks hartelijk voor hen." Prins von Bülow over de Pers. De rede, door den Duitschen rijks kanselier voor de afgevaardigden van het internationaal perscongres gehou den, is belangrijk en interessant ge noeg, om schier in haar geheel eens weer te geven. Na president Singer bedankt te heb ben voor zijn tot den Rijkskanselier gerichte woorden en de beste wenschen te hebben geuit voor het resultaat van de besprekingen, zei de Rijkskanselier: Ik wil hier wel verklappen, heeren van de pen, dat mijn betrekkingen tot de Pers reeds vroegtijdig begonnen zijn. Zekeren avond, toen wij in Prank- fort de mooie Mainstad, aan den ron den, huiselijken familiedisch zaten, mijn ouders, mijn broers, zusters en ik, werd het avondblad binnenge bracht; ik, als tienjarige bengel greep er dadelijk naar, maar in mijn ijver raakte ik met alle vijf mijn vingers de heete lamp aan en brandde me deerlijk. Dat was de eerste maal dat ik aan de pers mijn vingers heb ge brand. 18 jaar later was ik jong zaakge lastigde te Athene en 't was een Weensch blad van wereldbeteekenis dat tot mijn genoegen ook hier vertegenwoordigd is hetwelk toen maals schreef dat Bismarck een mees terlijk diplomaat moest zijn om alle dwaasheden van den Duitschen zaak gelastigde te Athene goed te maken. Hij noemde mij het vijfde wiel aan den wagen, een onnoozel jongmensch. Dit was de eerste maal dat de Pers zich eens met mij bezig hield. Mijn uiterlijk heeft den man blijk baar niet goed bevallen. Ik weet niet of hij nog leeft en of hij nu gunstiger over mij denkt. Maar ik heb later ook aangenamer ervaringen met de pers opgedaan. Eenige jaren daarna, in de tachtiger jarer, was ik aan het gezantschap te Parijs geplaatst. Eens verkeerde ik in een melancholieke bui, zoo een luiten- antsmelancholie als officieren plegen te hebben, wanneer zij niet snel ge noeg promotie maken. In zulk een stemming vroeg ik Blowitz den Parij- schen correspondent van de „Times" hij was een verstandig man of er voor mij nooit eenige vooruitzich ten in de journalistiek zou kunnen bestaan. Als eenig antwoord bood hij mij dadelijk een betrekking aan van dertig duizend francs 'sjaars. Dit aanbood heeft destijds mijn zelf vertrouwen zeer versterkt en de her innering er aan doet mij nog heden genoegen. Ik heb opgemerkt dat er weinig politici zijn, die, vooral wanneer er geen journalist in de nabijheid is, niet eens graag over de Pers schetteren. Maar er zijn nog minder politici die niet gaarne wenschen dat de Pers zich met hen bezighoudt en al zeer klein is het aantal van de politici die het zetten kunnen wanneer de Pers zich in het geheel niet met hen bemoeit. Geen hunner wil gelijk staan met het viooltje dat in het verborgen bloeit. Van hoevelen heeft de Pers het werk niet verder verspreid I De pers is in elk geval een groote macht, zij vormt geruchten, opvattingen, overtuigingen, die niet gemakkelijk aan 't wankelen zijn te brengen. Reeds Lodewijk XHI beklaagde zich over de Hollandsche pamfletten. Was het intusschen vroeger nog gemakke lijk onware voorstellingen tegen te spreken, in den tegenwoordigen tijd is een gerucht door de telegraaf in een oogenblik over de geheele wereld ver spreid. Een voorbeeld: Een mijner goede vrienden iD de pers heeft eens van mij gezegd dat ik mijn redevoe ringen voorbereidde met behulp van het citatenboek van Büchmaun en nog thans zie ik mij in de spotbladen af gebeeld met Büchmann en mijn trou wen poedel. En toch mijn heeren heb ik pas sinds een paar jaar met Büch mann kennis gemaakt. Een helaas reeds gestorven lid van den Rijksdag zond het mij toe en dan nog als Aprilgrap. Dit is een volkomen onschuldig voorbeeld. Maar er zijn ook voorbeel den van het tegendeel, waarbij door de Pers recht in onrecht verkeerde, waarheid tot onwaarheid werd. Hoe grooter de macht der Pers is des te grooter is haar verantwoorde lijkheid. Nu ga ik weer aan het citeerenuit mijn hoofd: „Der Menschheit Würde ist in eure Hand gegeben, bewahret sie!" Haar groote macht kan de Pers ge bruiken tot heil der menschheid. Her innert ook gij u, dat zij voor de ge schiedenis verantwoordelijk is. Ik ge loof dat ieder journalist een goed vaderlander moet zijn; maar dat be hoeft nog geen onrechtvaardigheid te mede te brengen tegenover andere volken. Men is nu eenmaal erop aan gewezen om met en naast elkander in vrede te leven. Gij zelf geeft daar van het voorbeeld door uwe interna tionale vereeniging. Moge dit ook een voorbeeld zijn voor het leven der vol keren. Ook zij moeten evenals in uw vereeniging trachten het met elkander te vinden en de Pers kan er veel toe bijdragen dat de verhoudingen een vriendschappelijken vorm aannemen. Moge zij daarom steeds worden be stuurd door ervaren, verlichte hoofden tot heil der menschheid, tot het wel zijn der volkeren! Burgerlijke Stand. Ondertrouwd: J. J. v. Harts- kamp en W- Verschoor. GetrouwdA. F. Franse en A. C. Pander. Burg e r 1 ij k e S t a n d. Ondertrouwd: J. H. Geus en A. A. Steen. Burgerlijke. Stand. Bevallen: S. Vermeeren—Bie- ming, 2 d- Burgerlijke Stand. Ondertrouwd: L. Keur en S. Schaap. Getrouwd: H. Bluijs en A. C. Ko- remajn. K. Roos en L. v. d. Bosch. P. v. d- Berg en C. Meiland. Bevallen: S. LoosVan Laar, z. J. KeesmanSlagtveld, 1.1. z. Burgerlijke Stand. Ondertrouwd: W>. H. v. d. Meer en G. J. Hoorn GetrouwdW'. H Mets en F. de Wijn. J, v, Houwelingen en D. A. G Visser BevallenA. SchelvisSprengers, d. P. 'ZegelVerhoeve., d. D. Kort- houwerKops, d. J. Nieuwanhui- senStraver, z A. v. Leeuwen- Genet, di J v. d. Plasv. d. Kuil, z A. JViljouwv. Veen, d. J. M. de Graaf—Zoon, d. J. PruisRook, dochter. OverledenP. G. Zlumpier, 2 w. J. M. v Dingstee, 63 j Onbestelbare brieven. Lijst van onbestelbare brieven en brief kaarten, verzonden door het postkan toor IJmuiden, gedurende de, laatste helft der maand September 1908. BinnenlandBrievenTuin van Duin, Katwijk aan Zee. BriefkaartenMej. C. M. Ziegers, Amsterdam; Van Toren, Velsen. Buitenland: Briefkaarten: Georgi Fhelachi, Turkije Franz Winjora, Coin; Martha Anderseu, F.Engelsman, An vers. Een Vioolvisch. EenHaarlem- mer, die hier hengelde op den Zuid- Pier heeft tegen het opkomen van den vloed een vreemsoortigen grooten visch bemachtigd, naar schatting wegende 20 5 25 K.G. Door een kenner werd hij Hose of Vioolvisch genoemdde kop was naar evenredigheid 4 maal zoo Jgroot als die van een kabeljauw. Bij het opensnijden kwam een nog eenigzins levende schol voor den dag. Fietsongeluk. Een jongeling, M. S zou alhier een gebruikte "fiets koopen. Voor -aleer tot den verkoop werd overgegaan, probeerde genoem de persoon het rijwiel, re ïd veel te woest, zoodat in volle vaart het rij wiel middendoor brak. De jongeling deed gruwelijke verwondingen op, moest in een rijtuig naar huis wor den vervoerd, waar hij dadelijk door onzen geneesheer weid verbonden. Naar wij vernemen zal alles nog ten beste keexen. G- e e n kermis. De dagten, waar op in vorige jaren alhier de kermis vreugde werd gevierd, zijn goddank nog al tamelijk rustig voorbijgegaan. Enkele relletjes, straatlantaarns in werpen, het vernielen der ruiten in ieen .alleenstaande blocin bollen schuur, ziedaar zoowat het voorge vallene. De politie was natuurlijk 's avonds goed vertegenwoordigd en liet niet met zich spelen. Een paar oproerkraaiers zijn in de „nor" ge stopt. De laatste wist echter 's nachts door verbreking der deur te ontvluchten. HILLEGOM. De bolleDbeurs werd Donderdag bezocht door 38 personen. R. K, Debatingclub. Deze club opende haar vergaderseizoen Donder dagavond. Eerst werden de gewone werkzaamheden afgedaan.Daarbij werd besloten krachtig propaganda te ma ken voor 't toetreden tot de elub. De heer G. Bulten hield een inlei ding Jover „Kinderzelfmoord", waarin hij omvang, oorzaken, en bestrijdings middelen er tegen behandelde. De verslapping van goede zeden en 't ondermijnen van den godsdienst noem de hij als de hoofdredenen. Er volgde een degelijke gedachten- wisseling, waarbij verschillende ver klaringen werden gegeven. FEUILLETON, (Wit het Daitsch). 25) Matchen Wellner, die leteta hoofd schap in üe staid had gedaan, kwam Paul Cronau alleen tegen. Met ver snelde schreden ging hij haar voor bij en groette met een zekere haast. Zijn anders zoo vriendelijk gezicht zag ter opgewonden uit, zijne rooide wangen waren donker gekleurd. De arme jongen heeft zich overwerkt, dacht Matchen deelnemend, wa;nt zij had 'zijn naam gelezen opdiep jdeget- nen, die door het examen waren ge. komen. Gaarne zoude zij hem gö. lukgewenscht hebben, haddei niet een schuchtere vrees haar weerhouden. Dia ontmoeting riep haar levendig haar eigen jeugd voor den geest te rug, en, nog met daz© herinnering! vervuld, hoorde zij, even nadat zij hare woning was binne'ngetredem, do schel van de afsluitingsdeur over gaan. Zij ging zelf opendoen en vóór haiar stond Paul Cronau. Haas tig nam hij zijn muts af an een ze kere verlegenheid sprak uit zijn gloeiend gelaat. De voorkomende goedheid, waarmede Malchen hem, do hand aanbooid, gaf hem spoedig zijne kalmte terug en met eenvou dige natuurlijkheid zeide hij op een toon van vertrouwen„Neem mij niet kwalijk, juffrouw W «diner, maar ik kom met een groot, verzotek tot u. Ik verkeer in den grootste u angst. Mijn© moeder is ziek, ik vrees zelfs zeer ziek, en wij zijn hier in de stad onbekend, ja, bijna vreemd. Eene ziekenzuster wil mijne moeder volstrekt niet geroepen hebben en Isidore, vain wie ik zoo juist vandaan kom, verklaarde mij, niet voor morgen te kunnen komen. Zij zegt, dat het zoo erg wel niet zal wezen. Ik voor mij echter geloof", dat spoedige hulp hoogst noodzake lijk is. Ik kan haar niet helpen. En toen ik nu zoo even u ontmoette, onze ©enige blekend© uit vroegere da gen, kwam de gedachte bij mij op, om u om raad te vragen- Gij waart altijd zoo vriendelijk jegens mij, ik tro« daarom mijne stoute schoenen a;an, wellicht dat u mij kunt raden, wat ik doen moet, of dat u wel zelf mijn© moeder,eens komt opzoeken." „Zeker, zeker, beste' Paulhaast te Malchen zich hem te verzekeren, terwijl zij den knaap naar bare gezel lige buiskamer voerde. „Het was heel vterstapidig vah u, om bij mij te komen. Oude bekenden mo©t©n elk ander wederkacrig helpen, vooral op vreemde, plaatsen." En deelnemend ging zij !nu voort met vragen, sinds wanneer zijn mod der ziek was en op welk© wijze zij wel in de eerste plaats van diepst kon zijn. „Wellicht is het maar het raad zaamste," voegde zij er aan to©, „dat ik terstond najat u< mede ga, of be ter nog, gij gaat vooruit en ik volg u na een poosje, eai vraag om da ver gunning uw© móéder elelns ta mogen bezoeken. Zoodoende zal da ziek© in het geheel niet bemerken, dat gij mij hebt geroepen." Met zijne trouw.hart.ige oogen 'keek Paul bet hulpvaardige meisje aan. Hoe goed had deze zijn geheimsten wensph geraden! Het roerde hemj derwijze, dat hij lalleen maar in staat was, iets van diepe dankbaarheid' te mompelen en toen maakte, dat hij zoo spoedig mogelijk bet huis uit kwam. Doch o.ok de .angst, om zijne moeder zette hem tot spoed aan. Plotseling was die angst over hem gekomen, en met beklemmende zorg drukte hij des te zwaarder op liem, wijl hij, geheel in zijne studie ver diept en door zijne mbedter zelve mis leid, in het geheel niet bemerkt had, hoe snel het met haar bergafwaarts ging. Heden echter had hij hiervan het bewustzijn gekregen, zoomede van zijn verlaten toestand. Hij gevoelde, het maar a.l tiei goed, dat spoedige hulp hier verteischt werd, in weerwil van dein hardnlek- kigen tegenzin van zijne moeder te gen iedere .vreemde inmenging. En nu kwam .eensklaps de gedachte' bij hem op, zich tot juffrouw AVIellnar te wenden. Malchen kwam, en Paul voerde haar terstond naar de huiskamer, die tevens voor ziekenvertrek dienst deed, terwijl hij luid zeide: „Moeder, juffrouw Wellner is zoo vriendelijk, om u eens te komen opzoeken." Onaangenaam aangedaan door dit bezoek, hief mevrouw Cronau het hoofd op en richtte zich stijf in de hoogte. De binnemtredjand© ontmoet te bijna, ©en vijandig gelaat, dat haast even duidelijk als met woorden zeide: AMat. moet gij hier? Ik heb .u niet noodig. La,a,t mij met rust." Malchen verstond deze stomme taal zeer goed. Wanneer d© war me, innig dankbare handdruk, Waar mede de arme knaap haar begroette, haar geen moed had verleend, zij zou werkelijk voor haar taak terug geschrikt zijn. Ter wille van den haar sympathieken Paul liet zij zich echter door deze- koel© ontvangst niet uit het veld slaan. zij deted als of zij deze niet eens bemerkte, en trad schielijk naar mevrouw Cro nau toe en betuigde haar leedwie- zen, deze. lijdend te vinden. Het verlangen was bij haar opgekomen, om de vroegere kennis toch e©ns een bezoek te brengen, hier, waar zij eigenlijk gezegd toch onder vreem den leefden. Men verheugde er zich dan dubbel bekende gezichten te zien. „En dan ook," voegde zij er vriendelijk aap toe, „kon ik ook niet in gebreke blijven om u te felicitee- ren met het schitterend examen van uw zoon, ik las het in de courant en verheugd© er mij ten zeerste over." Malchen trof de ontoegankelijke vrouw daar, waar zij wondbaar was, Het was de eerste gelukwensching, di© zij voor haren zoon ontving. Kij deed haar moiaderhart zoo web dat d© afkeer verdween en zij, hoewel dan ook nog stijf, maar toch altijd wat toegankelijker, hare bezoekster dankte. „Nu," zette deze 't gesprek voort, „moet 't vlijtige jong© mensch zich ook wat ontspanning .gunnen, hij moet vooral veel in de vrijl© lucht en wellicht, dat ik voor dit geval u nu en dan wel eens gezelschap mag hou den, opdat gij niet zoo alleen zoudt zijn." „Gij zijt wel vriendelijk, juffrouw JV et In er. maar ik behoef.. „Moedertje, een beetje gezelschap zal u 'bepaald goed doen," zeide Paul 'echter reehttijdig. „Het is een ware zegen, juffrouw Wellner, wanneer ge mama nu en dan eens bezoeken wilt. Zie maar eens, hoe zwak zij Mevrouw Cronau's borst zwoegde pijnlijk, terwfjl de kussens zich ver schoven en der lijdster een onglet- naakkelijke ligplaats aanboden- Fluks yerbeterde Malchen dit, met zacht© hand schudde zij de kussens op tot een steun en fluisterde Paul toe, om lauw: water te halen. Dit' Op den gewonen tijd ging de ver gadering, die door den Geestelijken Adviseur was bijgewoond, uiteen. Gem ee n t eraads v erg ade ring op Donderdag 8 October des voormiddags te 10 uur. D© agenda luidt: 1. Ingekomen stukken. 2 Benoeming stembureau voor de verkiezing van een lid-pa troon voor de Kamer van Arbeid: voor de Bloembollenteelt 3 Ge bruik van den Hoftuin voor eene v ol L 3 gr o uds ten toon s te 11 ing van bloembollen, enz 4 Verzoek K J. Richel tot wijziging van zijn straten plan 5. Verordening uitbetaling on derwijzers jaarwedden bij ziekte, mi litie- of landweerplichten 6. Bestek bestrating en rioleering Brouwer laan, Havenstraat, Amerika c.a., en rioleeringsplannen van de straten- commissie. 7 Vaststelling begroo ting gemeen tegasfabriek 1909. 8.: Vaststelling gemecntebe.gr oot ing 1909. Geen rijweg meer. -Wjas tot voor korten tijd de Sixlaan niet al leen voor voetgangers maar ook voor rijtuigen toegankelijk, thans is daar in verandering gekomen. Door het plaatsen van een paar planken wordt nu den koetsiers en anderen voer lieden te kennen gegeven, dat deze laan voortaan alleen voor voetgan gers en wielrijders bestemd blijft en o. i terecht, De Sixlaan vormt met hare naaste omgeving een der mooiste punten van Hillegom en daar ze niet breed genoeg is om naast een rijweg van voldoende breedte vrij te laten, heeft men haar aan de wandelaars alleen geschonken Aan het verkeer is dit geenszins hinder lijk. daar de publieke weg op eenige meters afstand evenwijdig aan haar loopt. De. Sixlaan is dus nu zoowel voor kinderen als voor ouden van da gen een rustige wandelplaats, waar niemand zich beangst behoeft te ma ken over rijtuigen of auto's. Collecte. Aan den Ringdijk wordt een collecte gehouden voor M. van L., die reeds van af begin Juni met vrouw en drie kinderen in een tent van vloer- kleeden kampeert. Het doel is om voor het te collecteeren bedrag eenig huisraad te koopen. Burgerlijke Stand. Geboren: Barend, z. v. B. Masten broek en W. H. Lindeman. Corne lia Jacoba, d. v. J. van Egmond en M. v. der Meer, Anna Maria, d. v. C. Oudewater en A. van Seggelen, Cornelia Berdina, d. v. F. P. Kerkvliet en D. Prins. Leendert, z. v. L. Spaar garen en M. Boer, Johanna, d. v. L. Rhijnsburger en D. Nijeboer. Overleden: Maria Wijman, 10 m. Cornelia van der Horst, 7 weken, kind van P. van Dijk en F. Th. M. Verhaar. Burgerlijke Stand: Gehuwd: F. v. d. Castel en M. v. d. Ploeg. Ondertrouwd: N. Duivenvoorden en A. van Stijn, M. Okkerse en M. Molenaar' Overleden: C van Stijn, 52 jr, echtg. N. Duivenvoorden, H. C. Verstege, 2 m. D. Mieland 61 jaar, echtg. H. van Schooten, L. Mie- land, 27 jr. C. Wesselius, 2 md. Burger 1. Stand. Beval len: H. v d PloegSmit. z. A. Maat—v. d. Berg, d. H. de Winter v. d. Berg, z. JVeningsOtto, d. Ondertrouwd: H. v. Leeuwen en M A. v. Beden. Burg. Stan d. BevallenM v. d HolstSteijn, z. G. MeijersBoo gaards. z. S. v. d. Bergv. d. Berg, d. G. C. LantrokWe strek, z. Ondertrouwd: J. de Haas en A. Zoietendaal. P. y. d. Haak en L. Barnhoom. OverledenLeven 1. aangeg. kind v. h mannel. gesl. van L. Romijn en Th. Koelewijn. P. J. v. Bohemian, 2 m., z. v. W- v. Bohemen en B. Duijndam. C. J„ 7 j. en 11 m., z. v J Duivenvoorden en S. J. O.- v. Schooien A. Duivenvoorde, 36 jechtgenoot® van P C. de Groot. goot zij in'teen kom en legde er zacht- jies de handen van den zieke in. Van lieverlede gevoelde deze eenige ver lichting. Half verwonderd, half te gen haar zin dankbaar keek zij naar de flinke helpster, die haar terstond een© verzorging ten deel liet vallen, gelijk zij deze ontbeerde, zonder het zich zelve te willen bekennen. Paul deed wel alles voor haar. wat hij kon, maar wat wist 'een knaap van de be handeling eener zware zieke! Hij zelf toch zag er reeds zoo schrikba- bleek. zoo angstig uit. „Hij heeft te veel gestudeerd, niet waar, juffrouw Wellner?" Dit was bet eerste, wat de zieke, nadat zij zich wat verlicht gevoelde. tegen Malchen zeide, waarbij zij met de oo gen op (haren zoon wees. „Ja," knikte Malchen. „hij moet thans <eene bijzondere zorgvuldig© verpleging hebben- Sta mij toe, dat, terwijl gij u nog zoo zwak gevoelt ik ©en weinig de hand aan het jon ge mensch houd© ©n er op let, dat hij zich versterkt." Wederom keek mevrouw Cronau Malchen met groote oogen aan, doch in haar starren blik sloop ditmaal een straaltje van warme -dankbaar heid. „Och, ik heb er al zoo over liggen tobben, dat Paul nu veel ontberen1 moet wijl ik niet voor hem zorgen kan en onze dienstbare geest in dit opzicht niet te vertrouwen is, antwoordde de zieke. NIEUWE HAARLEttSCHE COURANT ™F„f bud BLOEMEND AAL. HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE. SPAARNDAM. ZANDVOORT. VELSEN. IJMTJIDEN. HEEMSKERK. I" is LISSE NOORWIJKERHOUT' NOORD WIJK.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 5