MISLEID.
Aan onze abonnés.
Uit den Omtrek,
De Directeur der Nieuwe Haar-
iemsche Courant noodigt allen, die
daartoe kunnen medewerken, drin
gend uit, ons te willen helpen, opdat
advertentiën van veilingen, verkoo-
phtgen, boelhuizen, grasverpachtingen
enz. ook in de Roomsche Courant
van Haarlem en Omstreken worden
opgenomen.
Wanneer H.H. Notarissen en Make
laars door degenen, die bij deze
verkoopingen enz. betrokken zijn,
tijdig op ons blad opmerkzaam wor
den gemaakt, zullen deze heeren niet
weigeren ook in de Nieuwe Kaar-
lemsche Courant, die toch door een
zeer aanzienlijk deel der bewoners
van Haarlem en Omstreken gelezen
wordt, die advertentiën te plaatsen.
Wij bevelen deze belangrijke zaak
in de aandacht van ai onze lezers.
De loterij der Sint Elisabeths-
vereeniging.
Lezers van de Haarlemsche Room-
sche Courant: de Sint Elisabeths-
vereeniging behoeven wij u toch
zeker niet voor te stellen?
Eik katholiek van Haarlem, en
tal van niet-katholieken even
zeer, kent deze vereeniging, die al
van 1855 dateert, en die gedurende
al die jaren met zooveel zelfopoffe
ring en christelijke, echt-Room-
sche liefde de arme zieken bezoek
en even van het noodige voorziet.
Wat al arme zieken zijn er niet
geholpen in onze mindergegoede
buurten: hoe ontzaglijk veel klee-
ding3tukken, hoe enorme hoeveel
heden versterkende middelen zijn
er niet weggeschonken, hoeveel
leed is [er niet verzacht door deze
vereeniging 1
He leden van St. Vincentius
weten het en ondervinden het voort
durend, en ook de Eerw. Geeste
lijkheid is er van op de hoogte,
hoe de St, Elisabeths-vereeni^ing
waarlijk nuttig werk verricht in
onze stad, en hoevelen ot er door
haar werden en nog immer worden
bijgestaan.
Helaas: in dit jaar is niet zooveel
gedaan als in vorige jaren.
Het kon nietl
He kas liet het niet toe, en dezen
zomer, zooals we ook vroeger al
hebben moeten melden, konden
slechts de ernstigste zieken worden
ondersteund 1
En nu naakt de winter, nu neemt
het aantal- zieken nog toe, en er
zijn er toch reeds zooveel, die de
dames der St. Elisabethsvereeniging
met bloedend harte onverhoord
moeten voorbijgaan.
Het katholieke Haarlem dient
hier een handje te helpen
Endaartoe opent zich nu
weer een ongezochte, prettige, beste
gelegenheid.
Want zooals in andere jaren
organiseert ook dit jaar de Sint
Elisabethsvereeniging wederom een
weldadigheidsloterij, waarvan de
opbrengst den armen zieken ten
goede komt.
Hat is wel de voornaamste bron
van inkomsten, die deze vereeniging
heeft, en het is dan ook niet te
verwonderen, dat wij, die zoo van
nabij het werk der Roomsche Chari-
tas dat deze verdienstelijke ver
eeniging levert, kennen, onze lezers
met veel warmte willen opwekken,
deze loterij op alle wijzen te steunen.
Vooreerst kan men dat door het
inzenden van prijzen.
De dames zijn wat blij met hand
werken, fraaie en nuttige bijdragen
die spreken van een nijvere, kunst
lievende, smaakvolle dameshand.
Maar nog meer en algemeener
kan men deze loterij steuneu, door
het nemen van loten.
De dames presenteeren die loten
aan de ingezetenenwij zeggen met
nadruk: zendt hen niet weg, doch
bedenk dat het den armen zieken
ter hulp komt, en dat ge met dat
voor uw persoon zoo klein bedrag,
waaraan nog de aantrekkelijkheid
van een kans op een prijs is ver
bonden, zooveel goed doet!
Mocht een onzer lezers of leze
ressen soms de loten geweigerd
hebben, of de aanbieding bij afwe
zigheid vergeefsch zijn geweest,
welnu, wij willen ons gaarne belas
ten met orders, en een klein bericht
aan ons Redactie bureau is voldoende
om ons daarvoor te doen zorgen.
Voor het overige is het adres,
waar de gelegenheid bestaat tot
inzenden van giften en prijzenme
juffrouw S. Proot, Jansstraat 64
alhier.
Wij hopen dat deze korte, doch
warme aanbeveling bij onze Room-
schen van Haarlem haar werk mag
doen I In het belang der arme
zieken zij der St. Elisabeth vereeni
ging een uitnemend te slagen loterij
toegewenscht, waarover wij spoedig
in dit blad nog wel een en ander
zullen hebben te berichten.
De toestand op Curasao.
Aan een, aan „Het C en t r um"
ter inzage gezonden schrijven van een
eerw. Neder) andsche religieuss tePie-
termaai ontleenen {wij het volgende,
dat weer eens een denkbeeld geeft van
de ellende, die op Curagao is geleden
en de vreugde, welke de finantieele
hulp uit het moederland er bracht
Dankbaarheid,innige dankbaarheid
echter spoort mij aan, eenige oogen
blikjes in den geest de zee over te
stenen, om u allen te vertellen, hoe
bui tengewoon welkom de ruime gelden
zijn, die de Nederlandsche Katholieken
voor de Curagaosche bevolking gestort
hebben. Ongetwijfeld hebt u ook, een
kleine bijdrage gegeven en zoodoende
mede geholpen om velen, velen kin
deren iederen dag eenig voedsel te
verschaffen. Ik zeg eenig voedsel,
want ofschoon we de mildheid van de
Hollanders hoog roemen, kan daardoor
de nood van allen nog volstrekt niet
gelenigd wordeD, Ach, Beste Marie en
Nico, er heerscht, hier toch zooveel
ellende en gebrek Een massa onzer
kinderen komen 's morgens school
zonder iets gegeten te hebben.
Ik kan u niet zeggen, hoe pijn het
ons doet, welk eene smart het voor
ons is te zien, dat die schaapjes kwij
nen, zonder in hun behoefte te kunnen
voorzien. Wel stoppen .wij dezen en
genen zoo stilletjes iets toe, maar de
armoede is zoo algemeen en tevens
zoo groot, dat onze middelen volstrekt
ontoereikend zijn om in aller behoef
ten te voorzien. Sommige menschen
zijn van louter gebrek gestorvenzoo
was er o. a. eene vrouw, die een half
uur van de kerk woondezij gevoel
de hare krachten afnemen en wilde,
alvorens te sterven, eerst O. L. Heer
nog eens in Zijn Paleis bezoeken,
daarom begaf zij zich op weg en kwam
na 4 uur loopens eindelijk bij de
kerk aan, doch zoo uitgeput van
krachten, dat zij in bezwijming viel.
Door de goede zorg van de meid
van den ZeerEerw. heer pastoor kwam
zij na een poosje bij en werd naar
haar stulpje gebracht. Toen de pastoor
den dag daarop de zieke ging bezoe
ken, was het goede mensch reeds
overleden. Zeker zal de goede God
haar in den Hemel beloond hebben
voer de moeite en inspanning, die zij
zich getroost heeft, om den lieven Je
zus nog eene laatste maal in Zijn H.
APaar Sacrament te bezoeken.
Nog meer zulke staaltjes zou ik u
kunnen mededeelen, doch voor dezen
keer genoeg, anders wordt mijn schrij
ven te lang en mijn tijd is erg beperkt.
Nu zijn wij, zooals ik u in 't begin
van dezen brief zeide, dank zij de
mildheid van de Ned. Katholieken,
een weinig uit den nood gered Ik
kan u niet zeggen, hoe innig blij wij
waren, toen onze ZeerEerw. heer pas
toor ons kwam vertellen, dat Z.Eerw.
antwoord had op Z.Eerw. schrijven
en over eenige honderden kon beschik
ken. Nu aan 't overleggen, wat het
beste zou zijn; en, o heerlijker werd
besloten, dat al de schoolkinderen,
jongens en meisjes, ieder een broodje
en een kop koffie met suiker zouden
krijgen, (natuurlijk zonder melk, want
die is bij de aanhoudende droogte
bijna niet te krijgen en kost hier
altijd 80 cent de kan.) Ik wilde wel,
dat u eens om eens om een hoekje
kondet zien, als de Zusters met de
mand met brood binnen komenaller
oogen schitteren dan van blijdschap
en de kleintjes bekijken het broodje
van alle kanten en lachen er o, zoo
vriendelijk tegen, terwijl ze dan die
mooie witte tanden laten zien.
Vandaag, Zaterdag, was het geen
school, toch had de gewone uitdeeling
plaats en daar het, Gode zij dank dui
zendmaal een flinke regendag was,
kwamen de kinderen tusschen de buien
door en dus zeer ongeregeld. Sommi
gen woonden wel i/2 en s/4 uur ver
en toch waren ze present, om één
broodje te halen, wel een bewijs, dat
de nood hoog is!! Ik moetje zeggen,
dat wij allen dezen morgen erg geno
ten hebben, vooral met de jongens,
die schoorvoetend en verlegen aan
kwamen, (omdat zij niet wisten, of
het lukken zou, daar de fraters bij
hen de uitdeeling houden) doch
springend en in galop met het broodje,
onder hun jasje verborgen, weggingen.
Een klein kereltje, van 6 5 7 jaar ging
deze week dansend naar huis, terwijl
hij het broodje stevig tusschen zijn
armen drukte en zeideHa, ha, nu
kan ik met mijn lief Mamaatje brood
eten 1 Vele briefjes van dankbetuiging
zijn ons reeds gestuurd en verschei
dene moeders zijn zelf geweest om
de Zusters en vooral den zeereerw.
pastoor te bedanken. Zij zullen de
goede weldoeners in Holland niet ver
geten en daarom bidden zij dagelijks
hartelijk voor hen."
Prins von Bülow over de Pers.
De rede, door den Duitschen rijks
kanselier voor de afgevaardigden van
het internationaal perscongres gehou
den, is belangrijk en interessant ge
noeg, om schier in haar geheel eens
weer te geven.
Na president Singer bedankt te heb
ben voor zijn tot den Rijkskanselier
gerichte woorden en de beste wenschen
te hebben geuit voor het resultaat van
de besprekingen, zei de Rijkskanselier:
Ik wil hier wel verklappen, heeren
van de pen, dat mijn betrekkingen
tot de Pers reeds vroegtijdig begonnen
zijn. Zekeren avond, toen wij in Prank-
fort de mooie Mainstad, aan den ron
den, huiselijken familiedisch zaten,
mijn ouders, mijn broers, zusters en
ik, werd het avondblad binnenge
bracht; ik, als tienjarige bengel greep
er dadelijk naar, maar in mijn ijver
raakte ik met alle vijf mijn vingers
de heete lamp aan en brandde me
deerlijk. Dat was de eerste maal dat
ik aan de pers mijn vingers heb ge
brand.
18 jaar later was ik jong zaakge
lastigde te Athene en 't was een
Weensch blad van wereldbeteekenis
dat tot mijn genoegen ook hier
vertegenwoordigd is hetwelk toen
maals schreef dat Bismarck een mees
terlijk diplomaat moest zijn om alle
dwaasheden van den Duitschen zaak
gelastigde te Athene goed te maken.
Hij noemde mij het vijfde wiel aan
den wagen, een onnoozel jongmensch.
Dit was de eerste maal dat de Pers
zich eens met mij bezig hield.
Mijn uiterlijk heeft den man blijk
baar niet goed bevallen. Ik weet niet
of hij nog leeft en of hij nu gunstiger
over mij denkt.
Maar ik heb later ook aangenamer
ervaringen met de pers opgedaan.
Eenige jaren daarna, in de tachtiger
jarer, was ik aan het gezantschap te
Parijs geplaatst. Eens verkeerde ik in
een melancholieke bui, zoo een luiten-
antsmelancholie als officieren plegen
te hebben, wanneer zij niet snel ge
noeg promotie maken. In zulk een
stemming vroeg ik Blowitz den Parij-
schen correspondent van de „Times"
hij was een verstandig man of
er voor mij nooit eenige vooruitzich
ten in de journalistiek zou kunnen
bestaan. Als eenig antwoord bood hij
mij dadelijk een betrekking aan van
dertig duizend francs 'sjaars.
Dit aanbood heeft destijds mijn zelf
vertrouwen zeer versterkt en de her
innering er aan doet mij nog heden
genoegen.
Ik heb opgemerkt dat er weinig
politici zijn, die, vooral wanneer er
geen journalist in de nabijheid is, niet
eens graag over de Pers schetteren.
Maar er zijn nog minder politici die
niet gaarne wenschen dat de Pers zich
met hen bezighoudt en al zeer klein
is het aantal van de politici die het
zetten kunnen wanneer de Pers zich
in het geheel niet met hen bemoeit.
Geen hunner wil gelijk staan met het
viooltje dat in het verborgen bloeit.
Van hoevelen heeft de Pers het werk
niet verder verspreid I De pers is in
elk geval een groote macht, zij vormt
geruchten, opvattingen, overtuigingen,
die niet gemakkelijk aan 't wankelen
zijn te brengen.
Reeds Lodewijk XHI beklaagde zich
over de Hollandsche pamfletten. Was
het intusschen vroeger nog gemakke
lijk onware voorstellingen tegen te
spreken, in den tegenwoordigen tijd
is een gerucht door de telegraaf in een
oogenblik over de geheele wereld ver
spreid. Een voorbeeld: Een mijner
goede vrienden iD de pers heeft eens
van mij gezegd dat ik mijn redevoe
ringen voorbereidde met behulp van
het citatenboek van Büchmaun en nog
thans zie ik mij in de spotbladen af
gebeeld met Büchmann en mijn trou
wen poedel. En toch mijn heeren heb
ik pas sinds een paar jaar met Büch
mann kennis gemaakt. Een helaas
reeds gestorven lid van den Rijksdag
zond het mij toe en dan nog als
Aprilgrap.
Dit is een volkomen onschuldig
voorbeeld. Maar er zijn ook voorbeel
den van het tegendeel, waarbij door
de Pers recht in onrecht verkeerde,
waarheid tot onwaarheid werd.
Hoe grooter de macht der Pers is
des te grooter is haar verantwoorde
lijkheid.
Nu ga ik weer aan het citeerenuit
mijn hoofd: „Der Menschheit Würde
ist in eure Hand gegeben, bewahret
sie!"
Haar groote macht kan de Pers ge
bruiken tot heil der menschheid. Her
innert ook gij u, dat zij voor de ge
schiedenis verantwoordelijk is. Ik ge
loof dat ieder journalist een goed
vaderlander moet zijn; maar dat be
hoeft nog geen onrechtvaardigheid te
mede te brengen tegenover andere
volken. Men is nu eenmaal erop aan
gewezen om met en naast elkander
in vrede te leven. Gij zelf geeft daar
van het voorbeeld door uwe interna
tionale vereeniging. Moge dit ook een
voorbeeld zijn voor het leven der vol
keren. Ook zij moeten evenals in uw
vereeniging trachten het met elkander
te vinden en de Pers kan er veel toe
bijdragen dat de verhoudingen een
vriendschappelijken vorm aannemen.
Moge zij daarom steeds worden be
stuurd door ervaren, verlichte hoofden
tot heil der menschheid, tot het wel
zijn der volkeren!
Burgerlijke Stand.
Ondertrouwd: J. J. v. Harts-
kamp en W- Verschoor.
GetrouwdA. F. Franse en A.
C. Pander.
Burg e r 1 ij k e S t a n d.
Ondertrouwd: J. H. Geus en A.
A. Steen.
Burgerlijke. Stand.
Bevallen: S. Vermeeren—Bie-
ming, 2 d-
Burgerlijke Stand.
Ondertrouwd: L. Keur en S.
Schaap.
Getrouwd: H. Bluijs en A. C. Ko-
remajn. K. Roos en L. v. d. Bosch.
P. v. d- Berg en C. Meiland.
Bevallen: S. LoosVan Laar, z.
J. KeesmanSlagtveld, 1.1. z.
Burgerlijke Stand.
Ondertrouwd: W>. H. v. d. Meer
en G. J. Hoorn
GetrouwdW'. H Mets en F. de
Wijn. J, v, Houwelingen en D. A.
G Visser
BevallenA. SchelvisSprengers,
d. P. 'ZegelVerhoeve., d. D. Kort-
houwerKops, d. J. Nieuwanhui-
senStraver, z A. v. Leeuwen-
Genet, di J v. d. Plasv. d. Kuil,
z A. JViljouwv. Veen, d. J. M.
de Graaf—Zoon, d. J. PruisRook,
dochter.
OverledenP. G. Zlumpier, 2 w. J.
M. v Dingstee, 63 j
Onbestelbare brieven. Lijst
van onbestelbare brieven en brief
kaarten, verzonden door het postkan
toor IJmuiden, gedurende de, laatste
helft der maand September 1908.
BinnenlandBrievenTuin van
Duin, Katwijk aan Zee.
BriefkaartenMej. C. M. Ziegers,
Amsterdam; Van Toren, Velsen.
Buitenland: Briefkaarten: Georgi
Fhelachi, Turkije Franz Winjora,
Coin; Martha Anderseu, F.Engelsman,
An vers.
Een Vioolvisch. EenHaarlem-
mer, die hier hengelde op den Zuid-
Pier heeft tegen het opkomen van
den vloed een vreemsoortigen grooten
visch bemachtigd, naar schatting
wegende 20 5 25 K.G.
Door een kenner werd hij Hose of
Vioolvisch genoemdde kop was naar
evenredigheid 4 maal zoo Jgroot als
die van een kabeljauw.
Bij het opensnijden kwam een nog
eenigzins levende schol voor den dag.
Fietsongeluk. Een jongeling,
M. S zou alhier een gebruikte "fiets
koopen. Voor -aleer tot den verkoop
werd overgegaan, probeerde genoem
de persoon het rijwiel, re ïd veel te
woest, zoodat in volle vaart het rij
wiel middendoor brak. De jongeling
deed gruwelijke verwondingen op,
moest in een rijtuig naar huis wor
den vervoerd, waar hij dadelijk door
onzen geneesheer weid verbonden.
Naar wij vernemen zal alles nog ten
beste keexen.
G- e e n kermis. De dagten, waar
op in vorige jaren alhier de kermis
vreugde werd gevierd, zijn goddank
nog al tamelijk rustig voorbijgegaan.
Enkele relletjes, straatlantaarns in
werpen, het vernielen der ruiten in
ieen .alleenstaande blocin bollen
schuur, ziedaar zoowat het voorge
vallene. De politie was natuurlijk
's avonds goed vertegenwoordigd en
liet niet met zich spelen. Een paar
oproerkraaiers zijn in de „nor" ge
stopt. De laatste wist echter
's nachts door verbreking der deur
te ontvluchten.
HILLEGOM.
De bolleDbeurs werd Donderdag
bezocht door 38 personen.
R. K, Debatingclub. Deze club
opende haar vergaderseizoen Donder
dagavond. Eerst werden de gewone
werkzaamheden afgedaan.Daarbij werd
besloten krachtig propaganda te ma
ken voor 't toetreden tot de elub.
De heer G. Bulten hield een inlei
ding Jover „Kinderzelfmoord", waarin
hij omvang, oorzaken, en bestrijdings
middelen er tegen behandelde. De
verslapping van goede zeden en 't
ondermijnen van den godsdienst noem
de hij als de hoofdredenen.
Er volgde een degelijke gedachten-
wisseling, waarbij verschillende ver
klaringen werden gegeven.
FEUILLETON,
(Wit het Daitsch).
25)
Matchen Wellner, die leteta hoofd
schap in üe staid had gedaan, kwam
Paul Cronau alleen tegen. Met ver
snelde schreden ging hij haar voor
bij en groette met een zekere haast.
Zijn anders zoo vriendelijk gezicht
zag ter opgewonden uit, zijne rooide
wangen waren donker gekleurd. De
arme jongen heeft zich overwerkt,
dacht Matchen deelnemend, wa;nt zij
had 'zijn naam gelezen opdiep jdeget-
nen, die door het examen waren ge.
komen. Gaarne zoude zij hem gö.
lukgewenscht hebben, haddei niet een
schuchtere vrees haar weerhouden.
Dia ontmoeting riep haar levendig
haar eigen jeugd voor den geest te
rug, en, nog met daz© herinnering!
vervuld, hoorde zij, even nadat zij
hare woning was binne'ngetredem, do
schel van de afsluitingsdeur over
gaan. Zij ging zelf opendoen en
vóór haiar stond Paul Cronau. Haas
tig nam hij zijn muts af an een ze
kere verlegenheid sprak uit zijn
gloeiend gelaat. De voorkomende
goedheid, waarmede Malchen hem,
do hand aanbooid, gaf hem spoedig
zijne kalmte terug en met eenvou
dige natuurlijkheid zeide hij op een
toon van vertrouwen„Neem mij
niet kwalijk, juffrouw W «diner,
maar ik kom met een groot, verzotek
tot u. Ik verkeer in den grootste u
angst. Mijn© moeder is ziek, ik
vrees zelfs zeer ziek, en wij zijn
hier in de stad onbekend, ja, bijna
vreemd. Eene ziekenzuster wil
mijne moeder volstrekt niet geroepen
hebben en Isidore, vain wie ik zoo
juist vandaan kom, verklaarde mij,
niet voor morgen te kunnen komen.
Zij zegt, dat het zoo erg wel niet zal
wezen. Ik voor mij echter geloof",
dat spoedige hulp hoogst noodzake
lijk is. Ik kan haar niet helpen. En
toen ik nu zoo even u ontmoette,
onze ©enige blekend© uit vroegere da
gen, kwam de gedachte bij mij op,
om u om raad te vragen- Gij waart
altijd zoo vriendelijk jegens mij, ik
tro« daarom mijne stoute schoenen
a;an, wellicht dat u mij kunt raden,
wat ik doen moet, of dat u wel zelf
mijn© moeder,eens komt opzoeken."
„Zeker, zeker, beste' Paulhaast
te Malchen zich hem te verzekeren,
terwijl zij den knaap naar bare gezel
lige buiskamer voerde. „Het was
heel vterstapidig vah u, om bij mij te
komen. Oude bekenden mo©t©n elk
ander wederkacrig helpen, vooral
op vreemde, plaatsen."
En deelnemend ging zij !nu voort
met vragen, sinds wanneer zijn mod
der ziek was en op welk© wijze zij
wel in de eerste plaats van diepst
kon zijn.
„Wellicht is het maar het raad
zaamste," voegde zij er aan to©, „dat
ik terstond najat u< mede ga, of be
ter nog, gij gaat vooruit en ik volg
u na een poosje, eai vraag om da ver
gunning uw© móéder elelns ta mogen
bezoeken. Zoodoende zal da ziek©
in het geheel niet bemerken, dat
gij mij hebt geroepen."
Met zijne trouw.hart.ige oogen 'keek
Paul bet hulpvaardige meisje aan.
Hoe goed had deze zijn geheimsten
wensph geraden! Het roerde hemj
derwijze, dat hij lalleen maar in staat
was, iets van diepe dankbaarheid'
te mompelen en toen maakte, dat
hij zoo spoedig mogelijk bet huis uit
kwam. Doch o.ok de .angst, om zijne
moeder zette hem tot spoed aan.
Plotseling was die angst over hem
gekomen, en met beklemmende zorg
drukte hij des te zwaarder op liem,
wijl hij, geheel in zijne studie ver
diept en door zijne mbedter zelve mis
leid, in het geheel niet bemerkt had,
hoe snel het met haar bergafwaarts
ging. Heden echter had hij hiervan
het bewustzijn gekregen, zoomede
van zijn verlaten toestand.
Hij gevoelde, het maar a.l tiei goed,
dat spoedige hulp hier verteischt
werd, in weerwil van dein hardnlek-
kigen tegenzin van zijne moeder te
gen iedere .vreemde inmenging. En
nu kwam .eensklaps de gedachte' bij
hem op, zich tot juffrouw AVIellnar
te wenden.
Malchen kwam, en Paul voerde
haar terstond naar de huiskamer, die
tevens voor ziekenvertrek dienst
deed, terwijl hij luid zeide: „Moeder,
juffrouw Wellner is zoo vriendelijk,
om u eens te komen opzoeken."
Onaangenaam aangedaan door dit
bezoek, hief mevrouw Cronau het
hoofd op en richtte zich stijf in de
hoogte. De binnemtredjand© ontmoet
te bijna, ©en vijandig gelaat, dat
haast even duidelijk als met woorden
zeide: AMat. moet gij hier? Ik heb
.u niet noodig. La,a,t mij met rust."
Malchen verstond deze stomme
taal zeer goed. Wanneer d© war
me, innig dankbare handdruk, Waar
mede de arme knaap haar begroette,
haar geen moed had verleend, zij
zou werkelijk voor haar taak terug
geschrikt zijn. Ter wille van den
haar sympathieken Paul liet zij zich
echter door deze- koel© ontvangst
niet uit het veld slaan. zij deted als
of zij deze niet eens bemerkte, en
trad schielijk naar mevrouw Cro
nau toe en betuigde haar leedwie-
zen, deze. lijdend te vinden. Het
verlangen was bij haar opgekomen,
om de vroegere kennis toch e©ns een
bezoek te brengen, hier, waar zij
eigenlijk gezegd toch onder vreem
den leefden. Men verheugde er zich
dan dubbel bekende gezichten te
zien. „En dan ook," voegde zij er
vriendelijk aap toe, „kon ik ook niet
in gebreke blijven om u te felicitee-
ren met het schitterend examen van
uw zoon, ik las het in de courant en
verheugd© er mij ten zeerste over."
Malchen trof de ontoegankelijke
vrouw daar, waar zij wondbaar was,
Het was de eerste gelukwensching,
di© zij voor haren zoon ontving. Kij
deed haar moiaderhart zoo web dat d©
afkeer verdween en zij, hoewel dan
ook nog stijf, maar toch altijd wat
toegankelijker, hare bezoekster
dankte.
„Nu," zette deze 't gesprek voort,
„moet 't vlijtige jong© mensch zich
ook wat ontspanning .gunnen, hij
moet vooral veel in de vrijl© lucht en
wellicht, dat ik voor dit geval u nu
en dan wel eens gezelschap mag hou
den, opdat gij niet zoo alleen zoudt
zijn."
„Gij zijt wel vriendelijk, juffrouw
JV et In er. maar ik behoef..
„Moedertje, een beetje gezelschap
zal u 'bepaald goed doen," zeide Paul
'echter reehttijdig. „Het is een ware
zegen, juffrouw Wellner, wanneer
ge mama nu en dan eens bezoeken
wilt. Zie maar eens, hoe zwak zij
Mevrouw Cronau's borst zwoegde
pijnlijk, terwfjl de kussens zich ver
schoven en der lijdster een onglet-
naakkelijke ligplaats aanboden-
Fluks yerbeterde Malchen dit, met
zacht© hand schudde zij de kussens
op tot een steun en fluisterde Paul
toe, om lauw: water te halen. Dit'
Op den gewonen tijd ging de ver
gadering, die door den Geestelijken
Adviseur was bijgewoond, uiteen.
Gem ee n t eraads v erg ade
ring op Donderdag 8 October des
voormiddags te 10 uur.
D© agenda luidt: 1. Ingekomen
stukken. 2 Benoeming stembureau
voor de verkiezing van een lid-pa
troon voor de Kamer van Arbeid:
voor de Bloembollenteelt 3 Ge
bruik van den Hoftuin voor eene
v ol L 3 gr o uds ten toon s te 11 ing van
bloembollen, enz 4 Verzoek K J.
Richel tot wijziging van zijn straten
plan 5. Verordening uitbetaling on
derwijzers jaarwedden bij ziekte, mi
litie- of landweerplichten 6. Bestek
bestrating en rioleering Brouwer
laan, Havenstraat, Amerika c.a., en
rioleeringsplannen van de straten-
commissie. 7 Vaststelling begroo
ting gemeen tegasfabriek 1909. 8.:
Vaststelling gemecntebe.gr oot ing
1909.
Geen rijweg meer. -Wjas tot
voor korten tijd de Sixlaan niet al
leen voor voetgangers maar ook voor
rijtuigen toegankelijk, thans is daar
in verandering gekomen. Door het
plaatsen van een paar planken wordt
nu den koetsiers en anderen voer
lieden te kennen gegeven, dat deze
laan voortaan alleen voor voetgan
gers en wielrijders bestemd blijft
en o. i terecht, De Sixlaan vormt
met hare naaste omgeving een der
mooiste punten van Hillegom en
daar ze niet breed genoeg is om naast
een rijweg van voldoende breedte
vrij te laten, heeft men haar aan de
wandelaars alleen geschonken Aan
het verkeer is dit geenszins hinder
lijk. daar de publieke weg op eenige
meters afstand evenwijdig aan haar
loopt. De. Sixlaan is dus nu zoowel
voor kinderen als voor ouden van da
gen een rustige wandelplaats, waar
niemand zich beangst behoeft te ma
ken over rijtuigen of auto's.
Collecte. Aan den Ringdijk wordt
een collecte gehouden voor M. van L.,
die reeds van af begin Juni met vrouw
en drie kinderen in een tent van vloer-
kleeden kampeert. Het doel is om
voor het te collecteeren bedrag eenig
huisraad te koopen.
Burgerlijke Stand.
Geboren: Barend, z. v. B. Masten
broek en W. H. Lindeman. Corne
lia Jacoba, d. v. J. van Egmond en
M. v. der Meer, Anna Maria, d. v.
C. Oudewater en A. van Seggelen,
Cornelia Berdina, d. v. F. P. Kerkvliet
en D. Prins. Leendert, z. v. L. Spaar
garen en M. Boer, Johanna, d. v.
L. Rhijnsburger en D. Nijeboer.
Overleden: Maria Wijman, 10 m.
Cornelia van der Horst, 7 weken,
kind van P. van Dijk en F. Th.
M. Verhaar.
Burgerlijke Stand: Gehuwd:
F. v. d. Castel en M. v. d. Ploeg.
Ondertrouwd: N. Duivenvoorden
en A. van Stijn, M. Okkerse en M.
Molenaar'
Overleden: C van Stijn, 52 jr,
echtg. N. Duivenvoorden, H. C.
Verstege, 2 m. D. Mieland 61 jaar,
echtg. H. van Schooten, L. Mie-
land, 27 jr. C. Wesselius, 2 md.
Burger 1. Stand. Beval
len: H. v d PloegSmit. z. A.
Maat—v. d. Berg, d. H. de Winter
v. d. Berg, z. JVeningsOtto, d.
Ondertrouwd: H. v. Leeuwen en
M A. v. Beden.
Burg. Stan d. BevallenM v. d
HolstSteijn, z. G. MeijersBoo
gaards. z. S. v. d. Bergv. d. Berg,
d. G. C. LantrokWe strek, z.
Ondertrouwd: J. de Haas en A.
Zoietendaal. P. y. d. Haak en L.
Barnhoom.
OverledenLeven 1. aangeg. kind
v. h mannel. gesl. van L. Romijn
en Th. Koelewijn. P. J. v. Bohemian,
2 m., z. v. W- v. Bohemen en B.
Duijndam. C. J„ 7 j. en 11 m., z.
v J Duivenvoorden en S. J. O.-
v. Schooien A. Duivenvoorde, 36
jechtgenoot® van P C. de Groot.
goot zij in'teen kom en legde er zacht-
jies de handen van den zieke in. Van
lieverlede gevoelde deze eenige ver
lichting. Half verwonderd, half te
gen haar zin dankbaar keek zij naar
de flinke helpster, die haar terstond
een© verzorging ten deel liet vallen,
gelijk zij deze ontbeerde, zonder het
zich zelve te willen bekennen. Paul
deed wel alles voor haar. wat hij kon,
maar wat wist 'een knaap van de be
handeling eener zware zieke! Hij
zelf toch zag er reeds zoo schrikba-
bleek. zoo angstig uit.
„Hij heeft te veel gestudeerd, niet
waar, juffrouw Wellner?" Dit was
bet eerste, wat de zieke, nadat zij
zich wat verlicht gevoelde. tegen
Malchen zeide, waarbij zij met de oo
gen op (haren zoon wees.
„Ja," knikte Malchen. „hij moet
thans <eene bijzondere zorgvuldig©
verpleging hebben- Sta mij toe, dat,
terwijl gij u nog zoo zwak gevoelt
ik ©en weinig de hand aan het jon
ge mensch houd© ©n er op let, dat
hij zich versterkt."
Wederom keek mevrouw Cronau
Malchen met groote oogen aan, doch
in haar starren blik sloop ditmaal
een straaltje van warme -dankbaar
heid.
„Och, ik heb er al zoo over liggen
tobben, dat Paul nu veel ontberen1
moet wijl ik niet voor hem zorgen
kan en onze dienstbare geest in dit
opzicht niet te vertrouwen is,
antwoordde de zieke.
NIEUWE HAARLEttSCHE COURANT ™F„f bud
BLOEMEND AAL.
HAARLEMMERLIEDE EN
SPAARNWOUDE.
SPAARNDAM.
ZANDVOORT.
VELSEN.
IJMTJIDEN.
HEEMSKERK.
I"
is
LISSE
NOORWIJKERHOUT'
NOORD WIJK.