DAGBLAD voor NOORD- en 7UID-H0LLAND. KiwderfiMiswest 29«3§-33, HaaHem BUITENLAND. BINNENLAND. Het Madonnabeeld. VmjDAQ 6 NOVEMBER (908. 33*** Jaargang No. 6731. de, Bureaux van Redactie en Administratie: Intercommunaal Telefoonnummer 1426. Oorlogsgevaar DUITSCHLAND. Verspreide Berichten. FEUILLETON. EDEDB. HWE HMRLENSCHE CHIRAVT ABONNEMENTPRIJS: Per 8 HMidn veer Heerlen ▼oor pleeUe», weer een agent is gevestigd (kens der ges ▼oor de overige plaatsen in Nederland franco per post, Afzonderlijke nummers i»ente) f 1,85 1.85 i.«o PRIJS DER ADVERTENTIÊN: ▼an V-regelsf#,88 (eeataat^ f 9,90 Ske regel meer8,10 ©reete letters aaar plaatsraisste. Dienst&anlsiedispen 98 eest per advertentie eentant. 1000 Alle betalende abonnés op dit blad z(jn, volgens de bepalingen en onder de beperkingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor bedragen van: •VLUBir bi lsvenslange onge schiktheid tot werken. 400 •VLDJN l»i overlijden. 300 GULDEN bij verlies van éen hand of voet. 150 •ULDBN bij verlies van don oog. 100 GULDEN bij verlies van don duim. 60 •¥LDMT bf vorlios van édn wiivingor. 15 •IU» bf verlies van doa anderen vinger. De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocsan", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11. Heb lijHI geen twijfel: tie poli tieke atmosfeer is op hoog© bpan ning gelajiende verschillende kwes ties en voorvallen van den laatsten tijd, de Balkan-verwikkelingen, de •panning tusschen Dnitschland en Engeland, de Russisoh-Slavische nei- jfingen, de uitlatingen van keizer (wilhelm, dat alles heeft beroe ring .gebracht en vertroebeling. En nu, komt zoowaar een nietig ■icident tusschen Dnitschland en Frankrijk den wereldvrede in: ge- ▼aar brengen. Men aohte dit niet licht. 'tGaat er om, of Frankrijk, 'dan wel Duitechland zullen toegeven. 'tZit 'm niet in het „wat", dat wordt toegegeven, maar in het feit ▼an het toegeven-zèlf. SVie (dat doet, is op dit moment te minste. Frankrijk heeft het in de laatste paren steeds gedaan- Maar het voelt zich nn door En geland'» eteun en Duitsehlajid's vereenzaming krachtig genoeg, om «p zijn stuk te staan. En Duitsohland'e prestige heeft toor „de groote blamage" van 's kei zers interview en wat er op volgde, zóóveel geleden dat eenige opwin ding en zenuwachtigheid der leiden de staadslieden van het Duitscho Rijk verklaarbaar is. Het hangt er nn. dus geheel van •f, of Duitsehland kalm zal blijven, «n iets van zijn kant zal willen ge ven- ÏWij verwachten dat van de Dpitsche regeering nog immer. En zoo ja, dan is het Casablanca- Shcident, op zichzelf van geen betee- kenis, uit de wereld. De Fransche diplomatie kan dan •en zeer (aanwijsbare .victorie boe ken. Zoo neen, dan idreigt oorlogs- jevaar.,.,- God behoede Europa voor zoo iets Anticlericalo komedie Grooteer komedie dan de anti-cle- rioalo partijen nu in den Duitschee Rijksdag vertoonen, is haast niet ienkbaa» 1 Een paar (dagen geleden was het algemeen parool: .Von Bülow; moet er uit!.,.* i Maar Toen men hand genoeg had ge schreeuwd en de eerste opwinding was bedaard, toen kwamen de hee- ren van het anticlericalo „bloe", do liberalen, radicalen en conservatie- Non, door Vcxn Bülow zoo met talent «n moeite hij elkaar gedreven in één hok, tot hun eigen verwondering hoe zoo uiteenloopende elementen konden worden vereenigd, toen kwamen die hoeren van het „bloo" tot bezinning: als Von Bülow valt, dan ligt het heele „bloo" omveri. En dan zijn wij - de leiders van het „bloo" de regeeringsmaoht onherroepelijk kwijt! „Das gab ein aligemeines Schütt- len des Kopfes 1j En de hoeren van het „bloo" beslo ten we moeten Von Bülow nu een maal kapittelen over het befaamde interview, maar we zullen het zoo zachtjes mogelijk doen, eerst eens met hem afspreken hoe we 't zullen inrichten, en we geven hem eten mo tie van vertrouwen. Von Bülow weg, - dan is ook het „bloo" uit elkaar: en dat om de dood niet! De kopiedie ie nu, Von Bülow te redden. Maar hoe?,*ia De aandacht moet afgeleid De aandacht moest worden afge leid, is er blijkbaar besproken in de regeerende kringen. En dies werdeen groot ka baal tegen Frankrijk opgezet, een kabaal echter, dat door Frankrijk's beslist optreden opeens een heel an der en zeer gevaarlijk karakter heeft gekregen, en dat nu allerernstigst is geworden. Men weet: het gaat om de deser teurs in Casablanca, Duitschers, die van het vreemden legioen zijn weggte- loopen, zijn door de Framschen te ruggehaald, en daarbij moet de Duit- sche consul ietwat beleedigd zijn ge worden. Maar, zegt Frankrijk, die consul handelde ook incorrect. Het voorstel was nu gedaan de zaak aan arbitrage te onderwerpen. On der tusschen, het Fransche stand punt acht de rechts- en de feiten kwestie onsplitsbaar, het hof van arbitrage moet beide punten uitma ken, tenminste indien zij niet langs diplomatieken weg worden beslist De Duitscho regeering deelt dit inzicht niet: zij is van oordeel, dat haar eerst eerherstel moet gegeven worden, daar de ambtenaren van het Duitscho consultant zijn aangevallen ip de uitoefening hunner functie Vandaar nu het conflict. Frankrijk wil geen excuses ma ken, en staat op zijn stuk. Duitsehland zal dus dezen eisch moeten terugnemen, ofer komt oorlog' Als men kalm de zaken beoordeelt, kan men niet aan den politieken- waanzin gelooven, dat wegens het nietige voorval te Casablanca, twee beschaafde volken zich in een oorlog zouden storten, waarvan de uitbre king de heftigste afkeuring van alle verstandige menschen in Duitseh land en Frankrijk zou opwekken Maar in deze dagen van zenuw achtige opwinding, en nu de poli tieke atmosfeer tot uitbrekens toe van electriciteit is overladen, nu is ook dit ondenkbare mogelijk! Hoe het conflict nu staat. De Franschen achten zich 6terk Duitsehland heeft zoo zeggen ze op het oogenblik afleiding Uoa- dig voor den binnen landschep ge- drukten toestand, en de ontevreden heid. Maar bet zal teiö slotte wel toe geven. [Wat trouwens niet anders dam te hopen is. i De Duitsche pers zwijgt, is waar schijnlijk verwonderd over den groo- ten omvang, diep deze zaak heeft genomen. t De Duitsche ambassadeur te Pa rijs en minister Pichon hebben giste ren geconfereerd en „hopen een vre delievende oplossing te kunnen vin den", zooals Beuter seint. De gebeurtenissen van het oogen blik zijn inderdaad wel zéér belang rijk! SPANJE. Een Katholieke universiteit. De openingsplechtigheid der „Ka tholieke Universitaire Academie" heeft te Madrid plaats gehad. De groote zaal der „Vereeniging voor soeiale verdediging" was stampvol. Aanwezig waren de bisschop van Madrid, de groot aalmoezenier van het leger Mgr. de Sion, vele geestelijken, officieren enz. Na een rede van den bisschop van Madrid, heeft de nuntius van den Paus den Pauselijken zegen gegeven. Onder de ingekomen gelukwenschen was er ook een van den rector der Katholieke univerpiteit te Leuven en van den kardinaal-aartsbisschop van Mechelen. Het Katholieke blad van Madrid, de „Universo", belooft dit laatste schrijven te zullen pnbliceeren, dat, naar dit blad zegt, een monument van Christelijke wetenschap is. TURKIJE. Het Parlement. Uit Konstantinopel wordt gemeld, dat de regeering en het jong-Turksche comité het er over eens zijn, dat het onmogelijk is het parlement, zooals aanvankelijk het plan was, den 14den November bijeen te laten'komen. In een groot deels des Rijks moeteu»de verkiezingen nog plaats hebben en er zijn ook moeilijkheden van anderen aard. De opening van het parlement zal daarom minstens tot 15 Dec. worden uitgesteld. DE BALKAN. De toestand in Serviö Het bureau van de Skoepejtina heeft aan de pers een bericht medegedeeld van den volgenden inhoud Na de lezing van het regeerings- verslag beeft da Bkoepsjtina er acte van genomen, dat Servië in den hui- digen moeielijken toestand, al het noo- dige heeft gedaan voor een krachtige verdediging van de Servische belan gen en zal voortgaan een correcte hou ding aan te nemen ten aanzien van de vervulling der internationale ver plichtingen. Gelet op de openbare meening, is Europa goedgezind jegens Servië. Met het oog op de gevoelens voor rechtvaardigheid der groote mogend heden, hebben wij reden te verwach ten, dat een rechtvaardig gevolg zal worden gegeven aan de eischen van Servië. Zonder den vrede te verbreken, zal Servië de biieenroeping en de be slissingen van de conferentie afwach ten. Turkije en Servi*. Als gevolg van herhaalde stappen van do zijde van Servië, heeft de grootvizier de ontscheping en den doorvoer naar Saloniki van het in deze haven opgeslagen oorlogsmate riaal toegestaan. Dat is voor Oostenrijk een tegen valler Waarom 't zoolang duurt. De „Corriere della Sera", geeft de volgende verklaring van het langdurige uitstel der verloving van den hertog der Abruuen. Miss El kins moet verklaard hebbes, dat zjj den hertog niet soa huwen, vóór alle leden der koninklijke familie hun toe stemming hadden gegeven. Dit resultaat schijnt bjj lange na niet bereikt te zijn; niemand minder dan de koningin Mar- garetha verzet er zieh tegen. Ee-iige we ken geleden zou zij, cercle houdende in het kasteel van Stupinigi, zieh plotseling teruggetrokken hebben toen de hertog de zaal binnenkwam. Deze verzocht toen (altijd volgens de Corriere") aan graaf Oldofredi, ijifc zijn naam naar de Koningin-moeder te gaan en haar te vragen of zij om zijnentwil heengegaan was. De koningin antwoord de, dat zij werkelijk zijn gedrag afkeurde en voegde daar eenige opmerkingen aan toe over de verplichtingen van een prins jegens zichzelf en zqn land. De hertog verliet onmiddellijk het kasteel. Miss Elkins zou zich nu bereid ver klaard hebben, den hertog te* huwen, indien h(j afstand doet van zijn rang en Amerikaansch burger wordt. Drze oplos sing kont den Italianen echter geheel onmogelijk voor. V lie gmachines en regeer ings- «ympathie. In de Fransche Senaat ren interpellatie beantwoordende, zeide de minister van openbare werken gisteren namens het geheele land den luchtschip pers dank; hij bracht hun verder hulde en betuigde zijn bewondering. Hij voegde er aan toe, dat er een krediet van 100,000 frs. zal worden opgebracht ter aanmoe diging; de minister zeide te hopen, dat de luchtvaart gunstig zal zijn voor den maaUcaeppeljjke* vooruitgang, de toe nadering, de mens 'hlievendheid en den vrede ia de wereld. De Europeeschc conferentie. Volgens de Neue Freie Pres*e worden de kansen van de bijeenkomst vaa de con- fereatie in welingelichte klingen als groo- ter beschouwd. De conferentie zal volgens die kringen waarschijnlijk plaats hebben. Natuurlijk heet het verder is het nog noodig breedvoerig te onderhandelen om een progarm vast te stelleD, dat aan alle zijden voldoening sch nkt. De confe rentie zou bezwsarlijk vóór Januari bij een kunnen komen. Hofberichten. H. M. de Koningin-Moeder komt Woensdag 11 dezer van het Loo in de Residentie voor het winter- en voorjaarsverblijf. Z. K. H. Prins Hendrik heeft gisteren de huwelijksplechtigheid bijgewoond van freule Van Haersma de With, laatstelijk hofdame van H. M. de Ko ningin, met jhr. Schimmelpenninck. Gieterenavond was de Prins weder in de Residentie. Hier was hij de gast van baron Van Pallandt van Bram zeil op sijn jachtgoederen te Wasse naar. Provinciale Staten van Overijsel.. Ds uitslag der gisteren te Steenwijk gehouden stemming voor een lid der Prov. Staten isHerstemming tusschen de Heeren G. Bruintjes (anti-rev.) te Vollenhoven 1169 stemmen en Loos Janss. (lib.) te Blokzijl (1141). Uit de Staats-Courant. Bij Kon. Besl. is tot buitengewoon hooglesr&ar in de bedrijfsleer en het boekhouden aan de Technische Hoo- geschool te Delft benoemd, J. G. C. Volmer, te Amsterdam. Bij Kon. Besl. is H. Pb. Gerritsen, te 's-Gravenhage, benoemd tot officier in de orde van Oranje-Nassau. Bij Kon. Besl. zijn benoemd tot voorzitter der bij Kon Besl. van 30 Juli 1906 no. 75 ingeetelde commissie tot herziening der wetgeving op de registratiebelasting, de hypotheekrech ten enz., de heer mr. vV. S. J. van Waterschoot van der Gracht, lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaai en notaris te Amsterdam, en tot lid dier commissie, de heer J. A. Enuma, bewaarder van de hypotheken en het kadaster te Rotterdam. Bij Kon. Besl. zijn, met ingang van 1 November, opnieuw in den raad van beroep voor het mijnwezen be noemd a. tot lid en voorzitter: de heer, J. W. IJzerman, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaai, te Was senaar b. tot leden, de heeren: C. J. van Loon, hoogleeraar aan de Technische Hoogeschool te Delft, en S. J. Vermaes, hoogleeraar aan de Technische Hoogeschool te Delft; c. tot plaatsvervangende leden, de heeren Godefroy, oud-hoofdingenieur, chef van het mijnwezen in Neder- landsch-Indië, te 's Gravenhage; dr. G. A. F. Molengraaf!, hoog- loeraar aan de Technische Hoogeschool te Delft, en dr. W. H. Nolens, lid van de Tweede Kamer der Staten- Generaai en lid van den mijnraad, te Rolduc. De verhooging van den accijns op het gedistilleerd. Aan de Tweede Kamer is een adres gericht door den Bond van Likeur stokers in Nederland naar aanleiding van het wetsontwerp tot verhooging van den accijns op het gedistilleerd. Er heeft zich, zegt het adres o. a., omtrent het vervaardigen, verhande len en verbruiken van sterke dran ken eene met grooten nadruk verde digde meening gevormd, welke in strijd is met de van J oudsher heer- schende begrippen daaromtrent en naar ens inzien in strijd met de waar heid. De msening namelijk dat elk gebruik van sterken drank, ook in den meest onschuldigen vorm, mis bruik is, terwijl zij die haar verdedi gen, vooropgezette, onbewezen opvat tingen en begrippen als argumenten aanvoeren, op eene wijze welke vaak hoogst grievend en beleedigend is voor hen die bij den handel in sterken drank zijn betrokken. Ware die mee ning juist dan zou daarin liggen eene zeer krass# veroordeeling ven onze voorvaderen en van het overgroot# deel van het thans levend geslacht, dat in een matig gebruik van sterken drank nooit iets verkeerds zag. Toch heeft die meening, dat beginsel aan hangers van zoo grooten invloed, dat maar weinigen het openlijk durven bestrijden, wijl hen dan al spoedig de smalende beschuldiging treft te heulen met het kwaad. De ervaring leerde, dat de telken male verhoogde accijns eene vermin dering medebracht van de afname van likeuren, welke toch nooit aanleiding geven tot misbrnik. Adressant moet er ook op wijzen dat de buitensporig hooge accijns oor zaak zal zijn, dat weinig nauwgezette fabrikanten,ten einde eene vergoeding te vinden voor het noodzakelijk duur der worden van het artikel, hunne toevlucht zullen nemen tot het ge bruik van minderwaardige en veelal echadelijke bestanddeelen. Dit zal niet alleen eene oneerlijke concurrentie in het leven roepen, doch onvermijdelijk zullen de verbruikers de nadeelige gevolgen daarvan ondervinden. Wordt het wetsontwerp tot ver hooging van den accijns op het ge distilleerd aangenomen, dan voorziet adressant, die in deze bevoegd mag worden geacht tot oordeelen, dat een eertijds bloeiende tak van nijverheid, ernstig nadeel zal ondervinden niet alleen, maar ook aan velen het be staan nagenoeg onmogelijk zal worden gemaakt, tot een groote schade tevens van zoovele bedrijven die er bij be trokken zijn, zooals de handel ia of de vervaardiging van suiker, specerijen, vruchten, siroop, fiesechea, kurken, kistwerk, fuetwerk, drukwerken enz. We zullen er maar niets van zeggen. Maar, dat de drankbestrijders er wel anders over zullen oordeelen dat staat als een paal boven water. De Chriztelijk-Historiichen teLeiden Woensdagavond was door een voor- loopig comité, bestaande uit enkele bestuursleden der Oude Ned. Herv. Kiesvereeniging en eenige aDdere sympathiseerende personen eene ver gadering belegd om te komen tot oplichting eener afdeeling van de Chr. Hist. Unie. De afgevaardigde voor Leiden, dr. J. Th. de Visaer trad als spreker Op (Naar het Duitsch.) Het was de openingsdag* Van de kunsttentoonstelling in de Rijks hoofdstad, Berlijn, De groote wereld had zich in den voormiddag reeds in en voor het expositiegebouw v>er- eameld. Professor Hartenstein doormat de ruimte met tevreden blikken. Het was een. fijngekozen beelden verza meling van de meest op dan voor grond tredende beeli ih ou wkunste- naars, die heden uitgestald was en zijn oogen blikten hoogst voldaan langs de wanden. Het had hem oneindig veel moeite en arbeid ge kost, om het geheel zoo samen te •tellen, dat de beelden tot hun recht kwamen en in de juiste belichting hingen. Hij meende over zich geheel tevreden te kunnen zijn, niettegen staande ook eenige kunstenaars met de hun beelden toegekende plaats minder content wapen. De groote kunstenaars waren zooals het ge woonlijk gaat, boven allen bevoor recht, de jonge, nog weinig bekende schilders mochten al blij zijn wan neer hun beelden met gunst een plaatsje bekwamen in dat voornaam ein fijn gezelschap. Li een aangrenzende z'aAl Monden twee jonge schilders, druk in ge sprek voor een hoog aan den wand hangend Madonnabeeld van den schilder Kurt Lichten. tWiat zal Kurt daar wel van zeggenmeende een van hen, een slechtere plaats voor zijn product had men al niet kunnen vinden. Hij is buiten zichzelf van opwin ding en woede antwoordde hem zijn kunstbroeder zooals ik heb hooren vertellen. Ik trof hem juist aan, toen ik hierheen kwam. Zijn Madon nabeeld zou voor hem den geluks- weg openen, hij vertrouwde er vast en zeker op. Het is ook ©enig mooi Hij is ook bijzonder ongelukkig bij deze tentoonstelling. Professor Hartenstein kent hem bijna niet, terwijl Kurt nu eenmaal de kunst niet verstaat, zichzelf op den voor grond te dringen. Het doet mij van harte leed! Het zal heel moeilijk zijn voor het Madonnabeeld een kooper te vinden, zooals het daar hangt, veel te hoog en in zoo slechte belichting. Het is erg jammer. Professor Hartenstein zat 's mid dags buiten in de wereldberoemde Berlijnsche diergaarde en verheug de zich over dit rustig uurtje, na den overmatigen arbeid der laatste dagen. Terwijl hij zich daar in fle warme zonnestralen koesterde trokken op eens twee kinderen, die in de nar bijheid stonden zijn aandacht. Een kleine, dikwapgige knaap vertelde zijn makker ;VaU de tentoon stelling- Natuurlijk luisterde professor Hartenstein naar 't vermakelijk ge sprek der snaken. „Stel je voor...,, zei 1de kleinste: „Papa heeft, aan tafel gezegd, pat wanneer paj's beeld niet verkocht werd, wij van hier moeten vertrek ken en waar wij dan heengaan, daar is geen mooie diergaarde! Mama heeft geweend e:n toen moest ik na tuurlijk ook schreien. „Pa,pa zeide, dat professor Har tenstein zijn beeld zoo hoog gehan gen heeft, dat geen mensch het ziet. Pa is er zeer boos over." Een bijzonder zeldzaam lachje was bij deze laatste woorden over het gelaat des professors gekomen. Oogenblikkelijk riep hij de kleinen bij zieh. Hoe heet je» manneke, vroeg hij vriendelijk. Kurt Lichten, antwoordde de kleine onbeschroomd, en de heldere kinderoogen keken vragend naar dien vreemden mijnbeer op. En wat vertelde jij daar zoo even van den kwaden professor Har tenstein? Ach, die heeft papa's beeld zoo'n hoog plaatsje aan den muur bezorgd, dat niemand het zien kan. hoe fraai het is, en zoo zal natuur lijk het ook niemand koopen, ant woordde de kleine verstandig. Fn wat is dat vj >r een beeld Het mooie Madonnabeeld met het Kindje Jezus, antwoordde .de kleine met trots. Het is het schoon ste Madonnabeeld van de heele ten toonstelling. Mama heeft gezegd: Het Kindje Jezus, dat is mijn broer tje Exmst, die altijd zoo' mooi stil lag, en zoo ook heeft Pa hem geschil derd, menigmaal mocht ik er naar kijken. En nu heeft die booze profes- sor Hartenstein het veel te hoog laten hangen, voegde de professor er vroolijk aan toe. Ja» ging de knaap Voort, toen Pa van morgen van de tentoonstel ling thuis kwam was hij zeer be droefd, en mama weende. Als die mijnheer Hartenstein eens wist, hoe goed Pa en Mamaatje zijn, en wat verdriet hij Pa aandoet, dan gaf hij wis en zeker aan ons beeld de beste en geschiktste plaats. De wangen van den kleine gloei den van inspanning door t ijverig vertellen, en de klare kinderoogen zagen ernstig naar den. vreemden man op. Dus jullie bent allemaal erg kwaad op den professor, is 't niet, kleine snaak? ij— Zeer boos, kwam het beslist uit den mond van den kleinen kleu ter, ik mag jiem niet lijden, en Pa zegt, Tiij is zoo hard als steen, daar om heet hij ook Hartenstein. Eensklaps verdween de glimlach van het gelaat des professors; hij .blikte strak en ernstig in de oogen van den knaap, alsof hij over iets na dacht. Toen vroeg hij vriendelijk Als ik nu eens den professor ging vertellen, hoe zeer dat uw pa en ma gespeten heeft en hij zou als dan het beeld pp een geschiktere, en betere plaats doen hangen, zou, je dan wel van hem houden O ja, zelfs zeer veel, hernam de knaap met vreugde. En wat zou je hem daarvoor wel geven, wanneer hij het morgen reeds deed De kleine bleef een oogenblik in gepeins verzonken, opeens stak hij de hand heel diep in de zak en tastte naar iéts, terwijl hij naar den grond keek. Geheel zijn gelaat toe kende inspojnning en de lippen knepen samen, alsof hij pijn gevoel de; spoedig hief hij het hoofd op en met zijn glinsterende oogen rond om zich ziende, zeide hij beslist met offervaardig hart„Mijne nieu we doos looden soldaatjes." De oogen van den professor wer den vochtig en een paar tranen rol den over zijn wangen- Liefkoozena streek hij over de blond© lokken van den edelen knaap. De open blik an het jongentje herinnerde hem aan pp*p ^nider Jjcopj© vférsiGru hdöx» blotn.- de krullende lokken, dat hij eens het zijne genoemd had, dat zijn trotss en hoop geweest was, en nu reeds sedert lang onder den groenen graf heuvel sluimerde. Hij boog zich naar het kind toe, omhelsde het en zeide innig: „Je bent een brave^, dappere jongen, en gij zult dien ou den, harden professor toch nog dank baar zijn." Toen men den volgenden Bag op de kunsttentoonstelling kwam, ver wonderde het iecLeren bezoeker, het Madonnabeeld van den jongen, nog weinig bekenden schilder op een,1 plaats der tentoonstelling te zien, waar het heerlijk tot zijn recht kwam, en nu kwam het niemand meer wonderlijk voor, dat het zoo prachtig geplaatst was, en nog min der, dat de jonge meester een zop, schitterend werk geschapen had. Een klein bordje was aan heb schilderij gehechts waarop te lezen stond: „Verkocht". Hoe dat alles zoo onverwachts ge beurd was, is niemand te weten ge komen, s

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 1