Stadsnieuws. Uit den Omtrek, De Cairsiusschool en het Patronaatsgebouw in de Parochie van O. L. Vrouw te Haarlem. Wat wordt er in onze goede stad toch ontzaglijk veel gedaan; wat een groote, zware offers getroosten onze Katholieke stadgenooten zich om het jeugdige, licht ontvankelijke gemoed van het Katholieke kind ongeschon den en ongerept te bewaren I Duizenden en duizenden worden bijeengebracht, door grooten en klei nen, om onze Roomsche jeugd, onze „hoop der toekomst", een opvoeding en opleiding te geven, die passen in het kader van gelooven en hopen, een opvoeding en opleiding, die tot funda ment hebben onze Katholieke geloofs leer. Niet genoeg kan dan ook in onzen tijd gestreefd worden naar middelen, die ons waarborgen, dat de vrome lessen, die 't kind van vader en moeder gekregen heeft, in al baar heiligen eenvoud bewaard en geëerbiedigd ■worden temidden van 't gewoel onzer ongeloovige, zedelooze, aldoor meer afzakkende maatschappij. En een der hoofdmiddelen is zeker, zoowel voor onze jongens als meisjes, de R. K Bijzondere School en 't, Patronaat. Geen gaven zijn in dezen tijd nut tiger besteed dan aan 't Bijzonder Onderwijs en de Roomsche opvoeding, waar deze noodlijdend zijn. En in dit verband en uit deze over wegingen kunnen wij de Parochie van O. L. Vrouw aan het Spaarne van harte geluk wenschen met de groote aanwiDSt, die haar dezer dagen zal te beurt vallen: een Patronaatsgebouw en aen nieuwe Jongensschool. Aan beide hebben wij een bezoek gebracht en geven thans in ons blad een eenvoudige beschrijving. Een stukje geschiedenis. Tusschen de Linsehoterstraat en de Koningsteynstraat lag vroeger een bloemisterij en aan de Linsehoterstraat waren daarvoor gelegen een rij ar beiderswoningen. Op dit terrein was 'toog gevallen van het R. K. Schoolbestuur, toen de plannen om in dit volkrijke gedeelte onzer stad een Parochiale Jongens school te stichten meer en meer tot rijpheid kwamen. En toen dan ten slotte de penningen bij elkaar waren, zoodat het grootsche plan tot verwezenlijking kon komen, toen werd het breede, uitgestrekte terrein aangekocht. Aan onzen stadgenoot, den bekwa men architect C. L. M. Robbers werd opgedragen bestek en teekeningen voor 't bouwplan op te maken, en nadat deze de goedkeuring hadden verkregen, vond op 21 Mei 1.1. de aanbesteding plaats. Het was de heer G. J. v. Slingerland, dezelfde, die in vereeniging met zijn broer ons het Station bouwde, die voor ruim vier en veertig en oen half duizend gulden als laagste inschrijver aannemer werd van dit werk. Niet lang werd na do gunning bij de pakken neergezeten, want nog op het laatst dierzelfde maand werd de eerste spade in den grond gestoken en thans reeds is 't werk zóóver gevorderd, dat morgen, Zondagavond, het Patronaats gebouw plechtig door Z. D. H. Mgr. A. J. Callier zal worden ingewijd, terwijl de school op 1 Februari wordt opgeleverd, en 1 Mei d.a.v. in gebruik genomen. Het werk is dus, dank zij de goede zorgen van den aannemer en onder het voortreffelijk, geregeld toezicht van den Architect Robbers met zijn volijverigeu opzichter, den heer H. Evers, voorspoedig uitgevoerd en dat er 't onderwijs ophechte grondslagen zal rusten, dat vertellen de 500 heipalen, die in den grond gedreven zijn, en waarop de grondvesten zijn gelegd. De Canisiusschool. Slaan wij nu een blik op het fraaie schoolgebouw, dat daar in de Lin sehoterstraat is verrezen. Geen zweem van overdadige weelde draagt dit gebouw, doch uit het ge heel spreekt soliditeit en netheid, zoodat deze school, ook wat het uiter lijke van 't gebouw aangaat, best met de openbare in onze stad zal kunnen wedijveren. De gevel. En zóo voor dat nieuwe gebouw staande, waarop wij, Katholieken, ge rust w> er trotsch kunnen zijn, dwingt de breede, forsche gevel in zestien- eeuwsche stijl uitgevoerd, al dadelijk onze bewondering af. De gevel heeft een lengte van 17 M., een hoogte vaD 11 M., terwijl de nok van 't gebouw 15 M. hoog is. Links komen in den gevel een -dubbel stel van 3 vriendelijke ramen uit en rechts eeu dubbel stel van 2. En daartusscheu vertoont zich de sierlijke hoofdingang met gemetselde pilasters en gebeeldhouwde kapiteelen, die evenals de artistieke naamlijst, waarin duidelijk de letters „Canisi'us school" zijn uitgebeiteld, en de verde re decoraties in dezen gevel, uitgevoerd zijn in de heldere geelwitte Udelfan- gersteen, die zoo goed afsteekt tegen de roodkleurige nageperete klinkers, Waarvan de gevel is opgetrokken. Tusschen de ramea de beankering, die een proeve levert van sierlijk kunstsmeedwerk. De bassementen van de hoofdin gang, de treden daarvoor en de plint zijn in hards een, terwijl de borstwe ringen der lichtkozijnen zijn afgeslo ten door zandsteen versieringen. Niet Weinig wordt de architektoniscbe Waarde van dezen gevel verhoogd door de artistieke tempelvormige nis, aan gebracht hoven de hoofdingang in het bovengedeelte van dezen gevel. In deze nis prijkt., dank zij de goede zorgen van onzen bekenden beeld houwer, den heer J. P. Maas, de sta tige figuur van St. Canisius, aan wiens bescherming deze school veilig is toe vertrouwd. Boven den gevel rijst het leien dak op,en koket komen daarin uit een paar aardige dakkapellen en aan de beide einden van den nok een tweetal schoorsteenen bekroond met geornamenteerde ijzeren tafels. Slaan wij nu 't gebouw inwendig gade. De hoofdgang. Door de dubbele zware deuren met teakhouten paneelen, waarboven een vak kleine ruitjes, treden we de ruime ;2*/2 M. breede hoofdgang binnen, waar de vloer gedekt is met sierlijke Pichategels. De wanden zijn tot een hoogte van 1.20 M. met Port- landsche cement bestreken en de kozijnen zijn overal voorzien van hardsteenen dorpels en neuten, ter wijl voor een goed toezicht de boven helften der deuren v. glas zijn voorzien. Rechts een deur, toegang gevende tot de eerste spreekkamer. Daarop volgt een zijgang parallel aan den voorgevel, waarin een tweede spreekkamer een uitgang heeft. Deze beide kamers zijn langs de straatzijde gelegen. In deze zijgang verder lokalen tot berging van brandstoffen. Hierop volgt een 30 tr9den hooge, zeer ge makkelijke en van Amerikaansch greenenhout uitgevoerde trap met ge stoken balusters. Alleen afgebroken door de tweede verdieping, loopt de trap verder door tot den zolder, die voor berging dient. Dan een rij hygiënisch ingerichte gemakken met waterleiding en klas- gewijze in tweeën gesplitst. Tusschen die afscheiding een ondiepe zijgang, toegang gevend tot een kleine binnen plaats voor licht en lucht. Links een tweetal deuren, elk toe gang gevend tot twee aan elkaar gren zende schoollokalen, afgescheiden van elkaar door een stel schuifdeuren. In 't verlengde en naast de gang bevindt zich nog een derde school lokaal, dat met de corridor de heele diepte, zijnde 30 M„ van 't gebouw vormt. Aan 't einde der gang deuren, toegang gevende tot de speelplaats, waarop we nader terugkomen. Op de bovenverdieping vinden we weer dezelfde indeeling als beneden, met uitzondering, dat hier ook nog een 4e lokaal is en wel boven de beide spreekkamers en berg plaatsen, die beneden aan de rechter- voorzijde zijn gelegeD; hier liggen voor dit lokaal de gemakken aan de aan grenzende zijgang. Men ziet het, hoe hier de oordeelkundige indeeling van 't gebouw is te bewonderen. De schoollokalen zelf voldoen aan strenge hygiënische eischen. De afmetingen zijn 7,20 V 7)20 X M. gemiddeld, terwiji voor elk lokaal op 48 kinderen gere kend wordt. In 't geheel zullen dus op deze school hoogstens 336 kinderen in 7 lokalen geplaatst kunnen worden. In deze lokalen bevinden zich de be kende en aan'bevolene Rettichbanken van Amerik. greenenhout. De lokalen zijn net, doch eenvou dig uitgevoerd. De plafonds zijn gestu- cadoord, de wanden zijn met Portland cement bestreken en de betimmering is ook eenvoudig. We troffen er de voor de hygiëne zoo aanbevelens waardige Rappelschoorsteenen aan, die rook en bedorven lucht zoo goed en snel verdrijven. De verwarming geschiedt met gewone kachels. De speelplaats een flinke breede vlakte van 17 M. en een gem. lengte van 25 M. zal zoo wel voor de Schooi als voor 't Patro- naatsgeb. dienen. Ook hier zijn eenige gemakken aangebracht. Ziehier een eenvoudige beschrijving der nieuwe Canisiusschool, die aan strenge eischen zal kunnen voldoen. utnp-^e' me^ zeer vee' suc ces het Bijz. onderwijs erin zal kun nen gegeven worden en wanneer we weten, dat het onderwijs geleid zal worden door het bekwame School hoofd, den heer D. Janee, dan kun nen van deze schooi de schoonste vrucoten verwacht worden. Het Patronaatsgebouw Op de Canisiusschool, 't' gebouw voor studie en inspanning, voigt 't Patro naatsgebouw. een huis voor vermaas en ontspanning. Is het toeval of opzet, dat deze beide gebouwen zoo naast elkaar lig gen, die beide getuigen van de goede zorgen, die men voor onze Roomsche jeugd aan den dag legt? Slechts door de gemeenschappelijke speelplaats zijn beide gescheiden. De eigenlijke toegang tot 't Patro naatsgebouw is aan de Koningstein- straat, terwijl ook een uitgang is in een straatje, dat onmiddellijk naar de Kampersingei voert. De voorgevel maakt hier weer een rustigen, aangenamen indruk, In de hoofdgang liggen op den vloer weer de frissche Pichategels. Aan het einde van deze gang bevindt zich een deur, die toegang geeft tot de speelplaats. Rechts komen we door e>n dubbele deur in de ruime, luchtige zaal, be stemd voor vrije- en ordeoefeningen. Dit lokaal is 17X8 M, in het plafond liggen moer- en kinderbalken. Langs de wanden een rondgaande, nette, houten lambrizeering, in de paneelen bewerkt. In een der hoeken een bergkast en daarnaast de gemakken met een zeer hygiënische inrichting. Ze zijn van hardsteen en de urinoirs voorzien van tegel bekleeding met waterleiding. De ramen zijn van boven gevat in geel kathedraal glas,dat een getemperd, rustig licht naar binnen doorlaat. Een drietal openslaande deuren aan de linkerzijde geven toegang tot de speelplaats en een deur in de achter zijde vormt den uitgang naar de Kam persingel. Gaan wij nu eens naar de tweede verdieping langs de {in de vestibule uitkomende trap van Amerik. green, die er zoo heerlijk uitziet met haar gestoken hoofd- en tussehenbalusters. Boven treffen we dadelijk links de bestuurskamer aan, een gezellig zaaltje met typisch Oud-Hollandsch schoor- steenje met tegelbekleeding. En dan rechts het neusje van den zalm, de keurige Patronaatszaal, waarin we door een dubbele deur toegang krijgen. Wat een pracht van een zaal! Geheel in Hollandsch karak ter met gewelfde sierlijke kap in blank Amerikaansch green. Tusschen de spanten verhoogen de sierspanten het aanzien van het ge heel niet weinig. Voeg daar nu nog bij, dat de heer Fr. Loots deze kap op artistieke, vroo- lij ke,volle wijze heeft gepolychromeerd, dan kan men zoo ongeveer een indruk krijgen van deze deftige zaal. Ook hier prijken een tweetal Hol- landsche schoorsteentjes met tegel, versiering. De lambrizeering draagt een groene tint met geel afgezet. En in de volle ruimte hangt weer dat getemperde, rustige, geelachtige licht door de ruitjes der ramen daarin ge worpen. Als men toch dit alles in oogen- schouw heeft genomen en men heeft gezien wat hier verrezen en gewrocht is in 't belang onzer Ivath. Jeugd, dan wordt ten volle bewezen wat wij in den aanvang van ons artikel schre ven, dat er in dezen tijd toch zoo ontzaglijk veel gedaan wordt om het jeugdige kindergemoed te bewaren tegen de vele gevaren, waaraan het in deze dagen is blootgesteld. We kunnen niet nalaten hier een woord van hulde te brengen aan de bekwame bouwmeesters, die dit dub bel gebouw hebben tot stand gebracht. We noemen den architect Robbers met zijn opzichter Evers, den aanne mer v. Slingerland met de breede schare van vak- en werklieden. Weer is bewezen, dat men om goed werkte hebben niet buiten Haarlem behoeft te gaan zoeken. Ten slotte de bede, dat God's over vloedige zegen moge rust6n op de St. Canisiusschool en 't Patronaatsgebouw en dat onze jeugd in beide een schutse moge vinden tegen 't zeden- en gods dienst bederf van onzen tijd. De Parochie van O. L. Vrouw met hare wakkere ]>riesterenschaar proficiat met zulk een monument van Roomsche zorg en Roomsche liefde. pech hadden, dat v.e ra afloop der vergadering in hun hemd stonden. De Christelijke en Katholieke vakarbei ders hebben zich door het zoet gefluit niet in het roode kooitje laten vangen. Ze stroomden in lange rijen de zaal weder uit, elkaar vertellende, dat ze hem in de gaten hadden, den man, die zoo'n haast had om weer naar Haarlem te komen. Kamers van Arbeid. In het Maandschrift van het Cen traal Bureau voor de Statistiek van 31 October komen de volgende inlich tingen voor, verzameld door de Kamers van Arbeid voor de bloembollenteelt. HAARLEM. Wegens het verzenden van bloembollen heerscht gedurende de maand September groote drukte, Bovendien vangt men in deze maand reeds aaD met het poten van andere soorten. Van werkeloosheid was dan ook geen sprake. De verstandhouding tusschen werk gevers en arbeiders bleef goed. BEVERWIJK. In bet ressort dezer Kamer bestond in September even wicht tusschen vraag en aanbod van werkkrachten, ofschoon in deze maand de planttijd aanvangt. De verstandhouding tusschen werk gevers en arbeiders bleef goed. HILLEGOM. Hoewel September in het bollenbedrijf tot de drukke maan den behoort, omdat de handel in droge bollen dan nog in vollen gang is, ter wijl bovendien het spitten en planten vele handen eischen, was thans in deze maand toch gemiddeld 4 pCt. van de arbeiders werkloos. De algemeene toestand in het bedrijf was goed. SASSENHEIM. De algemeene toe stand van het bedrijf gaf der Kamer geen aanleiding tot opmerkingen. De stand der arbeidsmarkt was normaal. De verstandhouding tusschen werk- geveis en arbeiders liet niets te wen schen over. Het rapport der deskundigen over het beheer onzer plantsoenen. Posterijen. Met ingang van 1 December a. s. wordt alhier een vijfde bestelling ingevoerd en wel des avonds te 7 uur spoorlij d. HetWitteKruis.. Maandagavond a. s. zal de afdeeling Zandvoort der Noord-Hollandsche Vereeniging „Het Witte Kruis" in Hotel Driehuizen eene vergadering houden. De agenda luidt Verslag afgevaardigde, Algemeene ver gadering der Vereeniging-Bespreking Ziekenhuis. Het herhaling s onderw ijs cur sus 1908/9 is aangevangen met 28 leerlingen n.l, 11 jongens en 17 meisjes. Burg, Stand. BevallenW. Koper- Van den Bosch d. E. Visser-Zwem mer d. HEEMSKERK Jubileum. Dezer dagen vierde de heer A. Hennemau onder vele blijken van belangstelling zijn vijf en-twintig jarig jubileum als koster der R. K. kerk. Burg. stand. Getrouwd: H. Voor- meer en Grietje van Weenen. HILLEGOM. Een mislukte aanval. Men schrijft ons uit Hillegom: Donderdagavond hebben de sociaal democraten weer eens geprobeerd ar beiders te vangen. Het bestuur van den A lgemeeneu Bloemisten bond te Haarlem, kwam met den heer L. J. C. Poppe, ambtenaar bij de belastingen ais spreker naar hier om in café „Flora" eens te vertellen waarom de arbeiders zich in neutrale vakorganisaties moes ten vereenigen. Om half acht uitge schreven werd de vergadering drié kwartier te laat geopend. Eu toen een paar Katholieken de gelegenheid kregen om den sociaabdemocratiechen heeren hun neutrale(leessocialistische) ideëen eens voor houden, kregen ze een kwartier tedeelen, wantde spreker moest om kwart voor tienen ai weer weg. En met, letters als koeien stond er op de insinueerende biljetten dat debat gewenscht was. De debaters hadden succes, zij zetten uiteen dat alleen politievrees voor onteigening van den eigendom de neutrale heeren tegenhoudt en dat de klassenstrijd middei en deel te gelijk is, der neu trale vak vereeniging, wat spreker ging.... erkennen, 't Was zoo duide lijk, dat de sociaal-democraten leelijk In een der aindere bladen van he den wordt nog een en ander gezegd over het veelbesproken R,aipport der drie door de gemeente benoemde deskundigen, de heeren J. P. van Lomkliuijzen, J. J. Denier van der Gon en G. Ij. Sprengers, de beide eer sten resp. te Utrecht, de laatste te Tilburg. Dit belangrijk, doch hoogst uitvoe rig Rapport in zijn geheel op te ne men is ons onmogelijkhet belang rijkste moge hie,r echter volgen. Het Rapport is ontdaan van in leiding, mededeelingen omtrent, de bezoeken (die zelfstandig zijn ge schied zooa.ls de rapporteurs mel den) in drie deele'n verdeeld, be handelend I De Hout-, II. De Bol werken, III. de overige beplantingen en plantsoenen. Het volgende is er aan ontleend: I. DE HOUT. In de „algemeene opmerkingen" over het beheer van den Hout, ves tigt de Commissie er den nadruk op „dart de aan dit beheer verhanden werkzaamheden tweeledig zijn, en wel 1. van zuiver boschbouwkundigen aard, en 2. van aesihetischen aard. De keuze der te vellen hoornen en ;vam het nieuwe heplalntingsniateri- aal onder de verschillende omstan digheden, de bewerking en de verbe tering van den bodena, de wijze van planten en dunnen, zijn vraagstuk ken, die tot de boschbouwwe- tenachappen behooren. Het richten van wegein, het samen voegen en omlijnen der boom- en struikgroepen tot mooie bosehpa.r- tije:n, de keuze van het onderhoud en do boschflora, voor zoover- deze. dient tot verfraaiing, liet bepalen van open plaatsen en doorzichten, is het werk va;n den kunstenaar. Het i,s echter niet de t uiri-kunst, doch wel de boschschoonhcidsleer, die hier mag .meespreken en bijge volg mag er dan ook niets onderno men worden, dat in strijd is met de boschbouw wetenschap. De werkzaamheden, welke op het gebied van de bosch cultuur te ver richten zijn en die, welke de bosch schoonhcidsleer voorschrijft, moeten hier dus hand aan hand gaan." „Uitvoerig bespreekt dan de Com missie a,. de toes t an d en be- handeling va;n den Hout uit een oogpunt va.in boschcul tuur, waarbij van het beheer desj heeren Springer wordt gezegd: j „zeer terecht tracht hij vlam den Hout een bosch te maken, waarin verschillende houtsoorten in aller lei leeftijden met elkander afwisse- w len, daar dit hier in alle oprichten hachelijkheid, plaats In het meest op zijn zoodanig bosch nu worden geregeld de oude, i,n verval gerakende of hin derlijke boom-en verwijderd en de daardoor gevormde open plekken groepsgewijze aangevuld met passen de houtsoorten, welke dan wederom moeten opgroeien tot opgaand hout of moeten dienen Voor dekking. De hier in 't kort geschilderde toe stand is in dein Hout nog wel niet be reikt, maar toch wordt sedert de laatste reorganisatie in die richting gewerkt. Te voren was dit niet het geval." Voorts wordt gesproken over b. grondvoiorbereiding, c. onderplan ting, d. keuze van houtsoorten, e. uitbreiding der onderplantingen, f. hervorming van het hakhout, g. snoeien en verwijderen van dood hout, h. gesteldheid van het ge bruikte plantsoen, en kweekerij, i de toestand en behandeling van den Hout uit oogpunt van boschschoon heid, j. gewenschte toestand, k. we gen eU voetpaden, 1. grenslijnen der beplanting, m. keuze van onderhoud en boschflora, n. mos, o. open plaat sen. Uit sommige dezer onderdeden volge hier een korte aanhaling. „De enkele in dein Hout voorko mende vakken hakhout bestaan voor een deel voornamelijk uit eik, voor een ander deel, vooral aaln de Oost zijde, waar de grond lager gelegen en meer veenachtig is, uit els, berk, eik enz. Terecht worden deze hakhoutbos- schen omgezet in opgaand hout. Niet alleen zal hierdoor de. Hout- schoo ner worden, maar ook het overige gedeelte van het. bosch zal er door winnen, aangezien sommige hak hout-vakken ongewenschte onderbre kingen zijn van het opgaande bosch, waardoor zon en wind weer meer aangrijpingspunten vinden en dus meer schade kunnen aanrichten.'' „Een aak. waarop voorts nog de aandacht gevestigd moet worden, is het snoeien en verwijderen van dooi hout. Gesnoeid behoeft er niet veel te worden in den Hout, daar het slechts voor enkele, vooral meer vrijstaande hoornen noodig is, dat zij eenigszins geleid worden. De in den Hout gevolgde methode van snoeien heeft naast de zeer goede eigenschap dat bijna geen stamwon- den worden gemaakt, toch dit ver keerde, dat de boomen te veel hun natuurlijken vorm verliezen. Dit blijkt o. a, bij de jonge eiken en beuken aan de oostzijde van den Hout- Er is bij deze boomen te weinig gewerkt op het verkrijgen van een pyramidalen kroon. De tak ken werden te laing gelaten en te veel ontdaan valn zijtakken." „Veel Van het gebruikte plantsoen draagt te veel het kenmerk van handelskweekerijplantsoem. Niet dat de kwaliteit slecht of voor liet doel geheel ongeschikt is, maar toch zou van sommige soorten een andere vorm meer aanbeveling verdienen. Zoolang het plantsoen echter moet worden aangekocht, z?l het moeilijk rijn de beschikking te verkrijgen over heesters, die de gewenschte ei genschappen bezitten. Nu is de Gemeente wel in het be zit van een kweekerij bij het Ar menhuis, maar de oppervlakte daar van is veel te klein om daaruit in de behoefte te voorzien. Er is in die kweekerij gewoekerd met de ruimte en toeh komen er o. a. nog geen eiken en beuken in voor. Het is dan ook dringend noodza kelijk over te gaan tot den aanleg eener gr patere kweekerij. waarvoor het terrein bij de Begraafplaats, na afratsering. grondbewerking, enz., goed geschikt is." Vat betreft de gewone, door vè len geuite klacht: vroeger was de Hout „een oerwoud", nu is het een park, zegt de Commissie: „Lag het (vroeger) in de bedoe ling den Hout- dienst te laten doen als een imitatie verwilderd of na tuurbosch of zelfs een oerwoud, dan wil liet de Commissie voorkomen, dat jdeze vorm hier toch in het ge heel niet op zijn plaats is. Zoo iets zou alleen mogen eln kunnen be staan op zeer grooten afstand van een stad en de tegenwoordige Hout heeft- trouwens nooit die bestemming gehad. De inwoners va;n Haarlem zouden ook geen genoegen nemen met woudpaden, omgevallen en af gebroken stammen en takken in hun wandelplaats. De Hout worde dus niet aan zichzelf overgelaten, men late hem geen natuur-wildernis na bootsen Hij was en moet ook blij ven een rij- en wandelbosch." En ouder het hoofdstuk ..ge wenschte toestand" wordt gezegd, nadat is opgesomd dat de Commis sie onder dien gewenschten toestand verstaat „Erkend moet worden, dat aan al deze eischen voldaan is en op zeer vele plaatsen inderdaad uitnemend geslaagde beelden rijn ontdaan. II. DE BOLWERKEN. Hierover zegt de Commissie o.m. „De Commissie is dan ook van oor deel. dat de hervorming der beplan ting op de Bolwerken geheel juist wordt opgevat en deze op den duur heel wat fraaier zal worden dan thans het geval is." III. OVER TOE BE PL A NT 1 NO EN. Ook wat deze betreft luidt het oordeel der Commissie gunstig; al-' leen omtrent het snoeien, o.m. ook van (io boomen op den Zijl weg, maakt de Commissie eenige opmer kingen, die neerkomen op de wen- liever de boomen wat 2. Van de onderplantingen in den. Hout wordt de bodem terecht diep en vol bewerkt. Teruggave van mi nerale voedingsstof fejn. door het hout aan het bosch onttrokken, is ge wenscht om het bosch zoo goed mo gelijk in stand te houden. 3. Bij de keuze der aan te planten houtsoorten wordt terecht gelet op een goede combinatie van onderhout en opgaand hout. Vooral worde er voor gezorgd de heesters voor dit laatste in voldoend aantal, tijdig en op jeugdigen leeftijd aan te planten. 4. De Westzijde van den Hout moet zoodra mogelijk dichter worden geplant dan thans het geval is. 5. Op lichte plekken moeten de ge plante groepen zooveel mogelijk een gesloten geheel vormen en op zul ke plaatsen geen breede grasranden langs de paden worden gehouden. 6. Het hakhout moet worden her vormd in opgaand hout door aanvul ling en uitdunning van het be staande. 7. Het snoeien zou in enkele on derdeden eenigszins anders moeten worden uitgevoerd. Dood hout en takstompen moeten zooveel mogelijk verwijderd worden. 8. Het is dringend noodig een flin ke eigen kweekerij aan te leggen. 9. Uit een aesthetisch oogpunt is op enkele plaatsen een kleine wijzi ging in de grenslijnen der beplanting gewenscht. 10. Het aanwezige mos moet be streden worden. 11. Enkele goed begrensde open plaatsen kunnen in den Hout behou den blijven. 12. De wijze van hervorming der beplanting op de Bolwerken heeft geheel de instemming der Commis sie. 13. De overige beplantingen en. plantsoenen worden in 't algemeen, goed behandeld. 14. Voor zoover daarover thans nog te oordeelen 'valt, meent de Com missie omtrent- het snoeien van boo men op den Zijlweg van gevoelen te moeten verschillen met het beheer der plantsoenen. 15. De op- en aanmerkingen, be trekking hebbende op den Hout, wor den voor een groot deel veroorzaakt door den onvoltooiden toestand, waarin de herstelling van wat vroe ger verwaarloosd was, nog verkeert. 16. Het is de Commissie bij een uitgebreid grondig onderzoek geble ken, dat de richting, waarin de Ar chitect voor den Hout en de plant soenen de reorganisatie leidt, haar goedkeuring kan wegdragen. Zij ilurft, dan ook met vertrouwen het Gemeentebestuur van Haarlem aaj te bevelen hem op den ingeslagen weg te doen voortgaan." INGEZONDEN. Voor den inhoud dezer rubriek stelt de Redactie zich niet aansprakelijk. Van ingezonden stukken, geplaatst of niet geplaatst, wordt de copy den inzen der niet teruggegeven. eenweg te nemen en op groot er afstan den te plaatsen van elkaar, dan ze zóó kort af te snoeien, wat ge wenscht werd omdat ze te veel licht wegnamen voor de huizen. Ten slotte komt de Commissie tot- de volgende Conclusies cn resumé. „1. In het algemeen geeft de toe stand volstrekt geen reden tot kla gen, doch kan deze veeleer goed ge noemd worden. Mijnheer de Redacteur, Laat ik eerst even uw aanteekenin- gen behandelen. Ik heb geinformeerd bij 3 heeren die mij gehoord hebben en allen wa ren het erover eens, dat ik werkelijk het woord „pLzierig" gebruikt heb. Voor deze valsche betichting dus mijn excuus, l) Het spijt mij zeer, dat mij deze uitdrukking is ontvallen. Bij een beetjegoeden wil hadt Uechter mijn bedoeling wel kunnen begrijpen uit het geen verder gesproken is en het komt mij voor, dat U met een zeker welbeha gen 2) hebt gebruik gemaakt van een ongelukkige uitdrukking, een on- geoefenden debatter toch wel te ver geven. Maar zooals gezegd, ik erken, dat ik de fout gemaakt heb. Ik houd echter zeer beslist staande, dat ik wel heb gespreken van energiedoodend wat niet in uw verslag voorkomt, maar niet van doodend voor de bestaande zaken wat er wel in staat, 't Spijt me werkelijk voor U; vooral nu U meent zoo'n toon tegen mij te moeten aan slaan. Ook mijn bovengenoemde getuigen zijn het hierover alle drie volkomen eens. V oor L' w goeden raad ben ik U uitermate dankbaar. Ik mag zooiets we! 't Is mooi en niet duur. Ook Uwe waardeering van hetgeen ik heb gezegd „ongenietbaar" is kostelijk.4) U behoeft niet te zeggen wat nu wel ongenietbaar isl Heeiemaal niet noo dig. U zegt het maar. U bent toch de redacteuri Als ik iets dergelijks zou durven schrijven zoudt U volkomen in Uw recht zijn wanneer U in de courant plaatste onder correspondentie: „A. P. Stukje niet geschikt voor op name te persoonlijk" Maar nu is dat een ander geval Ik heb nu zooveel van U geleerd, wilt U nu ook van mij iets ieeren? Bemoei U dan Diet mei zaken die U I niet raken. j Het bestuur der vergadering mits- igaders de geestelijke adviseur en al de leden die het met den Eerw. spre ker volkomen eens waiea zijuheusch mans genoeg. 6) En nu hoop ik dat hiermede het persoonlijk element voor goed uitgeschakeld ia. Ik zal er althans goen notitie meer van nemen. Ik wensch de zaak te behandelen en meer niets. Is het waar dat er ontstemming be staat tegenover den R. K. Volksbond? YV'el neen.ik geloot er niets van. Voor mij zelfhoera I voor den Volksbond; dat hij groeie en bloeie! Maar de de cöop. bakkerij dan Dat is wat anders. Om de zaken zuiver te kun nen beoordeeien moeten wij voora NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ™LE.?f *LiD ZANDVOOBT. is.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1908 | | pagina 13