IE!
Openbare Godsdienstoefeningen in de R,K. Kerken te Haarlem en omliggende plaatsen.
Naam!. Venn. „Drukkerij de Spaaraestad."
»en
prij*
n
DER
Dit nummer behoort bij de
„Nieuwe Haarl Courant" van 24 December.
KSNDERHUISVEST No. 29-31—33. HAARLEM.
Directeur: F. H. M, v. d. GRIENDT.
ADVERTENTIE N:
Van 1 tot 6 regelsf Lao.
Elke regel meer0.80.
Ingezonden mededeelingen tusschen den tekst ten
minste 6 regels fl.50; elke regel meer 0.30,
Het Auteursrecht op den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 29 Juni 1881 (Staatsblad No. 124,)
ZflJiÖAS 27 Bet. Zondag onder bet Octaaf
van Kerstmis. H. Icannes
Apostel en Evangelist.
MMS 2S H. K. Ciisehuldiye kiride
ren, ISartelaren.
©iHSÖAS 2§ H. Thomas van Kantel
berg, Bisschop eaiar-
|e(aar
ÜOEraS SS Van let Octaaf van
Kcrsfiüis»
üJÜMIDfti» 31 it H. Silvester Faas sn Be
lijder.
VftUBftS 1 Jan. Nieuwjaar. Feest van de
Besnijdenis cnzesfissren.
Heden is het
gebruik uan
uleeschspijzen
geoorloofd.
2ATERIAÊ 2 Octaaf van den H. Ste-
jilianus.
FEESTDAG VAN DEN H.
STEPHANUS.
Les uit de Handelingen der apostelen;
In die dagen deed Stephanus,
vol van genade en kracht, wonde
ren en groote teekenen onder het
volk. Eenigen nu uit de Synagoge,
welke genoemd wordt die der Vrij
gelatenen en der Cyreneërs en der
Alexandrijnen en dergenen, die van
Cilicië en Azië waren, stonden op
en hielden twistredenen met Ste
phanus; doch zij konden aan de
wijsheid en den Geest, die sprak,
niet wederstaan.
ïq nu, dit hoorende, werden ver
scheurd in hunne harten en kner
sten met de tanden tegen hem.
Daar hij echter vol was van den
Heiligen Geest, zag hij, ten hemel
starend, de heerlijkheid Gods en
Jesus, staande aan Gods rechter
hand. En hij zeide: Zie, ik zie de
hemelen geopend en den Zoon des
menschen staande aan de rechter
hand Gods! Maar zij, met luide
stem schreeuwend, stopten hunne
ooren en vielen eenparig op hem
aan. En zij wierpen hem buiten de
stad en steenigden hem. En de ge
tuigen legden hunne kleederen
neder aan de voeten van een jongen
man, die Saulus heette. Zij nu
steenigden Stephanus, terwijl hij
bad en zeide: Heer Jesus, ontvang
mijnen geest! En op zijne knieën
vallend, riep hij met luide stem:
Heer, reken hun deze zonde niet
toe! Eu na dit gezegd te hebben,
ontsliep hij in den Heer.
Smngeiie volgens den H. Mattheüs;
XXIII, 34—39.
In dien tijd sprak Jesus tot. de
schrifgeieerden en PharizeënZie,
Ik zend tot u profeten en wijzen
en schriftgeleerden en vap hen zult
gij er dooden en kruisigen, en van
hen zult gij er geeselen iD uwe
Synogogen en vervolgen van stad
tot stad; opdat op u kome al het
rechtvaardig bloed, dat op de aarde
vergoten werd. van het bloed van
Abel, den rechtvaardige af, tot bet
bloed van Zacharias, Barachias'
zoon, dien gij gedood hebt tusschen
den tempel en het altaar. Voor-
Waar, Ik zeg a: dit alles zal komen
op dit geslacht. Jeruzalem, Jeruza
lem, dat de profeten doodt en hen
steenigt, die tot u gezonden zijn!
Hoe dikwijls heb Ik uwe kinderen
willen vergadereD, gelijk eene hen
hare kiekens ve>gadert ouder hare
vleugelenEn gij hebt niet gewild.
Zie, uw huis zal u woest gelaten
Worden! Want Ik zeg u:gij zult
Mij van nu af niet meer zien totdat
gij zeggen zult; Gezegend Hg, die
komt in den naam des Heertn.
ZONDAG ONDER HET OCTAAF
VAN KERSTMIS.
Les uit den boef van den H. apostel Panics
aan dc Galatiërs; IV, 17.
Broeders! Zoo langen tijd de
erfgenaam kind is, verschilt hij
uiets van een dienstknecht, of
schoon hij heer van alles ismaar
bij staat onder voogden en verzor
gers tot aan den tijd, door zijn
vader te voren bepaald. Zoo ook
waren wij, zoo lang wij kinderen
waren, dienstbaar onder de eerste
beginselen der wereld. Maar toen
de volheid des tijds gekomen was,
heeft God zijnen Zoon, geworden
uit eene vrouw, geworden onder
de Wet, gezonden, opdat Hij hen
die onder de Wet waren, zoude
vrijkoopen, opdat wij de aanneming
tot zonen zouden verwerven. En
omdat gij zonen zijt, heeft God den
Geest van zijnen Zoon in uwe har
ten gezonden, die roept: Abba,
Vader!, Dus is het niet meer dienst
knecht, maar zoonindien nu zoon,
dan ook erfgenaam door God.
Evangelie volgens den H. Ln as; II, 33—40.
In dien tijd verwonderden zich
Jozef en Maria, Jesus' Moeder, over
hetgeen van Hem gezegd werd.
En Simeon zegende hen en sprak
tot Maria zijne Moeder: Zie, deze
is gesteld tot val en tot opstanding
van velen in Israël, en tot een
teeken, dat zal worden tegenge
sproken, (en door uwe eigen ziel
zal een zwaard gaan); opdat uit
vele harten de gezindheden open
baar worden.
Er was ook eene profetes, Anna,
dochter van Pbanuel, uit den stam
van Aser. Deze was ver op hare
dagen gekomen en had, van haren
maagdelijken staat af, zeven jaren
met haren man geleefd. En zij was
eene weduwe van vier en tachtig
jaren, die niet week uit den tempel,
in vasten en gebeden dienend, nacht
en dag. Ook zij, ter zelfder ure
daarbij komend, loofde den Heer
en sprak van Hem tot allen, die
Israel's verlossing verwachtten.
En toen zij alles volbracht had
den, volgens de Wet des Heeren,
keerden zij terug naar Galilea, naar
hunne stad Nazareth. Het Kind nu
groeide op en werd gesterkt, vol
zijnde van wijsheid; en de genade
Gods was ia Hem.
FEESTDAG VAN 'S HEEREN
BESNIJDENIS.
Les uii den brief van den H. apostel Paulas
aan Titus; il, 11—15.
Welbeminde De genade van God
onzen Zaligmaker is voor alle men
schen verschenen en leeft ons, dat
wij, met verzaking van de godde
loosheid en de wereldsche begeer
lijkheden, matig, rechtvaardig en
godsdienstig leven in deze wereld,
verwachtend de zalige hoop en de
komst der heerlijkheid van onzen
grooten God en Zaligmaker Jesus
Christus, die Zich zei ven voor ons
gegeven heeft om ons vrij te koo-
pen van alle ongerechtigheid en
voor Zich een welbehagelijk volk
te reinigen, ijverig in goede wer
ken. Spreek dit en vermaan, in
Christus Jesus ODzen Heer.
Evangelie volgens den H. Lucas; II, 21.
In dien tijd, nsdat de acht dagen
vervuld waren, dat het Kind moest
besneden woroen, werd zijn naam
genoemd Jesus, die door den engel
was genoemd geworden, eer Hij in
den moederschoot ontvangen werd.
Evangelleverki&ring.
ZCNDAG ONDER HET OCTAAF
VAN KERSTMIS.
De gebeurtenis, die ons in het
Evangelie van dezen Zondag ver
haald wordt, had plaats veertig da
gen na de geboorte van Christus,
toen Maria en Joseph, gehoorzamend
aan de wet, die voor alle anderen
maar niet voor hen gegeven was,
met het goddelijk Kind opgingen
naar den tempel om hun kiudaan
God op te dragen. In dien Tempel
bevond zich ook, gedreven door den
H. Geest, een heilig grijsaard, Simeon
genaamd, die, veriicht door dien-
zeifdeu H. Geest, iu dat Kind den
beloofden Verlosser erkende, en in
een heilig loflied Hem bekend
maakte als het licht der heidenen
en den luister van Gods volk Israël.
„Maria en Joseph waren verwon
derd over hetgeen aangaande het
goddelijk Kind gezegd werd." Al
zijn wij overtuigd dat zij in die
zalige oogenblikken niets vernamen
wat hun onbekend was, dat zij door
voorlichting van den H. Geest en
door de overweging der Propheten
in de geheimen van Jesus leven
waren doorgedrongen, toch bleven
ook voor hen nog vele redenen van
verwondering over. Zij waren er
door 'getroffen dat het aan Simeon
gegeven was de geheime plannen
Gods te kennen en te openbaren,
dat de zending en de werkzaamheid
van den Messias nu reeds aan de
Israëlieten verkondigd werden. Ook
waren zij verheugd den lof te hoo-
ren bezingen van hun kind, dat zij
beven alles liefhadden. Eu Simeou,
die den glans van blijdschap op het
gelaat van Maria en Joseph zag,
„zegende hen," niet in dezen zin,
dat hij een eigenlijken zegen over
hen uitsprak, de nederige grijsaard
wist dat het hem niet paste den
zegen over de H. Familie uit te
spreken. Zijn woorden mogen daar
om niet anders dan als een gewone
zegenwensch worden opgevat, en
zullen waarschijnlijk in de gewone
formule der H. Schrift geuit zijn:
de Heer zegene en behoede ude
Heer tooue u zijn aangezicht en
scbenke u den vrede."
Wij zouden verwachten dat Si
meon nu huiswaarts gekeerd ware,
en met dankbaarheid en vreugde
in het hart de weinige dagen, die
hem nog werden geschonken, zoude
besteed hebben in de overdenking
van het genot, dat hij gesmaakt
had bij het aanschouwen van den
Emmanuel. Maar God had verder
reikende plannen. Door Gods raads
besluit was de grijsaard ook met
deze bedoeling tempel waarts geleid,
opdat hij aan de Moeder, en door
haar aan de volgende geslachten,
zou verkondigen wat de Messias uit
liefde voor den mensch wilde lijden,
en wat smart als een zwaard van
droefheid haar hart zoude doorvlij
men. Zoo ging dan zijn hooggestemd
loflied over in een voorspelling van
het smartelijkst lijden. „En hij zeide
tot Maria Zijne Moeder: zie deze
is gesteld tot val en tot opstanding
van velen in Israël." Bedoelt de
heilige grijsaard hiermede dat Jesus
de oorzaak zal zijn van den val van
velen? Het zou een godslastering
ziin zulks te beweren. Hij bedoelt
hiermede alleen dat Jesus niet de
oorzaak maar de aanleiding zal zijn
tot hun val, gelijk een steen op den
weg niet de oorzaak maar de aan
leiding is van den val van diegenen,
die er niet op letten. In dien zin
zegt ook de H. Petrus dat Jesus
de hoeksteen geworden is, een steen
des aanstoots voor hen die zich
stooten aan het woord des E vange-
lies en ongeloovig zijn. Het ongeloof
der Joden was alzoo de oorzaak van
hun val, van hun ondergang. Velen
onder de Joden wilden den nederi-
gen Jesus niet als den Messias er-
kenneu, wilden niet gelooven aan
zijne prediking, en voor hen werd
Jesus dus door huu eigen schuld de
aadieiding van hun val. Niet allen
echter verwierpen den nederigen
Jesus, velen geloofden en voor hen
werd Hij ter standing, maar nu
niet alleen de aanleiding, maar nu
ook de oorzaak van hun opstanding,
daar zij alleen door Zijne verdien
sten tot het eeuwig heil zouden
komen.
„En tot een teeken, zoo vervolgde
Simeon, dat weersproken zal wor
den." Wie zou het denken dat Jesus,
die voor alle menschen den toe
gang tot den hemel zou openen,
nog tegenspraak en verzet zou on
dervinden? En toch, wij weten het
maar al te goed, dat er zoo velen
waren en nog zijn, die niet naar
Hem willen luisteren, zijue leer niet
willen omhelzen, voor wie Zijne
nederigheid en verstorvenheid een
teeken van tegenspraak zijn. Het
kruis blijft voor zoovelen wat het
was ia de dagen van C ristus, een
ergernis en een dwaasheid, een tee
ken van tegenspraak.
„Opdat uit vele harten de ge
dachten zich openbaren." God zou
toelaten dat Jesus vervolging en
tegenspraak leed, opdat het duide
lijk zou blijken met welke geziud-
heid eeu ieder den Messias ontving.
Jesus was de proefsteen, waaraab
elks geloof getoetst werd. Allen
werden gedwongen de geheimen
hunner ziel te openbaren, zich voor
of tegen Hem te verklaren. Het
verdient alle opmerkzaamheid als
wij Simeon, na de voorspellingen
aangaande Jesus, ook hooren voor
spellen „dat een zwaard van droef
heid Maria's hart zoude doorboren."
Beiden, de goddelijke Zoon en de
onbevlekte Moeder, worden in een
adem genoemd. De tegenwerking
en vervolging door Jesus te onder
vinden, zullen als scherpe zwaarden
het hart van Maria folteren, de
Verlosser zal niet weersproken wor
den zonder dat zij lijdt. Een zwaar
kruis zou van nu af op de schou
ders van Maria gelegd worden, en
zij in hooge mate deelen iu alles
wat het leven van haren goddelij-
ken Zoon tot een niet onderbroken
kwelling maakte. Al zou zij ook
geeu lichamelijk martelaarschap on
dergaan, een zwaar zielelijden zal
haar lot wezen, niet tot een korten
tijd beperkt, maar geheel haar ver
der leven, en zoo zal zij met volle
recht kunnen genoemd worden: de
koningin der martelaren.
T>-gelijk met Simeon was ook eene
vrouw iu den tempel, en ook zij
ontving eene ingeving van den H.
Geest,, dat bet kind door Maria op
hare armen gedragen en den pries
ter ter opoffering aangeboden, de
beloofde M-ssias was. Haar naam
was Anna Hoogst eervol is de be
schrijving die de H- Lucas ons van
haar geeft „Zijwaseeneprophet.es,
dochter van Phanuel, uitdun stam
van Aser. Deze was ver op hare
dagen gekomen, en had van haren
maagdom af zeven jaar met haren
man gelet f l. En zij was eene we
duwe van vier en lachtig jaren,
welke niet week uit den Tempel,
met vasten en bidden God d enend,
dag en nacht." Ook zij was derhalve
eene heilige vrouwslechts eenmaal
gehuwd had zij haren vroegtijdige
weduwstaat aan den dienst des Hee
ren gewijd en zich begraven bin
nen de muren van den tempel.
Uit dien tempel week zij niet, daar
vond zij hare bezigheid. Met vasten
en bidden bracht zij haren tijd door
en beoefSode zoo de twee deugden
die aan God bijzonder aangenaam
zijn. „Zij loofde den Heer, en sprak
van Hem als van den afgebeden
Emmanuël) tot allen die Israëls ver
lossing verwacLtten. Uit deze woor
den maken wij met recht de ge
volgtrekking dat de vrome vrouw,
zeker ter belooning van hare vele
deugden en door den H. Geest voor
gelicht, in Jesus den beloofden Mes
sias erkende. Maar die erkenning
alleen voldeed aan haar minnend
hart niet, zij wilde het ook aan
anderen mededeelen. Zij gaf zich
over aan de vervoering van een
heilige vreugde, gaf lucht aan het
gevoel van dankbaarheid dat haar
hart overstroomde en bracht eere
aan God den Vader en den Zoon.
Zij werd in nog volleren zin pro-
phetes, en zelve door een boven-,
natuurlijk licht bestraald, achtte zij
zich verplicht aan de geloovige Is
raëlieten mede te deelen wat baar
geopenbaard was. Niet aan allen
echter verkondigde zij de woorden
des heils. Zij sprak slechts tot hen
die de vertroosting Israëls ver
wachtten naar den geest van het
Oude Verbond, een Messias zooals
de propheteD Hem hadden voor
speld, een Verlosser die de zonden
delgen, gerechtigheid en vrede bren
gen zou een Zaligmaker niet van
Israël alleen, maar van alle volke
ren; met tot hen die zich een aard-
schen Messias, in aardsche macht
en grootheid voorstelden, waren
hare woorden gebracht. „En toen
zij alles volbracht hadden volgens
de Wet des Heeren, keerden zij
terug naar Galilea naar hunne stad
Nazareth. Het kind nu groeide op
en werd gesterkt, vol zijnde van
wijsheid en de genade Gods was in
Hem." Toen begon dat leven van
afzondering en verborgenheid dat
Jesus dertig jaren lang zou voeren,
waarin hij voorbeelden van alle
deugden zou geven, waarin Hij eerst
zelf zou beoefenen de voorschriften
die Hij later aan de Gereld zou
geven, dertig jaren waarin Hij let
terlijk de verborgen God zou wezen,
voordat Hij in het openbaar optrad
als de beloofde Verlosser, voordat
Hij zich openbaar zou toonen als
de Messias „gesteld tot val en op
standing van velen."
Uit de hooge administratieve
kringen der Roomsche kerk.
Eenige dagen geleden heeft de
eerste vergadering van 't H. Con
sistorie plaats gehad, sedert de nieuwe
verordening der Curie ii. wei king
is getreden welke verordening aan
genoemde congregatie een bijzon
dere beteekenis heeft gegeven.
De Paus staat, zooa's bekend is
aan het hoofd der Congregatie, en
hare werkzaamheden worden door
kardinaal De Lai als secretaris en
Mgr. Teechi als assessor geregeld.
D< or ziju ziekte was de H Vader
verhinderd de vergadering bij te
woDen. Behalve de secretaris en de
assessor namen er aan deel de kar
dinalen Sen-fina Vaunuteli, Ca-set-
ta, Gotti en Mariinelli; de kardi
nalen Oreglia, Rampolla en Üi Pie-
tio waren afwezig.
i aar, zooals de naam zelf zegt,
de voorbereiding van de openbare
Consistoriën, waardoor d6 kardina-
DE OFFICIEELE KERKLIJST
UITGAVE VAN DE
VI, 8-10; VII, 54—59.