DAGBLAD voor NOORD- en 7" "D-HOLLAND. Ramp in Zuid-Italië. Het radicalisme in ons Onderwijs-beheer. BUITENLAND. BINNENLAND. Zaterdagavosdpraatjes. ^.i^iieral«iiswe®f129«S§-83? HaarSem ZATERDAG 23 JANUARI 1909. 33«° Jaargang Ne. 6797 Bureaux van Redactie en Administratie iniercommunaai Telefoonnummer 1426» Dit nummer bestaat uit u i e r b 1 a d e n, tu. o. de 0 f- ficiëele Kerklijst en het Geïllustreerd Zondags blad in 16 bladzijden. EERSTE BLAD. Af ZUID-AFRIKA. Verspreide Berichten* êuéï iiJüD ihLü L.I: l i ;i NIEUWE HAARLEMSCHE COURAi ABONNEMEN TP R IJ S Per 3 maanden voor Haarlemf 1,35 Voor de plaatsen, waar een agent is gevestigd (kom der gemeente) 1.35 Voor de overige plaatsen in Nederland franco per post, 1.80 Afzonderlijke nummer» 0,03 PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Van 16 regelsf0,60 (contant) f #,5# Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Dienstaanbiedingen 25 cent per advertentie d contant. Alle betalende abonnéa op dit blad, die In het bezit eener verzekeringspolis zijn, zijn volgens de bepalingen op de polissen vermeld, tegen ongelukken verzekerd voor: GULDEN bij GULDEN bij levenslange onge schiktheid tot worken. 413 GULDEN bij overlijden. 10 GULDEN bij verlies van éen hand of voet. GULDEN bij verlies van éen oog. 100 GULDEN bjj verlies van éen duim. 68 verlies van één wijsvinger. 15 GULDEN verlies van éen anderen vinger D. De uitkeering dezer bedragen wordt gegarandeerd door de Maatschappij „Ocean", Bijkantoor voor Haarlem, Nieuwe Gracht 11. Wij ontvingen nog, ter overma king aan Z. H. den Paus, voor de slachtoffers der vreeselijke ramp: S. (Haarlemmermeer) f 2.50. H. O. f 1.— Van een werkvrouw (we duwe) onder letters L. D. f 1. V. D. f 2.50. H. en f'lO.— Ome inschrijving wordt einde Januari gesloten. He,t Op*mbaar Onderwijs is vol gens do Grondwet een voorwerp van aanhoudende zorg jder regeering. B» dat ie het ook voor elke gemeentelijke autoriteit, dank zij de verschillende bepalingen waarmede, die wet aan de gemeentebesturen die tejorg heeft overgedragen. Al staan wij Katholieken r— tegenover het openbaar onderwijs i,n zóóverre als zuivere-belangstellen- ■den-op-b-afstand, Idat wij onze kin deren bij voorkeur piet aan de open bare school willen toevertrouwen, tóch moeten ook wij in de belang stelling (die de overheid hebben moet vopx ji© openbare school, mee doen. Want vooreerst zijn wij, door kie aerschap on vertegenwoordiging, eenigazi*» tot het zorgen voor de openbare «obool meegeroepen. Vervolgens kunnen sommigen on dier Ons voor hun kinderen, wat be treft het Middelbaar en Hooger On derwijs ten minste, heiaas nog niet hui ten id» „neutrale" school. En dan ook zijn er nog altijd «jaar Katholieken, die uit gemak- zucht of nit onverschilligheid pok voor het Lager Onderwijs van de openbare school gebruik maken, zoo dat vrij vooral in het belang van de- teen mede hebben te zorgen, rde na doelen der openbare school althans voor zoover mogelijk is, weg .te ne men. Deze inleiding moge vooraf gaan om te Üoe* begrijpen, waarom ook vrj(j met bijzondere interesse het debat over de Hoogere Burgerscho- ïea in onze gemeente, deze week in den Raad gevoerd, hebben gevolgd. Bij dat debat zijn ons verschil lende zaken voor het grijpen geko men, die we met een enkel woordje hier ter plaatse wel eens mogen bespreken. Te gelegener tijd komen die nog wel eens te pas. 'Nu echter willen we het hebben over ééne zaak, die ons meer en meer opvalt, en die zeker niet zal nala ten, althans onze Christelijke frac- tiën in den Raad tot behoedzaam heid aan te sporen tegenover den, wethouder, rii© de zaken van het openbaar onderwijs in Haarlem be- heerscht. Hierboven is het 'needs door ons opschrift boven dit artikel aange geven, wat wij in het streven van wethouder Thiel méér en méér zien op den voorgrond komen. Zeker, wij wisten het. Mr. Thiel is radicaal van poli tieke richting, en dat heeft hij, toen hij tusschen de heeren Moloo en Groot indertijd op 't achterste rijtje, vlak vóór de perstribune, in onze raadszaal zat, vaak genoeg bewe- zfen. Maar speciaal in onderwijszaken had Mr. Thiel toch nog wel eens opvattingen, jdie afweken van dat gene, wat zijn partijgenooten voor stonden. Dat was natuurlijk! [Want Mr. Thiel, oud-onderwijzer, oud-hoofd der school, hal als man der prac- tijk speciaal over de verhouding tus schen de onderwijzers en het hoofd, over de noodzakelijkheid van een centraal gezag in de school, over de paedagogische beteekenis van het hoofdschap, over den gang van het onderwijs zelf, denkbeelden van heel anderen aard dan de theoretische stel lingen, die de vrijzinnig-democraten en andere democraten elkaar sinds jaar en dag napraten! De eeuwige strijd van theorie en practijk! En toen, "na het ontslag van den heer De Haan Hugen- holtz, Mr. Thiel, welbespraakt en boven het middelmatige uitste kend, als zoowat de eenige man van liberale zijde moest worden be schouwd die het wethouderschap kon waarnemen (van een rechtschen wet houder werd wonderlijk genoeg tot nog toe hier in Haarlem niet gerept, al dunkt ons de tijd niet verre, dat daartoe moet worden overgegaan!), toen werd hij ook tot wethouder ge kozen, en men hoopte onzerzijds maar, dat 't geZond verstand en de practijk van Mr. Thiel de bovenhand zouden houden op de radicale onder wijstheorieën. In sommige opzichten is 'dat wer kelijk zoo gebleken. Men herinnere zich de houding van Mr. Thiel tegenover de gehuw de onderwijzeres in de school, tegen over (de aanmatiging en brutaliteit der openbare onderwijzers van den (rooden) Bond. Maar.... dat zijn toch slechts en kele gevallen geweest. Helaas En vooral in den laats ten tijd schijnt het radicalisme van onzen wethouder van onderwijs hoogtij te vieren De discussies over de jaarwedden der onderwijzers, toen Mr. Thiel zich van z'n collega's in het dagelijksch bestuur afscheidde^ om de radicale voorstellen van de heeren Modoo, Kleijnenberg c.s. liever te volgen dan het eigen voorstel van B. en iW., zijn daar sprekend bewijs van- En sedert dien houdt het niet op. Ons openhaar onderwijs wordt fei telijk geheel hervormd in radicalen zin: verlaging van schoolgeld, ruime openstelling der middelbare scholen voor min- en onvermogelnden, en nog veel meer van dezen aard is schering en inslag bij Mr. Thiol's elkaar op volgende voorstellen. In vele opzichten zou ons dat koud kunnen laten, en zouden wij deze voortdurende radicaliseering van ons openhaar onderwijs met onver schilligheid kunnen gadeslaan, ware het niet dat wij zooals hoven ge zegd toch Ook redenen hebben om ons ervoor te interesse eren. be halve nog dat wij, als belastingbeta lers, mede ons geld moeten geven voor het openbaar onderwijs, waar aan onze kinderen toch niet médo! kunnen doen! En wanneer dan óók onze belas tingpenningen heengaan in dien nooit te dempen put va n het open baar onderwijs, zooals die idoor da godsdienstlooze onderwijsmannen en de radicale politica nu is gegraven dan wenschen we te waarschuwen nu het nog tijd is, opdat althans niet de stem van onze Christelijke mannen meewerk© tot het nemen van meerdere maatregelen in dien zin als wij aangaven. 'Mr. Thiel mag zijn eejn goed onder wijzer, een goed advocaat, en een goed administrateur, maar hij is niet, en kan niet zijn, voor ons de meest-gewenschte man om het open baar onderwijs te bestieren. Zoo ergens, dan is daar een rem mende hanid noodig En Mr. Thiel heeft ook deze week weer, toen hij op zoo ge heel ongemotiveerden toon en wo 1 isw,bar met handige aidvoca- terij, doch met een volmaakt on juiste voorstelling, fulmineerde te gen het bekend-zijn van den naam van uitmuntende leerlingen, die aan hun goede studies te danken heb ben een toelage tot het jaarlijksch leergeld, voldoende bewezen dat hij met volle zeilen het radicale sop invaart-, overal waar de practijk van de onderwijzers-verhoudingen hem niet bij ondervinding beter heeft ge leerd Dat was een staaltje, dat de Raad ditmaal zeer levendig voelde, en..,.,, slechts moeilijk kon verduwen. Vele andere staaltjes, die minder in het oog vallen, gaan soms onop gemerkt voorbij.... maar dan merkt de Raad en de gemeente later, dat het radicalisme van Mr. Thiel weer een overwinning heeft behaald! Men heeft ons gezegd, dat wij daarmee blij moesten zijnhet open baar onderwijs zou daardoor al steeds minder geschikt worden voor onze Katholieke kinderen en jongelui, en dat Zouden onze Roomsehen al meer inzien. Dit laatste is waar. Maar daarom mogen wij toch niet blij zijn over dit afglijden naar het radica lisme! Integendeel, als goede bur gers behooren we te zorgen, dat de openbar© school, al deugt die niet voor onze Katholieke kinderen, en al zullen we d© onzen met alle macht eraf pogen te honden toch nog zoo min mogelijk schadelijk zij, en dat zij ook in het staatsbestel die plaats inneme, die de Grondwet haar nu eenmaal heeft gegeven, terwijl wij eveneens hebben te zorgen, dat de financieel© eischen van het open baar onderwijs in rechte verhouding blijven tot de draagkracht der belas- tingplichtigem. (Welnu, zoowel wat de financiëele als wat' de moreele uitkomsten aan gaat, wantrouwen wij de radicale onderwijspolitiek des heeren Thiel ten sterkste ENGELAND. Een belangrijke rede van Grey. Sir Edward Grey, de Engelsehe minister van buitenlajndsehe zaken, heeft gisteren een zeer belangrijke rede gehouden te Coldstream. Daarin heeft de minister o.m. het volgende gezegd: „Wij hebben eenige sombere en tot ongerustheid stemmende maanden achter den rug, maar thans moet ik met voldoening er melding van ma ken, dat, ten minste in beginsel, een overeenkomst tusschen Oostenrijk en Turkije is bereikt. „Het zou te veel gezegd zijn als men beweerde, dat de hemel helder is, maar wij mogen hopen, dat het voorbeeld van verzoeningsgezind heid door Oostenrijk en Turkije ge geven, nuttig zal zijn voor de be slechting van de overige geschillen. De O os ten rij kscih -Turks che overeen komst heeft in hooge mate de kan sen op succes van de Balkan-confe rentie verbeterd. „Niet alleen zou ik willen zien, dat een oorlog vermeden werd, maar ik zon ook het vertrouwen tusschen de mogendheden zelf willen zien tóp- nemen, door middel van diplomatie ke besprekingen. Van dit standpunt beschouwd is het tot dusver ver kregen resultaat niet ontbloot van gunstige teekenen. Ik hoop, dat het bezoek van koning Edward aan Ber lijn het vertrouwen daar in onze goede bedoelingen en onzen goeden wil zal verhoogen." MAROKKO. Prank rijk en Moelai Hafid. Regnault, de Fransche gezant in Marokko, is op wegnaar Fez om daar in persoon met Moelai Hafid te onder handelen over de kwesties die voor beide regeeringen van belang zijn, ten einde een aceoord tusschen Marokko en Frankrijk te trefleD. De Fransche regeering en de bladan hechten veel gewicht aan deze reis en meenen dat die nogal wat beteekenen kan voor de toekomst. Bn in Berlijn is men op zijn qui- vive, wat Frankrijk wil uithalen, en hoe ver het gaan zal. AMERIKA. Californie en de Japanners Het schijnt toch, dat het verzoe nend telegram van den gouverneur van Californië, dat wij dezer dagen mededeelden, niet precies de eigen lijken stand van zaken heeft weerge geven. Althans, wel verre dat nu de be handeling der anti-Japansahe wetsvoor stellen in Califoraië voorgoed is af gebroken, blijkt nu dat ze slechts een werk is uitgesteld. De interventie van Roosevelt heeft dus voorloopig slechts een kortstondig uitsta', doch nog volstrekt geen afstel ten gevolge gehad. En de kwestie schijnt van een be vredigende oplossing nog verre ver wijderd; want de mannen der anti- Japansehe propaganda in Californië beginnen zich duchtig te roereD. En ook de bladen die al meer tegen de Japanners hebben gestookt, zijn be gonnen met een nieuwe campagne tegen de Aziaten aan de westkast. De moeielijkheden zijn dus nog niet de wereld uit! Een regen-ramp. Ontzettende regens woeden in Transvaal. Zóó zelfs dat men van een groote ramp kan spreken. In de geheele kolonie komen over stroomingen voor. De treindienst is in ide war, verschillende telegraaflij nen zijn beschadigdde spoorwegge meenschap met het noordwestelijk deel der kolonie zal waarschijnlijk niet binnen de zeven dagen hersteld kunnen zijn, daar er bruggen weg geslagen zijn. Ambtelijk wordt gemeld, idat er zeven blanken en meer dan 100 in boorlingen bedolven zijn. Er bestaat maar heel weinig hoop hen te kun nen redden. Er heerscht groote onrust onder de mïjnbouwmaatschappijen over hetgejen gebeuren kan. tenzij de regen spoedig ophoudt. Een ernstige overstrocming zou in hooge mate den arbeid in de mijnen belemmeren. De „aanslag" op Falli ères. Het is gebleken dat de kellDer Mattis die indertijd Fallières aanviel, niet goed in z'n bovenkamer is. Wat we trouwens teek al dadelijk zeiden! Curieus! Aan een groot aantal bladen te St. Petersburg is een boete op gelegd van 300 1000 roebels, wegens het openbaar maken van artikeleB, op grond van berichten van buitealandsche bladen, als zouden agenten der Russische politie betrokken zijn geweest bij het be drijven van zekere daden van terrorisme. Dat is de zaak van Azof blij baar. Oók een soort van krantencensuur! Prinsen in de Tur kscke Ka mer. Prins Resjad effendi, de vermoede lijke troonopvolger, Joesoef Izeddia effendi en andere prinsen woonden gisteren voor 't eerst de Turksche Kamerzitting bij. Vrome wenschen die niet vervuld worden. De Montenegrijnsche Skoepsjtina heeft gisteren na zeer leven dige beraadslagingen, een motie aange nomen ten gunste van zelfbestuur voor Bosnië en Hsrzegowina. De heeren kun nen makkelijk wenschen, maar het is niet te denken, dat Oostenrijk erin zal treden Hofberichten. H. M. de Koningin verwelkomde Haar tante, de hertogin van Albany, ten paleize van H. M. de Koningin- Moeder, aan het dejeuner, dat onze Koningin daar in den laatsten tijd gewoon is dagelijks te gebruiken. Reeds lang werd door H. M. de Koningin met belangstelling gevolgd al hetgeen in ons land door verschil lende vereenigingen en personen werd gedaan in het belang van den volks zang en tot aanmoediging van het dichten en componeeren van geschikte volksliederen. Van de poging der Natienale Vereeniging voor den Volkszang om een geschikten bundel volksliederen samen te stellen, welke bleek uit de oproeping, onlangs in de bladen ver schenen, werd door H. M. met waardeering kennis genomen, en wij vernemen, dat H, M. zich hieromtrent nader door den voorz. der vereeniging heeft laten inlichten, H. M. de Koningin heeft gisteren een gift van f 500 doen toekomen aan het algemeen comité tot bestrijding van de gevolgen der werkloosheid te 's Gravenhage. Minister Begont. Op den dag zijner benoeming tot Minister van Waterstaat heeft mr. L. H. W. Regout tevens besloten uit de door hem beheerde zaken te treden. Hij heeft nl. door middel van aan kondiging in de „Staatscourant" bekend gemaakt, dat hij van af 27 Januari aanstaande zal ophouden aansprakelijk en besturend vennoot te zijn van de te Meerssen zetel hebbende vennoot schap, porselein- en muurtegelfabriek „Mosa" en glasfabriek „Stella" en dat iu zijne plaats van af dien datum zal optreden Dh. J. van Wagenburg, t« Maastricht. De minister blijft nog tot de tweede helft van Juli in het hotel des Indes wonen. LXXIII. 'n Lang brokje maar een hartig brokje. Mijn opinie over de makelaars kwestie, en over een kran tenbericht van je dvide- tijkste soort. Waarom de vrouw van een win ke- lier niet bij deftige me vrouwen, hoort, en hoe ge lukkig het was dat er volk in den winkel kwam. - Een opinie die ik nu moet herzien, en een plekje waar onze raadsleden nood zakelijk tèlf eevs zullen moeten gaan kijken! 'kifoek teeiggen, Jat die heeren ma kelaars, die met alle geweld wilden dat hu* stukken over de bekende veiliagskwesti© door onze „Nieu we HaarlemsCihe" zouiden wor den opgenomen zöoals de redac teur in een berichtje vertelde ons héél vrat hebben te slikken gegeven 'Kolommen vol! Maar enfin, 't was wel interessant, zooals trouwens heel die kibbelarij tusschen de notarissen «n de makelaars mij wel interessant voorkomt. Ongetwijfeld hebben de makelaars op het oogenblik de opi nie van het publiek in hun. voor deel, nnyar ik voor ndj, al ben ik opk maar een eenvoudig burgerman, meen dat de heeren toch Wel in hun adressen aan Ministers, en andere hoogwaardigheidsbekleders er op wijzen moesten, dat de diepere oor zaak van heel deze herrie gelegen is in de volstrekt onvoldoende wijze, waarop die betrekking van makelaar tegenwoordig is geregeld. Juist door dat, tengevolge va[n deze regeling, het makelaarsambt in den laatsten tijd zoo reusachtig veel bekleelers krijgt, wordt het voor de notarissen een lastige zaak Toestanden als die te Amsterdam bestaan, willen idie heerèn notarissen niet graag en dat is begrijpelijk! Ik voor mij zou dus denken, dat de beide partijen ieder in hun eigen standpunt wel in zeker opzicht gelijk hebben, maar dat de eigenlijk© oorzaak van het verschil dieper ligt En zoolang die niet weg genomen is, zie ik weinig kans op verzoening! Dat heeft- me althans de aandachtige lezing van de gepu bliceerde stukken wel geloerd, en in zooverre ben ik er wijzer aait gewor den, dan ik en iedereen kon worden uit dat bericht, dat we ook al deze week in onze courant vonden over het cadeautje van de Haarlemsche dames aan Hare Majesteit de Ko ningin Verbeeld je, onze courant vertelde dan, dat „uit de meest be trouwbare bron" aan ide redactie wat was medegedeeld JJit de meest be trouwbare bron wel, je zöaadt den ken, jongen stavast, wat zal er ko men Nu dan, die „meest betrouw bare bron" had als groot geheim aan de redactie ingefluisterd, dat het ge schenk van de Haarlemsche vrouwen aan de Koningin zou bestaan uit je raadt het niet in tienen, als je niet, zooals ik, da,t bericht met allen eerbied en aandacht die voor zoo'n zaak gepast zijn, gelezen hebt Het cadeau dan zal bestaan uit... uit „een nader te bepalen voorwerp O zoo! Een nader te bepalen voor werp Ziedaar het groote geheim dat dan uit die meest betrouwbare bron aan de rredactie verteld werd! Och heer, hadden de dames zoo'n schrikkelijke haast om toch eens wat in de krant te zetten? Anders had den ze toch nog wel even kunnen wachten, tot dat ze eigenlijk besloten hadden, wat het cadeau wezen zou. Trouwens, ze maakten het in dat „of ficieel©" bericht uit die betrouwbare bron nog mooier- Dat „nader te be palen voorwerp" zal waarschijnlijk niet veel bijzonders wezen, want „de resteerende gelden".... hè, waarvan resteeren die?.... „zullen aan H. M- worden tea* hand gesteld, ten einde die te gebruiken op die wijze welke H. M. het wensehelijkst zal vinden." Nou weet je het ineens, en zoo vol ledig mogelijk, zei ik tegen mijn vrouw1, jdie er al eens oyer geklaagd had, dat de dames wel je geld vra gen, maar absoluut niet vertellen wat ze er mee doen zouden. Waarom nemen ze in zoo'n comité van moe ders niet een paar burger juffrouwen óók op? zei ze; waarschijnlijk daar mee bedoelend, dat zij als vrouw van een winkelier in grutterswaren en aanverwante artikelen civiele prijzen en reëele bediening! abso luut zoo'n slecht figuur niet- maken zou tusschen die dames. Nu ben ik het daarmee volkomen eens, maar ik zei dat natuurlijk niet, en vertelde dat 't Comité vooreerst niet uit „moe ders" bestond, want dat er een paai* juffrouwen, of liever gezegd freules, ook in zitten, wat mijn vrouw nog al onbehoorlijk vond. En ten tweele, dat (Ie adel en de deftige mevrouwen toch maar alleen kunnen weten, wat een koningskind in de kinderkamer noodig heeft of gebruiken kan. Toen ving ze mij evenwel weer, door te vertellen, dat zij dan tóch in elk geval óók wel had kunnen mee be sluiten om aan Hare Majesteit „een nader te bepalen voorwerp" aan te bieden, met al die soesah van de „res teerende gelden" daarbij, maar toen kwam er gelukkig volk in den den winkel, en zoo behoefde ik geen antwoord te geven, waar ik anders wat mee zou hebben gezeten. Jai, die vrouwen zijn gewiekstDaar heb je me van (ie week, toen zó om een boodschap naai* Bloemendaal ge weest was en langs 't plantsoen aan den Schotersingel was gekomen, toen kwam ze met een opgestoken zeil thuis, dat ik al dadelijk zag dat er wat aan 't handje was. [Wel, ze trok dan ook spoedig van leer, en vroeg of ik nou nóg wou volhouden, zooals ik indertijd in mijn praatjes wel gedaan heb, dat de menschen zich stilletjes hadden neer te leggen bij wat die meneer Springer, onzen park-opzichter ejn boomcn-veller, doet. Mijn vrouw is namelijk, net als meneer Reijne. altijd een beetje in de oppositie. „Hoor eens, vrouw," zei ik, „knappe mannen in het vak hebben gezegd dat meneer Springer het bij het rechte eind beeft, en daar hebben wij, die geen verstand van parken onderhouden hebben, ons bij neer te leggen!" En zij toen: „par ken onderhouen, zeg je: parken ver nielen en heelemaal neerhakken, dat doet-ie!" Enfin, dat ging zoo door, tot dat ik dacht: ik moet zèlvers óók eens gaan kijken. Maar waar achtig, al Zal ik oppassen dat ik 't mfjn vrouw niet in haar gezicht zeg gelijk heeft ze gehad! 't Plantsoen aan de Maerten van Heemskerk- brug, met die prachtige boomen en dat mooie belommerde paadje daar boven langs, dat park is wègD'r staan nog één of hoogstens twee boo- mfen-v eh de rest is afgehakt, omver gehaald. 't Is werkelijk ee* ruïne om bij te schreien. Hoe zoo'n man zóó onbarmhartig een heel park kan vernielen, dat is me een raadsel: want dat is nn toch geen onderhou den meer, het is alles omhouwen e* weghakken. Ik moet zeggen: die meneer Springer, dien ik altijd de hand boven 't hoofd heb gehouden, valt me nu bitter tegen't is een ver- niel-al, een vendeëer, zegt mijn vrouw, waarmede ze denk ik een vandaal bedoelt. En ik moet al weer zeggenze heeft geen ongelijk „Je zult eens zien dat dat bekend» prachtig plekje in 't Kenaupark, met al die mooie zware boomen, er vroeg of laat óók aangaat!" voorspelde ze. Maar dat zal-ie wel uit z'n hart latenBovendien woont daar onze burgemeester, en die heeren doen zulk vernielingswerk nooit graag zoo vlak voor de deur van de supe rieuren. jWat jammer, dat er bij ie Maerten van Heemskerk-brug geea hooge heeren van de stal wonenda* was 't vernielingswerk niet gebeurd, dat verzeker ik jeIk zou onze raadsleden intusschen toch wel eens willen raden, om zich met eigen oo- gen te gaan overtuigen: ze zullen er van schrikken, net als ik, daar ben ik zeker van! jj i' 23 TAJÏJJA3J.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1909 | | pagina 1